Artikels:
Artikel 1. Aan de indieners, hierna begunstigden genoemd, wordt een subsidie gegeven met als doelstelling de uitvoering van het project zoals beschreven in hun aanvraagdossier en ingediend in het kader van de Gerichte Oproep Ecodesign.
Art.2. De subsidies voor de projecten, vermeld in artikel 5, worden aangerekend op basisallocatie QBX 3QC097 3300 (begrotingsartikel QBX-3QCE2JA-WT) voor het begrotingsjaar 2024 voor een maximaalbedrag van 2.000.000 euro. Hierbij zal, gezien de verkiezingsperiode, rekening gehouden worden met de 7/12e regel.
| De opdracht wordt aangerekend op de OVAM-begroting: |
| Begrotingsartikel | QBX-3QCE2JA-WT |
| Begrotingsartikel omschrijving | Dematerialiseren en het sluiten van materiaalkringlopen |
| Decretaal VAK begrotingsartikel (in euro) | 5.485.000 |
| Actueel VAK begrotingsartikel (in euro) | 10.000 |
| Actueel VAK begrotingsartikel (in euro) na goedkeuring van dit dossier | 2.010.000 |
| Basisallocatie | QBX 3QC097 3300 |
| Basisallocatie omschrijving | SUBSIDIES IN HET KADER VAN CIRCULAIRE ECONOMIE |
| Decretaal VAK basisallocatie (in euro) | 2.000.000 |
| Actueel VAK basisallocatie (in euro) | 0 |
| Actueel VAK basisallocatie (in euro) na goedkeuring van dit dossier | 2.000.000 |
| Er is geen vrijstelling van toepassing voor deze opdracht m.b.t. 7/12den bewaking begrotingsuitvoering. |
Art.3. De subsidie, vermeld in artikel 1, wordt gegeven onder volgende voorwaarden:
1° de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake overheidsopdrachten naleven, zoals bepaald in de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en haar uitvoeringsbesluiten van 14 januari 2013 en 18 april 2017 ;
2° de voorwaarden en vragen tot rapportering respecteren, zoals omschreven in de informatiebrochure.
Art.4. De subsidie, vermeld in artikel 1, mag alleen aangewend worden voor de uitvoering van het project zoals beschreven in het aanvraagdossier.
De uitvoeringsperiode van het project loopt van 1 december 2024 tot en met 31 december 2026.
Uitsluitend kosten gemaakt binnen de uitvoeringsperiode van dit project komen in aanmerking als terugbetaalbare kosten. Kosten die hierna gemaakt worden, kunnen niet in aanmerking genomen worden als terugbetaalbare kosten.
Art.5. De subsidie, vermeld in artikel 1, wordt als volgt verdeeld:
De subsidie per consortium kan maximaal 100.000 euro bedragen en bedraagt maximaal 80% van de projectkosten.
Art.6. § 1. De subsidie, vermeld in artikel 5, wordt gestort op het rekeningnummer van de begunstigde en dit overeenkomstig de volgende modaliteiten:
- een voorschot ten belope van 40% van de maximale subsidie wordt betaald na ondertekening van dit besluit;
- halverwege de looptijd van het project en na goedkeuring door Vlaanderen Circulair van het tussentijds inhoudelijk rapport wordt een 2e schijf van 40% uitbetaald;
- het saldo, dat niet hoger kan zijn dan het verschil tussen de uitgekeerde voorschotten en 80% van de totale aanvaarde kosten, wordt vereffend na oplevering en goedkeuring door Vlaanderen Circulair van een eindverslag op basis waarvan de definitieve afrekening gebeurt. Het verslag bestaat uit een inhoudelijk en financieel luik. Het verslag en de financiële verantwoordingsstukken worden ingediend uiterlijk op 28 februari 2027.
§ 2. De begunstigde maakt de in de eerste paragraaf voorgeschreven documenten over aan Vlaanderen Circulair/OVAM, Stationsstraat 110, 2800 Mechelen. De definitief verschuldigde subsidie, met een maximum, vermeld in artikel 5, zal worden bepaald op basis van het ingediende eindrapport en in functie van de bewezen en niet door inkomsten of andere financieringen gedekte uitgaven.
Art.7. De begunstigde is verplicht de via voorschot eventueel te veel betaalde som, zonder ingebrekestelling, op eenvoudig verzoek van Vlaanderen Circulair/OVAM terug te storten.
Art.8. De controle op de aanwending van de subsidie zal worden uitgeoefend door Vlaanderen Circulair/OVAM na een controle van de ingediende kosten. Indien uit deze controle blijkt dat de subsidie niet wordt aangewend voor de activiteiten zoals beschreven in dit besluit, zal de begunstigde op eenvoudig verzoek het betwiste gedeelte terugbetalen.
Art. 9. De minister bevoegd voor Omgeving is belast met de uitvoering van dit besluit.