20 DECEMBER 2023. - Ministerieel besluit tot erkenning en bepaling van de modaliteiten en voorwaarden voor de installatie, de verificatie, het onderhoud en het gebruik van de verschillende indelingsmethoden voor karkassen van geslachte varkens(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 23-01-2024 en tekstbijwerking tot 22-05-2025)
HOOFDSTUK 1. - Erkenning van indelingsmethoden voor karkassen van geslachte varkens
Art. 1
HOOFDSTUK 2. [1 Beschrijving, schattingsmethode, gebruiksaanwijzing en onderhoud van de indelingstoestellen en opslag van gegevens]1
Afdeling 1. - FOM II
Art. 2-6, 6/1, 6/2, 6/3, 6/4
Afdeling 2. - OptiGrade-MCP
Art. 7-11, 11/1, 11/2, 11/3, 11/4
Afdeling 3. - OptiScan-TP
Art. 12-16, 16/1, 16/2, 16/3, 16/4
Afdeling 4. - OptiScan-TPC
Art. 17-21, 21/1, 21/2, 21/3, 21/4
Afdeling 5. - Manuele ZP [1 ...]1
Art. 22-25, 25/1
Afdeling 6. - AutoFom III
Art. 26-29, 29/1, 29/2, 29/3, 29/4, 29/5
Afdeling 7. - AutoFom IV
Art. 30-34, 34/1, 34/2, 34/3, 34/4, 34/5
Afdeling 8. - [1 CSB]1 Image-Meater 2.0
Art. 35-38, 38/1, 38/2, 38/3, 38/4, 38/5
Afdeling 9. - CSB Image-Meater 4.0.
Art. 39-42, 42/1, 42/2, 42/3, 42/4, 42/5
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 43-45
BIJLAGE.
Art. N
HOOFDSTUK 1. - Erkenning van indelingsmethoden voor karkassen van geslachte varkens
Artikel 1.Ter uitvoering van artikel 60 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens worden de volgende indelingsmethoden erkend als indelingsmethode voor karkassen van geslachte varkens:
1° FOM II;
2° OptiGrade-MCP;
3° OptiScan-TP;
4° OptiScan-TPC;
5° Manuele ZP [1 ...]1;
6° AutoFom III;
7° AutoFom IV;
8° [1 CBS]1 Image-Meater 2.0;
9° CSB Image-Meater 4.0.
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
HOOFDSTUK 2. [1 Beschrijving, schattingsmethode, gebruiksaanwijzing en onderhoud van de indelingstoestellen en opslag van gegevens]1
----------
(1)
Afdeling 1. - FOM II
Art.2. Het indelingstoestel FOM II is uitgerust met een sonde van 6 millimeter diameter, een fotodiode en een fotodetector en heeft een meetbereik van 0 tot 125 millimeter. Aan de hand van de meetwaarden verschaft de FOM II zelf een schatting van het aandeel mager vlees.
Art.3. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 64,98677 - 0,82043 * X1 + 0,11917 * X2
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y = geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° X1 = rugspekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op 7 centimeter van het kliefvlak van de linkerkarkashelft tussen de derde laatste en vierde laatste rib;
3° X2 = rugspierdikte in millimeter, gemeten op 7 centimeter van het kliefvlak van de linkerkarkashelft tussen de derde en vierde laatste rib.
De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.4.[1 Bij aanvang van iedere slachtdag moet de meetsonde geverifieerd worden aan de hand van het testblokje, afkomstig van de constructeur. Dat testblokje stelt een vaste waarde van vet- en vleesdikte voor.
Het resultaat van de test, de datum, het uur en de identificatie van de persoon die de verificatie verricht, moeten in een bestand worden opgeslagen.
De personen van de inrichting die de verificatie, vermeld in het eerste lid, uitvoeren, zijn daarvoor opgeleid door de inrichting.
In het autocontrolesysteem, vermeld in artikel 73/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de volgende gegevens beschreven:
1° de voor- en achternaam van de personen, vermeld in het tweede lid;
2° de identificatie van de personen, vermeld in het tweede lid;
3° de verantwoordelijkheden van de personen, vermeld in het tweede lid;
4° de werkwijze voor de uitvoering van de verificatie.
Een verificatie is niet geldig als de testwaarden de toegestane afwijking van 0,5 millimeter vetdikte of 0,5 millimeter vleesdikte overschrijden.
Bij een niet-geldige verificatie bij aanvang van de slachtdag voert de inrichting de procedure tijdens de slachtdag opnieuw uit. Als ook op het einde van die slachtdag nog steeds geen correcte verificatie kan worden uitgevoerd, contacteert de inrichting de constructeur om de oorzaak van de niet-geldige verificatie te achterhalen en worden de nodige acties ondernomen zodat bij de eerstvolgende slachtdag een geldige verificatie verkregen wordt.
De inrichting is verantwoordelijk voor de integriteit van het testblokje, vermeld in het eerste lid. Het testblokje wordt zodanig gehanteerd en opgeslagen dat beschadigingen eraan worden voorkomen. Als beschadigingen impact hebben op de uitvoering en de resultaten van de verificatie, voorziet de inrichting in een nieuw testblokje via de constructeur.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.5. Het karkas wordt bij gebruik van FOM II met de meetsonde geprikt in de linkerkarkashelft tussen de derde laatste en vierde laatste rib waarbij horizontaal en loodrecht op het prikvlak en 7 centimeter van het kliefvlak wordt geprikt.
Het mespunt van de meetsonde moet tot in de buikholte worden doorgeprikt.
Een informatieve schets van de priklocatie met de meetsonde in het karkas is opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.
Art.6. Het toestel moet gebruikt worden conform de instructies van de constructeur.
Art.6/1. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgewerkte of niet correct samengevoegde metingen van de erkende indelingsmethode, vermeld in artikel 2 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%, met uitsluiting van de geslachte varkens die post mortem op uitdrukkelijk verzoek van een dierenarts die in dienst is van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen afgekeurd worden en geen contact meer mogen hebben met het indelingstoestel.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.6/2. [1 De inrichting maakt voor de ingebruikname van de indelingsmethode een technische handleiding op van de indelingsmethode die al de volgende elementen bevat:
1° de datum wanneer de technische handleiding is opgesteld, inclusief het versienummer ervan;
2° het serienummer van het indelingstoestel;
3° het serienummer van de sonde van het indelingstoestel;
4° de softwareversie van het programma om het aandeel mager vlees te bepalen;
5° de softwareversie van het programma voor de verificatie;
6° de beschrijving van het testblokje dat gebruikt wordt om de verificatie uit te voeren;
7° het serienummer van het testblokje;
8° de handleiding voor de bediening van het indelingstoestel en het raadplegen van de gegevens, vermeld in artikel 6/4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens.
De technische handleiding, vermeld in het eerste lid, is een onderdeel van de gedetailleerde beschrijving, vermeld in artikel 73/1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, en van het autocontrolesysteem van de inrichting.
De inrichting legt iedere wijziging van de indelingsmethode, inclusief een impactanalyse, voorafgaand schriftelijk of elektronisch ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit. Pas nadat de inrichting de goedkeuring heeft gekregen van de bevoegde autoriteit, kan de wijziging doorgevoerd worden en wordt de technische handleiding, vermeld in het eerste lid, aangepast.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.6/3. [1 Er is conform artikel 63/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens een onderhoudsovereenkomst gesloten met de constructeur waarin al de volgende zaken zijn opgenomen:
1° een minimaal jaarlijkse controle van het indelingstoestel en het testblokje, met de aflevering van een conformiteitsattest;
2° de kritische reserveonderdelen;
3° de ondersteuning bij storingen en defecten.
Bij elk bijkomend onderhoud en bij elke interventie, ter plaatse of op afstand, maakt de constructeur een attest op. De inrichting bezorgt dat attest aan de bevoegde autoriteit binnen 5 werkdagen aan afronding van de interventie.
Het attest bevat al de volgende gegevens:
1° de reden en de beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, inclusief de uitgevoerde metingen met de bijbehorende grenswaarden;
2° een verklaring dat het indelingstoestel nog conform de technische handleiding is, vermeld in artikel 6/2 van dit besluit;
3° een verklaring dat het indelingstoestel en het testblokje correct werken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.6/4. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de fouten en alarmen opgeslagen zodat ze ten minste tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar waarin het dier is geslacht, op verzoek van de bevoegde autoriteit kunnen worden voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Afdeling 2. - OptiGrade-MCP
Art.7. Het indelingstoestel OptiGrade-MCP is uitgerust met een sonde van 6 millimeter diameter, een fotodiode en een fotodetector en heeft een meetbereik van 0 tot 125 millimeter. Aan de hand van de meetwaarden verschaft de OptiGrade-MCP zelf een schatting van het aandeel mager vlees.
Art.8. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 65,18582 - 0,83449 * X1 + 0,12034 * X2
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y = geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° X1 = rugspekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op 7 centimeter van het kliefvlak van de linkerkarkashelft tussen de derde laatste en vierde laatste rib;
3° X2 = rugspierdikte in millimeter, gemeten op 7 centimeter van het kliefvlak van de linkerkarkashelft tussen de derde laatste en vierde laatste rib.
De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.9.[1 Bij aanvang van iedere slachtdag moet de meetsonde geverifieerd worden aan de hand van het testblokje, afkomstig van de constructeur. Dat testblokje stelt een vaste waarde van vet- en vleesdikte voor.
Het resultaat van de test, de datum, het uur en de identificatie van de persoon die de verificatie verricht, moeten in een bestand worden opgeslagen.
De personen van de inrichting die de verificatie, vermeld in het eerste lid, uitvoeren, zijn daarvoor opgeleid door de inrichting.
In het autocontrolesysteem, vermeld in artikel 73/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de volgende gegevens beschreven:
1° de voor- en achternaam van de personen, vermeld in het tweede lid;
2° de identificatie van de personen, vermeld in het tweede lid;
3° de verantwoordelijkheden van de personen, vermeld in het tweede lid;
4° de werkwijze voor de uitvoering van de verificatie.
Een verificatie is niet geldig als de testwaarden de toegestane afwijking van 0,5 millimeter vetdikte of 0,5 millimeter vleesdikte overschrijden.
Bij een niet-geldige verificatie bij aanvang van de slachtdag voert de inrichting de procedure tijdens de slachtdag opnieuw uit. Als ook bij aanvang van de daarop volgende slachtdag nog steeds geen correcte verificatie kan uitgevoerd worden, contacteert de inrichting de constructeur om de oorzaak van de niet-geldige verificatie te achterhalen en worden de nodige acties ondernomen zodanig dat bij de eerstvolgende slachtdag een geldige verificatie verkregen wordt.
De inrichting is verantwoordelijk voor de integriteit van het testblokje, vermeld in het eerste lid. Het testblokje wordt zodanig gehanteerd en opgeslagen dat beschadigingen eraan worden voorkomen. Als beschadigingen impact hebben op de uitvoering en de resultaten van de verificatie, voorziet de inrichting in een nieuw testblokje via de constructeur.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.10. Het karkas wordt bij gebruik van OptiGrade-MCP met de meetsonde geprikt in de linkerkarkashelft tussen de derde laatste en vierde laatste rib waarbij horizontaal en loodrecht op het prikvlak en 7 centimeter van het kliefvlak wordt geprikt.
Het mespunt van de meetsonde moet tot in de buikholte worden doorgeprikt.
Een informatieve schets van de priklocatie met de meetsonde in het karkasis opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.
Art.11. Het toestel moet gebruikt worden conform de instructies van de constructeur.
Art.11/1. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgewerkte of niet correct samengevoegde metingen van de erkende indelingsmethode, vermeld in artikel 7 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%, met uitsluiting van de geslachte varkens die post mortem op uitdrukkelijk verzoek van een dierenarts die in dienst is van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen afgekeurd worden en geen contact meer mogen hebben met het indelingstoestel.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.11/2. [1 De inrichting maakt voor de ingebruikname van de indelingsmethode een technische handleiding op van de indelingsmethode die al de volgende elementen bevat:
1° de datum wanneer de technische handleiding is opgesteld, inclusief het versienummer ervan;
2° het serienummer van het indelingstoestel;
3° het serienummer van de sonde van het indelingstoestel;
4° de softwareversie van het programma om het aandeel mager vlees te bepalen;
5° de softwareversie van het programma voor de verificatie;
6° de beschrijving van het testblokje dat gebruikt wordt om de verificatie uit te voeren;
7° het serienummer van het testblokje;
8° de handleiding voor de bediening van het indelingstoestel en het raadplegen van de gegevens, vermeld in artikel 6/4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens.
De technische handleiding, vermeld in het eerste lid, is een onderdeel van de gedetailleerde beschrijving, vermeld in artikel 73/1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, en van het autocontrolesysteem van de inrichting.
De inrichting legt iedere wijziging van de indelingsmethode, inclusief een impactanalyse, voorafgaand schriftelijk of elektronisch ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit. Pas nadat de inrichting de goedkeuring heeft gekregen van de bevoegde autoriteit, kan de wijziging doorgevoerd worden en wordt de technische handleiding, vermeld in het eerste lid, aangepast.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 10, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.11/3. [1 Er is conform artikel 63/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens een onderhoudsovereenkomst gesloten met de constructeur waarin al de volgende zaken zijn opgenomen:
1° een minimaal jaarlijkse controle van het indelingstoestel en het testblokje, met de aflevering van een conformiteitsattest;
2° de kritische reserveonderdelen;
3° de ondersteuning bij storingen en defecten.
Bij elk bijkomend onderhoud en bij elke interventie, ter plaatse of op afstand, maakt de constructeur een attest op. De inrichting bezorgt dat attest aan de bevoegde autoriteit binnen 5 werkdagen na afronding van de interventie.
Het attest bevat al de volgende gegevens:
1° de reden en de beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, inclusief de uitgevoerde metingen met de bijbehorende grenswaarden;
2° een verklaring dat het indelingstoestel nog conform de technische handleiding is, vermeld in artikel 11/2 van dit besluit;
3° een verklaring dat het indelingstoestel en het testblokje correct werken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.11/4. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de fouten en alarmen opgeslagen zodat ze ten minste tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar waarin het dier is geslacht, op verzoek van de bevoegde autoriteit, kunnen worden voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 12, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Afdeling 3. - OptiScan-TP
Art.12. Bij gebruik van de OptiScan-TP wordt door middel van een handmatig bediend toestel op twee welbepaalde plaatsen op het karkas, ook de tweepuntenmethode genoemd, de spekdikte en vleesdikte optisch bepaald. Een fotoverwerkingssysteem maakt van beide meetpunten een foto die wordt opgeslagen en later kan worden gecontroleerd. Aan de hand van de meetwaarden verschaft de OptiScan-TP een schatting van het aandeel mager vlees.
Art.13. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 64,36031 - 0,67190 * X1 + 0,08306 * X2
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y = geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° X1 = spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op de plaats waar die het dunst is op de lendenspier (musculus gluteus medius);
3° X2 = spierdikte in millimeter, gemeten als de kortste afstand tussen de top (craniaal) van de lendenspier (musculus gluteus medius) en de bovenrand (dorsaal) van het ruggenmergkanaal.
De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.14.[1 Bij aanvang van iedere slachtdag moet de meetsonde geverifieerd worden aan de hand van het testblokje, afkomstig van de constructeur. Dat testblokje stelt een vaste waarde van vet- en vleesdikte voor.
Het resultaat van de test, de datum, het uur en de identificatie van de persoon die de verificatie verricht, moeten in een bestand worden opgeslagen.
De personen van de inrichting die de verificatie, vermeld in het eerste lid, uitvoeren, zijn daarvoor opgeleid door de inrichting.
In het autocontrolesysteem, vermeld in artikel 73/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de volgende gegevens beschreven:
1° de voor- en achternaam van de personen, vermeld in het tweede lid;
2° de identificatie van de personen, vermeld in het tweede lid;
3° de verantwoordelijkheden van de personen, vermeld in het tweede lid;
4° de werkwijze voor de uitvoering van de verificatie.
Een verificatie is niet geldig als de testwaarden de toegestane afwijking van 0,5 millimeter vetdikte of 0,5 millimeter vleesdikte overschrijden.
Bij een niet-geldige verificatie bij aanvang van de slachtdag voert de inrichting de procedure tijdens de slachtdag opnieuw uit. Als ook bij aanvang van de daarop volgende slachtdag nog steeds geen correcte verificatie kan uitgevoerd worden, contacteert de inrichting de constructeur om de oorzaak van de niet-geldige verificatie te achterhalen en worden de nodige acties ondernomen zodat bij de eerstvolgende slachtdag een geldige verificatie verkregen wordt.
De inrichting is verantwoordelijk voor de integriteit van het testblokje, vermeld in het eerste lid. Het testblokje wordt zodanig gehanteerd en opgeslagen dat beschadigingen eraan worden voorkomen. Als beschadigingen impact hebben op de uitvoering en de resultaten van de verificatie, voorziet de inrichting in een nieuw testblokje via de constructeur.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 13, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.15. Het karkas wordt bij gebruik van OptiScan-TP gemeten in de linkerkarkashelft ter hoogte van de lendenspier (musculus gluteus medius).
Art.16. Het toestel moet gebruikt worden conform de instructies van de constructeur.
Art.16/1. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgewerkte of niet correct samengevoegde metingen van de erkende indelingsmethode, vermeld in artikel 12 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%, met uitsluiting van de geslachte varkens die post mortem op uitdrukkelijk verzoek van een dierenarts die in dienst is van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen afgekeurd worden en geen contact meer mogen hebben met het indelingstoestel.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 14, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.16/2. [1 De inrichting maakt voor de ingebruikname van de indelingsmethode een technische handleiding op van de indelingsmethode die al de volgende elementen bevat:
1° de datum wanneer de technische handleiding is opgesteld, inclusief het versienummer ervan;
2° het serienummer van het indelingstoestel;
3° de softwareversie van het programma om het aandeel mager vlees te bepalen;
4° de softwareversie van het programma voor de verificatie;
5° de beschrijving van het testblokje dat gebruikt wordt om de verificatie uit te voeren;
6° het serienummer van het testblokje;
7° de handleiding voor de bediening van het indelingstoestel en het raadplegen van de gegevens, vermeld in artikel 6/4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens.
De technische handleiding, vermeld in het eerste lid, is een onderdeel van de gedetailleerde beschrijving, vermeld in artikel 73/1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, en van het autocontrolesysteem van de inrichting.
De inrichting legt iedere wijziging van de indelingsmethode, inclusief een impactanalyse, voorafgaand schriftelijk of elektronisch ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit. Pas nadat de inrichting de goedkeuring heeft gekregen van de bevoegde autoriteit, kan de wijziging doorgevoerd worden en wordt de technische handleiding, vermeld in het eerste lid, aangepast.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.16/3. [1 Er is conform artikel 63/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens een onderhoudsovereenkomst gesloten met de constructeur waarin al de volgende zaken zijn opgenomen:
1° een minimaal jaarlijkse controle van het indelingstoestel en het testblokje, met de aflevering van een conformiteitsattest;
2° de kritische reserveonderdelen;
3° de ondersteuning bij storingen en defecten.
Bij elk bijkomend onderhoud en bij elke interventie, ter plaatse of op afstand, maakt de constructeur een attest op. De inrichting bezorgt dat attest aan de bevoegde autoriteit binnen 5 werkdagen na afronding van de interventie.
Het attest bevat al de volgende gegevens:
1° de reden en de beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, inclusief de uitgevoerde metingen met de bijbehorende grenswaarden;
2° een verklaring dat het indelingstoestel nog conform de technische handleiding is, vermeld in artikel 16/2 van dit besluit;
3° een verklaring dat het indelingstoestel en het testblokje correct werken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 16, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.16/4. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de fouten en alarmen opgeslagen zodat ze ten minste tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar waarin het dier is geslacht, op verzoek van de bevoegde autoriteit kunnen worden voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 17, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Afdeling 4. - OptiScan-TPC
Art.17. Bij gebruik van de OptiScan-TPC wordt door middel van een handmatig bediend toestel op twee welbepaalde plaatsen op het karkas, ook de tweepuntenmethode genoemd, de spekdikte en vleesdikte optisch bepaald. Een fotoverwerkingssysteem duidt beide meetpunten aan op een foto die wordt opgeslagen en later kan worden gecontroleerd. Aan de hand van de meetwaarden verschaft de OptiScan-TPC een schatting van het aandeel mager vlees.
Art.18. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 64,88925 - 0,63908 * X1 + 0,06647 * X2
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y = geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° X1 = spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op de plaats waar die het dunst is op de lendenspier (musculus gluteus medius);
3° X2 = spierdikte in millimeter, gemeten als de kortste afstand tussen de top (craniaal) van de lendenspier (musculus gluteus medius) en de bovenrand (dorsaal) van het ruggenmergkanaal.
De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.19.[1 Bij aanvang van iedere slachtdag wordt het toestel geverifieerd aan de hand van het bijbehorend testscherm, afkomstig van de constructeur. Het witte gedeelte (10 millimeter) stelt de spekdikte voor, het zwarte gedeelte (90 millimeter) de vleesdikte.
Het resultaat van de test, de datum, het uur en de identificatie van de persoon die de verificatie verricht moeten in een bestand worden opgeslagen.
De personen van de inrichting die de verificatie, vermeld in het eerste lid, uitvoeren, zijn daarvoor opgeleid door de inrichting.
In het autocontrolesysteem, vermeld in artikel 73/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de volgende gegevens beschreven:
1° de voor- en achternaam van de personen, vermeld in het tweede lid;
2° de identificatie van de personen, vermeld in het tweede lid;
3° de verantwoordelijkheden van de personen, vermeld in het tweede lid;
4° de werkwijze voor de uitvoering van de verificatie.
Bij een niet-geldige verificatie bij aanvang van de slachtdag voert de inrichting de procedure tijdens de slachtdag opnieuw uit. Als dat nodig is, contacteert de inrichting de constructeur om de oorzaak van de niet-geldige verificatie te achterhalen en worden de nodige acties ondernomen zodat bij de eerstvolgende slachtdag een geldige verificatie verkregen wordt.
De inrichting is verantwoordelijk voor de integriteit van het testscherm, vermeld in het eerste lid. Het testscherm wordt zodanig gehanteerd en opgeslagen dat beschadigingen eraan worden voorkomen. Als beschadigingen impact hebben op de uitvoering en de resultaten van de verificatie, voorziet de inrichting in een nieuw testscherm via de constructeur.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 18, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.20. Het karkas wordt bij gebruik van OptiScan-TPC gemeten in de linkerkarkashelft ter hoogte van de lendenspier (musculus gluteus medius).
Art.21. Het toestel moet gebruikt worden conform de instructies van de constructeur.
Art.21/1. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgewerkte of niet correct samengevoegde metingen van de erkende indelingsmethode, vermeld in artikel 17 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%, met uitsluiting van de geslachte varkens die post mortem op uitdrukkelijk verzoek van een dierenarts die in dienst is van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen afgekeurd worden en geen contact meer mogen hebben met het indelingstoestel.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 19, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.21/2. [1 De inrichting maakt voor de ingebruikname van de indelingsmethode een technische handleiding op van de indelingsmethode die al de volgende elementen bevat:
1° de datum wanneer de technische handleiding is opgesteld, inclusief het versienummer ervan;
2° het serienummer van het indelingstoestel;
3° de softwareversie van het programma om het aandeel mager vlees te bepalen;
4° de softwareversie van het programma voor de verificatie;
5° de beschrijving van het testscherm dat gebruikt wordt om de verificatie uit te voeren;
6° de handleiding voor de bediening van het indelingstoestel en het raadplegen van de gegevens, vermeld in artikel 6/4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens.
De technische handleiding, vermeld in het eerste lid, is een onderdeel van de gedetailleerde beschrijving, vermeld in artikel 73/1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, en van het autocontrolesysteem van de inrichting.
De inrichting legt iedere wijziging van de indelingsmethode, inclusief een impactanalyse, voorafgaand schriftelijk of elektronisch ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit. Pas nadat de inrichting de goedkeuring heeft gekregen van de bevoegde autoriteit, kan de wijziging doorgevoerd worden en wordt de technische handleiding, vermeld in het eerste lid, aangepast.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 20, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.21/3. [1 Er is conform artikel 63/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens een onderhoudsovereenkomst gesloten met de constructeur waarin al de volgende zaken zijn opgenomen:
1° een minimaal jaarlijkse controle van het indelingstoestel en testscherm, met de aflevering van een conformiteitsattest;
2° de kritische reserveonderdelen;
3° de ondersteuning bij storingen en defecten.
Bij elk bijkomend onderhoud en bij elke interventie, ter plaatse of op afstand, maakt de constructeur een attest op. De inrichting bezorgt dat attest aan de bevoegde autoriteit binnen 5 werkdagen na afronding van de interventie.
Het attest bevat al de volgende gegevens:
1° de reden en de beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, inclusief de uitgevoerde metingen met bijbehorende grenswaarden;
2° een verklaring dat het indelingstoestel nog conform de technische handleiding is, vermeld in artikel 21/2 van dit besluit;
3° een verklaring dat het indelingstoestel en het testscherm correct werken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 21, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.21/4. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de fouten en alarmen opgeslagen zodat ze ten minste tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar waarin het dier is geslacht, op verzoek van de bevoegde autoriteit kunnen worden voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 22, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Afdeling 5. - Manuele ZP [1 ...]1
----------
(1)
Art.22.Bij gebruik van de Manuele ZP wordt [1 ...]1 op twee welbepaalde plaatsen op het karkas, ook de tweepuntenmethode genoemd, de spekdikte en vleesdikte bepaald. Deze meetwaarden kunnen vervolgens omgezet worden in een schatting van het aandeel mager vlees.
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 24, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.23. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 63,47584 - 0,65106 * X1 + 0,08389 * X2
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y = geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° X1 = spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op de plaats waar die het dunst is op de lendenspier (musculus gluteus medius);
3° X2 = spierdikte in millimeter, gemeten als de kortste afstand tussen de top (craniaal) van de lendenspier (musculus gluteus medius) en de bovenrand (dorsaal) van het ruggenmergkanaal.
De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.24.Het karkas wordt bij gebruik van Manuele ZP [1 ...]1 gemeten in de linkerkarkashelft ter hoogte van de lendenspier (musculus gluteus medius).
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 25, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.25. Zowel een digitale schuifpasser als een klassieke meetlat kunnen worden gebruikt.
Art.25/1. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgevoerde of niet correct samengevoegde metingen van de erkende indelingsmethode, vermeld in artikel 22 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%, met uitsluiting van de geslachte varkens post mortem die op uitdrukkelijk verzoek van een dierenarts die in dienst is van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen afgekeurd worden en geen contact meer mogen hebben met het indelingstoestel.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 26, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Afdeling 6. - AutoFom III
Art.26. Het indelingstoestel AutoFom III is een ultrasoon systeem voor de automatische bepaling van het aandeel mager vlees. Het apparaat wordt online gebruikt in het slachtproductiesysteem, waar automatisch geluidsgolven door de onthaarde varkens worden gestuurd. De weerkaatste geluidsgolven worden omgezet in beelden en vervolgens verwerkt aan de hand van speciaal daarvoor bestemde software.
Het systeem bestaat uit:
1° een installatie afkomstig van de constructeur, met de volgende onderdelen:
a) een roestvrijstalen goot waar het varken met de rug over de sensoren wordt doorgetrokken;
b) een beugel met 16 sensoren met een interval van 25 millimeter;
c) een installatie om water in de goot te verspreiden;
d) een testblok die het mogelijk moet maken om de werking van de sensoren te verifiëren. De testblok bestaat uit een kunststof kubus die elke sensor individueel verifieert op basis van een dieptemaat;
2° een analyse-eenheid die de hardware en de software omvat voor de grafische omzetting van de weerkaatste geluidsgolven en de analyse van de verkregen profielen. De meetwaarden worden door het indelingstoestel zelf omgezet in een schatting van het aandeel mager vlees.
Art.27. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 63,95763 - 0,35761 * R2P10 - 0,26503 * R2P8 - 0,30317 * R2P4 + 0,08574 * R3P5
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y = geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° R2P10 = dunste spekdikte (exclusief zwoerd) in millimeter in het karkas (MFT1 positie);
3° R2P8 = spekdikte (exclusief zwoerd) in millimeter op de plaats op de rugspier (musculus longissimus dorsi) dichtst bij het midden van de beugel waar de spekdikte het dunst is (MFT2 positie);
4° R2P4 = spekdikte (exclusief zwoerd) in millimeter op 70 millimeter van de ruggengraad in de MFT2 positie (P2 positie);
5° R3P5 = spierdikte in millimeter op de plaats waar deze het dikst is in de rugspier (musculus longissimus dorsi).
De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.28.[1 Bij aanvang van iedere slachtdag wordt het analysesysteem geverifieerd met behulp van standaardgeluidsgolven die in het systeem opgeslagen zijn. Bij aanvang van iedere slachtdag worden de sensoren ook een voor een geverifieerd met behulp van een testblok, afkomstig van de constructeur. De testblok stelt een waarde van 50 millimeter voor.
Voor beide testen moeten het resultaat, de datum, het uur en de identificatie van de persoon die de verificaties verricht, in een bestand worden opgeslagen.
De personen van de inrichting die de verificatie, vermeld in het eerste lid, uitvoeren, zijn daarvoor opgeleid door de inrichting.
In het autocontrolesysteem, vermeld in artikel 73/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de volgende gegevens beschreven:
1° de voor- en achternaam van de personen, vermeld in het derde lid;
2° de identificatie van de personen, vermeld in het derde lid;
3° de verantwoordelijkheden van de personen, vermeld in het derde lid;
4° de werkwijze voor de uitvoering van de verificatie.
De verificatie is niet geldig als de testwaarde de toegestane afwijking van 0,9 millimeter overschrijdt. Het testblokje moet gebruikt worden in combinatie met een speciaal daarvoor bestemde gel.
Bij een niet-geldige verificatie bij aanvang van de slachtdag voert de inrichting de procedure tijdens de slachtdag opnieuw uit. Als ook bij aanvang van de daarop volgende slachtdag nog steeds geen correcte verificatie kan uitgevoerd worden, contacteert de inrichting de constructeur om de oorzaak van de niet-geldige verificatie te achterhalen en worden de nodige acties ondernomen zodat bij de eerstvolgende slachtdag een geldige verificatie verkregen wordt.
De inrichting is verantwoordelijk voor de integriteit van het testscherm, vermeld in het eerste lid. De testblok wordt zodanig gehanteerd en opgeslagen dat beschadigingen eraan worden voorkomen. Als beschadigingen impact hebben op de uitvoering en de resultaten van de verificatie, voorziet de inrichting in een nieuwe testblok via de constructeur.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 27, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.29.[1 Het toestel moet gebruikt worden conform de instructies en richtlijnen van de constructeur.
De karkassen worden op een correcte positie aangeboden om te meten en de karkassen zijn voor de meting voldoende vochtig. De nodige maatregelen worden genomen om het aangebrachte water op afdoende wijze af te voeren, zodat de meting correct uitgevoerd wordt.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 28, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.29/1. [1 Het dagelijkse controleverslag, vermeld in artikel 12, lid 1, van gedelegeerde verordening (EU) 2017/1182 van de Commissie van 20 april 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de schema's van de Unie voor de indeling van runder-, varkens- en schapenkarkassen en wat betreft de mededeling van de marktprijzen voor bepaalde categorieën karkassen en levende dieren, wordt bij toezicht door de bevoegde autoriteit ter controle voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 29, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.29/2. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgewerkte of niet correct samengevoegde metingen van de erkende geautomatiseerde indelingsmethode, vermeld in artikel 26 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 30, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.29/3. [1 De inrichting maakt voor de ingebruikname van de indelingsmethode een technische handleiding op van de indelingsmethode, die al de volgende elementen bevat:
1° de datum wanneer het technische plan is opgesteld, inclusief het versienummer ervan;
2° het serienummer van het indelingstoestel en alle relevante onderdelen;
3° de softwareversies van de programma's om het aandeel mager vlees te bepalen;
4° de softwareversie van het programma voor de verificatie;
5° de beschrijving van het testblokje dat gebruikt wordt om de verificatie uit te voeren;
6° als die aanwezig is, de beschrijving van Automarker;
7° alle relevante onderdelen van de constructie ten opzichte van de slachtlijn, met de bijbehorende afmetingen;
8° de snelheid van de slachtlijn;
9° de handleiding voor de bediening van het indelingstoestel en het raadplegen van de gegevens, vermeld in artikel 6/4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens.
Het technische plan, vermeld in het eerste lid, is een onderdeel van de gedetailleerde beschrijving, vermeld in artikel 73/1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, en maakt zo onderdeel uit van het autocontrolesysteem van de inrichting.
De inrichting legt iedere wijziging van de indelingsmethode, inclusief een impactanalyse, voorafgaand schriftelijk of elektronisch ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit. Pas nadat de inrichting de goedkeuring heeft gekregen van de bevoegde autoriteit, kan de wijziging doorgevoerd worden en wordt het technische plan, vermeld in het eerste lid, aangepast.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 31, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.29/4. [1 Er is conform artikel 63/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens een onderhoudsovereenkomst gesloten met de constructeur waarin al de volgende zaken zijn opgenomen:
1° een minimaal jaarlijkse controle van het indelingstoestel en het testblokje, met de aflevering van een conformiteitsattest;
2° de kritische reserveonderdelen;
3° de ondersteuning bij storingen en defecten;
4° de opmaak van een maandelijks rapport met een minimumvermelding van het aantal niet-ingedeelde karkassen door het indelingstoestel, met de bijbehorende fout- en alarmcodes.
De inrichting bezorgt het maandelijkse rapport ten laatste op de vijftiende kalenderdag van de maand die volgt op de maand waarop het betrekking heeft, aan de bevoegde autoriteit.
Bij elk bijkomend onderhoud en bij elke interventie, ter plaatse of op afstand, maakt de constructeur een attest op. De inrichting bezorgt dat attest aan de bevoegde autoriteit binnen 5 werkdagen na afronding van de interventie.
Het attest bevat de volgende gegevens:
1° de reden en de beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, inclusief de uitgevoerde metingen met bijbehorende grenswaarden;
2° een verklaring dat het indelingstoestel nog conform de technische handleiding is, vermeld in artikel 29/3 van dit besluit;
3° een verklaring dat het indelingstoestel en testblokje correct werken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 32, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.29/5. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de fout- en alarmcodes opgeslagen zodat ze, ten minste tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar waarin het dier is geslacht, op verzoek van de bevoegde autoriteit kunnen worden voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 33, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Afdeling 7. - AutoFom IV
Art.30. Het indelingstoestel AutoFom IV is een ultrasoon systeem voor de automatische bepaling van het aandeel mager vlees. Het apparaat wordt online gebruikt in het slachtproductiesysteem, waar automatisch geluidsgolven door de onthaarde varkens worden gestuurd. De weerkaatste geluidsgolven worden omgezet in beelden en vervolgens verwerkt aan de hand van speciaal daarvoor bestemde software.
Het systeem bestaat uit:
1° een installatie afkomstig van de constructeur, met de volgende onderdelen:
a) een roestvrijstalen goot waar het varken met de rug over de sensoren wordt doorgetrokken;
b) een beugel met 25 sensoren met een interval van 16,5 millimeter;
c) een installatie om water in de goot te verspreiden;
d) een testblok die het mogelijk moet maken om de werking van de sensoren te verifiëren. De testblok bestaat uit een kunststof kubus die elke sensor individueel verifieert op basis van een dieptemaat;
2° een analyse-eenheid die de hardware en de software omvat voor de grafische omzetting van de weerkaatste geluidsgolven en de analyse van de verkregen profielen. De meetwaarden worden door het indelingstoestel zelf omgezet in een schatting van het aandeel mager vlees.
Art.31. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 62,52816 - 0,56134 * R2P10 - 0,30048 * R2P8 + 0,10289 * R3P5
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y = geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° R2P10 = dunste spekdikte (exclusief zwoerd) in millimeter in het karkas (MFT1 positie);
3° R2P8 = spekdikte (exclusief zwoerd) in millimeter op de plaats op de rugspier (musculus longissimus dorsi) dichtst bij het midden van de beugel waar de spekdikte het dunst is (MFT2 positie);
4° R3P5 = spierdikte in millimeter op de plaats waar deze het dikst is in de rugspier (musculus longissimus dorsi).
Art.32. De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.33.[1 Bij aanvang van iedere slachtdag wordt het analysesysteem met behulp van in het systeem opgeslagen standaard geluidsgolven geverifieerd. Eveneens bij aanvang van iedere slachtdag worden de sensoren een voor een geverifieerd met behulp van een testblok, afkomstig van de constructeur. De testblok stelt een waarde van 50 millimeter voor en moet gebruikt worden in combinatie met een speciaal daarvoor bestemde gel.
Voor beide testen moeten het resultaat, de datum, het uur en de identificatie van de persoon die de verificaties verricht, in een bestand worden opgeslagen.
De personen van de inrichting die de verificatie, vermeld in het eerste lid, uitvoeren, zijn daarvoor opgeleid door de inrichting.
In het autocontrolesysteem, vermeld in artikel 73/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de volgende gegevens beschreven:
1° de voor- en achternaam van de personen, vermeld in het vierde lid;
2° de identificatie van de personen, vermeld in het vierde lid;
3° de verantwoordelijkheden van de personen, vermeld in het vierde lid;
4° de werkwijze voor de uitvoering van de verificatie.
De verificatie is niet geldig als de testwaarde de toegestane afwijking van 0,9 millimeter overschrijdt.
Bij een niet-geldige verificatie bij aanvang van de slachtdag voert de inrichting de procedure tijdens de slachtdag opnieuw uit. Als ook bij aanvang van de daarop volgende slachtdag nog steeds geen correcte verificatie kan uitgevoerd worden, contacteert de inrichting de constructeur om de oorzaak van de niet-geldige verificatie te achterhalen en worden de nodige acties ondernomen zodat bij de eerstvolgende slachtdag een geldige verificatie verkregen wordt.
De inrichting is verantwoordelijk voor de integriteit van de testblok, vermeld in het eerste lid. De testblok wordt zodanig gehanteerd en opgeslagen dat beschadigingen eraan worden voorkomen. Als beschadigingen impact hebben op de uitvoering en de resultaten van de verificatie, voorziet de inrichting in een nieuwe testblok via de constructeur.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 34, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.34.[1 Het toestel moet gebruikt worden conform de instructies en richtlijnen van de constructeur.
De karkassen worden op een correcte positie aangeboden om te meten en de karkassen zijn voor de meting voldoende vochtig. De nodige maatregelen worden genomen om het aangebrachte water op afdoende wijze af te voeren, zodat de meting correct uitgevoerd wordt.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 35, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.34/1. [1 Het dagelijkse controleverslag, vermeld in artikel 12, lid 1, van gedelegeerde verordening (EU) 2017/1182 van de Commissie van 20 april 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de schema's van de Unie voor de indeling van runder-, varkens- en schapenkarkassen en wat betreft de mededeling van de marktprijzen voor bepaalde categorieën karkassen en levende dieren, wordt bij toezicht door de bevoegde autoriteit ter controle voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 36, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.34/2. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgewerkte of niet correct samengevoegde metingen van de erkende geautomatiseerde indelingsmethode, vermeld in artikel 30 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 37, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.34/3. [1 De inrichting maakt voor de ingebruikname van de indelingsmethode een technische handleiding op van de indelingsmethode, die al de volgende elementen bevat:
1° de datum wanneer het technische plan is opgesteld, inclusief het versienummer ervan;
2° het serienummer van het indelingstoestel en alle relevante onderdelen;
3° de softwareversies van de programma's om het aandeel mager vlees te bepalen;
4° de softwareversie van het programma voor de verificatie;
5° de beschrijving van het testblokje dat gebruikt wordt om de verificatie uit te voeren;
6° als die aanwezig is, de beschrijving van Automarker;
7° alle relevante onderdelen van de constructie ten opzichte van de slachtlijn, met de bijbehorende afmetingen;
8° de snelheid van de slachtlijn;
9° de handleiding voor de bediening van het indelingstoestel en het raadplegen van de gegevens, vermeld in artikel 6/4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens.
De technische handleiding, vermeld in het eerste lid, is een onderdeel van de gedetailleerde beschrijving, vermeld in artikel 73/1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, en maakt zo onderdeel uit van het autocontrolesysteem van de inrichting.
De inrichting legt iedere wijziging van de indelingsmethode, inclusief een impactanalyse, voorafgaand schriftelijk of elektronisch ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit. Pas nadat de inrichting de goedkeuring heeft gekregen van de bevoegde autoriteit, kan de wijziging doorgevoerd worden en wordt de technische handleiding, vermeld in het eerste lid, aangepast.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 38, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.34/4. [1 Er is conform artikel 63/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens een onderhoudsovereenkomst gesloten met de constructeur waarin al de volgende zaken zijn opgenomen:
1° een minimaal jaarlijkse controle van het indelingstoestel en het testblokje, met de aflevering van een conformiteitsattest;
2° de kritische reserveonderdelen;
3° de ondersteuning bij storingen en defecten;
4° de opmaak van een maandelijks rapport met een minimumvermelding van het aantal niet-ingedeelde karkassen door het indelingstoestel, met de bijbehorende fout- en alarmcodes.
De inrichting bezorgt het maandelijkse rapport ten laatste op de vijftiende kalenderdag van de maand die volgt op de maand waarop het betrekking heeft, aan de bevoegde autoriteit.
Bij elk bijkomend onderhoud en bij elke interventie, ter plaatse of op afstand, maakt de constructeur een attest op. De inrichting bezorgt dat attest aan de bevoegde autoriteit binnen 5 werkdagen na afronding van de interventie.
Het attest bevat de volgende gegevens:
1° de reden en de beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, inclusief de uitgevoerde metingen met bijbehorende grenswaarden;
2° een verklaring dat het indelingstoestel nog conform de technische handleiding is, vermeld in artikel 34/3 van dit besluit;
3° een verklaring dat het indelingstoestel en het testblokje correct werken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 39, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.34/5. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de fout- en alarmcodes opgeslagen zodat ze, ten minste tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar waarin het dier is geslacht, op verzoek van de bevoegde autoriteit kunnen worden voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 40, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Afdeling 8. - [1 CSB]1 Image-Meater 2.0
----------
(1)
Art.35. Het indelingstoestel CSB Image-Meater 2.0 is een fotoverwerkingssysteem voor de automatische bepaling van het aandeel mager vlees. Het apparaat wordt inline gebruikt in het slachtproductiesysteem, waar de karkashelften automatisch door één camera worden gefilmd. De fotogegevens worden vervolgens verwerkt aan de hand van speciaal daarvoor bestemde software.
Het systeem bestaat uit:
1° een installatie afkomstig van de constructeur, met de volgende onderdelen voor de beoordeling van de binnenzijde van het karkas:
a) een positioneringsmechanisme dat ervoor zorgt dat de karkashelft volledig vrij loodrecht zowel in horizontaal als in verticaal opzicht, in beeld wordt gebracht;
b) een digitale zwart-wit camera die zich in een beschermend omhulsel bevindt;
c) een donkergrijze achtergrond;
d) een belichtingsinstallatie bestaande uit vier daarvoor bestemde lichtbronnen die de karkashelft belichten;
e) een sjabloon dat het mogelijk moet maken om op elk moment het systeem te verifiëren. Het sjabloon bestaat uit een vlak dat de beeldanalyse verifieert op basis van lengtematen en helderheidsparameters. Het sjabloon wordt opgehangen aan het positioneringsmechanisme;
2° een beeldanalyse-eenheid die de hardware en de software voor de beeldanalyse omvat. De meetwaarden worden door het indelingstoestel zelf omgezet in een schatting van het aandeel mager vlees.
Art.36. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 65,64227 - 0,19817 * ZPF + 0,02295 * ZPM - 0,21595 * MF + 0,05384 * MM - 0,17837 * V4F
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y = geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° ZPF = spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op de plaats waar die het dunst is op de lendenspier (musculus gluteus medius);
3° ZPM = spierdikte in millimeter, gemeten als de kortste afstand tussen de top (craniaal) van de lendenspier (musculus gluteus medius) en de bovenrand (dorsaal) van het ruggenmergkanaal;
4° MF = gemiddelde spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten bovenop de lendenspier (musculus gluteus medius);
5° MM = gemiddelde spierdikte van de lendenspier (musculus gluteus medius) in millimeter;
6° V4F = gemiddelde spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten bovenop de vier wervels craniaal van de lendenspier (musculus gluteus medius).
De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.37.[1 Bij aanvang van iedere slachtdag wordt de afstelling van de camera met behulp van een sjabloon afkomstig van de constructeur, geverifieerd. Op dit sjabloon worden lengtematen en grijswaarden gemeten.
Eveneens bij aanvang van iedere slachtdag wordt de beeldanalyse met behulp van testbeelden geverifieerd.
Voor beide testen moeten het resultaat, de datum, het uur en de identificatie van de persoon die de verificaties verricht, in een bestand worden opgeslagen.
De personen van de inrichting die de verificatie, vermeld in het eerste lid, uitvoeren, zijn daarvoor opgeleid door de inrichting.
In het autocontrolesysteem, vermeld in artikel 73/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de volgende gegevens beschreven:
1° de voor- en achternaam van de personen, vermeld in het vierde lid;
2° de identificatie van de personen, vermeld in het vierde lid;
3° de verantwoordelijkheden van de personen, vermeld in het vierde lid;
4° de werkwijze voor de uitvoering van de verificatie.
De verificatie is niet geldig als de testwaarden de toegestane afwijking van 0,5 millimeter voor de lengtematen en de limietwaarden voor de helderheid van de grijswaarden, zoals bepaald door de constructeur, overschrijden.
Bij een niet-geldige verificatie bij aanvang van de slachtdag voert de inrichting de procedure tijdens de slachtdag opnieuw uit. Als ook bij aanvang van de daarop volgende slachtdag nog steeds geen correcte verificatie kan uitgevoerd worden, contacteert de inrichting de constructeur om de oorzaak van de niet-geldige verificatie te achterhalen en worden de nodige acties ondernomen zodat bij de eerstvolgende slachtdag een geldige verificatie verkregen wordt.
De inrichting is verantwoordelijk voor de integriteit van de sjabloon, vermeld in het eerste lid. De sjabloon wordt zodanig gehanteerd en opgeslagen dat beschadigingen eraan worden voorkomen. Als beschadigingen impact hebben op de uitvoering en de resultaten van de verificatie, voorziet de inrichting in een nieuw sjabloon via de constructeur.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 42, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.38.[1 Het toestel moet gebruikt worden conform de instructies en richtlijnen van de constructeur.
De inrichting neemt de nodige maatregelen zodat omgevingsfactoren geen invloed hebben op de correcte werking van de geautomatiseerde indelingsmethode.
De karkashelften worden altijd correct gepresenteerd voor het camerasysteem van de erkende geautomatiseerde indelingsmethode, vermeld in artikel 35 van dit besluit.
Tijdens de werking van het indelingstoestel is de zwarte achtergrond altijd intact, zuiver en droog. De lens van de camera is altijd intact en zuiver en wordt gereinigd conform de richtlijnen van de constructeur.
Als de zwarte achtergrond of de lens van de camera niet meer intact is, contacteert de inrichting onmiddellijk de constructeur om de achtergrond of de lens te repareren of te vervangen.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 43, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.38/1. [1 Het dagelijkse controleverslag, vermeld in artikel 12, lid 1, van gedelegeerde verordening (EU) 2017/1182 van de Commissie van 20 april 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de schema's van de Unie voor de indeling van runder-, varkens- en schapenkarkassen en wat betreft de mededeling van de marktprijzen voor bepaalde categorieën karkassen en levende dieren, wordt bij toezicht door de bevoegde autoriteit ter controle voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 44, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.38/2. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgewerkte of niet correct samengevoegde beelden van de erkende geautomatiseerde indelingsmethode, vermeld in artikel 35 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%, met uitsluiting van de geslachte varkens die post mortem op uitdrukkelijk verzoek van een dierenarts die in dienst is van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen afgekeurd worden en geen contact meer mogen hebben met het indelingstoestel.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 45, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.38/3. [1 De inrichting maakt voor de ingebruikname van de indelingsmethode een technische handleiding op van de indelingsmethode, die al de volgende elementen bevat:
1° de datum wanneer het technische plan is opgesteld, inclusief het versienummer ervan;
2° de softwareversie van het programma om aandeel mager vlees te bepalen;
3° de softwareversie van het programma voor de verificatie;
4° het type van de lampen en de bijbehorende lichtsterkte;
5° het type van de camera en het bijbehorende serienummer;
6° de beschrijving van de sjabloon die gebruikt wordt om de verificatie uit te voeren, inclusief een beschrijving van de ophanging ervan bij de verificatie;
7° alle relevante onderdelen van de constructie ten opzichte van de slachtlijn, met de bijbehorende afmetingen;
8° de snelheid van de slachtlijn;
9° de handleiding voor de bediening van het indelingstoestel en het raadplegen van de gegevens, vermeld in artikel 6/4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens.
De technische handleiding, vermeld in het eerste lid, is een onderdeel van de gedetailleerde beschrijving, vermeld in artikel 73/1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, en van het autocontrolesysteem van de inrichting.
De inrichting legt iedere wijziging van de indelingsmethode, inclusief een impactanalyse, voorafgaand schriftelijk of elektronisch ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit. Pas nadat de inrichting de goedkeuring heeft gekregen van de bevoegde autoriteit, kan de wijziging doorgevoerd worden en wordt het technische plan, vermeld in het eerste lid, aangepast.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 46, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.38/4. [1 Er is conform artikel 63/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens een onderhoudsovereenkomst gesloten met de constructeur waarin al de volgende zaken zijn opgenomen:
1° een minimaal jaarlijkse controle van het indelingstoestel en de sjabloon, met aflevering van een conformiteitsattest;
2° de kritische reserveonderdelen;
3° de ondersteuning bij storingen en defecten;
4° de opmaak van een maandelijks rapport met een minimumvermelding van het aantal niet-ingedeelde karkassen door het indelingstoestel, met de bijbehorende fout- en alarmcodes.
De inrichting bezorgt het maandelijkse rapport ten laatste op de vijftiende kalenderdag van de maand die volgt op de maand waarop het betrekking heeft, aan de bevoegde autoriteit.
Bij elk bijkomend onderhoud en bij elke interventie, ter plaatse of op afstand, maakt de constructeur een attest op. De inrichting bezorgt dat attest aan de bevoegde autoriteit binnen 5 werkdagen na afronding van de interventie.
Het attest bevat de volgende gegevens:
1° de reden en de beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, inclusief de uitgevoerde metingen met bijbehorende grenswaarden;
2° een verklaring dat het indelingstoestel nog conform de technische handleiding is, vermeld in artikel 38/3 van dit besluit;
3° een verklaring dat het indelingstoestel en de sjabloon correct werken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 47, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.38/5. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens worden de volgende gegevens opgeslagen zodat ze, ten minste tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar waarin het dier is geslacht, op verzoek van de bevoegde autoriteit kunnen worden voorgelegd:
1° de beelden van de karkassen;
2° de fout- en alarmcodes van de niet-ingedeelde karkassen.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 48, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Afdeling 9. - CSB Image-Meater 4.0.
Art.39. Het indelingstoestel CSB Image-Meater 4.0 is een fotoverwerkingssysteem voor de automatische bepaling van het aandeel mager vlees. Het apparaat wordt inline gebruikt in het slachtproductiesysteem, waar de karkashelften automatisch door één camera worden gefilmd. De fotogegevens worden vervolgens verwerkt aan de hand van speciaal daarvoor bestemde software.
Het systeem bestaat uit:
1° een installatie afkomstig van de constructeur, met de volgende onderdelen voor de beoordeling van de binnenzijde van het karkas:
a) een positioneringsmechanisme dat ervoor zorgt dat de karkashelft volledig vrij loodrecht zowel in horizontaal als in verticaal opzicht, in beeld wordt gebracht;
b) een digitale breedbeeld kleurencamera die zich in een beschermend omhulsel bevindt;
c) een donkergrijze achtergrond;
d) een belichtingsinstallatie bestaande uit vier daarvoor bestemde lichtbronnen die de karkashelft belichten;
e) een sjabloon dat het mogelijk moet maken om op elk moment het systeem te verifiëren. Het sjabloon bestaat uit een vlak dat de beeldanalyse verifieert op basis van lengtematen en helderheidsparameters. Het sjabloon wordt opgehangen aan het positioneringsmechanisme;
2° een beeldanalyse-eenheid die de hardware en de software voor de beeldanalyse omvat. De meetwaarden worden door het indelingstoestel zelf omgezet in een schatting van het aandeel mager vlees.
Art.40. Het geschatte aandeel mager vlees van een karkas wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule:
Y = 65,38538 - 0,18721 * ZPF + 0,02861 * ZPM - 0,20286 * MF + 0,05062 * MM - 0,17544 * V4F
De parameters van de formule, vermeld in het eerste lid, worden als volgt gedefinieerd:
1° Y= geschatte aandeel mager vlees van het geslachte varken in percentage (%);
2° ZPF = spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op de plaats waar die het dunst is op de lendenspier (musculus gluteus medius);
3° ZPM = spierdikte in millimeter, gemeten als de kortste afstand tussen de top (craniaal) van de lendenspier (musculus gluteus medius) en de bovenrand (dorsaal) van het ruggenmergkanaal;
4° MF = gemiddelde spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten bovenop de lendenspier (musculus gluteus medius);
5° MM = gemiddelde spierdikte van de lendenspier (musculus gluteus medius) in millimeter;
6° V4F = gemiddelde spekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten bovenop de vier wervels craniaal van de lendenspier (musculus gluteus medius).
De formule, vermeld in het eerste lid, kan enkel gebruikt worden voor karkassen met een gewicht van 60 tot 140 kilogram.
Art.41.[1 Bij aanvang van iedere slachtdag wordt de afstelling van de camera met behulp van een sjabloon afkomstig van de constructeur, geverifieerd. Op dit sjabloon worden lengtematen en grijswaarden gemeten.
Eveneens bij aanvang van iedere slachtdag wordt de beeldanalyse met behulp van testbeelden geverifieerd.
Voor beide testen moeten het resultaat, de datum, het uur en de identificatie van de persoon die de verificaties verricht, in een bestand worden opgeslagen.
De personen van de inrichting die de verificatie, vermeld in het eerste lid, uitvoeren, zijn daarvoor opgeleid door de inrichting.
In het autocontrolesysteem, vermeld in artikel 73/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013, worden de volgende gegevens beschreven:
1° de voor- en achternaam van de personen, vermeld in het vierde lid;
2° de identificatie van de personen, vermeld in het vierde lid;
3° de verantwoordelijkheden van de personen, vermeld in het vierde lid;
4° de werkwijze voor de uitvoering van de verificatie.
De verificatie is niet geldig als de testwaarden de toegestane afwijking van 0,5 millimeter voor de lengtematen en de limietwaarden voor de helderheid van de grijswaarden, zoals bepaald door de constructeur, overschrijden.
Bij een niet-geldige verificatie bij aanvang van de slachtdag voert de inrichting de procedure tijdens de slachtdag opnieuw uit. Als ook bij aanvang van de daarop volgende slachtdag nog steeds geen correcte verificatie kan uitgevoerd worden, contacteert de inrichting de constructeur om de oorzaak van de niet-geldige verificatie te achterhalen en worden de nodige acties ondernomen zodat bij de eerstvolgende slachtdag een geldige verificatie verkregen wordt.
De sjabloon, vermeld in het eerste lid, wordt zodanig opgeslagen dat beschadigingen eraan worden voorkomen. Als beschadigingen impact hebben op de uitvoering en de resultaten van de verificatie, voorziet de inrichting in een nieuw sjabloon via de constructeur.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 49, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.42.[1 Het toestel moet gebruikt worden conform de instructies en richtlijnen van de constructeur.
De inrichting neemt de nodige maatregelen zodat omgevingsfactoren geen invloed hebben op de correcte werking van de geautomatiseerde indelingsmethode.
De karkashelften worden altijd correct gepresenteerd voor het camerasysteem van de erkende geautomatiseerde indelingsmethode, vermeld in artikel 39 van dit besluit.
Tijdens de werking van het indelingstoestel is de zwarte achtergrond altijd intact, zuiver en droog. De lens van de camera is altijd intact en zuiver en wordt gereinigd conform de richtlijnen van de constructeur.
Als de zwarte achtergrond of de lens van de camera niet meer intact is, contacteert de inrichting onmiddellijk de constructeur om de achtergrond of de lens te repareren of te vervangen.]1
----------
(1)<MB 2025-04-25/11, art. 50, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.42/1. [1 Het dagelijkse controleverslag, vermeld in artikel 12, lid 1, van gedelegeerde verordening (EU) 2017/1182 van de Commissie van 20 april 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de schema's van de Unie voor de indeling van runder-, varkens- en schapenkarkassen en wat betreft de mededeling van de marktprijzen voor bepaalde categorieën karkassen en levende dieren, wordt bij toezicht door de bevoegde autoriteit ter controle voorgelegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 51, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.42/2. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens ligt het percentage niet-uitgewerkte of niet correct samengevoegde beelden van de erkende geautomatiseerde indelingsmethode, vermeld in artikel 39 van dit besluit, waardoor er een nulmeting wordt verkregen, op dagbasis lager dan 2%, met uitsluiting van de geslachte varkens die post mortem op uitdrukkelijk verzoek van een dierenarts die in dienst is van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen afgekeurd worden en geen contact meer mogen hebben met het indelingstoestel.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 52, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.42/3. [1 De inrichting maakt voor de ingebruikname van de indelingsmethode een technische handleiding op van de indelingsmethode, die al de volgende elementen bevat:
1° de datum wanneer het technische plan is opgesteld, inclusief het versienummer ervan;
2° de softwareversie van het programma om aandeel mager vlees te bepalen;
3° de softwareversie van het programma voor de verificatie;
4° het type van de lampen en de bijbehorende lichtsterkte;
5° het type van de camera en het bijbehorende serienummer;
6° de beschrijving van de sjabloon die gebruikt wordt om de verificatie uit te voeren, inclusief een beschrijving van de ophanging ervan bij de verificatie;
7° alle relevante onderdelen van de constructie ten opzichte van de slachtlijn, met de bijbehorende afmetingen;
8° de snelheid van de slachtlijn;
9° de handleiding voor de bediening van het indelingstoestel en het raadplegen van de gegevens, vermeld in artikel 6/4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens.
Het technische plan, vermeld in het eerste lid, is een onderdeel van de gedetailleerde beschrijving, vermeld in artikel 73/1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, en van het autocontrolesysteem van de inrichting.
De inrichting legt iedere wijziging van de indelingsmethode, inclusief een impactanalyse, voorafgaand schriftelijk of elektronisch ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit. Pas nadat de inrichting de goedkeuring heeft gekregen van de bevoegde autoriteit, kan de wijziging doorgevoerd worden en wordt het technische plan, vermeld in het eerste lid, aangepast.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 53, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.42/4. [1 Er is conform artikel 63/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens een onderhoudsovereenkomst gesloten met de constructeur waarin al de volgende zaken zijn opgenomen:
1° een minimaal jaarlijkse controle van het indelingstoestel en de sjabloon, met de aflevering van een conformiteitsattest;
2° de kritische reserveonderdelen;
3° de ondersteuning bij storingen en defecten;
4° de opmaak van een maandelijks rapport met een minimumvermelding van het aantal niet-ingedeelde karkassen door het indelingstoestel, met de bijbehorende fout- en alarmcodes.
De inrichting bezorgt het maandelijkse rapport ten laatste op de vijftiende kalenderdag van de maand die volgt op de maand waarop het betrekking heeft, aan de bevoegde autoriteit.
Bij elk bijkomend onderhoud en bij elke interventie, ter plaatse of op afstand, maakt de constructeur een conformiteitsattest op. De inrichting bezorgt dat attest aan de bevoegde autoriteit binnen 5 werkdagen na afronding van de interventie.
Het attest bevat de volgende gegevens:
1° de reden en de beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, inclusief de uitgevoerde metingen met bijbehorende grenswaarden;
2° een verklaring dat het indelingstoestel nog conform de technische handleiding is, vermeld in artikel 42/3 van dit besluit;
3° een verklaring dat het indelingstoestel en de sjabloon correct werken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 54, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
Art.42/5. [1 Ter uitvoering van artikel 60/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, worden de volgende gegevens opgeslagen zodat ze, ten minste tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar waarin het dier is geslacht, op verzoek van de bevoegde autoriteit kunnen worden voorgelegd:
1° de beelden van de karkassen;
2° de fout- en alarmcodes van de niet-ingedeelde karkassen.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2025-04-25/11, art. 55, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2025>
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art.43. Het ministerieel besluit van 23 januari 2004 tot vaststelling van de toepassingsvoorwaarden voor de indeling van geslachte varkens, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 19 mei 2006, 5 oktober 2006, 27 juli 2007, 25 juli 2008, 12 augustus 2011 en 14 januari 2013 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, wordt opgeheven.
Art.44. De formules vermeld in de artikelen 3, 8, 13, 18, 23, 27, 31, 36 en 40 moeten ten laatste met ingang van 1 februari 2024 gebruikt worden.
Art.45. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024.
BIJLAGE.
Art. N.(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 23-01-2024, p. 8938)