25 JANUARI 2024. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot uitvoering van het Wetboek van het basis- en secundair onderwijs met betrekking tot de Netoverschrijdend Kamer van Beroep bevoegd voor beslissingen om leerlingen in de gemeenschappelijke kern te behouden en beslissingen om het basisstudiegetuigschrift niet toe te kennen
HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Algemene werking van de kamer van beroep
Art. 2-6
HOOFDSTUK 3. - Werking van de kamer van beroep bij het behandelen van beroepen tegen beslissingen tot weigering van het basisstudiegetuigschrift
Art. 7-9
HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art. 10-13
HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
1° Kamer van Beroep: de netoverschrijdend kamer van beroep bevoegd voor beslissingen tot het behoud van een student in een jaar van de gemeenschappelijke kern en beslissingen tot weigering van het basisstudiegetuigschrift, zoals bedoeld in artikel 2.3. 41 van het Wetboek;
2° Wetboek: het Wetboek van het basis- en secundair onderwijs;
3° Werkdag: elke dag van de week behalve zaterdag, zondag en feestdagen;
4° Ouder: de ouder zoals gedefinieerd in artikel 1.3.1-1, 45°, van het Wetboek.
HOOFDSTUK 2. - Algemene werking van de kamer van beroep
Art.2. De Kamer van Beroep is ondergebracht bij de Algemene Administratie Onderwijs, Algemene Directie Leerplichtonderwijs. Het secretariaat wordt verzorgd door personeel van de Algemene Directie Leerplichtonderwijs.
Vergaderingen van de Kamer van Beroep worden gehouden op het hoofdkantoor van de Algemene Directie Leerplichtonderwijs of op een andere plaats die in de oproeping is vermeld. Ze kunnen ook per videoconferentie worden gehouden.
Art.3. De voorzitter bepaalt de dagorde en de volgorde van de werkzaamheden van de Kamer van beroep.
Het secretariaat stuurt de oproepingen ten minste zeven werkdagen voor de vergadering elektronisch naar de leden. De convocaties vermelden de agenda en bevatten alle informatie die relevant is voor de vergadering. De Kamer van beroep mag alleen beraadslagen over de agendapunten.
Niettegenstaande het vorige lid kan de voorzitter in dringende gevallen de termijn verkorten tot twee werkdagen.
Art.4. § 1. Voor zover dit begrip op hen van toepassing is, worden de leden van de kamer van beroep geacht in actieve dienst te zijn wanneer zij zitting hebben in de kamer van beroep.
§ 2 De leden van de Kamer van Beroep bedoeld in artikel 2.3.4-2, § 1, eerste lid, 3° tot 6°, van het Wetboek hebben recht op de terugbetaling van hun verplaatsingskosten onder de voorwaarden die van toepassing zijn op de personeelsleden van het Ministerie van de Franse Gemeenschap.
§ 3 De leden van de Kamer van Beroep bedoeld in artikel 2.3.4-2, § 1, paragraaf 1, 3° tot 6°, van het Wetboek ontvangen een vergoeding van 104,89 euro bruto per aanwezigheidsdag en 52,44 euro per halve aanwezigheidsdag. Deze bedragen zijn gekoppeld aan de spilindex 138,01.
Een hele dag duurt minimaal zes uur. Een halve dag duurt minimaal drie uur.
Als het werkend lid wordt vervangen door zijn plaatsvervanger, wordt de vergoeding betaald aan de plaatsvervanger.
Art.5. De Kamer van Beroep stelt een huishoudelijk reglement op dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de minister die verantwoordelijk is voor het leerplichtonderwijs. Het huishoudelijk reglement vermeldt minstens de noodzaak om de vertrouwelijkheid van de debatten te respecteren, de mogelijkheid om personen uit te nodigen en de noodzaak voor de leden van de Kamer van Beroep om spontaan op te zeggen wanneer ze zich in een van de situaties bevinden die zijn voorzien in artikel 2.3.4-3, § 1, lid 5, van het Wetboek.
Art.6. Elk jaar stelt de Kamer van Beroep een verslag op over haar activiteiten, dat ze naar de Algemene Directie Leerplichtonderwijs en de minister die verantwoordelijk is voor onderwijs stuurt.
HOOFDSTUK 3. - Werking van de kamer van beroep bij het behandelen van beroepen tegen beslissingen tot weigering van het basisstudiegetuigschrift
Art.7. De Kamer van Beroep toetst eerst de ontvankelijkheid van het ingestelde beroep aan de voorwaarden van artikel 32 van het decreet van 2 juni 2006 betreffende de externe evaluatie van de leerprestaties van leerlingen in het leerplichtonderwijs.
Art.8. § 1. De ouders van een leerling aan wie aan het einde van het basisonderwijs een getuigschrift van basisstudie wordt geweigerd, kunnen tot de vrijdag van de eerste week van de zomervakantie tegen deze weigering beroep aantekenen bij de Kamer van Beroep. Een kopie van het beroepschrift wordt door de appellant op dezelfde dag, eveneens aangetekend, aan de directeur van de betrokken school bezorgd.
Het beroepschrift bevat een gedetailleerde uiteenzetting van de gronden waarop het is gebaseerd. Het gaat samen met elk document waarvan de appellant meent dat het de kamer van beroep duidelijkheid kan verschaffen.
§ 2 Het beroep wordt per aangetekende post verzonden naar de regeringsdiensten die verantwoordelijk zijn voor het secretariaat van de Kamer van beroep.
De voorzitter van de Kamer van Beroep stuurt op dezelfde dag een kopie van het beroep naar de inspecteur bedoeld in artikel 2.3.2-7, § 1, tweede lid, 1°, van het Wetboek.
De inspecteur en de directeur van de betrokken school mogen de voorzitter van de kamer van beroep elk document voorleggen dat de kamer van beroep kan verduidelijken.
De Kamer van Beroep gelast de inspecteur bedoeld in artikel 2.3.2-7, § 1, alinea 2, 1°, van het Wetboek en de directeur van de betrokken school om haar alle documenten voor te leggen die nuttig zijn voor haar beslissing, inzonderheid de protocollen van de betrokken leerling voor de gemeenschappelijke externe proef. De Kamer van Beroep kan elke persoon horen die zij nuttig acht. Zij kan zich laten bijstaan door deskundigen van haar keuze.
Art.9. De Kamer van Beroep deelt haar beslissing in tweevoud via de voorzitter of zijn plaatsvervanger mee aan de administrateur-generaal van de Algemene Onderwijsadministratie, die onmiddellijk één exemplaar per aangetekende post en elektronisch naar de schoolleiding en één exemplaar naar de ouders van de leerling stuurt.
De Commissie van Beroep doet uiterlijk op vrijdag van de voorlaatste week van de zomervakantie uitspraak over beslissingen om een basisdiploma te weigeren.
HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art.10. Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 25 mei 2007 betreffende de organisatie en de werking van de Kamer van Beroep tegen beslissingen tot weigering van het basisstudiegetuigschrift wordt opgeheven.
Art.11. Artikel 9 treedt in werking op 1 oktober 2025.
Art.12. Met uitzondering van de bepaling waarvan de inwerkingtreding is vastgesteld in artikel 12, treedt dit besluit in werking op 1 februari 2024.
Art. 13. De minister van Leerplichtonderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.