Details





Titel:

9 FEBRUARI 2023. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 20 december 2017 tot uitvoering van het decreet van 19 juli 2017 betreffende de verblijfkosten en de financiering van sommige zware apparaten van de medisch-technische diensten in universitaire ziekenhuizen



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2018010919 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 20 december 2017 tot uitvoering van het decreet van 19 juli 2017 betreffende de verblijfkosten en de financiering van sommige zware apparaten van de medisch-technische diensten in universitaire ziekenhuizen worden de punten 6° /1, 6° /2, 6° /3, 6° /4 en 6° /5 ingevoegd, luidend als volgt :
  " 6° /1 de beheerder : de beheerder, zoals bedoeld in artikel 8, 1° van de wet op de ziekenhuizen ;
  6° /2 de aanvrager : het universitair ziekenhuis ;
  6° /3 de bouwheer : het universitair ziekenhuis of, bij gebreke daarvan, de entiteit die een project bestelt en financiert en die minstens een zakelijk recht of een genotsrecht heeft op het terrein waarop het project zal worden gevestigd en de volle eigendom of het zakelijk recht op het genoemde project ;
  6° /4 de gedelegeerd bouwheer : het universitair ziekenhuis of, bij gebreke daarvan, de entiteit die hiertoe door het universitair ziekenhuis is gemandateerd met het oog op het geheel of gedeeltelijk beheer van het project in volledige samenwerking en met inachtneming van de doelstellingen en randvoorwaarden van het universitair en/of de bouwheer;
  6° /5 Residuaire eigendomsrechten: dit is de resterende macht waarover de eigenaar van onroerend goed beschikt, wanneer dit onroerend goed is bezwaard met een zakelijk recht ten voordele van een derde. De terminologie is verschillend, afhankelijk van de aard van het zakelijk recht. Wanneer dus een onroerend goed is bezwaard met een recht van vruchtgebruik ten voordele van een derde, is de houder van deze residuaire eigendomsbevoegdheid de 'blote eigenaar'; er is sprake van 'ondergrond' wanneer voornoemd onroerend goed is bezwaard met een recht van erfpacht of een recht van opstal ten behoeve van een derde. ".

Art.2. In artikel 13, § 2, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° 2° wordt vervangen als volgt : " 2° een verklaring op erewoord volgens welke het ziekenhuis en, in voorkomend geval, de bouwheer bevestigt dat de werken nog niet helemaal uitgevoerd zijn;" ;
  2° er wordt een 4° /1 ingevoegd, luidend als volgt : "4° /1 voor elk investeringsprogramma, een verslag waarin wordt bevestigd dat aan de voorwaarden bedoeld in punt 5°, is of zal worden voldaan ten laatste bij de aanvraag van de activering van de vierkante meters overeenkomstig artikel 20, en in voorkomend geval een specificatie wanneer dit om verschillende personen gaat, de juridische en contractuele relaties tussen het ziekenhuis, de bouwheer en de gedelegeerd bouwheer;" ;
  3° 5° wordt vervangen als volgt : "5° een kadastrale staat van de vestigingsplaats van het ziekenhuis, die bewijst dat het ziekenhuis of de universiteit minstens de residuaire eigendomsrechten op het terrein bezit, ofwel eigenaar is van het project, ofwel een zakelijk of genotsrecht daarop uitoefent voor een periode die ten minste gelijk is aan de boekhoudkundige afschrijvingsperiode van de investering, die wordt gespreid over ten minste vijfentwintig jaar voor onroerende goederen en over minder dan vijf jaar voor roerende goederen; in voorkomend geval, indien de bouwheer een andere persoon is dan het ziekenhuis of de universiteit, het bewijs dat de bouwheer ten minste een zakelijk recht of een genotsrecht heeft op het terrein waarop het project zal worden gevestigd en de volledige eigendom of het zakelijk recht op het betrokken project;";
  4° in 7° worden de woorden in de Franse tekst " maître de l'ouvrage" vervangen door de woorden "maître d'ouvrage";.

Art.3. In artikel 15 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in 5° worden de woorden "en, in voorkomend geval, van de bouwheer" ingevoegd tussen de woorden "de capaciteit van het ziekenhuis" en de woorden "om de werken binnen de aangekondigde termijn uit te voeren" ;
  2° in 6° worden de woorden "en, in voorkomend geval, van de bouwheer" ingevoegd tussen de woorden "de capaciteit van het ziekenhuis" en de woorden " om de kosten van de werken te betalen".

Art.4. In artikel 17 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in het eerste lid worden de woorden "De bouwheer" vervangen door de woorden "Het ziekenhuis" ;
  2° in het tweede lid wordt een 2° /1 ingevoegd, luidend als volgt : "2° /1 het bewijs vereist in artikel 13, § 2, 5° ;".

Art.5. In artikel 21, § 2, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt : " Elk ziekenhuis neemt de investeringen waarvan hij eigenaar is of waarop hij een zakelijk recht of een genotsrecht heeft in een kadaster voor ziekenhuisinvesteringen op. Dit kadaster heeft tot doel de investeringen die door de ziekenhuizen werden gerealiseerd op te volgen of waarop de ziekenhuizen een zakelijk recht of genotsrecht hebben, om een globale budgettaire opvolging mogelijk te maken." ;
  2° in het tweede lid wordt 1° vervangen als volgt : "1° een luik met betrekking tot boekhoudkundige investeringen waarover ziekenhuizen volledige eigendomsrechten, zakelijke rechten of gebruiksrechten hebben, vastgesteld per kostencentrum; ".

Art.6. Er wordt een artikel 21/1 ingevoegd, luidend als volgt :
  "Art. 21/1. § 1. Het ziekenhuis is ertoe gehouden om voor de onroerende goederen gedurende de periode bedoeld in artikel 13, § 2, 5°, en voor de roerende goederen gedurende een periode van tien jaar vanaf hun exploitatie of gebruik, elke vervreemding, elke vestiging van een zakelijk recht of een genotsrecht of enig pandrecht, met machtiging van de Minister, voor te leggen.
  § 2. Elke wijziging van de bestemming van de goederen, binnen de bovenvermelde termijnen, is onderworpen aan de toestemming van de Minister.
  § 3. In voorkomend geval behoren de verplichtingen bedoeld in dit artikel ook tot de bouwheer.
  § 4. De goederen moeten worden beheerd en onderhouden volgens het beginsel van een voorzichtig en redelijk persoon gedurende de periodes bedoeld in de vorige paragrafen.".

Art.7. Artikel 22 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een paragraaf 3, luidend als volgt :
  " § 3. Elke inbreuk op de verplichtingen voorzien in artikel 21/1 heeft tot gevolg dat de verblijfprijs die per dag gefactureerd is wordt verlaagd tot nul vanaf de 1ste dag van de maand die volgt op de datum van kennisgeving door de minister van deze sanctie tot op het einde van de maand waarin de in artikel 21/1 vereiste vergunningen worden afgeleverd.".

Art. 8. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2023.