5 DECEMBER 2024. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van boek V, titel VI, van het Reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid betreffende de erkenning van de diensten die onder de sector voor personen met een handicap ressorteren
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling.
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen in het Reglementair deel van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid
Art. 2-10
HOOFDSTUK 1. - Niet in aanmerking komende bezoldiging 1. De bezoldigingen die niet overeenstemmen met de geldende weddeschalen van het paritair comité die van kracht zijn binnen de betrokken dienst of met de Algemene Herziening van de Weddeschalen voor de betrokken openbare sector, in alle gevallen beperkt tot de volgende weddeschalen:
HOOFDSTUK 2. - Geldelijke anciënniteit De geldelijke anciënniteit van het begeleidingspersoneel, de directeurs en coördinatoren en de maatschappelijke assistenten wordt berekend op basis van het aantal jaren waarvoor de werknemers van de volgende sectoren voltijds of deeltijds door hun werkgever betaald werden in de volgende sectoren :
HOOFDSTUK 3. - Benoemingen, bevorderingen en functieveranderingen. 1. De bezoldiging van een personeelslid met een directiegraad mag niet lager zijn dan die voorzien voor de functie waarop zijn diploma recht geeft in de dienst waar het tewerkgesteld is;
HOOFDSTUK 4. - Aanpassing van het einde van de loopbaan. De maandelijkse bijdrage aan het sociaal fonds "Ouderen" in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 januari 2003 tot invoering van bepalingen betreffende de organisatie van het einde van de beroepsloopbaan, "plan Tandem" genoemd, afgesloten in het Paritair Subcomité 319.02 en verplicht gesteld door het Koninklijk Besluit van 16 juni 2004, is een in aanmerking te nemen last.
Art. 11-12
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen.
Art. 13-14
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling.
Artikel 1. Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128 ervan.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen in het Reglementair deel van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid
Art.2. In artikel 469/3 van het reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 april 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
a) in lid 6, worden de woorden " aan de reserves, aangemaakt met de" vervangen door de woorden "van de saldi van de";
b) in lid 10 worden de woorden ", vooraf bij schrijven ingelicht," vervangen door de woorden " ingelicht volgens de door het Agentschap bepaalde modaliteiten ".
Art.3. In artikel 474/3, § 1er, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij het Besluit van de Waalse Regering van 25 april 2019 en gewijzigd bij het Besluit van de Waalse Regering van 7 september 2023, worden in lid 1 de woorden "inzake de controle op de aanwending van de jaarlijks toegekende subsidies" vervangen door de woorden ", op het gebruik van jaarlijks toegekende en gecontroleerde subsidies".
Art.4. In artikel 474/4 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 april 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
a) de woorden "kunnen aan de reserve worden toegevoegd" worden vervangen door de woorden "kunnen bedragen vormen die worden gereserveerd voor doelstellingencontract";
b) De zin "Deze bedragen worden na afloop van de boekjaren aan reserve toegevoegd. " wordt opgeheven;
2° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "die aan de reserve worden toegewezen" vervangen door de woorden "die worden gereserveerd voor doelstellingencontract";
3° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt :
" § 3. De betrokken bedragen worden geboekt op een specifieke rekening getiteld "Bedrag gereserveerd voor doelstellingencontract" overeenkomstig de door het Agentschap verstrekte minimumindeling van het algemeen rekeningenstelsel en in overeenstemming met het doelstellingencontract en het door het Agentschap goedgekeurde toewijzingsplan.
De bedragen die daarmee overeenstemmen worden in de activa opgenomen, op een specifieke bankrekening onder de benaming "Doelstellingscontract".
Wanneer ze worden gebruikt, worden de gereserveerde bedragen voor doelstellingencontract opgenomen in de specifieke rekening voor exploitatiebaten en in de specifieke rekening voor kapitaalsubsidies als ze worden toegewezen aan een investering, met inachtneming van de door het Agentschap toegezonden minimumindeling van het algemeen rekeningenstelsel. ".
Art.5. In artikel 831/115, lid 1, 1°, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014, worden de woorden "83/8 en 83/9" vervangen door de woorden "45/3 en 45/4".
Art.6. De bijlagen 83/8 en 83/9 bij hetzelfde Wetboek worden opgeheven.
Art.7. Artikel 831/119 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014, wordt vervangen als volgt:
"Art. 831/119. Opdat het Agentschap kan nagaan of de erkenningsvoorwaarden in acht genomen worden, leggen de diensten het Agentschap om de vijf jaar de stukken bedoeld in bijlage 45/1 over ".
Art.8. In artikel 45/1 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 april 2019 en vervangen bij het besluit van de Waalse Regering van 7 september 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het opschrift wordt aangevuld met de woorden " en in artikel 831/119";
2° punt 6 van de tabel wordt aangevuld met de volgende woorden ", en in artikel 831/87 voor de diensten die instaan voor tolken gebarentaal" toegevoegd. ".
Art.9. In artikel 45/3 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 april 2019 en gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 24 augustus 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het opschrift wordt aangevuld met de woorden " en in artikel 831/115";
2° tussen het opschrift van de bijlage en 1 worden de woorden "Subsidiabiliteit van de kosten. Algemene regels die gelden voor de verschillende diensten die door het Agentschap zijn erkend en gecontracteerd op basis van titel VII, hoofdstukken 1 tot 4, 7 en 9, van het reglementair deel van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, Deel II, Boek V" geschrapt;
3° punt 2.3, 3), wordt aangevuld met de woorden "of de Algemene Herziening van de Weddeschalen voor de openbare dienst" toegevoegd.
Art.10. In hetzelfde Wetboek wordt bijlage 45/4, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 april 2019 en gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 24 augustus 2023, vervangen als volgt:
"Bijlage 45/4. In aanmerking komende personeelskosten als bedoeld in de artikelen 474/3, § 3, en 831/115
HOOFDSTUK 1. - Niet in aanmerking komende bezoldiging 1. De bezoldigingen die niet overeenstemmen met de geldende weddeschalen van het paritair comité die van kracht zijn binnen de betrokken dienst of met de Algemene Herziening van de Weddeschalen voor de betrokken openbare sector, in alle gevallen beperkt tot de volgende weddeschalen:
1° in "de voor gehandicapte personen bestemde begeleidingsdiensten bij opvang in een gezin": de schalen in bijlage 105, rekening houdend met de schaalnummers per functie in bijlage 52;
2° in de "Begeleidingsdiensten": de schalen van aanhangsel 105, rekening houdend met de schaalnummers per functie van aanhangsel 58, of de schalen van de volgende tabel:
3° in "de hulpdiensten i.v.m. de activiteiten van het dagelijks leven": de schalen in bijlage 105, rekening houdend met de schaalnummers per functie in bijlage 80;
4° in de "diensten die instaan voor tolken gebarentaal": de schalen van bijlage 105, rekening houdend met de schaalnummers per functie in de volgende tabel:
FUNCTIE Weddeschaal van het personeel van de diensten van de Waalse Regering Opvoeders A2 en opstellers C3 Opvoeders A1 B3 Maatschappelijke assistenten B2 Coördinatoren A6 Licentiaten psychologie A6
5° in de "Diensten tot organisatie van respijtzorg ten gunste van mantelzorgers en gehandicapte personen": de barema's van het paritair comité of de Algemene Herziening van de Weddeschalen die gelden binnen de dienst;
6° in de "Mobiele steunregelingen voor de inclusie van gehandicapte personen" : de schalen van het Paritair Comité of van de Algemene Herziening van de Weddeschalen, die gelden binnen de dienst ;
7° in de "Centres de ressources" : de schalen van het paritair comité of van de Algemene Herziening van de Weddeschalen, die gelden binnen de dienst ;
8° in de "Residentiële diensten en dagopvangdiensten": de schalen in bijlage 105, rekening houdend met de schaalnummers per functie in bijlage 103 voor residentiële diensten voor volwassenen en rekening houdend met de schaalnummers per functie in bijlage 114/7 voor de diensten voor dagopvang en de residentiële diensten voor jongeren.
2. De kosten van personeel waarvan de kwalificaties niet voldoen aan de eisen in de volgende artikelen of bijlagen:
1° in bijlage 47 voor de "Voor gehandicapte personen bestemde begeleidingsdiensten bij opvang in een gezin";
2° in bijlage 57 voor de "Begeleidingsdiensten" ;
3° in bijlage 76 voor de "Hulpdiensten betreffende de activiteiten van het dagelijks leven"
4° in artikel 831/17 voor de "Diensten die respijtzorg organiseren ten gunste van de mantelzorgers en de gehandicapte personen";
5° in de bijlagen 83/5, 83/6 en 83/7 voor de "Dienst die instaat voor tolken gebarentaal" ;
6° in artikel 831/140 voor de "Mobiele steunregelingen voor de inclusie";
7° in bijlage 98 voor "residentiële diensten voor volwassenen" en in bijlage 114/2 voor de "Diensten voor dagopvang en de residentiële diensten voor jongeren";
3. Voor diensten die respijt organiseren ten gunste van de mantelzorgers en de gehandicapte personen, het deel van de vergoeding van de coördinator dat het bedrag van de weddeschaal 25 van het PC 319.02 overschrijdt.
4. Komen niet in aanmerking :
1° de bezoldigingen uitgekeerd aan de pensioengerechtigde personeelsleden die krachtens de wetgeving op de pensioenen een ongeoorloofde beroepsactiviteit uitoefenen ;
2° het deel van de bezoldigingen en de wettelijke werkgeverslasten boven de bedragen voor rekening van de overheid voor een volledige uurrooster, onverminderd de betaling van de in aanmerking komende extra-uren en van de diensten verstrekt in het kader van het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd ten gunste van de personeelsleden tewerkgesteld door die diensten.
Deze bepaling is eveneens van toepassing op personeelsleden met verschillende deeltijdse functies die gesubsidieerd worden of voor rekening zijn van de overheid.
FUNCTIE Schaal(nr. schaal) Directeur 27 Tolk (master): 27 Tolk (bachelor) 19 Tolk (master noch bachelor) : 17 Bachelor: 19 Opsteller 17 Klerk 4
HOOFDSTUK 2. - Geldelijke anciënniteit De geldelijke anciënniteit van het begeleidingspersoneel, de directeurs en coördinatoren en de maatschappelijke assistenten wordt berekend op basis van het aantal jaren waarvoor de werknemers van de volgende sectoren voltijds of deeltijds door hun werkgever betaald werden in de volgende sectoren :
1° de instellingen die door het Agentschap, het voormalige Fonds 81 en het voormalige " FCIPPH " erkend zijn of met hen een overeenkomst hebben gesloten,
2° de instellingen die door de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, de Vlaamse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap erkend zijn of met hen een overeenkomst hebben gesloten,
3° de diensten voor hulpverlening aan de Jeugd en van de voormalige Jeugdbescherming,
4° de " ONE ",
5° de erkende centra vermeld in artikel 424 van het reglementair deel van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid
6° de instellingen die door de Algemene Directie Volksgezondheid van de Federale Overheidsdienst Sociale Zaken, Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu erkend zijn en met hem een overeenkomst hebben gesloten,
7° de instellingen die door de Waalse Overheidsdienst Binnenlandse Aangelegenheden en Sociale Actie erkend zijn en met hem een overeenkomst hebben gesloten:
8° de scholen van het buitengewoon onderwijs,
9° de instellingen die een overeenkomst hebben gesloten met het RIZIV.
10° De diensten of verenigingen waaraan een subsidie verleend wordt of werd bij reglementaire akte voor de begeleiding van dove of slechthorende personen.
Wat 1° tot 9° betreft, zijn ze ook van toepassing op coördinatoren, AVJ-assistenten, personeel van diensten die respijt organiseren voor mantelzorgers en gehandicapte personen, en personeel van de diensten die instaan voor tolken gebarentaal.
Wat 10° betreft, is het van toepassing op het personeel van de diensten die instaan voor tolken gebarentaal en specifieke begeleidingsdiensten voor doven.
De volgende perioden worden behandeld als perioden die in aanmerking kunnen worden genomen voor geldelijke anciënniteit :
1° periodes van moederschapsverlof;
2° periodes van borstvoedingsverlof;
3° perioden van loopbaanonderbreking tot één jaar die recht geven op een onderbrekingsuitkering;
4° tien dagen afwezigheid om dwingende redenen.
Wat het niet-educatieve personeel betreft, met uitzondering van de directeurs, coördinatoren en maatschappelijke assistenten, kan ook elke dienst meegerekend worden die eerder deeltijds of voltijds verstrekt werd in een gelijksoortige functie als degene die het bekleedt bij zijn aanwerving in een door het Agentschap erkende instelling. Onder gelijksoortige functie wordt verstaan :
1° in de "Voor gehandicapte personen bestemde begeleidingsdiensten bij opvang in een gezin" :
a) voor het administratief personeel: alle functies die in bijlage 47 onder de desbetreffende rubriek ingedeeld zijn;
b) voor het arbeiderspersoneel : alle functies die in bijlage 47 onder de desbetreffende rubriek ingedeeld zijn;
2° in de "Begeleidingsdiensten" :
a) voor het administratief personeel: alle functies die in bijlage 57 onder de desbetreffende rubriek ingedeeld zijn;
b) voor het arbeiderspersoneel : alle functies die in bijlage 57 onder de desbetreffende rubriek ingedeeld zijn;
3° in de "Hulpdiensten betreffende de activiteiten van het dagelijks leven"
a) voor het administratief personeel: alle functies die in bijlage 76 onder de desbetreffende rubriek ingedeeld zijn;
b) voor het arbeiderspersoneel : alle functies die in bijlage 76 onder de desbetreffende rubriek ingedeeld zijn;
4° in de "Diensten die respijtzorg organiseren ten gunste van de mantelzorgers en de gehandicapte personen" :
a) voor het administratief personeel: eerdere dienstverbanden in een administratieve functie;
b) voor het arbeiderspersoneel : elke voorafgaande dienstbetrekking als arbeider;
5 " in de "Mobiele steunregelingen voor de inclusie":
a) voor het administratief personeel: eerdere dienstverbanden in een administratieve functie;
b) voor het arbeiderspersoneel : elke voorafgaande dienstbetrekking als arbeider;
6° in de "Centres de ressources":
a) voor het administratief personeel: eerdere dienstverbanden in een administratieve functie;
b) voor het arbeiderspersoneel : elke voorafgaande dienstbetrekking als arbeider;
7° in de "Residentiële diensten en dagopvangdiensten":
a) voor het administratief personeel: alle functies die in deze rubriek worden vermeld in bijlage 103 voor de "Residentiële diensten voor volwassenen" en in bijlage 114/7 voor de "Diensten voor dagopvang en de residentiële diensten voor jongeren";
B) voor het administratief personeel: alle functies die in deze rubriek worden vermeld in de bijlage 103 voor de "Residentiële diensten voor volwassenen" en in bijlage 114/7 voor de "Diensten voor dagopvang en de residentiële diensten voor jongeren";
8° deze diensten bedoeld in 1° tot 7° worden slechts in aanmerking genomen voorzover betrokken personeelslid destijds beschikte over het diploma dat vereist werd om die functie uit te oefenen.
De personeelsleden die vóór 1 januari 1984 in dienst waren in instellingen erkend door het Fonds van medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten of door de Dienst Jeugdbescherming behouden hoe dan ook het voordeel van de geldelijke anciënniteit die hen indertijd officieel toegekend werd.
Het bewijs van de verstrekte diensten wordt door de betrokkenen geleverd op grond van de stortingen verricht bij een instelling voor sociale zekerheid of een pensioenkas.
De bevoegde diensten kunnen om andere bewijsstukken vragen.
HOOFDSTUK 3. - Benoemingen, bevorderingen en functieveranderingen. 1. De bezoldiging van een personeelslid met een directiegraad mag niet lager zijn dan die voorzien voor de functie waarop zijn diploma recht geeft in de dienst waar het tewerkgesteld is;
2. Het personeelslid dat tot een andere graad in dezelfde dienst bevorderd wordt, behoudt de gezamenlijke geldelijke anciënniteit die hem toegekend werd op basis van de criteria bedoeld onder punt I van deze bijlage.
In geval van functieverandering binnen dezelfde instelling kan de geldelijke anciënniteit insgelijks opgewaardeerd worden overeenkomstig de bepalingen onder punt I van deze bijlage.
3. Het kaderpersoneel moet binnen vier jaar na 1 september die volgt op hun indienstneming of bevordering aan de volgende voorwaarden voldoen :
A. Hoofdopvoeder
1° één van de modules van de opleiding "Beheer van diensten voor personen met een handicap", georganiseerd door een door de Franse Gemeenschap erkende opleidingsverstrekker of onderwijsinstelling en waarvan de inhoud door het Agentschap is goedgekeurd, met succes hebben afgerond;
2° geslaagd zijn voor de opleidingseenheid " Les stratégies de l'organisation " (Organisatiestrategieën) van het post-graduaat " cadre du secteur non-marchand " (kader van de non-profit sector) georganiseerd door het hoger onderwijs voor sociale promotie ;
3° geslaagd zijn voor de modules van de specialisatie " Kader van de non-profit sector ", georganiseerd door het onderwijs voor sociale promotie :
a) "Managementmethodiek";
b) "Organisatiestrategieën" ;
B. Opvoeder groepsleider
1° de honderdvijftig uren van het eerste jaar van de tweejarige opleidingscyclus "Beheer van diensten voor personen met een handicap", georganiseerd door een door de Franse Gemeenschap erkende opleidingsverstrekker of onderwijsinstelling en waarvan de inhoud door het Agentschap is goedgekeurd, met succes hebben afgerond;
2° geslaagd zijn voor de modules van de specialisatie " Kader van de non-profit sector ", georganiseerd door het onderwijs voor sociale promotie :
a) "Managementmethodiek";
b) "Organisatiestrategieën" ;
c) "Organisatiebeheer" ;
C. Onderdirecteur
1° geslaagd zijn voor de 150 uren van het eerste jaar van de tweejarige opleidingscyclus `'Gestion de services pour personnes handicapées'' (Beheer van diensten voor gehandicapte personen) georganiseerd door een opleidingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinrichting en waarvan de inhoud door het Agentschap is goedgekeurd ;
2° geslaagd zijn voor de modules van de specialisatie " Kader van de non-profit sector ", georganiseerd door het onderwijs voor sociale promotie :
a) "Managementmethodiek";
b) "Organisatiestrategieën" ;
c) "Organisatiebeheer" ;
D. Directeur
1° de tweejarige opleidingen van 150 uren " Beheer van diensten voor gehandicapte personen ", die georganiseerd worden door een opleidingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinrichting en waarvan de inhoud goedgekeurd is door het Agentschap, met succes hebben afgerond;
2° geslaagd zijn voor de modules van de specialisatie " Kader van de non-profit sector ", georganiseerd door het onderwijs voor sociale promotie :
a) "Managementmethodiek";
b) "Organisatiestrategieën" ;
c) "Organisatiebeheersing" ;
d) "Gebruik van de boekhoudkundige en budgettaire instrumenten";
3° hij is houder van een master in sociale engineering en actie of van een master in de wetenschappen van de volksgezondheid met focus op het beheer van zorginstellingen en -diensten.
HOOFDSTUK 4. - Aanpassing van het einde van de loopbaan. De maandelijkse bijdrage aan het sociaal fonds "Ouderen" in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 januari 2003 tot invoering van bepalingen betreffende de organisatie van het einde van de beroepsloopbaan, "plan Tandem" genoemd, afgesloten in het Paritair Subcomité 319.02 en verplicht gesteld door het Koninklijk Besluit van 16 juni 2004, is een in aanmerking te nemen last.
Voor de openbare sector moet deze voorziening vooraf erkend worden door de Regering en dezelfde voordelen en garanties bieden als degene waarin de collectieve arbeidsovereenkomst bedoeld in lid 1 voorziet. ".
Art.11. In bijlage 98 van hetzelfde wetboek, laatstelijk gewijzigd bij besluit van de Waalse Regering van 23 juni 2016, worden de woorden "Licentiaat psychologie, psychopedagogie", pedagogie, kinesitherapie of logopedie." vervangen door de woorden "Master in de psychologische wetenschappen, klinische orthopedagogie, pedagogische wetenschappen, familiale en seksuele wetenschappen, kinesitherapie en revalidatie of logopedie".
Art.12. In bijlage 114/2, B, van hetzelfde wetboek, ingevoegd bij besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014 en gewijzigd bij besluit van de Waalse Regering van 14 december 2017, worden de woorden "Master in de psychologische wetenschappen, pedagogische wetenschappen, familiale en seksuele wetenschappen, kinesitherapie en revalidatie of logopedie" vervangen door de woorden "Master in de psychologische wetenschappen, klinische orthopedagogie, pedagogische wetenschappen, familiale en seksuele wetenschappen, kinesitherapie en revalidatie of logopedie".".
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen.
Art.13. Dit besluit treedt in werking op de tiende dag na zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van de artikelen 3, 4 en 5, die in werking treden op 1 januari 2024.
Art. 14. De Minister bevoegd voor het gehandicaptenbeleid is belast met de uitvoering van dit besluit.