Artikels:
HOOFDSTUK 1. - Wijziging van bijlage 1 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen
Artikel 1. Bijlage 1 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen wordt vervangen door de bijlage die bij dit besluit gevoegd is.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van bijlage 2 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen
Art.2. In tabel 2 van punt 4 van bijlage 2 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen, wordt de rij
"
"
vervangen door de rij
"
".
Art.3. Aan punt 5 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt een punt 5.2.5 toegevoegd, dat luidt als volgt:
"5.2.5 Voor de productie van basiszaad en gecertificeerd zaad van hybriden van Triticum aestivum subsp. aestivum, Triticum aestivum subsp. spelta en Triticum turgidum subsp. durum door middel van de CMS-techniek
Het gewas voldoet aan de volgende normen over de afstand tot dicht in de buurt gelegen bestuivingsbronnen die tot ongewenste vreemdbestuiving kunnen leiden:
Tabel 6.
minimumafstanden | gewassen |
300 m | voor de vrouwelijke kruisingspartner (met CMS) voor de productie van basiszaad |
25 m | voor de productie van gecertificeerd zaad |
".
Art.4. Punt 5.3.1.3 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
"5.3.1.3 Andere soorten
Voor het bepalen van de soortonzuiverheden:
percelen tot 1 ha: 4 tellingen, elk op 10 m2;
percelen groter dan 1 ha: 1 bijkomende telling (op 10 m2) per bijkomende ha.
gemiddelde x 10 = X/are
Voor het bepalen van rasonzuiverheden:
percelen tot 1 ha: 4 tellingen van een aantal bloeiwijzen (aren), afhankelijk van de te produceren klasse, zoals opgegeven in tabel 6;
percelen groter dan 1 ha: 1 bijkomende telling per bijkomende ha.
Tabel 7.
te produceren klasse | minimaal aantal bloeiwijzen (aren) in de telling |
prebasiszaad | 10000 |
basiszaad E2 | 8000 |
basiszaad E3 | 4000 |
basiszaad | 5000 |
gecertificeerd zaad/ gecertificeerd zaad R1 | 2000 |
gecertificeerd zaad R2 | 1000 |
Bij de productie van chemisch hybride rassen van autogame granen worden de moeder- en vaderstroken gekeurd nadat ze in aar gekomen zijn.".
Art.5. Punt 5.3.2 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
"5.3.2 Soortonzuiverheden
De principes en toleranties die van toepassing zijn, zijn vermeld in tabel 8.
Tabel 8.
aantal planten van een vreemde graansoort per are | ingeschreven voor de productie van: |
X ≤ 3 | prebasiszaad/basiszaad/basiszaad E2 en E3 |
X ≤ 6 | gecertificeerd zaad/gecertificeerd zaad R1 |
X ≤ 15 | gecertificeerd zaad R2 |
De bovenvermelde normen worden strikt toegepast voor volgende soortonzuiverheden: - wilde haver in haver; - tarwe en triticale in spelt; - tarwe en rogge in triticale; - spelt en triticale in tarwe; - triticale en tarwe in rogge. |
In alle andere gevallen van soortonzuiverheden dan deze die strikt toegepast moeten worden: aanvaarding op voorwaarde van afzonderlijke stockage en triage. |
".
Art.6. In punt 5.3.3.6 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt de zinsnede "tabel 8" vervangen door de zinsnede "tabel 9" en wordt de zinsnede "Tabel 8" vervangen door de zinsnede "Tabel 9".
Art.7. Aan punt 5 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt een punt 5.3.3.9 toegevoegd, dat luidt als volgt:
"5.3.3.9 Gewassen voor de productie van basiszaad en gecertificeerd zaad van hybriden van Triticum aestivum subsp. aestivum, Triticum aestivum subsp. spelta en Triticum turgidum subsp. durum door middel van de CMS-techniek
Het gewas is voldoende rasecht en raszuiver wat de kenmerken van de kruisingspartners betreft.
a) Het gewas voldoet in het bijzonder aan de volgende normen:
1) Het percentage aan planten die duidelijk rasafwijkend zijn, mag niet meer bedragen dan:i)
i) voor de gewassen voor de productie van basiszaad: 0,1% voor de instandhouder en de hersteller en 0,3% voor de vrouwelijke kruisingspartner (met CMS);
ii)voor de gewassen voor de productie van gecertificeerd zaad: 0,3% voor de hersteller en 0,6% voor de vrouwelijke kruisingspartner (met CMS) en 1% voor het geval de vrouwelijke kruisingspartner (met CMS) een enkele hybride is.
2) De mannelijke steriliteit van de vrouwelijke kruisingspartner bedraagt ten minste:
i) 99,7% voor gewassen voor de productie van basiszaad;
ii) 99% voor gewassen voor de productie van gecertificeerd zaad.
3) De naleving van de eisen van punt 1) en 2) wordt via officiële nacontroles onderzocht.
b) Gecertificeerd zaad mag in gemengde teelt worden geproduceerd van een vrouwelijke, mannelijke steriele kruisingspartner met een mannelijke kruisingspartner die de fertiliteit herstelt.
De bevoegde entiteit brengt tegen 28 februari van elk jaar bij de Europese Commissie en de andere lidstaten verslag uit van de resultaten van het voorgaande jaar wat betreft de hoeveelheid geproduceerde hybride zaden, de overeenstemming van de veldkeuringen met de respectieve eisen, het percentage van de partijen zaden dat is afgewezen door ontoereikende kwaliteitsparameters en alle verdere informatie die die afwijzing rechtvaardigt. De voormelde rapportageverplichting is van toepassing tot en met 28 februari 2030.".
Art.8. In punt 5.4 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt de zinsnede "tabel 9" vervangen door de zinsnede "tabel 10" en wordt de zinsnede "Tabel 9" vervangen door de zinsnede "Tabel 10".
Art.9. In punt 6.1 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt de zinsnede "tabel 10" vervangen door de zinsnede "tabel 11" en wordt de zinsnede "Tabel 10" vervangen door de zinsnede "Tabel 11".
Art.10. In punt 6.2.1.1 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt de zinsnede "tabel 11" vervangen door de zinsnede "tabel 12" en wordt de zinsnede "Tabel 11" vervangen door de zinsnede "Tabel 12".
Art.11. Het opschrift van punt 6.2.1.2 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door "Sorghum spp. en Zea mays".
Art.12. Het opschrift van punt 6.2.1.3 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door "Hybriden van Secale cereale en CMS-hybriden van Hordeum vulgare, Triticum aestivum subsp. aestivum, Triticum aestivum subsp. spelta en Triticum aestivum subsp. durum".
Art.13. Punt 6.2.1.4 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
"6.2.1.4. Hybriden van Avena nuda, Avena sativa, Avena strigosa, Hordeum vulgare, Oryza sativa, Triticum aestivum subsp. aestivum, Triticum turgidum subsp. durum, Triticum aestivum subsp. spelta en zelfbestuivende xTriticosecale
De minimale raszuiverheid van de categorie gecertificeerd zaad bedraagt ten minste 90%.
Voor Hordeum vulgare, Triticum aestivum subsp. aestivum, Triticum aestivum subsp. spelta en Triticum turgidum subsp. durum die met CMS is geproduceerd, bedraagt de minimale raszuiverheid 85%. Andere onzuiverheden dan de hersteller mogen niet meer dan 2% bedragen.
De minimale raszuiverheid wordt gecontroleerd via officiële nacontroles op het controleveld van een adequaat gedeelte van de zaadmonsters.
De bevoegde entiteit brengt tegen 28 februari van elk jaar bij de Europese Commissie en de andere lidstaten verslag uit van de resultaten van het voorgaande jaar wat betreft de hoeveelheid geproduceerde hybride zaden van Triticum aestivum subsp. aestivum, Triticum aestivum subsp. spelta en Triticum turgidum subsp. durum en het percentage van de partijen zaden dat is afgewezen wegens ontoereikende kwaliteitsparameters, de resultaten van de nacontrole en alle verdere informatie die die afwijzing rechtvaardigt. De rapportageverplichting is van toepassing tot en met 28 februari 2030.".
Art.14. Punt 6.2.1.5 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.15. In punt 6.2.3 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "De ontleding kan in het Laboratorium voor Zaadontleding" vervangen door de woorden "De analyse kan in een officieel laboratorium handelskwaliteit" en wordt de zinsnede "tabel 12" vervangen door de zinsnede "tabel 13";
2° in het vijfde lid wordt het woord "ontleding" vervangen door het woord "analyse";
3° de zinsnede "Tabel 12" wordt vervangen door de zinsnede "Tabel 13".
4° in het laatste lid wordt de zinsnede "tabel 12" vervangen door de zinsnede "tabel 13".
Art.16. In punt 6.2.4 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt de zinsnede "tabel 13" vervangen door de zinsnede "tabel 14", wordt de zinsnede "Tabel 13" vervangen door de zinsnede "Tabel 14", wordt de zinsnede "tabel 14" vervangen door de zinsnede "tabel 15" en wordt de zinsnede "Tabel 14" vervangen door de zinsnede "Tabel 15".
Art.17. In het opschrift en de tekst van punt 6.3 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt het woord "certificaat" vervangen door het woord "attest".
Art.18. In punt 6.4 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt de zinsnede "tabel 15" vervangen door de zinsnede "tabel 16" en wordt de zinsnede "Tabel 15" vervangen door de zinsnede "Tabel 16".
Art.19. In punt 7 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt het woord "ontleding" telkens vervangen door het woord "analyse".
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van bijlage 3 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen
Art.20. In punt 6.2.1.2 van bijlage 3 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen wordt het woord "bedrijfslaboratorium" vervangen door de woorden "officieel laboratorium handelskwaliteit of een erkend bedrijfslaboratorium".
Art.21. In punt 6.2.2 van bijlage 3 bij hetzelfde besluit worden de woorden "het Laboratorium voor Zaadontleding" vervangen door de woorden "officieel laboratorium handelskwaliteit of een erkend bedrijfslaboratorium".
Art.22. In punt 7 van bijlage 3 bij hetzelfde besluit wordt het woord "ontleding" telkens vervangen door het woord "analyse".
Art.23. In punt 8.3.1 van bijlage 3 bij hetzelfde besluit wordt de zinsnede "tabel 10" vervangen door de zinsnede "tabel 12".
HOOFDSTUK 4. - Wijziging van bijlage 4 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen
Art.24. In punt 5.2 van bijlage 4 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen worden de woorden "het Laboratorium voor Zaadontleding" vervangen door de woorden "een officieel laboratorium handelskwaliteit".
HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van bijlage 5 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen
Art.25. In punt 5.3.2.4 van bijlage 5 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen wordt de nummering "(e)" vervangen door de nummering "(b)".
Art.26. In punt 7.2.2.1 van bijlage 5 bij hetzelfde besluit worden de woorden "het Laboratorium voor Zaadontleding" vervangen door de woorden "een officieel laboratorium handelskwaliteit".
HOOFDSTUK 6. - Wijzigingen van bijlage 6 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen
Art.27. In het opschrift van bijlage 6 bij het ministerieel besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen wordt de zinsnede "artikel 7" vervangen door de zinsnede "artikel 6".
Art.28. In punt 5.2.2 van bijlage 6 bij hetzelfde besluit worden de woorden "het Laboratorium voor "Zaadontleding" vervangen door de woorden "een officieel laboratorium handelskwaliteit".
HOOFDSTUK 7. - Slotbepaling
Art.29. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024, met uitzondering van
1° punt 1.2.3. van bijlage 1 betreffende de aanwijzing van een officieel laboratorium handelskwaliteit, dat in werking treedt vanaf de dag van de ondertekening van dit besluit.
2° de bepalingen in bijlage 1 die een officieel laboratorium handelskwaliteit vermelden, die in werking treden vanaf de aanwijzing van een officieel laboratorium handelskwaliteit, met uitzondering van punt 1.2.3. van dezelfde bijlage.
BIJLAGE.
Art. N. (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 31-10-2023, p. 101099)