Details





Titel:

18 DECEMBER 2023. - Koninklijk besluit houdende algemene regels voor de aanvraag en de toelating om een tombola voor het goede doel te organiseren, bedoeld in artikel 7, 3° van de wet van 31 december 1851 op de loterijen



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Toepassingsgebied
Art. 2
HOOFDSTUK 3. - Aanvraagprocedure
Art. 3-4
HOOFDSTUK 4. - Looptijd
Art. 5
HOOFDSTUK 5. - De vergunning
Afdeling 1. - Algemene voorschriften
Art. 6
Afdeling 2. - Inschakelen van derden
Art. 7
HOOFDSTUK 6. - Toezicht en controle
Art. 8
HOOFDSTUK 7. - Overgangsbepaling
Art. 9
HOOFDSTUK 8. - Uitvoeringsbepaling
Art. 10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
  1° wet: wet van 31 december 1851 op de loterijen;
  2° aanvrager: aanvrager van een toelating tot het organiseren van een goededoelentombola;
  3° deelnamebewijs: een lot zoals bedoeld in artikel 7, 3°, van de wet, waarmee een persoon zijn deelname bewijst;
  4° goede doelen: enig doel van algemeen nut als bedoeld in artikel 7 van de wet, niet-zijnde van een individueel, persoonlijk of familiaal belang;
  5° goededoelentombola: loterij zoals bedoeld in artikel 7, 3°, van de wet en binnen de perken waarbinnen dit is toegelaten;
  6° handelswaarde van de prijzen: adviesverkoopprijs of winkelprijs van de naturaprijzen;
  7° looptijd: de periode waarbinnen volgens de toelating van de regering een goededoelentombola mag starten en moet eindigen;
  8° naturaprijzen: prijzen die alleen prijzen in natura of diensten omvatten. Dit betreft niet geld, digitaal geld, premies, rentes of andere algemeen aanvaarde ruil- of betaalmiddelen, waaronder financiële producten of diensten die als beleggingsproducten of betaalmiddelen kunnen worden aangemerkt, zoals goudstaven en goudstukken, aandelen, obligaties en crypto-activa;
  9° trekking: verrichting die de aanwijzing van het winnend deelnamebewijs toelaat;
  10° vergunning: toelating door de regering die betrekking heeft op een goededoelentombola.

HOOFDSTUK 2. - Toepassingsgebied
Art.2. Deze regels hebben uitsluitend betrekking op de aanvragen en de vergunningen die op nationaal niveau zijn verleend door de regering voor het organiseren van goededoelentombola's die in meer dan één provincie gedaan, aangekondigd of gepubliceerd worden of aangekondigd worden door middel van instrumenten van de informatiemaatschappij.

HOOFDSTUK 3. - Aanvraagprocedure
Art.3. Aanvragen kunnen op ieder moment doorheen het jaar worden ingediend bij de Nationale Loterij, naamloze vennootschap van publiek recht, via een centraal door de Nationale Loterij gecommuniceerd aanvraagpunt.
  Aanvragen worden individueel behandeld.
  Het aanvraagdossier moet uiterlijk 13 weken vóór de geplande aankondiging worden ingediend of 13 weken vóór de geplande verdeling van de deelnamebewijzen indien die aan de aankondiging voorafgaat.

Art.4. De aanvraag moet worden ingediend door een privaatrechtelijk rechtspersoon die ten minste vijf jaar bestaat en waarvan de winsten volledig worden aangewend in functie van een belangeloos doel.
  De aanvrager voegt een kopie van zijn statuten bij zijn aanvraag, zoals gepubliceerd in de Bijlagen van het Belgisch Staatsblad.
  De aanvrager voegt bij zijn aanvraag een verklaring waarin ten minste wordt vermeld de goede doelen waaraan de opbrengst uitsluitend zal worden besteed, de gewenste start- en einddatum van de goededoelentombola, de plaats, de dag en het uur van de trekking(en) en het prijzenschema voor elke trekking.
  In het geval de aanvrager voor het eerst een aanvraag indient, dient deze tevens vergezeld te gaan van de boekhoudkundige balansen en resultaatrekeningen van de voorbije twee jaar.
  Indien er al eerder een toelating werd verkregen, moet de aanvraag vergezeld gaan van de resultaten van de vorige goededoelentombola.
  De kostenbegroting, die deel uitmaakt van de aanvraag, wordt gebaseerd op de aanname dat hoogstens 80% van de totaal aantal te verkopen deelnamebewijzen verkocht zal worden en dat de handelswaarde van de prijzen niet hoger is dan 40% van het totaal bedrag van de te koop aangeboden deelnamebewijzen.
  Uit de kostenbegroting moet blijken dat als 80% van de deelnamebewijzen worden verkocht, ten minste 60% van de inkomsten besteed zullen kunnen worden aan goede doelen en slechts maximaal 40% aan rechtstreekse kosten.
  De kostenbegroting vermeldt in aanvulling het maximaal aantal deelnamebewijzen dat in omloop zal worden gebracht, de nominale waarde van een deelnamebewijs, de verwachte reclame-inkomsten, de procentuele commissie voor de verkopers per verkocht deelnamebewijs uitgesplitst per verkoopkanaal en een gedetailleerde raming van alle kosten die rechtstreeks verband houden met de organisatie van de goededoelentombola.
  De aanvraag moet ook vergezeld gaan van de nodige toelichtingen, waaronder een marketingplan, een trekkingsprocedure en een deelnemingsreglement waarin in algemene termen wordt aangegeven via welke wervings- en reclameactiviteiten de goededoelentombola zal worden aangeboden, via welke verkoopkanalen en de basiselementen waaruit de regering bij haar beoordeling zal kunnen afleiden of de aanvrager de voorwaarden en beperkingen voor de vergunning naleeft. De aanvraag omvat onder meer een controle op eerlijkheid van de communicatie naar de consument toe, de correcte voorstelling van de winstkansen, de bescherming van de persoonsgegevens, de bescherming van de minderjarigen, dat de goededoelentombola wegens zijn aard en zijn organisatiewijze niet aanzet tot overmatige deelname aan of leidt tot verslaving aan dat spel, dat een winnaar uitsluitend door het toeval wordt aangeduid, dat de trekking in België plaatsvindt onder toezicht van een gerechtsdeurwaarder en dat niet de indruk wordt gewekt dat spelen een alternatief voor werken of een uitweg uit financiële moeilijkheden zou zijn.
  Na ontvangst van de aanvraag wordt binnen dertien weken een besluit genomen over de aanvraag. Dit is een termijn van orde.

HOOFDSTUK 4. - Looptijd
Art.5. De looptijd van een goededoelentombola wordt bepaald in de vergunning en is ten hoogste twaalf maanden.
  De vergunninghouder organiseert alle activiteiten binnen de looptijd van de vergunning. De verkoop, de eventuele reclame voor de goededoelentombola en de trekking(en) moeten binnen deze periode plaatsvinden. Voorafgaand aan de looptijd van de vergunning mogen alleen voorbereidende werkzaamheden worden uitgevoerd.

HOOFDSTUK 5. - De vergunning
Afdeling 1. - Algemene voorschriften
Art.6. Aan de verlening van de vergunning worden volgende minimale na te leven voorschriften verbonden:
  1° de vergunninghouder maakt uitsluitend noodzakelijke kosten voor de organisatie en de verdeling van de tombola, dat wil zeggen die welke rechtstreeks verband houden met het organiseren van de goededoelentombola waarvoor toelating is gegeven. De vergunninghouder beperkt deze kosten door de goededoelentombola te organiseren zonder winstoogmerk;
  2° de handelswaarde van de prijzen mag niet hoger zijn dan 40% van het totaal van de te verkopen deelnamebewijzen;
  3° ten minste 60% van de totale opbrengst van de goededoelentombola wordt toegewezen aan de doeleinden waarvoor de tombola wordt toegelaten;
  4° de nominale waarde van een deelnamebewijs is minimum € 0,05 en maximum € 20;
  5° per ingediend aanvraagdossier mag slechts één goed doel gefinancierd worden;
  6° de vergunninghouder informeert de consument op duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige wijze over de rechten en plichten die verbonden zijn aan de deelname aan de goededoelentombola, en stelt daartoe een deelnemingsreglement op dat op transparante wijze aan alle deelnemers wordt bekendgemaakt;
  7° vóór aanvang van de distributie van de deelnamebewijzen maakt de vergunninghouder op duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige wijze de plaats, de dag en het uur van de trekking(en) bekend, alsook de wijze waarop de resultaten bekend zullen worden gemaakt;
  8° de vergunninghouder maakt de prijzen en het prijzenschema op duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige wijze bekend vóór aanvang van de distributie van de deelnamebewijzen;
  9° de vergunninghouder vermeldt duidelijk op alle deelnamebewijzen en in de andere publicaties aangaande de tombola, voor zover dit praktisch mogelijk is:
  - de datum en referentie van de publicatie van de vergunning bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad,
  - naam en e-mailadres, website en/of telefoonnummer waar inlichtingen verkrijgbaar zijn,
  - de in de vergunning aangegeven doeleinden waarvoor de tombola wordt georganiseerd,
  - het prijzenschema per trekking,
  - het aantal deelnamebewijzen in de tombola en de nominale waarde van elk deelnamebewijs,
  - plaats, dag en uur van de trekking(en);
  10° de vergunninghouder maakt de resultaten van de trekking onmiddellijk en op duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige wijze bekend;
  11° de vergunninghouder stelt de kans op winst louter voor als een kwestie van toeval. De winstkansen worden correct voorgesteld en er wordt niet beweerd of gesuggereerd dat spelen een alternatief is voor werken of een manier om uit financiële moeilijkheden te komen;
  12° alleen naturaprijzen zijn toegestaan;
  13° de vergunninghouder mag de opbrengst van de onder zijn vergunning georganiseerde goededoelentombola niet combineren met die van andere organisatoren om gezamenlijke prijzen aan te bieden;
  14° de vergunninghouder waarborgt de onmiddellijke overhandiging van de prijzen. De winnaars kunnen hun prijzen claimen tot minstens vier werkdagen na de bekendmaking van de trekkingsresultaten;
  15° de vergunninghouder waarborgt de veiligheid en betrouwbaarheid van de trekking(en). De vergunninghouder zorgt voor een transparant trekkingsproces en stelt hiertoe een trekkingsprocedure op die waarborgt dat een winnaar uitsluitend door het toeval wordt aangeduid;
  16° de vergunninghouder verricht de trekking(en) voor de goededoelentombola op Belgisch grondgebied onder het toezicht van een gerechtsdeurwaarder;
  17° de vergunninghouder laat geen personen als deelnemer toe die rechtstreeks of via tussenpersonen betrokken zijn bij de trekking(en), tenzij de trekkingsprocedure en het deelnemingsreglement uitdrukkelijk voorschrijven hoe het toeval niet wordt beïnvloed;
  18° de vergunninghouder waarborgt dat minderjarigen niet kunnen deelnemen aan de tombola. Minderjarigen mogen ook niet betrokken zijn bij de verkoop van deelnamebewijzen;
  19° de vergunninghouder richt zijn goededoelentombola niet rechtstreeks op minderjarigen. De vergunninghouder toont in reclame geen minderjarigen die rechtstreeks in verband worden gebracht met deelname aan een tombola. In geen geval mag advertentieruimte worden gekocht in media die specifiek op kinderen en adolescenten zijn gericht;
  20° de vergunninghouder waarborgt dat de aard en de organisatie van de tombola niet aanzetten tot overmatige deelname aan of verslaving aan de tombola. De vergunninghouder moet het netwerk van verkopers van deelnamebewijzen hiervan voldoende bewust maken;
  21° de vergunninghouder zorgt ervoor dat zijn financiële betrouwbaarheid onberispelijk is. Daartoe kan de Nationale Loterij op elk moment verantwoording vragen of een audit uitvoeren;
  22° de vergunninghouder ziet toe op de kwaliteit en veiligheid van de tombola waarvoor toelating is gegeven, met name om alle situaties te voorkomen die het vertrouwen van de consument kunnen schaden;
  23° de vergunninghouder mag de goededoelentombola niet voorstellen als een vorm van spelen die niet zou vallen onder de toepassing van de wet en de definitie van artikel 301 van het Strafwetboek;
  24° een goededoelentombola mag niet, in welke vorm ook, worden georganiseerd ter promotie of ter ondersteuning van kansspelen bedoeld in de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers.

Afdeling 2. - Inschakelen van derden
Art.7. De vergunninghouder mag de organisatie van de goededoelentombola en de uitvoering ervan (of een deel ervan) uitbesteden aan één of meer derden.
  De vergunninghouder verstrekt daartoe een schriftelijke machtiging aan die derde(n) of sluit een schriftelijke overeenkomst met die derden. Daarin wordt in elk geval opgenomen welke onderdelen worden uitbesteed. De vergunninghouder blijft volledig verantwoordelijk voor de organisatie en de uitvoering van de goededoelentombola en voor de naleving van de voorwaarden voor de vergunning en het toezicht op de derde-partij(en).

HOOFDSTUK 6. - Toezicht en controle
Art.8. De vergunning wordt verleend onder de voorwaarde dat de vergunninghouder binnen drie maanden na afloop van de vergunning een financieel verslag over de goededoelentombola indient bij de Nationale Loterij. De vergunninghouder neemt hierin minstens de kosten op voor de aankoop van de prijzen, het drukwerk, de communicatie, het reclamebureau, de commissie voor de verkopers, de deurwaarder, de accountant, en alle overige kosten die rechtstreeks verband houden met de organisatie van de goededoelentombola. Deze overige kosten moeten worden gestaafd met bewijsstukken.
  Een kopie van de deelnamebewijzen, het drukwerk, de reclame en het deurwaardersverslag moeten ook worden ingediend.
  Het verslag en de kopieën bedoeld in het eerste en tweede lid worden door de Nationale Loterij gebruikt voor controledoeleinden. Mocht er vastgesteld worden dat de georganiseerde tombola niet in overeenstemming is met de bepalingen van dit besluit en/of met de afgegeven vergunning, dan is het mogelijk dat de aanvrager in de toekomst een nieuwe vergunning wordt geweigerd.

HOOFDSTUK 7. - Overgangsbepaling
Art.9. Dit koninklijk besluit is van toepassing op de vergunningen die worden afgeleverd na de inwerkingtreding van dit besluit.

HOOFDSTUK 8. - Uitvoeringsbepaling
Art. 10. De minister bevoegd voor de Nationale Loterij is belast met de uitvoering van dit besluit.