15 APRIL 2024. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de wijze van gegevensoverdracht van de Commissies voor juridische eerstelijnsbijstand naar de administratie, ter uitvoering van artikel 41 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 oktober 2021 over de juridische eerstelijnsbijstand
Art. 1-5
Artikel 1. De jaarlijks verkregen gegevens, als vermeld in artikel 41, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 oktober 2021 over de juridische eerstelijnsbijstand, worden door de commissie voor juridische eerstelijnsbijstand aangeleverd in de vorm van absolute getallen.
De absolute getallen worden beschouwd als gecodeerde persoonsgegevens, vermeld in artikel 2, 5°, van het decreet van 26 april 2019 houdende de justitiehuizen en de juridische eerstelijnsbijstand.
Art.2. De volgende gegevens worden aan de administratie bezorgd:
1° het aantal vragen van een burger aan een advocaat van de juridische eerstelijnsbijstand, die het afgelopen jaar zijn behandeld:
a) via telefonische weg;
b) in persoon;
c) via elektronische weg.
2° het aantal vragen van een burger aan een advocaat van de juridische eerstelijnsbijstand, die het afgelopen jaar niet zijn behandeld:
a) via telefonische weg;
b) in persoon;
c) via elektronische weg.
De gegevens, vermeld in het eerste lid, 2°, worden alleen bezorgd als de commissie voor juridische eerstelijnsbijstand erover beschikt.
Art.3. § 1. De volgende gegevens worden aan de administratie bezorgd:
1° de leeftijd van de gebruikers:
a) jonger dan achttien jaar;
b) tussen de achttien en veertig jaar;
c) tussen de eenenveertig en zestig jaar;
d) boven de eenenzestig jaar;
2° het geslacht van de gebruikers:
a) de gebruikers van het mannelijke geslacht;
b) de gebruikers van het vrouwelijke geslacht;
c) de gebruikers die zich niet met het mannelijke of vrouwelijke geslacht identificeren, en aangeduid worden als `X';
3° de nationaliteit van de gebruikers:
a) de gebruikers met de Belgische nationaliteit;
b) de gebruikers met een nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie, maar die geen Belg zijn;
c) de gebruikers met een andere nationaliteit dan de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie;
4° de gezinssituatie van de gebruikers:
a) de gebruikers die gehuwd zijn;
b) de gebruikers die wettelijk samenwonend zijn;
c) de gebruikers die ongehuwd zijn;
d) de gebruikers die weduwnaar of weduwe zijn;
5° het probleemdomein waarop de vraag van de burger betrekking heeft:
a) de vragen over het familierecht;
b) de vragen over het strafrecht;
c) de vragen over het domein `bescherming persoon van de geestesziekte';
d) de vragen over het goederenrecht;
e) de vragen over het jeugdrecht;
f) de vragen over het grondwettelijk recht;
g) de vragen over de burgerlijke aansprakelijkheid;
h) de vragen over het publiekrecht;
i) de vragen over het domein `commerciële aangelegenheden';
j) de vragen over het vreemdelingenrecht;
k) de vragen over het wegverkeerrecht;
l) de vragen over het sociaal recht;
m) de vragen over het fiscaal recht;
n) de vragen over het domein 'schuldenregeling';
o) de vragen over seksueel geweld;
p) de vragen over een ander domein.
§ 2. De volgende gegevens over de instanties die de gebruiker hebben verwezen naar de juridische eerstelijnsbijstand, worden aan de administratie bezorgd:
1° de gebruikers die zijn doorverwezen door:
a) een Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn;
b) een Centrum voor Algemeen Welzijnswerk;
c) een ziekenfonds;
d) een andere organisatie die werkt met kwetsbare personen;
2° de gebruikers die zijn doorverwezen door een andere instantie;
3° de gebruikers die niet zijn doorverwezen.
§ 3. De volgende gegevens over de instanties waar de juridische eerstelijnsbijstand de gebruikers naar verwezen heeft, worden aan de administratie bezorgd:
1° de gebruikers die zijn doorverwezen naar een advocaat;
2° de gebruikers die zijn doorverwezen naar een bureau voor juridische bijstand;
3° de gebruikers die zijn doorverwezen naar een hulp- en dienstverleningsinstantie;
4° de gebruikers die niet zijn doorverwezen.
Art.4. De administratie voorziet in een sjabloon voor het inhoudelijk verslag, vermeld in artikel 40, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 oktober 2021 over de juridische eerstelijnsbijstand, waarin de gegevens, vermeld in artikelen 2 en 3 van dit besluit, worden opgenomen.
Art. 5. De administratie bewaart de gegevens gedurende een termijn van tien jaar, vanaf de datum waarop de administratie het inhoudelijk verslag ontvangt.