Details





Titel:

5 NOVEMBER 2023. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 september 2016 tot uitvoering van hoofdstuk V: De slapende rekeningen, safes en verzekeringsovereenkomsten, van de wet van 24 juli 2008 houdende diverse bepalingen



Inhoudstafel:


Art. 1-13, 15/1, 15/2, 14-17



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2016003328 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 1 september 2016 tot uitvoering van hoofdstuk V: de slapende rekeningen, safes en verzekeringsovereenkomsten van de wet van 24 juli 2008 houdende diverse bepalingen (I), wordt 4° vervangen door wat volgt:
  "4° betrokkene: natuurlijke persoon bedoeld door de wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens.".

Art.2. Artikel 4 van dit besluit wordt als volgt vervangen:
  "Art. 4. § 1. Voor de berekening van het bedrag van 60 euro bedoeld in de artikelen 26, § 4 en 28, § 3, eerste lid, van de wet, worden al de slapende tegoeden op rekeningen van eenzelfde houder bij eenzelfde instelling-depositaris samengeteld.
  § 2. Voor de toepassing van de artikelen 26, § 4, en 27, eerste lid, van de wet worden de volgende koersen gebruikt:
  1° voor de omzetting van deviezen in euro, de koersen die op het ogenblik van de berekening door de instelling-depositaris worden gebruikt;
  2° voor de marktwaarde van de effecten, de koers die geldt op de meest liquide markt, hierbij inbegrepen de markt van de openbare veilingen, waarop de betrokken effecten zijn verhandeld, op het ogenblik van de berekening.
  § 3. Voor de toepassing van artikel 28, § 2, eerste en tweede lid, van de wet worden volgende koersen gebruikt:
  1° voor de omzetting van de deviezen in euro, de koersen die op de dag van de omzetting door de instelling-depositaris worden gebruikt;
  2° voor de verkoop van de effecten, de koers die geldt op de meest liquide markt, hierbij inbegrepen de markt van de openbare veilingen, waarop de betrokken effecten zijn verhandeld, op de dag van de transactie.
  De effecten waarvoor geen kopers worden gevonden of waarvan de verkoopkosten hoger zijn dan hun waarde, worden beschouwd als effecten die geen waarde hebben.".

Art.3. In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° tussen het eerste en het tweede lid wordt een als volgt opgesteld lid ingevoegd:
  "De kosten die de instellingen-depositaris mogen aanrekenen voor de omzetting van de deviezen, het beheer en de verkoop van de effecten bedoeld in artikel 28, § 2, eerste en tweede lid, van de wet zijn deze die contractueel bepaald zijn tussen de instelling-depositaris en de houder. In het geval van verkoop van effecten op een openbare veiling, mag de instelling-depositaris de werkelijk gedane kosten aanrekenen.";
  2° het vroegere derde lid, dat vierde lid wordt, wordt als volgt vervangen:
  "De opsporingskosten bedoeld in artikel 31, tweede lid, mogen worden gecumuleerd met de werkelijke kosten voor de opening van de safes en de opstelling van de inventaris zoals bepaald in artikel 32, § 1, zevende lid, van de wet en de kosten voor de bewaring en de materiële levering van de verzegelde omslagen bedoeld in artikel 32, § 2, tweede lid. In voorkomend geval mogen deze kosten verhaald worden op de tegoeden die in speciën werden aangetroffen bij de opening van de safe.".

Art.4. Artikel 7 van dit besluit wordt als volgt vervangen:
  "Art. 7. De gegevens bedoeld in artikel 28, § 1, eerste lid, van de wet zijn:
  1° de identificatie van de instelling-depositaris,
  2° het Rijksregisternummer of, bij gebrek daaraan, de naam, de voornaam en de geboortedatum van de houder,
  3° de identificatie van het aan de Kas overgedragen bedrag.
  De overdracht van de in het eerste lid bedoelde gegevens gebeurt maximum vijf bankwerkdagen voorafgaandelijk aan en uiterlijk tegelijk met de overdracht van de tegoeden van de slapende rekeningen.".

Art.5. Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt als volgt vervangen:
  "Art. 8. De gegevens bedoeld in artikel 32, § 2, eerste lid, van de wet zijn:
  1° de identificatie van de instelling-verhuurder;
  2° het Rijksregisternummer of, bij gebrek daaraan, de naam, de voornaam en de geboortedatum van de huurder;
  3° de identificatiecode van de slapende safe die de instelling-verhuurder in staat moet stellen de referte van het proces-verbaal van opening van de safe of van het document dat het vervangt, de datum van het slapend worden van de safe en de datum van opening van de safe terug te vinden, en moet de Finshop in staat stellen de verzegelde omslagen van de safe met elkaar te verbinden.
  In afwijking van het eerste lid, 2°, mogen de verzegelde omslagen met de tegoeden uit safes, waarvan de huurder niet identificeerbaar is, overgedragen worden op naam van de Kas.".

Art.6. In artikel 9 van hetzelfde besluit, wordt paragraaf 2 opgeheven.

Art.7. In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 april 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt als volgt vervangen:
  "De overdracht van de in artikelen 7 en 9 bedoelde gegevens aan de Kas gebeurt volgens de technische standaard en de nadere specificaties die de Kas na overleg met Febelfin en Assuralia op uniforme wijze vaststelt. De gelijktijdige overdracht van de in artikel 8 bedoelde gegevens aan de Kas en aan de bevoegde federale overheidsdienst Finshop gebeurt volgens de technische standaard en de nadere specificaties die de Kas en de bevoegde federale overheidsdienst Finshop na overleg met Febelfin op uniforme wijze vaststelt.";
  2° het tweede lid wordt opgeheven;
  3° in derde lid, dat tweede lid is geworden, worden de woorden "mag de Kas" vervangen door de woorden "mogen de Kas en/of de bevoegde federale overheidsdienst Finshop".

Art.8. Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art.9. In artikel 12 van hetzelfde besluit, worden de woorden "`aan de Kas en in hun geheel teruggegeven aan de rechthebbende." vervangen door de woorden "aan de bevoegde federale overheidsdienst Finshop.".

Art.10. In artikel 13 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 april 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt als volgt vervangen:
  "Na de correcte overdracht van de gegevens bedoeld in artikel 8 bepaalt de bevoegde federale overheidsdienst Finshop een tijdstip en plaats voor de levering van de verzegelde omslagen, tegen ontvangstbewijs.";
  2° in derde lid, worden de woorden "de verantwoordelijkheid van de Kas" vervangen door de woorden "de verantwoordelijkheid van de bevoegde federale overheidsdienst Finshop" en de woorden "door haar" vervangen door de woorden "door hem";
  3° in vierde lid worden de woorden "de Kas" vervangen door de woorden "de bevoegde federale overheidsdienst Finshop";
  4° artikel 13 wordt aangevuld met een lid dat als volgt is opgesteld:
  "De bevoegde federale overheidsdienst Finshop controleert of de inventarissen met de omslagen en de verzegelingen van de omslagen aanwezig zijn. Indien de inventaris niet overeenstemt met de inhoud van een omslag of een verzameling van omslagen brengt de bevoegde federale overheidsdienst Finshop de instelling-verhuurder op de hoogte die een nieuwe inventaris door een gerechtsdeurwaarder laat opstellen.".

Art.11. Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen door het volgende:
  "Art. 14. De inventaris wordt overgedragen aan de bevoegde federale overheidsdienst Finshop op hetzelfde ogenblik als de levering van de omslag of van de corresponderende verzegelde omslagen.".

Art.12. Artikel 15 van dit besluit wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "De rekening bedoeld in het eerste lid wordt onmiddellijk als slapende rekening beschouwd wanneer de safe waaruit het contante geld is weggenomen, slapend is geworden. Deze rekening wordt binnen een maand overgemaakt aan de Kas overeenkomstig artikel 28 van de wet, zonder dat een nieuwe opsporing krachtens artikel 26 van de wet nodig is.".

Art.13. In hetzelfde besluit, wordt een hoofdstuk 4/1 ingevoegd, dat de artikelen 15/1 en 15/2 omvat, als volgt opgesteld:
  "HOOFDSTUK 4/1. - Realisatie van de omslagen

Art. 15/1. De bevoegde federale overheidsdienst Finshop verkoopt de inhoud van de omslagen zo spoedig mogelijk op de openbare veilingen.
  De bevoegde federale overheidsdienst Finshop kan zich laten bijstaan door een expert of een mandaat geven aan een gespecialiseerde verkoopzaal. In dit geval mogen de werkelijke kosten worden afgetrokken van de opbrengst van de verkoop en dit naast de kosten bepaald in artikel 6, vierde lid.
  De voorwerpen waarvan de verkoop verboden of gereglementeerd is, worden overgedragen aan de bevoegde administraties.

Art. 15/2. De bevoegde federale overheidsdienst Finshop gaat over tot storting per huurder van de tegenwaarde van de safe en tot overdracht per huurder van de identificatie van de instelling-verhuurder, het rijksregisternummer van de huurder en de tegenwaarde van de omslagen.
  De Kas bepaalt de modaliteiten voor overdracht van de gegevens en de tegenwaarde van de omslagen met de bevoegde federale overheidsdienst Finshop.".

Art.14. Artikel 16 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 16. De Federale Overheidsdienst Financiën, vertegenwoordigd door de voorzitter van het Directiecomité, is de verantwoordelijke voor de verwerking in de zin van de wet van 30 juli 2018 voor het verzamelen, verwerken en opslaan van de persoonsgegevens bedoeld in de artikelen 7, 8 en 9.".

Art.15. In hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven:
  1° de artikelen 21 tot 24;
  2° artikel 25, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 april 2017.

Art.16. Artikel 30 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 april 2017, wordt opgeheven.

Art. 17. De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.