Details





Titel:

25 JULI 2024. - Koninklijk besluit betreffende de organisatie, de werking en het financieel beheer van de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie, met als naam "BE-WATT"



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Opdrachten
Art. 2
HOOFDSTUK 3. - Organisatie en werking
Afdeling 1. - Beheerscomité
Art. 3-5
Afdeling 2. - Functies rond het bestuur en de opdrachten van BE-WATT
Art. 6
Afdeling 3. - Functies rond het financieel en budgettair beheer van BE-WATT
Art. 7
Afdeling 4. - Personeel
Art. 8
Afdeling 5. - Adviezen van de commissie
Art. 9
HOOFDSTUK 4. - Financieel en budgettair beheer
Afdeling 1. - Algemene bepalingen
Art. 10
Afdeling 2. - Uitvoering van het financieel en budgettair beheer
Art. 11-12
Afdeling 3. - Controle
Art. 13
HOOFDSTUK 5. - Overgangs- en slotbepalingen
Art. 14-16



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2024003963 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1. De definities vervat in artikel 2 van de wet van 26 april 2024 houdende de oprichting, organisatie en werking van een administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie, met als naam BE-WATT en diverse bepalingen inzake de uitwisseling van informatie, zijn van toepassing op dit besluit, aangevuld met de volgende definities:
  1° BE-WATT wet: de wet van 26 april 2024 houdende de oprichting, organisatie en werking van een administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie, met als naam BE-WATT en diverse bepalingen inzake de uitwisseling van informatie;
  2° BE-WATT takenpakket: de taken vermeld in artikel 3, § 2, van de BE-WATT wet;
  3° commissie: de commissie voor de regulering van de elektriciteit en het gas, opgericht bij artikel 23, § 1, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt;
  4° Elektriciteitswet: de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt.

HOOFDSTUK 2. - Opdrachten
Art.2. Binnen de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie, genaamd "BE-WATT", wordt onder het gezag van de minister bevoegd voor Energie uitvoering gegeven aan het BE-WATT takenpakket.

HOOFDSTUK 3. - Organisatie en werking
Afdeling 1. - Beheerscomité
Art.3. § 1. Het beheerscomité van BE-WATT is belast met:
  1° het vastleggen van richtlijnen rond het beheer van BE-WATT en rond de uitvoering van het BE-WATT takenpakket evenals het toezien op de naleving van deze richtlijnen;
  2° het vastleggen van richtlijnen rond het beheer van het belang van de Staat in de gezamenlijke vennootschap en rond het uitoefenen van de aandeelhoudersrol van de Staat in deze vennootschap, die ter kennis gebracht worden, respectievelijk, van de door de Staat aangeduide bestuurders binnen deze vennootschap en van de algemeen directeur van BE-WATT;
  3° het opmaken, goedkeuren en tussentijds opvolgen van een financieel meerjarenplan voor BE-WATT in functie van de voorziene ontvangsten en uitgaven ervan en met aandacht voor het beheer van de overgedragen middelen van BE-WATT;
  4° het opmaken, goedkeuren en tussentijds opvolgen van het jaarlijks investeringsprogramma voor het beheer van BE-WATT, onder meer in functie van het financieel meerjarenplan;
  5° het jaarlijks opmaken, goedkeuren en tijdig indienen van een ontwerp van begroting rond BE-WATT en indien nodig het opmaken, goedkeuren en tijdig indienen van aanpassingen, in de loop van het begrotingsjaar, van de begroting rond BE-WATT;
  6° het goedkeuren vóór 1 maart van elk jaar van de jaarrekening en de rekening van uitvoering van de begroting van het afgelopen begrotingsjaar;
  7° het opmaken en goedkeuren van het jaarlijks verslag van de activiteiten en van de evolutie van de financiële gegevens van BE-WATT;
  8° het vastleggen en goedkeuren van de richtlijnen rond de vaststelling van de aanwervings- en selectieprocedures en de vergoeding voor prestaties en kosten van het personeel, onverminderd de toepassing van de wet- en regelgeving ter zake, evenals het voordragen aan de minister bevoegd voor Energie van de drie beste kandidaten in voorkeursvolgorde voor de functies van algemeen directeur en financieel verantwoordelijke op basis van een analyse van de resultaten van voormelde aanwervings- en selectieprocedures;
  9° het opstellen van een huishoudelijk reglement van het beheerscomité dat wordt onderworpen aan de goedkeuring van de minister bevoegd voor Energie;
  10° het uitbrengen, op eigen initiatief of op verzoek van de minister bevoegd voor Energie, van adviezen over het beheer van BE-WATT.
  § 2. Om zijn taken te vervullen beschikt het beheerscomité telkens over een voorstel geformuleerd door de algemeen directeur van BE-WATT, uitgezonderd voor de taken vermeld in paragraaf 1, 8°, die betrekking hebben op de functies van algemeen directeur en financieel verantwoordelijke van BE-WATT.

Art.4. § 1. Het beheerscomité is samengesteld uit de volgende stemgerechtigde leden:
  1° de vertegenwoordiger van de minister bevoegd voor Energie of de door de minister bevoegd voor Energie aangeduide plaatsvervanger, die optreedt als voorzitter van het beheerscomité;
  2° de vertegenwoordiger van de minister bevoegd voor Begroting, of de door de minister bevoegd voor Begroting aangeduide plaatsvervanger;
  3° de vertegenwoordiger van de minister bevoegd voor Financiën, of de door de minister bevoegd voor Financiën aangeduide plaatsvervanger;
  4° een directeur van het Federaal Agentschap van de Schuld, afgevaardigd door het Uitvoerend Comité van het Federaal Agentschap van de Schuld;
  5° de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Begroting en Beleidsevaluatie van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning of de door hem aangeduide plaatsvervanger uit de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning;
  6° de administrateur-generaal van de Algemene Administratie van de Thesaurie of de door hem aangeduide plaatsvervanger uit de Algemene Administratie van de Thesaurie;
  7° de directeur-generaal van de Algemene Directie Energie van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, of de door hem aangeduide plaatsvervanger uit deze Algemene Directie;
  8° de voorzitter van het directiecomité van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie of de door hem aangeduide plaatsvervanger uit deze FOD.
  Volgende personen kunnen de vergaderingen van het beheerscomité bijwonen:
  1° de Inspecteur van Financiën die geaccrediteerd is bij de minister bevoegd voor Begroting;
  2° de Inspecteur van Financiën die geaccrediteerd is bij de minister bevoegd voor Energie;
  3° de algemeen directeur van BE-WATT, die indien deze verhinderd is een vervanger aanduidt onder het personeel van BE-WATT;
  4° de financieel verantwoordelijke van BE-WATT, die indien deze verhinderd is een vervanger aanduidt onder het personeel van BE-WATT;
  5° de commissie, vertegenwoordigd door de voorzitter van het directiecomité van de commissie of de door hem aangeduide plaatsvervanger uit het directiecomité van de commissie.
  § 2. De stemgerechtigde leden bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, en hun stemgerechtigde plaatsvervangers worden aangeduid door de minister bevoegd voor Energie, in het geval van paragraaf 1, eerste lid, 2° en 3° op voordracht van de vertegenwoordigde minister. De leden bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 4° tot en met 8°, zetelen van rechtswege.
  Indien een lid bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, ontslag neemt, overlijdt of in de onmogelijkheid verkeert nog langer zijn mandaat uit te oefenen, wordt het onmiddellijk vervangen.
  § 3. De voorzitter van het beheerscomité wijst een secretaris en de plaatsvervanger van de secretaris aan onder de personeelsleden van BE-WATT. Bij deelname aan de vergaderingen van het beheerscomité zijn de secretaris en zijn plaatsvervanger niet stemgerechtigd en beschikken ze evenmin over een raadgevende stem.

Art.5. § 1. Het beheerscomité vergadert zo vaak als nodig en ten minste vier keer per jaar onder het voorzitterschap van de voorzitter of, bij diens afwezigheid, van zijn plaatsvervanger.
  De voorzitter of, bij diens afwezigheid, zijn plaatsvervanger roept schriftelijk minstens acht werkdagen vooraf de leden van het beheerscomité bijeen en dit ambtshalve of op verzoek. De bijeenroeping op verzoek gebeurt op initiatief van één of meer stemgerechtigde leden. De bijeenroeping vermeldt de agenda. De bijeenroeping op verzoek vermeldt de punten die de betrokken leden op de agenda plaatsen.
  Het beheerscomité kan slechts geldig beraadslagen indien alle stemgerechtigde leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
  Elk stemgerechtigd lid van het beheerscomité kan zich door een ander lid van het beheerscomité laten vertegenwoordigen.
  Bij afwezigheid en gebrek aan vertegenwoordiging van één of meerdere stemgerechtigde leden, kan het beheerscomité, na een tweede bijeenroeping, geldig beraadslagen mits een meerderheid van de stemgerechtigde leden aanwezig of vertegenwoordigd is.
  De beslissingen van het beheerscomité worden bij gewone meerderheid van stemmen genomen en in overeenstemming met de verplichtingen om het advies van de commissie in te winnen, zoals bepaald in artikel 9. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
  Elk stemgerechtigd lid van het beheerscomité geeft zijn belangen aan die kunnen conflicteren met de belangen van BE-WATT en onthoudt zich bij elke beraadslaging en stemming waar deze belangen betrekking op hebben.
  Van de beraadslagingen van het beheerscomité worden notulen opgesteld door de secretaris die door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend.
  § 2. Op vraag van één van de leden van het beheerscomité kan de voorzitter andere personen uitnodigen op de vergaderingen van het beheerscomité om advies of verslag uit te brengen omtrent een agendapunt.
  De uitgenodigde personen zijn niet-stemgerechtigd.
  § 3. De leden van het beheerscomité nemen hun ambt kosteloos waar.

Afdeling 2. - Functies rond het bestuur en de opdrachten van BE-WATT
Art.6. § 1. De algemeen directeur van BE-WATT, de leidend ambtenaar, is belast met:
  1° het bestuur van BE-WATT overeenkomstig de door het beheerscomité vastgelegde beleids- en richtlijnen;
  2° de taken die overeenkomstig de regels die op de administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie van toepassing zijn, toekomen aan de ordonnateur en de leidinggevende van de dienst, zoals verder gepreciseerd in hoofdstuk 4;
  3° het uitoefenen van de bevoegdheden inzake overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen of diensten alsook het aangaan van diverse financiële verbintenissen en het goedkeuren van de hieruit voortvloeiende uitgaven en dit binnen de drempels vastgelegd door de minister bevoegd voor Energie;
  4° het voorbereiden van de voorstellen in het kader van de taken van het beheerscomité, zoals bepaald in artikel 3, § 2, en van de ontwerpen van beslissingen van de minister bevoegd voor Energie, bedoeld in paragraaf 4.
  5° het uitvoeren van het BE-WATT takenpakket overeenkomstig de door het beheerscomité vastgelegde richtlijnen op het vlak van beleid en organisatie;
  6° het vertegenwoordigen van de Staat als aandeelhouder van de gezamenlijke vennootschap overeenkomstig de richtlijnen vastgelegd door het beheerscomité;
  7° het verifiëren en valideren van de informatie, de parameters en de berekeningen die worden medegedeeld aan BE-WATT door de begunstigden van het ondersteuningsmechanisme rond de LTO-eenheden.
  De algemeen directeur handelt in overeenstemming met de verplichtingen om het advies van de commissie in te winnen, zoals bepaald in artikel 9.
  § 2. De algemeen directeur kan, op zijn verantwoordelijkheid en met respect voor de regels die op de administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie van toepassing zijn, bepaalde taken bedoeld in paragraaf 1, overdragen aan een ambtenaar binnen BE-WATT.
  § 3. In geval van afwezigheid of verhinderd zijn van de algemeen directeur, worden de taken bedoeld in paragraaf 1 met respect voor de regels die op de administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie van toepassing zijn, overgedragen aan een ambtenaar binnen BE-WATT, die aangewezen wordt door de algemeen directeur.
  § 4. De minister bevoegd voor Energie beslist steeds rond:
  1° het verwerven en het betalen van de aandelen in de gezamenlijke vennootschap;
  2° het stopzetten en het ontbinden van de gezamenlijke vennootschap;
  3° het financieren van de gezamenlijke vennootschap in uitvoering van de aandeelhoudersrol, onder meer via werkkapitaal of leningen, wanneer deze financiering 50.000.000,00 euro overstijgt;
  4° de kandidaten die voorgedragen worden voor de functies in de gezamenlijke vennootschap en hun ontslag;
  5° het zetten van stappen die impliceren dat het ondersteuningsmechanisme rond één of beide LTO-eenheden stopgezet wordt of te heronderhandelen is;
  6° de ontmanteling van de LTO-eenheden;
  7° de beslissingen in het kader van het ondersteuningsmechanisme vermeld in artikel 3, § 2, 4°, van de BE-WATT wet die door het besluit vastgesteld in uitvoering van artikel 6/3, § 3, van de Elektriciteitswet toegewezen zijn aan de minister bevoegd voor Energie, overeenkomstig dit besluit, en in voorkomend geval, gezamenlijk met de minister bevoegd voor Mariene milieu en Mariene ruimtelijke planning;
  8° het initiëren of beëindigen van een gerechtelijk geschil in het kader van de uitvoering van de ondersteuningsmechanismes vermeld in artikel 3, § 2, 2° en 4°, van de BE-WATT wet;
  9° de beslissingen in het kader van de uitvoering van het BE-WATT takenpakket die direct of indirect betrekking hebben op een bedrag dat 50.000.000,00 euro overstijgt;
  10° de beslissingen in het kader van de uitvoering van het BE-WATT takenpakket die direct of indirect de beschikbare kasmiddelen van BE-WATT doen overschrijden of dreigen te doen overschrijden;
  11° de beslissingen tot het afsluiten van stroomafnameovereenkomsten in het kader van artikel 3, § 2, 5°, van de BE-WATT wet die betrekking hebben op een jaarlijks volume van meer dan één terawattuur elektriciteit van de productie-eenheden die de ondersteuningsmechanismes genieten binnen het BE-WATT takenpakket of van stroomafnameovereenkomsten die betrekking hebben op een elektriciteitsafname van meer dan vijf procent van het cumulatief netto ontwikkelbare vermogen van voormelde productie-eenheden;
  12° het bevestigen, het opheffen of het intrekken van de beslissingen van het beheerscomité, de algemeen directeur of zijn plaatsvervanger waartegen een lid van het beheerscomité vermeld in artikel 4, § 1, lid 1, 1° tot en met 3°, bezwaar aantekende door middel van een schrijven gericht aan de minister bevoegd voor Energie, waarbij dit bezwaar dient ingesteld te worden binnen de vijf werkdagen na de beslissing en een schorsende werking heeft ten aanzien van de beslissing.
  De beslissingen vermeld in het eerste lid, 1°, 2°, 4°, 5° en 6°, neemt de minister bevoegd voor Energie bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad.
  De minister bevoegd voor Energie kan, na overleg in de Ministerraad, de beslissingen vermeld in het eerste lid aanvullen.
  De beslissingen vermeld in het eerste lid worden steeds genomen in overeenstemming met de verplichtingen om het advies van de commissie in te winnen, zoals bepaald in artikel 9.

Afdeling 3. - Functies rond het financieel en budgettair beheer van BE-WATT
Art.7. BE-WATT beschikt over boekhouders en een financieel verantwoordelijke evenals over een rekenplichtige, die instaan voor het vervullen van de taken van financieel en budgettair beheer rond BE-WATT, overeenkomstig de regels die op de administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie van toepassing zijn en zoals verder gepreciseerd in hoofdstuk 4.

Afdeling 4. - Personeel
Art.8. Het personeel van BE-WATT wordt aangeworven ten laste van de begroting van BE-WATT.

Afdeling 5. - Adviezen van de commissie
Art.9. § 1. De volgende beslissingen rond de uitvoering van het BE-WATT takenpakket zijn onderworpen aan het voorafgaand eensluidend advies van de commissie:
  1° de beslissingen met betrekking tot de uitbatings- en onderhoudskosten en -budgetten van de LTO-eenheden en met betrekking tot de studie- en investeringskosten en -budgetten voor de LTO-eenheden en andere werken;
  2° de beslissingen met betrekking tot de financiële modellen en de parameters die bepalend zijn voor het ondersteuningsmechanisme rond de LTO-eenheden.
  § 2. De volgende beslissingen rond de uitvoering van het BE-WATT takenpakket zijn onderworpen aan het voorafgaand advies van de commissie:
  1° de beslissingen met betrekking tot de marktreferentieprijs, de organisatie van de markt en de biedings- en onbalansstrategie in verband met de LTO-eenheden;
  2° de beslissingen in uitvoering van artikel 3, § 2, 5°, van de BE-WATT wet.
  § 3. Het beheerscomité en de algemeen directeur zijn bevoegd om de commissie een facultatief advies te vragen rond de uitvoering van het BE-WATT takenpakket.
  § 4. De commissie kan op eigen initiatief adviezen formuleren rond de uitvoering van het BE-WATT takenpakket.
  § 5. Onverminderd de bepalingen van het besluit vastgesteld in uitvoering van artikel 6/3, § 3, van de Elektriciteitswet ontvangt de commissie de nodige informatie voor het verstrekken van de adviezen vermeld in de paragrafen 1 en 2 uiterlijk twee werkdagen volgend op het feit dat de relevante termijn rond de uitvoering van het BE-WATT takenpakket doet lopen en verstrekt de commissie haar advies uiterlijk twee werkdagen voor het einde van deze termijn of, indien het gaat om een advies rond een in Ministerraad te overleggen beslissing, uiterlijk zeven werkdagen voor de laatste Ministerraad voorafgaand aan het einde van deze termijn.
  Indien het advies niet tijdig wordt meegedeeld, wordt het geacht ongunstig te zijn.

HOOFDSTUK 4. - Financieel en budgettair beheer
Afdeling 1. - Algemene bepalingen
Art.10. De bezoldigingen, de werkingskosten van BE-WATT, de investeringen en de uitgaven in het kader van de uitvoering van het BE-WATT takenpakket worden gedragen door de begroting van BE-WATT.

Afdeling 2. - Uitvoering van het financieel en budgettair beheer
Art.11. De begroting van BE-WATT wordt beheerd door de algemeen directeur, in overleg met de rekenplichtige van BE-WATT, onder het gezag van het beheerscomité, met naleving van de regels die op de administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie van toepassing zijn.

Art.12. De rekenplichtige is belast met:
  1° de inning van de vastgestelde ontvangsten;
  2° de inning van de eventuele giften en legaten;
  3° de uitvoering van de betalingen;
  4° het beheer en de bewaring van de fondsen en waarden;
  5° de opmaak en de bewaring van de documenten bedoeld in de artikelen 81 en 82 van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat;
  6° de periodieke opmaak van een inventaris van het vermogen.

Afdeling 3. - Controle
Art.13. BE-WATT is onderworpen aan de controle van de minister bevoegd voor Energie en de Inspecteur van Financiën die geaccrediteerd is bij deze minister.

HOOFDSTUK 5. - Overgangs- en slotbepalingen
Art.14. Tot het moment waarop het beheerscomité samengesteld is en de functies binnen BE-WATT bezet zijn die minimaal vereist zijn overeenkomstig de regels rond administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie, verzekert de minister bevoegd voor Energie, als primaire ordonnateur van BE-WATT, de besluitvorming rond het BE-WATT takenpakket, in overeenstemming met de artikelen 6 en 9, evenals de uitvoering van dit takenpakket.

Art.15. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 16. De minister bevoegd voor Energie is belast met de uitvoering van dit besluit.