27 SEPTEMBER 2024. - Ministerieel besluit tot wijziging van hoofdstuk "C. Oto-rhino-laryngologie" van de lijst, gevoegd als bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 25 juni 2014 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van implantaten en invasieve medische hulpmiddelen
Art. 1-2
Artikel 1. In het hoofdstuk "C. Oto-rhino-laryngologie" van de Lijst, gevoegd als bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 25 juni 2014 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van implantaten en invasieve medische hulpmiddelen, laatstelijk gewijzigd bij het ministerieel besluit van 30 augustus 2024, worden de volgende wijzigingen aangebracht aan de vergoedingsvoorwaarde C- § 01:
het punt "4.4. Derogatie van de procedure" wordt vervangen als volgt:
"4.4. Derogatie van de procedure
Voor de rechthebbenden die reeds geïmplanteerd werden zonder tussenkomst van de ziekteverzekering en die vóór de implantatie aan alle criteria van de indicatiestelling bedoeld in punt 2 voldeden, kan een terugbetaling door het College van artsen-directeurs toegekend worden in de volgende gevallen:
a) In afwijking van de in punt 4.2. beschreven procedure, voor de vervanging van het implantaat en/of de geluidsprocessor en zijn toebehoren;
b) In afwijking van de in punt 2.2.7. beschreven procedure, voor een implantaat en geluidsprocessor en zijn toebehoren, voor het contralaterale oor indien de rechthebbende voldoet aan de indicatiecriteria bedoeld in punt 2;
c) In afwijking van de in punt 4.2. beschreven procedure en in afwijking van de leeftijd vermeld in de omschrijving van de verstrekkingen 184774-184785 en 184796-184800, voor de vervanging van het implantaat en/of de geluidsprocessor en zijn toebehoren, indien de rechthebbende geïmplanteerd werd voor 1 januari 2024 en jonger is dan achttien jaar op het moment van de primo-implantatie;
d) In afwijking van de in punt 4.2. beschreven procedure en in afwijking van de bepaling vermeld in punt 2.2.6. dat de primo-implantatie binnen de zeven jaar nadat voor het slechte oor een gehoorverlies van minstens 85 dB HL werd vastgesteld dient te worden uitgevoerd, voor de vervanging van het implantaat en/of de geluidsprocessor en zijn toebehoren, indien de rechthebbende geïmplanteerd werd voor 1 januari 2024 en indien deze werd uitgevoerd meer dan 7 jaar nadat voor het slechte oor een gehoorverlies van minstens 85 dB HL werd vastgesteld.
De documenten van de eerste implantatie worden voorgelegd door een NKO-arts die deel uitmaakt van het team dat de implantatie en/of de vervanging zal uitvoeren, aan het College van artsen-directeurs, voorafgaand aan of na de implantatie/vervanging, op basis van het formulier C-Form-I-12, volledig ingevuld en ondertekend door een lid van het team van de implanterende verplegingsinrichting ingediend ten laatste binnen de negentig dagen na de implantatie.
Het College van artsen-directeurs deelt zijn gemotiveerde beslissing mee aan de adviserend-arts, aan de ziekenhuisapotheker en aan de arts-specialist die de aanvraag heeft ingediend, binnen de dertig dagen na ontvangst van de aanvraag."
Art. 2. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.