7 JULI 2023. - Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van deel III van luik III van het zesde Vlaams Intersectoraal Akkoord van 30 maart 2021 voor de geregionaliseerde revalidatievoorzieningen, de psychiatrische verzorgingstehuizen, de initiatieven van beschut wonen en de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging voor het jaar 2023 en voor de revalidatievoorziening voor visuele revalidatie die niet verbonden is aan een universitair ziekenhuis voor het jaar 2022
HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Revalidatievoorzieningen
Art. 2-9
HOOFDSTUK 3. - Psychiatrische verzorgingstehuizen
Afdeling 1. - Private psychiatrische verzorgingstehuizen
Art. 10-11
Afdeling 2. - Publieke psychiatrische verzorgingstehuizen
Art. 12-13
Afdeling 3. - Algemene bepalingen voor private en publieke psychiatrische verzorgingstehuizen
Art. 14
HOOFDSTUK 4. - Initiatieven van beschut wonen
Art. 15-17
HOOFDSTUK 5. - Multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging
Art. 18-20
HOOFDSTUK 6. - Indexatie
Art. 21
HOOFDSTUK 7. - Slotbepaling
Art. 22
BIJLAGEN.
Art. N
HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:
1° besluit van 7 december 2018: het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging;
2° besluit van 22 oktober 2021: het besluit van de Vlaamse Regering van 22 oktober 2021 tot uitvoering van deel III van luik III van het zesde Vlaams Intersectoraal Akkoord van 30 maart 2021 voor de geregionaliseerde revalidatievoorzieningen, de psychiatrische verzorgingstehuizen, de initiatieven van beschut wonen en de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging;
3° decreet van 6 juli 2018: het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging;
4° departement: het Departement Zorg, vermeld in artikel 2, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 over het Departement Zorg;
5° erkende opnamecapaciteit: de erkende opnamecapaciteit, vermeld in artikel 69, tweede lid, van het besluit van 7 december 2018;
6° initiatief van beschut wonen: een initiatief van beschut wonen als vermeld in artikel 2, 9°, van het decreet van 6 juli 2018;
7° multidisciplinaire begeleidingsequipe voor palliatieve verzorging: een multidisciplinaire begeleidingsequipe als vermeld in artikel 2, 11°, van het decreet van 6 juli 2018;
8° psychiatrisch verzorgingstehuis: een psychiatrisch verzorgingstehuis als vermeld in artikel 2, 12°, van het decreet van 6 juli 2018;
9° revalidatieovereenkomst: een revalidatieovereenkomst als vermeld in artikel 2, eerste lid, 25° /1, van het decreet van 8 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming;
10° revalidatievoorziening: een revalidatievoorziening als vermeld in artikel 2, 16°, van het decreet van 6 juli 2018;
11° intersectoraal akkoord: het zesde Vlaams intersectoraal akkoord van 30 maart 2021 voor de social/non-profitsectoren voor de jaren 2021 en 2022.
HOOFDSTUK 2. - Revalidatievoorzieningen
Art.2. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering van luik III, deel III, punt 2.3.1, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de revalidatievoorzieningen een budget.
Art.3. Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorziening, vermeld in tabel 1 die is opgenomen in bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd, 5039,55 euro.
Art.4. In dit artikel wordt verstaan onder theoretisch aantal eenheidsverstrekkingen: het theoretische aantal eenheidsverstrekkingen, vermeld in artikel 191, § 1, 3°, van het besluit van 7 december 2018.
Voor het jaar 2023 bedraagt het totale budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in tabel 2 die is opgenomen in bijlage 2, die bij dit besluit is gevoegd, 1.129.422,76 euro.
De budgetten, vermeld in het tweede lid, worden verdeeld over de revalidatievoorzieningen, vermeld in het tweede lid, op basis van het theoretische aantal eenheidsverstrekkingen, vermeld in de revalidatieovereenkomst, op 1 januari 2023.
Art.5. Voor het jaar 2023 bedraagt het totale budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in tabel 3 die is opgenomen in de bijlage 3, die bij dit besluit is gevoegd, 648.068,63 euro.
De budgetten, vermeld in het eerste lid, worden lineair verdeeld over de revalidatievoorzieningen, vermeld in het eerste lid.
De revalidatievoorzieningen, vermeld in het eerste lid, zijn de revalidatievoorzieningen met een revalidatieovereenkomst, waarvan het erkenningsnummer begint met het nummer 7.73, op 1 januari 2023.
Art.6. Voor het jaar 2023 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorziening, vermeld in tabel 4 die is opgenomen in bijlage 4, die bij dit besluit is gevoegd, 115.197,17 euro.
Art.7. Voor het jaar 2023 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in tabel 5 die is opgenomen in bijlage 5, die bij dit besluit is gevoegd, 332.983,62 euro.
De budgetten, vermeld in het eerste lid, worden lineair verdeeld over de revalidatievoorzieningen, vermeld in het eerste lid.
Art.8. Het departement betaalt het budget dat conform artikel 3, 4, 5, 6 en 7 wordt toegekend aan de revalidatievoorzieningen, vermeld in bijlage 1 tot en met 5, die bij dit besluit zijn gevoegd, via een storting op de financiële rekening in kwestie.
Het budget, vermeld in het eerste lid, wordt betaald na de goedkeuring van dit besluit.
Art.9. De middelen die conform artikel 3, 4, 5, 6 en 7 van dit besluit worden toegekend, worden ingezet voor de verdere uitbetaling van bijkomend personeel voor de uitvoering van de kernactiviteit, dat op basis van artikel 8 van het besluit van 22 oktober 2021 is aangeworven. De revalidatievoorzieningen, vermeld in artikel 4, 5 en 7, kunnen de toegewezen middelen met een aantal revalidatievoorzieningen binnen hun werksoort poolen.
Elke revalidatievoorziening verduidelijkt aan het departement conform de modaliteiten die het departement bepaalt, de invulling van het bijkomende personeel naargelang van lokale behoeften, na intern sociaal overleg conform de bepalingen van luik II, deel I, punt 11.2.1, van het intersectoraal akkoord.
HOOFDSTUK 3. - Psychiatrische verzorgingstehuizen
Afdeling 1. - Private psychiatrische verzorgingstehuizen
Art.10. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering luik III, deel III, punt 2.2.1, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de private psychiatrische verzorgingstehuizen een budget.
Art.11. Voor het jaar 2023 bedraagt het budget, vermeld in artikel 10, voor de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in tabel 6 die is opgenomen in bijlage 6, die bij dit besluit is gevoegd, 2.312.618,01 euro.
De budgetten, vermeld in het eerste lid, worden verdeeld over de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in het eerste lid, op basis van de erkende opnamecapaciteit per psychiatrisch verzorgingstehuis op 1 januari 2023. De budgetten, vermeld in het eerste lid, worden betaald na de goedkeuring van dit besluit.
Afdeling 2. - Publieke psychiatrische verzorgingstehuizen
Art.12. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering van luik III, deel III, punt 2.2.2, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de publieke psychiatrische verzorgingstehuizen een budget.
Art.13. Voor het jaar 2023 bedraagt het budget, vermeld in artikel 12, voor de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in tabel 7 die is opgenomen in bijlage 7, die bij dit besluit is gevoegd, 355.426,32 euro.
De budgetten, vermeld in het eerste lid, worden verdeeld over de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in het eerste lid, op basis van de erkende opnamecapaciteit per psychiatrisch verzorgingstehuis op 1 januari 2023. De budgetten, vermeld in het eerste lid, worde betaald na de goedkeuring van dit besluit.
Afdeling 3. - Algemene bepalingen voor private en publieke psychiatrische verzorgingstehuizen
Art.14. De middelen die conform artikel 10, 11, 12 en 13 van dit besluit worden toegekend, worden ingezet voor de verdere financiering van het bijkomende personeel voor de uitvoering van de kernactiviteit, dat op basis van artikel 13 van het besluit van 22 oktober 2021 is aangeworven.
Elk psychiatrisch verzorgingstehuis verduidelijkt aan het departement conform de modaliteiten die het departement bepaalt, de invulling van het bijkomende personeel naargelang van lokale behoeften, na lokaal sociaal overleg conform de bepalingen van luik II, deel I, punt 11.2.1, van het intersectoraal akkoord.
HOOFDSTUK 4. - Initiatieven van beschut wonen
Art.15. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering luik III, deel III, punt 2.4.1, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de private initiatieven van beschut wonen een budget.
Art.16. Voor het jaar 2023 bedraagt het budget, vermeld in artikel 15, voor de initiatieven van beschut wonen, vermeld in tabel 8 die is opgenomen in bijlage 8, die bij dit besluit is gevoegd, 751.214,01 euro.
De budgetten, vermeld in het eerste lid, worden verdeeld over de initiatieven van beschut wonen, vermeld in het eerste lid, op basis van de erkende begeleidingscapaciteit per initiatief van beschut wonen op 1 januari 2023. De budgetten, vermeld in het eerste lid, worden betaald na de goedkeuring van dit besluit.
In het tweede lid wordt verstaan onder erkende begeleidingscapaciteit: de erkende begeleidingscapaciteit, vermeld in artikel 122, § 1, eerste lid, 1°, van het besluit van 7 december 2018.
Art.17. De middelen die conform artikel 15 en 16 van dit besluit worden toegekend, worden ingezet voor de verdere financiering van het bijkomende personeel voor de uitvoering van de functies, vermeld in artikel 16 van het besluit van 7 december 2018, dat op basis van het besluit van 22 oktober 2021 is aangeworven. De initiatieven van beschut wonen, vermeld in artikel 15 en 16 van dit besluit, kunnen de voormelde toegewezen middelen met een aantal initiatieven van beschut wonen poolen.
Elk initiatief van beschut wonen verduidelijkt aan het departement conform de modaliteiten die het departement bepaalt, de invulling van het bijkomende personeel naargelang van lokale behoeften, na lokaal sociaal overleg conform de bepalingen van luik II, deel I, punt 11.2.1, van het intersectoraal akkoord.
HOOFDSTUK 5. - Multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging
Art.18. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering van luik III, deel III, punt 2.5, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging een budget.
Art.19. Voor het jaar 2023 bedraagt het budget, vermeld in artikel 18, voor de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging, vermeld in tabel 9 die is opgenomen in bijlage 9, die bij dit besluit is gevoegd, 88.946,18 euro.
De budgetten, vermeld in het eerste lid, worden betaald aan de vzw Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen, vermeld in tabel 9 die is opgenomen in bijlage 9, die bij dit besluit is gevoegd, na de goedkeuring van dit besluit.
Art.20. § 1. De budgetten die conform artikel 18 en 19 zijn toegekend, worden ingezet voor het bijkomende personeel dat op basis van artikel 19 van het besluit van 22 oktober 2021 binnen de vzw Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen aangeworven is, vermeld in tabel 9 die is opgenomen in bijlage 9, die bij dit besluit is gevoegd.
§ 2. Het personeelslid, vermeld in paragraaf 1, voert de volgende opdrachten uit:
1° projecten waar alle multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging belang bij hebben, aanvatten en trekken;
2° een visie op en een toekomstige aanpak voor de palliatieve thuiszorg in de toekomst onderbouwen.
Alle multidisciplinaire begeleidingsequipes worden betrokken bij de uitvoering van de opdrachten, vermeld in het eerste lid.
HOOFDSTUK 6. - Indexatie
Art.21. De bedragen, vermeld in dit besluit, worden gekoppeld aan het spilindexcijfer 123,14 (basis 2013 = 100).
De bedragen, vermeld in dit besluit, worden aangepast conform de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.
De koppeling aan het indexcijfer, vermeld in het eerste lid, wordt berekend en toegepast conform artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen.
HOOFDSTUK 7. - Slotbepaling
Art.22. De Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
Art. N.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 21-09-2023, p. 78652)