12 JANUARI 2023. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 juli 2004 tot vaststelling van de maatregelen met betrekking tot de officiële bemonstering van meststoffen, bodemverbeteraars en teeltsubstraten en het koninklijk besluit van 28 januari 2013 betreffende het in de handel brengen en het gebruiken van meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten
HOOFDSTUK 1. -TOEPASSINGSGEBIED
Art. 1
HOOFDSTUK 2. -WIJZIGING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 4 JULI 2004 TOT VASTSTELLING VAN DE MAATREGELEN MET BETREKKING TOT DE OFFICIELE BEMONSTERING VAN MESTSTOFFEN, BODEMVERBETERAARS EN TEELTSUBSTRATEN
Art. 2
HOOFDSTUK 3. -WIJZIGING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 28 JANUARI 2013 BETREFFENDE HET IN DE HANDEL BRENGEN EN HET GEBRUIKEN VAN MESTSTOFFEN, BODEMVERBETERENDE MIDDELEN EN TEELTSUBSTRATEN
Art. 3-27
HOOFDSTUK 4. -SLOTBEPALINGEN
Art. 28-29
BIJLAGE.
Art. N
HOOFDSTUK 1. -TOEPASSINGSGEBIED
Artikel 1. Dit besluit heeft tot doel:
1° de wijziging van
- het koninklijk besluit van 4 juli 2004 tot vaststelling van de maatregelen met betrekking tot de officiële bemonstering van meststoffen, bodemverbeteraars en teeltsubstraten,
- het koninklijk besluit van 28 januari 2013 betreffende het in de handel brengen en het gebruiken van meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten,
om een aantal bepalingen juridisch te consolideren.
2° de wijziging van het koninklijk besluit van 28 januari 2013 betreffende het in de handel brengen en het gebruiken van meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten om rekening te houden met de intrekking van verordening (EG) nr. 2003/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 inzake meststoffen.
HOOFDSTUK 2. -WIJZIGING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 4 JULI 2004 TOT VASTSTELLING VAN DE MAATREGELEN MET BETREKKING TOT DE OFFICIELE BEMONSTERING VAN MESTSTOFFEN, BODEMVERBETERAARS EN TEELTSUBSTRATEN
Art.2. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 4 juli 2004 tot vaststelling van de maatregelen met betrekking tot de officiële bemonstering van meststoffen, bodemverbeteraars en teeltsubstraten worden de woorden "het koninklijk besluit van 7 januari 1998 betreffende de handel in meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten" vervangen door de woorden "het koninklijk besluit van 28 januari 2013 betreffende het in de handel brengen van meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten".
HOOFDSTUK 3. -WIJZIGING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 28 JANUARI 2013 BETREFFENDE HET IN DE HANDEL BRENGEN EN HET GEBRUIKEN VAN MESTSTOFFEN, BODEMVERBETERENDE MIDDELEN EN TEELTSUBSTRATEN
Art.3. Het opschrift van het koninklijk besluit van 28 januari 2013 betreffende het in de handel brengen en het gebruiken van meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten wordt vervangen als volgt: "koninklijk besluit van 28 januari 2013 betreffende het in de handel brengen van meststoffen, bodem verbeterende middelen en teeltsubstraten".
Art.4. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 28 januari 2013 betreffende het in de handel brengen en het gebruiken van meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 april 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
a) de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt:
"1° "product" :
een stof, een mengsel of oplossing bestaande uit twee of meer stoffen, een micro-organisme of elk ander materiaal, aangebracht of bestemd om te worden aangebracht op planten of hun rhizosfeer of op paddenstoelen of hun mycosfeer, of bestemd om de rhizosfeer of mycosfeer te vormen, hetzij als zodanig hetzij gemengd met een ander materiaal, met als doel planten of paddenstoelen nutriënten te verschaffen of hun voedingsefficiëntie te verbeteren;"
a) er wordt een bepaling onder 1/1° ingevoegd, luidende:
"1/1° "stof" :
een chemisch element en de verbindingen ervan, zoals zij voorkomen in natuurlijke toestand of bij de vervaardiging ontstaan, met inbegrip van alle additieven die nodig zijn voor het behoud van de stabiliteit ervan en alle onzuiverheden ten gevolge van het toegepaste procedé, doch met uitzondering van elk oplosmiddel dat kan worden afgescheiden zonder dat de stabiliteit van de stof wordt aangetast of de samenstelling ervan wordt gewijzigd;"
b) er wordt een bepaling onder 1/2° ingevoegd, luidende:
"1/2° "micro-organisme" :
een microbiologische eenheid, met inbegrip van schimmels en virussen, cellulair of niet-cellulair, die in staat is genetisch materiaal te vermeerderen of over te brengen;"
b) de bepaling onder 3° wordt vervangen als volgt:
"3° "verantwoordelijke" :
de natuurlijke persoon of rechtspersoon die verantwoordelijk is voor het in de handel brengen van producten en die gevestigd is in een Lidstaat van de Europese Unie; met name wordt een producent, een zelfstandige verpakker en iedere persoon die de kenmerken, het etiket, de verpakking of het begeleidend document van voornoemde producten verandert, aangemerkt als een verantwoordelijke; een natuurlijke persoon of rechtspersoon die een product door een derde laat vervaardigen en die dit product onder zijn eigen naam of zijn eigen handelsmerk in de handel brengt, wordt eveneens aangemerkt als een verantwoordelijke;"
c) er wordt een bepaling onder 10/1° ingevoegd, luidende:
"10/1° "meststof" :
een product dat tot doel heeft nutriënten te verschaffen aan planten of paddenstoelen;"
c) de bepaling onder 23° wordt vervangen als volgt:
"23° "bodemverbeterend middel" :
een product dat tot doel heeft de fysische of chemische eigenschappen, de structuur of de biologische activiteit van de bodem waaraan het wordt toegevoegd, in stand te houden, te verbeteren of te beschermen;"
d) de bepaling onder 24° wordt vervangen als volgt:
"24° "teeltsubstraat" :
een product, anders dan een bodem in situ, bedoeld om planten of paddenstoelen in te laten groeien;"
d) er wordt een bepaling onder 24/1° ingevoegd, luidende:
"24/1° "aanverwant product" :
een product waaraan een specifieke werking ter bevordering van de plantaardige productie of van de productie van paddenstoelen wordt toegeschreven, en dat niet onder de definitie van een meststof, bodemverbeterend middel, teeltsubstraat of zuiveringsslib valt;"
e) er wordt een bepaling onder 24/2° ingevoegd, luidende:
"24/2° "zuiveringsslib" :
slib afkomstig van zuiveringsinstallaties voor huishoudelijk en/of stedelijk en/of industrieel afvalwater;"
Art.5. Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt: "Dit besluit is van toepassing op het in de handel brengen en het gebruiken van producten, met inbegrip van producten die gemengd zijn met zaaizaden of met (een) gewasbeschermingsmiddel(en) en onverminderd de hiervoor geldende wetgeving.
Het gebruik hierboven bedoeld omvat voorwaarden om schadelijke invloeden voor gewassen, de gezondheid van de dieren of de volksgezondheid te voorkomen."
Art.6. In artikel 3, § 1 van hetzelfde besluit wordt de bepaling, onder 7° vervangen als volgt:
"7° EU-bemestingsproducten die onder verordening (EU) 2019/1009 van 5 juni 2019 tot vaststelling van voorschriften inzake het op de markt aanbieden van EU-bemestingsproducten en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1069/2009 en (EG) nr. 1107/2009 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2003/2003 vallen."
Art.7. In artikel 5, § ,4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 28 april 2021, worden de woorden "Het bezwaarschrift moet worden onderbouwd met nieuwe elementen." ingevoegd tussen de woorden "tot de gemachtigde van de Minister richt." en de woorden "Binnen de negentig dagen na ontvangst".
Art.8. In artikel 6, § 2, van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder 1. vervangen als volgt:
"1. De Minister kan het in de handel brengen van een specifiek product uit bijlage I verbieden of aan bijzondere voorwaarden onderwerpen, indien dit product een risico voor de veiligheid of de gezondheid van mens, dier of plant, of voor het milieu oplevert."
Art.9. Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"Art. 7. De in artikel 2 bedoelde producten die zich bevinden in de fabriek, het magazijn, de berei-dingsplaats, de opslagplaats of bij een gebruiker worden geacht, behoudens bewijs van het tegendeel, gehouden te zijn met het oog op het in de handel brengen op het nationale grondgebied of het gebruik."
Art.10. In hetzelfde besluit wordt een artikel 7/1 ingevoegd, luidende:
"Art. 7/1. Het is verboden om vaste enkelvoudige of samengestelde meststoffen op basis van ammoniumnitraat (NH4 NO3) met een gehalte aan stikstof (N) afkomstig van ammoniumnitraat (NH4 NO3) van 28 massapercent of meer in de handel te brengen."
Art.11. Artikel 13 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"Art. 13. § 1. Naargelang het hoofdstuk waaronder zij gerangschikt zijn in bijlage I, dient de volgende groepsnaam te worden vermeld:
1° voor de producten van hoofdstuk I: "meststof";
2° voor de producten van hoofdstuk II.A: "kalkmeststof";
3° voor de producten van hoofdstuk II.B: "meststof";
4° voor de producten van hoofdstuk III.A: "organisch bodemverbeterend middel";
5° voor de producten van hoofdstuk III.B: "fysisch bodemverbeterend middel";
6° voor de producten van hoofdstuk IV : "teeltsubstraat";
7° voor de producten van hoofdstuk V: "meststof"; en
8° voor de producten van hoofdstuk VI: "meststof voor de aanmaak van voedingsoplossingen voor hydrocultuur en substraatteelt."
§ 2. De groepsnaam mag niet worden aangegeven voor de producten bedoeld in hoofdstuk VII en hoofdstuk VIII van bijlage I.
Art.12. In artikel 14, § 7, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° het woord "meststoftype" vervangen door het woord "meststof";
2° de woorden "hoofdstuk II, afdelingen I en II - B" vervangen door de woorden "hoofdstuk II.B".
Art.13. Artikel 18 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende:
"De aanvullende informatie, voorgeschreven in dit besluit en in kolom d) van bijlage I, moet worden aangegeven."
Art.14. § 1. In artikel 19, § 2, van hetzelfde besluit worden de woorden "hoofdstuk II, afdelingen I en II - B" vervangen door de woorden "hoofdstuk II.B".
§ 2. Artikel 19, § 2, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende:
"Voor de meststoffen van hoofdstuk V van bijlage I moet, wanneer een micronutriënt in chelaatvorm aanwezig is, worden aangegeven welk pH-interval de stabiliteit van de chelaatfractie garandeert."
§ 3. Artikel 19 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met paragrafen 4 en 5, luidende:
" § 4. Indien een product van hoofdstuk I of van hoofdstuk III.A van bijlage I ricine bevat, wordt de volgende zin vermeld: "Gevaarlijk voor dieren bij inslikken"."
" § 5. Indien een product van hoofdstuk I of van hoofdstuk III.A van bijlage I verwerkte of niet-verwerkte cacaodoppen bevat, wordt de volgende zin vermeld: "Giftig voor honden en katten"."
Art.15. In artikel 22 van hetzelfde besluit wordt de zin "De naam alsmede het adres van de verantwoordelijke moet worden aangegeven" vervangen door de zin:
"De naam, de geregistreerde handelsnaam of het geregistreerd merk alsmede het adres van de verantwoordelijke moeten worden aangegeven."
Art.16. In hetzelfde besluit wordt een artikel 22/1 ingevoegd, luidende:
"Art. 22/1. § 1. De nitrificatie- en ureaseremmers opgenomen in bijlage II.B kunnen worden toegevoegd aan stikstofhoudende meststoffen vermeld in hoofdstuk I van bijlage I, indien ten minste 50 % van het totale stikstofgehalte van de meststof bestaat uit de stikstofvormen vermeld in de 4de kolom van de tabellen van bijlage II.B.
§ 2. 1° Aan de typeaanduiding van de meststoffen waaraan een nitrificatieremmer is toegevoegd, wordt de vermelding "met nitrificatieremmer (benaming of afkorting van de nitrificatieremmer als in bijlage II.B)" toegevoegd.
2° Aan de typeaanduiding van de meststoffen waaraan een ureaseremmer is toegevoegd, wordt de vermelding "met ureaseremmer (benaming of afkorting van de ureaseremmer als in bijlage II.B)" toegevoegd.
§ 3. Voor de meststoffen waaraan een nitrificatie- of ureaseremmer is toegevoegd, dient zo volledig mogelijke technische informatie te worden vermeld. Deze informatie moet de gebruiker met name in staat stellen de momenten van toediening en de toepassingsdosissen voor het verbouwde gewas te bepalen."
Art.17. In artikel 23 van hetzelfde besluit worden de woorden "hoofdstuk II, afdelingen I en II - B" vervangen door de woorden "hoofdstuk II.B".
Art.18. In artikel 25, 2° van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de bepaling onder a) wordt vervangen als volgt:
"a) voor de vaste meststoffen : het gehalte aan calciumoxide (CaO), magnesiumoxide (MgO), natriumoxide (Na2O) en/of zwaveltrioxide (SO3) mits deze gehalten ten minste 1,5 % bedragen;
voor de vloeibare meststoffen : het gehalte aan calciumoxide (CaO), magnesiumoxide (MgO), natriumoxide (Na2O) en/of zwaveltrioxide (SO3) mits deze gehalten ten minste 0,75 % bedragen;
voor zowel de vaste als de vloeibare meststoffen worden de gehalten aan calciumoxide (CaO), magnesiumoxide (MgO), natriumoxide (Na2O) en zwaveltrioxide (SO3) gewaarborgd overeenkomstig de bepalingen van artikel 27, 2° ;"
2° de bepaling onder b) wordt vervangen als volgt:
"b) het gewaarborgd getal voor het basenequivalent kan vermeld worden, voorafgegaan door de aanduiding "zuur werkend", "neutraal werkend" of "basisch werkend", naargelang dit getal respectievelijk lager dan - 5, vanaf - 5 tot en met + 5 of hoger dan + 5 is;".
Art.19. In artikel 27 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
a) in de bepaling onder 2° worden de woorden "calciumoxide (CaO)," ingevoegd tussen de woorden "de gehalten aan" en "magnesiumoxide".
b) de bepaling onder 3° wordt vervangen als volgt:
"3° voor de meststoffen van hoofdstuk I of van hoofdstuk II.B van bijlage I, voor dewelke de gehalten aan één of meerdere micronutriënten worden gewaarborgd conform de artikelen 23 en 25, 2°, c), worden de waarborgen als volgt gegeven :
a) de volledige benaming van het (de) micronutriënt(en), gevolgd door hun scheikundig symbool; wanneer een micronutriënt geheel of gedeeltelijk een chemische verbinding vormt met een organische molecule, wordt de naam van het micronutriënt gevolgd door één van de volgende aanduidingen:
- "chelaatvormer" of "gecheleerd door" (benaming of afkorting van de chelaatvormer als in bijlage II.A);
- "complexvormer" of "gecomplexeerd door" (benaming of afkorting van de complexvormer als in bijlage II.A);
b) - het totaalgehalte uitgedrukt als massapercentage van de meststof;
- het in water oplosbare gehalte, uitgedrukt in massapercentage van de meststof, wanneer dit gehalte ten minste de helft van het totaalgehalte bedraagt;
- wanneer een micronutriënt volledig oplosbaar is in water, wordt alleen het in water oplosbare gehalte aangegeven;
c) wanneer een micronutriënt chemisch gebonden is aan een organische molecule, wordt het in de meststof aanwezige gehalte onmiddellijk na het in water oplosbare gehalte aangegeven in massapercentage van de meststof, gevolgd door "chelaatvormer", "gecheleerd door", "complexvormer" of "gecomplexeerd door", met de naam van de organische molecule zoals deze voorkomt in bijlage II.A; de naam van de organische molecule mag worden vervangen door de afkorting zoals opgenomen in dezelfde bijlage."
Art.20. In artikel 31 van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder § 2 vervangen als volgt:
§ 2. Het "basenequivalent" moet aangegeven worden door één geheel getal, voorafgegaan door de vermelding "zuur werkend", "neutraal werkend" of "basisch werkend" naargelang dit getal respectievelijk lager dan - 5, vanaf - 5 tot en met + 5 of hoger dan + 5 is.
Art.21. In artikel 35 § 1 van hetzelfde besluit worden de woorden "en 44, § 2" ingevoegd na de woorden "13 tot 18".
Art.22. In artikel 40 § 1 van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt:
"2° waardoor de koper in verwarring kan worden gebracht of misleid kan worden omtrent de aard, de onschadelijkheid, de herkomst, de zuiverheid, de kenmerken, de eigenschappen of het gebruik van de bij dit besluit bedoelde producten."
Art.23. In hetzelfde besluit wordt een artikel 53/1 ingevoegd, luidende:
"Art. 53/1. De verpakkingen en etiketten die aan de reglementering voldeden vóór de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 12 januari 2023 tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 januari 2013 betreffende het in de handel brengen en het gebruiken van meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten en het koninklijk besluit van 4 juli 2004 tot vaststelling van de maatregelen met betrekking tot de officiële bemonstering van meststoffen, bodemverbeteraars en teeltsubstraten, mogen nog gebruikt worden gedurende een termijn van 3 jaar te rekenen vanaf de 1ste oktober die volgt op de inwerkingtreding van dit besluit."
Art.24. In bijlage I van hetzelfde besluit worden de hoofdstukken I, II, V, VII en VIII vervangen overeenkomstig bijlage I van dit besluit.
Art.25. In hetzelfde besluit worden de bijlagen II en III respectievelijk vervangen overeenkomstig bijlagen II en III van dit besluit.
Art.26. In bijlage V.E. van hetzelfde besluit worden de woorden "de Minister of de daartoe door hem aangewezen ambtenaar" vervangen door de woorden "de gemachtigde van de Minister".
Art.27. In het hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven:
1° artikel 1, 7° ;
2° artikel 1, 9° ;
3° artikel 1, 10° ;
4° artikel 4, § 3;
5° artikel 6, § 2, 2.;
6° artikel 30, § 4;
7° artikel 46, § 4;
8° artikel 53.
HOOFDSTUK 4. -SLOTBEPALINGEN
Art.28. Het koninklijk besluit van 22 juni 1990 betreffende het in de handel brengen van enkelvoudige meststoffen op basis van ammoniumnitraat en met een hoog stikstofgehalte wordt opgeheven.
Art.29. De minister bevoegd voor Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 13-03-2023, p. 30200)