Details





Titel:

3 DECEMBER 2023. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het bedrag waaronder de raad de uitoefening van zijn bevoegdheden inzake overheidsopdrachten kan delegeren aan het college voor uitgaven die onder de buitengewone begroting vallen, in uitvoering van artikel 33, § 2, vierde lid, van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus



Inhoudstafel:


Art. 1-3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
  1° de wet van 7 december 1998: de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
  2° de zone: de politiezone bedoeld in artikel 9 van de wet van 7 december 1998;
  3° de raad: de gemeenteraad voor de eengemeentepolitiezones of de politieraad bedoeld in artikel 12 van de wet van 7 december 1998 voor de meergemeente-politiezones;
  4° het college: het college van burgemeester en schepenen voor de eengemeentepolitiezones of het politiecollege bedoeld in artikel 23 van de wet van 7 december 1998 voor de meergemeentepolitiezones.

Art.2. De raad kan de uitoefening van zijn bevoegdheden bedoeld in artikel 33, § 2, eerste lid, van de wet van 7 december 1998 delegeren aan het college voor de uitgaven die onder de buitengewone begroting vallen, wanneer de waarde van de opdracht lager is dan vastgelegde drempel om gebruik te maken van de onderhandelings-procedure zonder voorafgaande bekend-making, zoals bedoeld in artikel 42, § 1, 1°, a) van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.

Art. 3. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.