23 DECEMBER 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering over de contractuele onderhandelingen en aanbodregulering van producten met een beschermde oorsprongsbenaming of een beschermde geografische aanduiding in de sector melk en zuivelproducten(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-03-2023 en tekstbijwerking tot 13-03-2024)
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 1-2
HOOFDSTUK 2. - Contractuele onderhandelingen
Art. 3-6
HOOFDSTUK 3. - Aanbodregulering van producten met een beschermde oorsprongsbenaming of een beschermde geografische aanduiding
Art. 7
HOOFDSTUK 4. - Verwerking en bescherming van de persoonsgegevens
Art. 8
HOOFDSTUK 5. - Slotbepaling
Art. 9
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder :
1° bevoegde entiteit:[1 het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, vermeld in artikel 29/1, eerste lid, 2°]1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;
2° individuele melkhouders: producenten met melkvee;
3° leveringsgegevens: volume rauwe melk dat geleverd is aan een koper;
4° minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw;
5° uitvoeringsverordening (EU) nr. 511/2012: uitvoeringsverordening (EU) nr. 511/2012 van de Commissie van 15 juni 2012 inzake kennisgevingen met betrekking tot producenten- en brancheorganisaties en contractuele onderhandelingen en betrekkingen als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad in de sector melk en zuivelproducten;
6° verordening (EU) nr. 1308/2013: verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad.
----------
(1)<BVR 2024-01-26/31, art. 103, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2024>
Art.2. De bevoegde entiteit is conform dit besluit bevoegd voor volgende aangelegenheden :
1° de coördinatie van de interpretatie en implementatie van uitvoeringsverordening (EU) nr. 511/2012 en gedelegeerde verordening (EU) nr. 880/2012 van de Commissie van 28 juni 2012 ter aanvulling van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad wat de grensoverschrijdende samenwerking en de contractuele onderhandelingen van producentenorganisaties in de sector melk en zuivelproducten betreft;
2° de coördinatie van de controles;
3° de communicatie van producentenorganisaties en unies van producentenorganisaties over de productievolumes waarover ze onderhandelen, in ontvangst nemen;
4° de mededelingen aan en de contacten met de Commissie van de Europese Gemeenschappen;
5° de voorwaarden, vermeld in artikel 150 van verordening (EU) nr. 1308/2013, controleren, waaronder de aanbodregulering voor producten met beschermde oorsprongsbenaming of een beschermde geografische aanduiding door producentenorganisaties of brancheorganisaties aanvaard kan worden.
HOOFDSTUK 2. - Contractuele onderhandelingen
Art.3. Schriftelijke contracten als vermeld in artikel 148 van verordening (EU) nr. 1308/2013, zijn niet verplicht.
Art.4. Onderhandelingen voor de afzet van producten kunnen gevoerd worden door een erkende producentenorganisatie of een erkende unie van producentenorganisaties op voorwaarde dat voldaan is aan de voorwaarden, vermeld in artikel 149 van verordening (EU) nr. 1308/2013.
Art.5. Voor de onderhandeling plaatsvindt, brengen de producentenorganisaties of de unies van producentenorganisaties de bevoegde entiteit van de lidstaat of regio waarin de melk geproduceerd wordt, en de lidstaat of regio waar de melk verhandeld wordt, op de hoogte van het volume rauwe melk waarover ze willen onderhandelen en de periode waarin de levering zal plaatsvinden, conform artikel 2 van uitvoeringsverordening (EU) nr. 511/2012.
Voor 31 januari van elk kalenderjaar meldt elke producentenorganisatie en unie van producentenorganisaties, conform artikel 2, lid 3, van uitvoeringsverordening (EU) nr. 511/2012, het volume dat daadwerkelijk geleverd is onder contracten door de producentenorganisatie tijdens het afgelopen kalenderjaar aan de bevoegde entiteit.
Art.6. De minister bepaalt de regels voor een periodieke aanlevering van leveringsgegevens van individuele melkveehouders om de bevoegde entiteit in de mogelijkheid te stellen de onderhandelingsplafonds, vermeld in artikel 149, lid 2, c), van verordening (EU) nr. 1308/2013, te controleren. De voormelde leveringsgegevens worden maximaal maandelijks en minimaal jaarlijks aangeleverd.
HOOFDSTUK 3. - Aanbodregulering van producten met een beschermde oorsprongsbenaming of een beschermde geografische aanduiding
Art.7. De minister kan conform artikel 150 van verordening (EU) nr. 1308/2013 voor een beperkte periode regels vastleggen tot regulering van het aanbod van kazen met een beschermde oorsprongsbenaming of een beschermde geografische aanduiding als vermeld in artikel 5, lid 1 en lid 2, van verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen, of door een groepering van marktdeelnemers als vermeld in artikel 3, punt 2, en artikel 49, lid 1, van de voormelde verordening (EG) nr. 1151/2012.
Conform artikel 4, lid 1, van uitvoeringsverordening (EU) nr. 511/2012 deelt de producentenorganisatie of unie van producentenorganisaties in kwestie bij aanbodregulering van de kazen, vermeld in het eerste lid, de volgende elementen mee aan de bevoegde entiteit :
1° de naam van de kaas;
2° de naam en het type van de organisatie die het aanbod van de kaas wil reguleren;
3° de geselecteerde manier om aan aanbodbeheersing te doen;
4° de startdatum van de aanbodbeheersing;
5° de periode waarin de aanbodbeheersing zal plaatsvinden.
HOOFDSTUK 4. - Verwerking en bescherming van de persoonsgegevens
Art.8. De bevoegde entiteit verwerkt de gegevens, vermeld in artikel 6, om de controles en naleving van de bepalingen, vermeld in dit besluit, te controleren.
De bevoegde entiteit treedt op als verwerkingsverantwoordelijke als vermeld in artikel 4, 7), van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) voor de verwerking, vermeld in het eerste lid.
De persoonsgegevens worden verwerkt op basis van de rechtvaardigingsgrond, vermeld in artikel 6, lid 1, c), van de algemene verordening gegevensbescherming, namelijk `het voldoen aan een wettelijke verplichting die op de verwerkingsverantwoordelijke rust'.
Het doel voor de gegevensverwerking is het behandelen van aanvragen tot registratie, aanvragen tot annulering en bezwaren.
De bevoegde entiteit zorgt voor de bescherming en de vertrouwelijkheid van de gegevens.
HOOFDSTUK 5. - Slotbepaling
Art. 9. De Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw, is belast met de uitvoering van dit besluit.