7 JUNI 2023. - Ministerieel besluit tot bepaling van de samenstelling van de dagprijs, de extra vergoedingen en de voorschotten ten gunste van derden aangerekend in de woonzorgcentra en de centra voor kortverblijf type 1
Art. 1-7
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder extra vergoeding : de vergoeding die kan worden aangerekend voor de persoonlijke en individuele diensten en leveringen.
Art.2. Dit besluit is van toepassing op:
1° een centrum voor kortverblijf: het centrum voor kortverblijf type 1, vermeld in 26, § 1, tweede lid, 1° van het Woonzorgdecreet van 15 februari 2019, met uitsluiting van het centrum voor kortverblijf dat uitgebaat wordt in de daartoe bestemde lokalen van een erkend centrum voor herstelverblijf;
2° een woonzorgcentrum: een woonzorgcentrum als vermeld in artikel 33 van het Woonzorgdecreet van 15 februari 2019, dat erkend is conform artikel 4 van het besluit van 28 juni 2019.
Art.3. Onder voorbehoud van de bepalingen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, worden volgende regels gehanteerd om te bepalen welke kostprijselementen in de dagprijs moeten opgenomen zijn, die kunnen worden aangerekend als extra vergoeding bovenop de dagprijs, of uitgaven zijn die, als zij niet in de dagprijs zijn opgenomen, enkel als voorschot ten gunste van derden kunnen aangerekend worden:
- alle kostprijselementen die verplicht aanwezig moeten zijn, volgens bijlage 11 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers, moeten verplicht worden opgenomen in de dagprijs;
- alle activiteiten die voorzien zijn in een tussenkomst door de overheid (basistegemoetkoming zorg...), voor het bedrag dat niet gedekt wordt door deze tussenkomst, moeten verplicht worden opgenomen in de dagprijs;
- alle kosten die het gevolg zijn van verplichtingen uit andere regelgeving die op woonzorgvoorzieningen van toepassing is, zijn inbegrepen zijn in de dagprijs;
- de kosten die voortvloeien uit het door de voorziening aangeboden verzorgings- en uitrustingsmateriaal moeten verplicht worden opgenomen in de dagprijs;
- de kosten die voortvloeien uit verzorgings- en uitrustingsmateriaal dat door de voorziening niet wordt aangeboden of zaken die op uitdrukkelijke vraag van de bewoner worden aangeboden, kunnen als voorschot ten gunste van derden worden aangerekend indien zij niet in de dagprijs zijn opgenomen;
- de kosten voor het verlenen van aangepaste zorg die gemaakt worden door de voorziening en die voortvloeien uit de gezondheidstoestand van een bewoner moeten verplicht worden opgenomen in de dagprijs;
- de kosten voor het gebruik, schoonmaak en onderhoud van het gehele patrimonium, alle onderdelen, het meubilair en de technische installaties ervan die voortvloeien uit het normaal gebruik, moeten verplicht worden opgenomen in de dagprijs;
- de kosten die voortvloeien uit zaken die op uitdrukkelijke vraag van de bewoner of zijn vertegenwoordiger worden voorzien, kunnen aangerekend worden als voorschot ten gunste van derden indien zij niet standaard in de dagprijs zijn opgenomen.
Art.4. De bijlage die bij dit besluit is gevoegd, omvat de opgave van de kostprijselementen die in de dagprijs moeten opgenomen zijn of die kunnen worden aangerekend als extra vergoeding bovenop de dagprijs. Daarnaast zijn uitgaven opgesomd die, als zij niet in de dagprijs zijn opgenomen, enkel als voorschot ten gunste van derden kunnen aangerekend worden.
Art.5. Het ministerieel besluit van 9 december 2009 tot bepaling van de samenstelling van de dagprijs, de extra vergoedingen en de voorschotten ten gunste van derden aangerekend in de woonzorgcentra, wordt opgeheven.
Art.6. Het ministerieel besluit van 26 januari 2023 tot bepaling van de samenstelling van de dagprijs, de extra vergoedingen en de voorschotten ten gunste van derden aangerekend in de woonzorgcentra en de centra voor kortverblijf type 1, wordt ingetrokken.
Art.7. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2023.
BIJLAGE.
Art. N.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 09-10-2023, p. 84650)