18 JANUARI 2024. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de nadere regels voor de werking van de examencommissie bedoeld in artikel 70, 6°, van het decreet van 10 januari 2019 betreffende de algemene inspectiedienst en in artikel 44, 5°, van het decreet van 13 september 2018 tot oprichting van de Algemene sturingsdienst voor de scholen en psycho-medisch-sociale centra en tot bepaling van het statuut van de zonedirecteurs en afgevaardigden voor de doelstellingenovereenkomst
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Samenstelling van de examencommissie
Art. 2
HOOFDSTUK 3. - Nadere regels voor de werking van de examencommissie
Art. 3-11
HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art. 12-13
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° " het decreet SGI " : het decreet van 10 januari 2019 betreffende de algemene inspectiedienst ;
2° " het decreet DCO/DZ " : het decreet van 13 september 2018 tot oprichting van de Algemene sturingsdienst voor de scholen en psycho-medisch-sociale centra en tot bepaling van het statuut van de zonedirecteurs en afgevaardigden voor de doelstellingenovereenkomst;
3° " de examencommissie " : de examencommissie bedoeld in artikel 70, 6°, van het decreet SGI en in artikel 44, 5°, van het decreet DCO/DZ ;
4° " De Minister " : de Minister(s) belast met de inspectie van het onderwijs en de sturing van scholen en psycho-medisch-sociale centra;
5° " de opleiding " : de opleiding voor het personeelsbeheer georganiseerd door de "Ecole d'Administration publique" (School voor overheidsbestuur);
6° " de kandidaat " : de kandidaat of de persoon die een mandaat heeft voor de functie van coördinerend afgevaardigde of de functie van coördinerend inspecteur-generaal, of de functie van algemeen inspecteur van het onderwijs van het pedagogisch continuüm of de functie van algemeen inspecteur van het secundair doorstromings- en kwalificatieonderwijs.
HOOFDSTUK 2. - Samenstelling van de examencommissie
Art.2. § 1. De examencommissie bestaat uit vier personen aangesteld door de Regering onder de leden van de Selectie- en evaluatiecommissie bedoeld in artikel 72, § 1, van het decreet SGI en in artikel 46, § 1, van het decreet DCO/DZ en onder de deskundigen die de opleiding hebben gegeven of hebben bijgedragen aan het ontwerp van de opleiding, waaronder :
1° de Directeur-generaal van de Algemene Directie sturing van het opvoedingssysteem die voorzit;
2° een lid onder de ambtenaren-generaal van de diensten van de regering, houders van een graad van ten minste rang 16;
3° een deskundige lid gekozen onder de deskundige leden van de Commissie bedoeld in artikel 72, § 3, 3°, van het decreet SGI en 46, § 3, 3°, van het decreet DCO/DZ ;
4° een deskundige lid dat de opleiding heeft gegeven of bijgedragen heeft aan het ontwerp van de opleiding.
§ 2. Het secretariaat van de examencommissie wordt waargenomen door de Algemene Directie Sturing van het opvoedingssysteem.
§ 3. Voor elk werkend lid wordt een plaatsvervangend lid gekozen volgens dezelfde nadere regels, en in het geval van een ambtenaar-generaal, volgens dezelfde rang, als het werkend lid dat hij vervangt.
De voorzitter wordt vervangen door een ambtenaar-generaal van de Algemene Administratie Onderwijs.
HOOFDSTUK 3. - Nadere regels voor de werking van de examencommissie
Art.3. § 1. Na de opleiding worden de kandidaten door de examencommissie gehoord. De hoorzitting bestaat uit een gesprek vóór de leden van de examencommissie, waarin de kandidaat een synthetisch geschreven dossier van maximaal 40.000 karakters verdedigt waarin hij een reëel geval analyseert, in verband met de tijdens de opleiding ontwikkelde vaardigheden en die getuigen van zijn bekwaamheid in het personeelsbeheer.
De tijd besteed aan de mondelinge verdediging van het schriftelijke dossier bedraagt maximaal 20 minuten per kandidaat. Er wordt maximaal 30 minuten tijd besteed aan de vragen van de examencommissie.
Kandidaten kunnen hun presentatie begeleiden met een materiaal, met name met behulp van presentatiesoftware. Dit materiaal wordt niet geëvalueerd.
§ 2. Als de gezondheidsvoorschriften dat vereisen, kan de hoorzitting persoonlijk worden gehouden, of per videoconferentie of door een combinatie van persoonlijk contact en videoconferentie.
De verschillende kandidaten worden in alfabetische volgorde afzonderlijk door de examencommissie gehoord.
De vertegenwoordigers van de vakbonden mogen het interview uitsluitend als waarnemers bijwonen.
De leden van de examencommissie en de waarnemers van de vakbonden zijn gehouden tot de grootste discretie met betrekking tot het verloop en de inhoud van het interview.
Art.4. De kandidaten sturen hun schriftelijk dossier aan de examencommissie binnen drie weken na afloop van de opleiding via het secretariaat van de examencommissie.
De voorzitter van de examencommissie nodigt de kandidaten uit voor het interview, per e-mail met ontvangstbevestiging ten minste 10 werkdagen vóór de vastgestelde datum.
Art.5. De examencommissie wordt bijeengeroepen door de voorzitter, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van de minister of op verzoek van de "Ecole d'Administration publique" (School voor overheidsbestuur).
De uitnodigingen worden ten minste vijf werkdagen vóór de datum van de vergadering verzonden naar de werkende en plaatsvervangende leden. Ze vermelden de agenda.
Art.6. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt de examencommissie voorgezeten door zijn plaatsvervanger of, bij afwezigheid van de plaatsvervanger, door een lid dat ambtenaar-generaal is binnen de Algemene Administratie Onderwijs.
De examencommissie is geldig samengesteld op voorwaarde dat één van haar leden ambtenaar-generaal is binnen de Algemene Administratie Onderwijs.
Art.7. § 1. De plaatsvervangende leden nemen alleen zitting indien de werkende leden verhinderd zijn wegens overmacht, vereisten van de dienst of een mogelijk belangenconflict, inzonderheid in de in paragraaf 2 bedoelde gevallen.
§ 2. Een lid van de Commissie mag niet deelnemen aan de beraadslagingen over een kandidaat van wie hij of zij echtgenoot, samenwonende partner, bloedverwant of aanverwant tot en met de vierde graad is of als er een belangenconflict is met de kandidaat.
Art.8. De examencommissie kan deskundigen uitnodigen om aan haar vergaderingen deel te nemen.
De uitgenodigde deskundigen komen alleen tussen om de vragen van de leden te beantwoorden; zij nemen op geen enkele wijze deel, noch aan de debatten, noch aan de beraadslagingen van de examencommissie.
Art.9. Na beraadslaging over de vaardigheden op het gebied van het personeelsbeheer die werden waargenomen tijdens het interview bedoeld in artikel 3, bevestigt de examencommissie het succes van de opleiding.
Ze beraadslaagt geldig voor zover al haar leden aanwezig zijn. Beslissingen worden bij consensus genomen.
Art.10. De Voorzitter deelt de beslissing van de examencommissie langs elektronische weg met ontvangstbevestiging, via de secretaris, aan de kandidaat en, in voorkomend geval, het attest van welslagen van de opleiding mee binnen de vijftien werkdagen na de beraadslaging en brengt de Regering hiervan op de hoogte.
Art.11. De examencommissie is gevestigd bij de Algemene Directie Sturing van het Opvoedingssysteem van de Algemene Administratie Onderwijs.
HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art.12. De Minister van Leerplichtonderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 13. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het aangenomen wordt.