Details





Titel:

21 DECEMBER 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 maart 2009 betreffende de verwarmingstoelage toegekend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn in het kader van het Sociaal Stookoliefonds



Inhoudstafel:


Art. 1-3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2009011218 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 27 maart 2009 betreffende de verwarmingstoelage toegekend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn in het kader van het Sociaal Stookoliefonds worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in paragraaf 1, worden de woorden "verwarmingsperiode 2022" vervangen door de woorden "verwarmingsperiode 2022 en 2023";
  2° in paragraaf 2, wordt een d) toegevoegd, luidende:
  " § 2. d) In afwijking van § 2. b) wordt, voor leveringen tussen 1 januari 2023 en 31 maart 2023, het bedrag van de verwarmingstoelage als volgt bepaalt :
  indien de gefactureerde prijs per liter lager is dan de referentiedrempel verhoogd met 0,200 EUR, bedraagt de toelage 14 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,200 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,225 EUR, bedraagt de toelage 15 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,225 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,250 EUR, bedraagt de toelage 16 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,250 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,275 EUR, bedraagt de toelage 17 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,275 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,300 EUR, bedraagt de toelage 18 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,300 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,325 EUR, bedraagt de toelage 19 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,325 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,350 EUR, bedraagt de toelage 20 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,350 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,375 EUR, bedraagt de toelage 21 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,375 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,400 EUR, bedraagt de toelage 22 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,400 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,425 EUR, bedraagt de toelage 23 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,425 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,450 EUR, bedraagt de toelage 24 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,450 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,475 EUR, bedraagt de toelage 25 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,475 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,500 EUR, bedraagt de toelage 26 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,500 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,525 EUR, bedraagt de toelage 27 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,525 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,550 EUR, bedraagt de toelage 28 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,550 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,575 EUR, bedraagt de toelage 29 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,575 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,600 EUR, bedraagt de toelage 30 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,600 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,625 EUR, bedraagt de toelage 31 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,625 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,650 EUR, bedraagt de toelage 32 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,650 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,675 EUR, bedraagt de toelage 33 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,675 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,700 EUR, bedraagt de toelage 34 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,700 EUR, maar lager dan de referentiedrempel verhoogd met 0,725 EUR, bedraagt de toelage 35 cent per liter;
  indien de gefactureerde prijs per liter hoger of gelijk is aan de referentiedrempel verhoogd met 0,725 EUR, bedraagt de toelage 36 cent per liter."

Art.2. Artikel 2 van hetzelfde besluit, wordt aangevuld met paragraf § 4 luidende :
  " § 4. In afwijking van § 1, bedraagt de forfaitaire toelage 456 EUR voor een aankoop tussen 1 januari 2023 en 31 maart 2023. "

Art. 3. De minister bevoegd voor Maatschappelijke Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit.