15 MEI 2024. - Wet houdende bepalingen inzake de taalvereisten met betrekking tot de korpschefs, hoofdgriffiers en hoofdsecretarissen te Brussel en de aanwijzing van de procureur des Konings te Brussel, de arbeidsauditeur te Brussel, de adjunct-procureurs des Konings te Brussel en de adjunct-arbeidsauditeurs te Brussel
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken
Art. 2-10
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het Gerechtelijk Wetboek
Art. 11-21
HOOFDSTUK 4. - Wijziging van de wet van 3 april 1953 betreffende de rechterlijke inrichting
Art. 22
HOOFDSTUK 5. - Opheffingsbepalingen
Art. 23-26
HOOFDSTUK 6. - Overgangsbepalingen
Art. 27-31
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken
Art.2. In artikel 43 van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 15 april 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° paragraaf 4 wordt vervangen als volgt:
" § 4. In het gerechtelijk arrondissement Brussel moeten, onverminderd paragraaf 3, de werkende en plaatsvervangende vrederechters het bewijs leveren van een grondige kennis van de andere taal, overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, vierde lid.
De korpschefs van de Nederlandstalige en Franstalige rechtbanken te Brussel, de procureur des Konings te Brussel en de arbeidsauditeur te Brussel moeten het bewijs leveren van een functionele kennis van de andere taal, overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, derde lid.
De procureur des Konings te Brussel en de arbeidsauditeur te Brussel moeten tot een verschillende taalrol behoren.
Bovendien moeten de opeenvolgende procureurs des Konings te Brussel en de opeenvolgende arbeidsauditeurs te Brussel, luidens hun diploma, tot een verschillende taalrol behoren.
De adjunct-procureurs des Konings te Brussel en de adjunct-arbeidsauditeurs te Brussel moeten het bewijs leveren van een functionele kennis van de andere taal, overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, derde lid.";
2° in paragraaf 4ter worden de woorden "grondige kennis van het Frans aantonen overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, vierde lid" telkens vervangen door de woorden "functionele kennis van het Frans aantonen overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, derde lid".
Art.3. In artikel 43bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 10 oktober 1967 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 23 december 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 3 wordt voor het eerste lid een lid ingevoegd, luidende:
"Niemand kan tot eerste voorzitter van het hof van beroep te Brussel worden aangewezen indien hij het bewijs niet levert van de functionele kennis van de andere taal overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, derde lid.";
2° in paragraaf 4 wordt het eerste lid vervangen als volgt:
"Niemand kan tot procureur-generaal bij het hof van beroep te Brussel of tot federaal procureur worden aangewezen indien hij het bewijs niet levert van de functionele kennis van de andere taal overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, derde lid.";
3° in paragraaf 4 wordt het zevende lid vervangen als volgt:
"Onverminderd de in het eerste tot het derde lid bedoelde bepalingen moeten de procureur-generaal bij het hof van beroep te Brussel en de eerste voorzitter bij datzelfde hof, luidens hun diploma, tot een verschillende taalrol behoren.";
4° in paragraaf 6, eerste lid, worden de woorden "de kennis van de Nederlandse en de Franse taal" vervangen door de woorden "de functionele kennis van de andere taal overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, derde lid.".
Art.4. In artikel 43ter, § 3, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 10 oktober 1967 en gewijzigd bij de wetten van 23 september 1985, 22 december 1998 en 17 juli 2000, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° tussen het tweede en het derde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
"Niemand kan tot eerste voorzitter van het arbeidshof te Brussel worden aangewezen indien hij het bewijs niet levert van de functionele kennis van de andere taal overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, derde lid.";
2° het vroegere derde lid, dat het vierde lid wordt, wordt vervangen als volgt:
"De eerste voorzitter van het hof van beroep te Brussel en de eerste voorzitter van het arbeidshof te Brussel moeten tot een verschillende taalrol behoren. Bovendien moeten de opeenvolgende eerste voorzitters van het arbeidshof te Brussel, luidens hun diploma, tot een verschillende taalrol behoren.
Art.5. In artikel 43quater van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 10 oktober 1967 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 4 mei 2016, wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, luidende:
"Niemand kan tot eerste voorzitter of procureur-generaal worden aangewezen indien hij het bewijs niet levert van de functionele kennis van de andere taal overeenkomstig artikel 43quinquies, § 1, derde lid."
Art.6. In artikel 43quinquies, § 1, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 10 oktober 1967, vervangen bij de wet van 18 juli 2002 en gewijzigd bij de wetten van 27 december 2004 en 23 december 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het derde lid wordt aangevuld met de volgende zin:
"Diezelfde kennis van het eerste type wordt vereist in hoofde van de magistraten die tijdelijk de functie van korpschef uitoefenen waarvoor de kennis van de andere taal wordt vereist in het gerechtelijk arrondissement Brussel.";
2° in het vierde lid, tweede zin:
a) worden de woorden "43bis, § 4, eerste lid, en § 6," opgeheven;
b) worden de woorden "43bis, § 3, derde lid," vervangen door de woorden "43bis, § 3, vierde lid,";
c) worden de woorden "43quater, vierde lid" vervangen door de woorden "43quater, zesde lid";
3° in het vierde lid wordt de derde zin opgeheven.
Art.7. In artikel 53, § 6, vierde lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 19 juli 2012, worden de woorden "andere dan de hoofdgriffiers" vervangen door de woorden "met inbegrip van de hoofdgriffiers".
Art.8. In artikel 54, § 1, van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 20 december 1957 en gewijzigd bij de wet van 23 september 1985, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
"Niemand kan tot hoofdgriffier bij het Hof van Cassatie, het hof van beroep te Brussel of het arbeidshof te Brussel worden benoemd indien hij het bewijs niet levert van de functionele kennis van de andere taal zoals bedoeld in artikel 53, § 6, vierde lid.";
2° in het tweede lid, eerste zin, worden de woorden "Hof van verbreking" vervangen door de woorden "Hof van Cassatie";
3° in het tweede lid, tweede zin, worden de woorden "hetzij overeenkomstig de bepalingen van artikel 55 der wetten op het toekennen van de academische graden en het programma van de universitaire examens, samengeordend bij het besluit van de Regent van 31 December 1949, hetzij overeenkomstig § 4 van artikel 53" vervangen door de woorden "overeenkomstig de bepalingen van artikel 53, § 6, eerste lid".
Art.9. In artikel 54bis, tweede lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 20 december 1957, hersteld bij de wet van 19 juli 2012 en gewijzigd bij de wet van 6 januari 2014, wordt de zin "De kennis van de andere taal dan die van het getuigschrift is de kennis bedoeld in artikel 53, § 6, derde lid, wat de hoofdsecretarissen betreft, en de kennis bedoeld in artikel 53, § 6, vierde lid, voor de andere secretarissen." vervangen door de zin "De kennis van de andere taal dan die van het getuigschrift is de kennis bedoeld in artikel 53, § 6, vierde lid, voor de secretarissen en de hoofdsecretarissen."
Art.10. In artikel 54bis/1, § 1, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 23 december 2021, worden de woorden "artikel 53, § 6, derde lid" vervangen door de woorden "artikel 53, § 6, vierde lid".
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het Gerechtelijk Wetboek
Art.11. Artikel 150, § 2, 2°, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 juli 2012 en gewijzigd bij de wet van 15 april 2018, wordt vervangen als volgt:
"2° de procureur des Konings te Brussel oefent, in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, onder het gezag van de procureur-generaal te Brussel, het ambt van openbaar ministerie uit bij de arrondissementsrechtbanken, de rechtbanken van eerste aanleg, de ondernemingsrechtbanken en de politierechtbanken. Deze procureur des Konings wordt bijgestaan door twee eerste substituten, elk met als titel adjunct-procureur des Konings te Brussel. Een is Franstalig en de tweede behoort luidens zijn diploma tot een verschillende taalrol dan die van de procureur des Konings. De adjunct-procureurs des Konings te Brussel treden op onder het gezag en de leiding van de procureur des Konings te Brussel. Onverminderd de bevoegdheden die zij uitoefenen met het oog op het coördinatiecomité bedoeld in artikel 150ter, staat, wanneer de procureur des Konings te Brussel Franstalig is, een Nederlandstalige adjunct-procureur des Konings de procureur des Konings bij, in het bijzonder voor de relaties met het parket te Halle-Vilvoorde, de goede werking van de Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg, van de Nederlandstalige ondernemingsrechtbank en van de Nederlandstalige politierechtbank van het administratief arrondissement Brussel en voor de relaties met de Nederlandstalige magistratuur en het Nederlandstalig personeel van het parket te Brussel, en de Franstalige adjunct-procureur des Konings staat hem bij, in het bijzonder voor de relaties met de substituten bedoeld in artikel 43, § 5bis, eerste lid, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, de goede werking van de Franstalige rechtbank van eerste aanleg, van de Franstalige ondernemingsrechtbank en van de Franstalige politierechtbank van het administratief arrondissement Brussel en voor de relaties met de Franstalige magistratuur en het Franstalig personeel van het parket te Brussel. De aan de procureur des Konings te Brussel verbonden ambtenaren van het openbaar ministerie worden benoemd bij de Brusselse rechtbanken met als standplaats het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad."
Art.12. In artikel 150bis, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 22 december 1998 en gewijzigd bij de wetten van 18 februari 2014 en 23 december 2021, wordt de tweede zin vervangen als volgt:
"De procureur voor de verkeersveiligheid en een adjunct-procureur des Konings te Brussel die luidens zijn diploma tot een verschillende taalrol behoort dan die van de procureur des Konings te Brussel, maken deel uit van deze raad. Wanneer de beide adjunct-procureurs des Konings tot dezelfde taalrol behoren, wijst de procureur des Konings te Brussel de adjunct-procureur des Konings aan die deelneemt aan de raad."
Art.13. In artikel 150ter van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 juli 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
"Een coördinatiecomité, respectievelijk samengesteld uit de procureurs des Konings en de arbeidsauditeurs van het gerechtelijk arrondissement Brussel, de Franstalige adjunct-procureur des Konings te Brussel en de Franstalige adjunct-arbeidsauditeur te Brussel, wordt opgericht teneinde de coördinatie tussen het parket en het arbeidsauditoraat te Brussel en het parket en het arbeidsauditoraat te Halle-Vilvoorde te verzekeren. Wanneer de beide adjunct-procureurs des Konings of de beide adjunct-arbeidsauditeurs tot dezelfde taalrol behoren, wijst de procureur des Konings te Brussel of de arbeidsauditeur te Brussel de adjunct-procureur des Konings of de adjunct-arbeidsauditeur aan die deelneemt aan het comité. De beslissingen van het coördinatiecomité worden bij consensus genomen.";
2° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende:
"Het comité rapporteert jaarlijks aan de wetgevende kamers."
Art.14. Artikel 152, § 2, 2°, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 juli 2012, wordt vervangen als volgt:
"2° de arbeidsauditeur te Brussel voert in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad onder het gezag van de procureur-generaal te Brussel de opdrachten van openbaar ministerie uit bij de rechtbanken. Hij wordt bijgestaan door twee eerste substituten, elk met als titel adjunct-arbeidsauditeur te Brussel. Een is Franstalig en de tweede behoort luidens zijn diploma tot een verschillende taalrol dan die van de arbeidsauditeur. De adjunct-arbeidsauditeurs te Brussel treden op onder het gezag en de leiding van de arbeidsauditeur te Brussel.
Onverminderd de bevoegdheden die zij uitoefenen met het oog op het coördinatiecomité bedoeld in artikel 150ter, staat, wanneer de arbeidsauditeur te Brussel Franstalig is, de Nederlandstalige adjunct-arbeidsauditeur hem bij, in het bijzonder voor de relaties met het arbeidsauditoraat te Halle-Vilvoorde, de goede werking van de Nederlandstalige arbeidsrechtbank en voor de relaties met de Nederlandstalige magistratuur en het Nederlandstalig personeel van het arbeidsauditoraat te Brussel, en staat de Franstalige adjunct-arbeidsauditeur hem bij, in het bijzonder voor de relaties met de substituten bedoeld in artikel 43, § 5quater, eerste lid, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, de goede werking van de Franstalige arbeidsrechtbank te Brussel en voor de relaties met de Franstalige magistratuur en het Franstalig personeel van het arbeidsauditoraat te Brussel. De aan de arbeidsauditeur te Brussel verbonden ambtenaren van het openbaar ministerie worden benoemd bij de Brusselse rechtbanken met als standplaats het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad."
Art.15. In artikel 152bis, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 12 april 2004 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 23 december 2021, wordt de tweede zin vervangen door de volgende zinnen:
"Een adjunct-arbeidsauditeur te Brussel die luidens zijn diploma tot een verschillende taalrol behoort dan die van de arbeidsauditeur te Brussel, maakt deel uit van deze raad. Wanneer de beide adjunct-arbeidsauditeurs tot dezelfde taalrol behoren, wijst de arbeidsauditeur te Brussel de adjunct-arbeidsauditeur aan die deelneemt aan de raad."
Art.16. In artikel 185/2, § 3, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 18 februari 2014 en gewijzigd bij de wetten van 4 mei 2016 en 23 december 2021, wordt het vijfde lid vervangen als volgt:
"Bij het parket van de procureur des Konings te Brussel en bij het arbeidsauditoraat te Brussel maken de adjunct-procureur des Konings en de adjunct-arbeidsauditeur die ingevolge hun diploma tot een verschillende taalrol behoren dan die van de procureur des Konings respectievelijk die van de arbeidsauditeur, deel uit van de directiecomités. Wanneer de beide adjunct-procureurs des Konings of de beide adjunct-arbeidsauditeurs tot dezelfde taalrol behoren, wijst de procureur des Konings te Brussel of de arbeidsauditeur te Brussel de adjunct-procureur des Konings of de adjunct-arbeidsauditeur aan die deelneemt aan het comité."
Art.17. Artikel 186, § 1/1, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 26 december 2022, wordt aangevuld met een lid, luidende:
"In afwijking van het eerste lid mag de personeelsformatie van de magistraten en de griffiers van de hoven en de rechtbanken van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, met uitzondering van het Hof van Cassatie, niet kleiner zijn dan de personeelsformatie bepaald in onderstaande tabel."
Kamer-voor-zitters | Raads-heren | Advo-caten-gene-raal | Substituten procureur- generaal/ Substituten- generaal | Grif-fiers | Présidents de chambre | Conseillers | Avocats généraux | Substituts du procureur général/ Substituts généraux | Greffiers | ||
Hof van beroep | 16 | 45 | 13 | 14 | 37 | Cour d'appel | 16 | 45 | 13 | 14 | 37 |
Arbeids- hof | 3 | 7 | 3 | 2 | 12 | Cour du travail | 3 | 7 | 3 | 2 | 12 |
Rechters | Substituten | Griffiers | Juges | Substituts | Greffiers | ||
Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg | 41 | 19 | 49 | Tribunal de première instance néerlandophone | 41 | 19 | 49 |
Franstalige rechtbank van eerste aanleg | 122 | 95 | 134 | Tribunal de première instance francophone | 122 | 95 | 134 |
Nederlandstalige arbeidsrechtbank | 9 | 3 | 14 | Tribunal du travail néerlandophone | 9 | 3 | 14 |
Franstalige arbeidsrechtbank | 22 | 15 | 30 | Tribunal du travail francophone | 22 | 15 | 30 |
Nederlandstalige ondernemingsrechtbank | 11 | 13 | Tribunal de l'entreprise néerlandophone | 11 | 13 | ||
Franstalige ondernemingsrechtbank | 14 | 19 | Tribunal de l'entreprise francophone | 14 | 19 | ||
Nederlandstalige politierechtbank | 3 | 4 | Tribunal de police néerlandophone | 3 | 4 | ||
Franstalige politierechtbank | 11 | 15 | Tribunal de police francophone | 11 | 15 |