16 OKTOBER 2023. - Koninklijk besluit betreffende de retributies inzake identificatie en registratie van dieren
Art. 1-7
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. De verenigingen, erkend in toepassing van hoofdstuk II van de dierengezondheidswet van 24 maart 1987, waaraan taken betreffende de identificatie en de registratie van dieren worden toevertrouwd in toepassing van artikel 2 en artikel 3, 2° van het koninklijk besluit van 26 november 2006 houdende voorwaarden voor de erkenning van de verenigingen voor de bestrijding van dierenziekten en het hun toevertrouwen van taken die tot de bevoegdheid van het Agentschap behoren, worden belast met de inning van de in dit besluit bedoelde retributies voor de identificatie en registratie van de dieren en waarvoor zij de begunstigde zijn.
Art.2. Voor de toepassing van dit besluit gelden de definities uit artikel 2 en uit bijlage I van het koninklijk besluit van 20 mei 2022 betreffende de identificatie en de registratie van bepaalde hoefdieren, pluimvee, konijnen en bepaalde vogels.
Art.3. § 1. De verenigingen factureren en ontvangen de in dit besluit bedoelde retributies.
De exploitant betaalt aan de vereniging de in de bijlage vermelde retributies. De bedragen in de bijlage zijn uitgedrukt zonder btw.
§ 2. De retributies worden jaarlijks aangepast op basis van de gezondheidsindex van de maand januari van het lopende jaar.
De gezondheidsindex is het prijsindexcijfer dat berekend wordt voor de toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 ter vrijwaring van 's lands concurrentievermogen, bekrachtigd bij de wet van 30 maart 1994 houdende sociale bepalingen.
De indexatie van deze retributies is van toepassing vanaf 1 februari van elk jaar vanaf 2024.
§ 3. De exploitant die in een zelfde inrichting een combinatie houdt van een beslag schapen en geiten, betaalt per jaar slechts één jaarlijkse retributie voor het eerste beslag van deze diersoorten.
§ 4. De Minister kan het bedrag van de in de bijlage vermelde retributies herzien.
Art.4. Voor een retributie die niet betaald is binnen de 60 dagen na de datum van verzenden, wordt een eerste herinnering verstuurd en wordt per beslag waarvoor de retributie verschuldigd is een forfaitaire retributie toegevoegd van 25 euro. Het bedrag van deze retributie is uitgedrukt zonder btw.
Een tweede herinnering, 60 dagen na de eerste, wordt aangetekend verstuurd en de retributie wordt met nogmaals met dezelfde retributie aangevuld als vermeld in lid 1.
Bij het niet betalen binnen de 60 dagen na de datum van verzenden van de tweede herinnering, wordt het dossier overgemaakt aan het Agentschap.
Art.5. Het koninklijk besluit van 14 mei 2012 betreffende de retributies inzake identificatie en registratie van dieren, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 1 juli 2014 en van 25 juni 2018, wordt opgeheven.
Art.6. In artikel 125, § 1, van het koninklijk besluit van 20 mei 2022 betreffende de identificatie en de registratie van bepaalde hoefdieren, pluimvee, konijnen en bepaalde vogels, worden de woorden "koninklijk besluit van 14 mei 2012 betreffende de retributies inzake identificatie en registratie van dieren" vervangen door de woorden "koninklijk besluit van 16 oktober 2023 betreffende de retributies inzake identificatie en registratie van dieren" .
Art.7. De minister bevoegd voor de veiligheid van de voedselketen is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2023, p. 100465)