26 DECEMBER 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 24 en 50, 5°, van het koninklijk besluit van 23 maart 2007 tot uitvoering van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen
Art. 1-4
Artikel 1. In artikel 24 van het koninklijk besluit van 23 maart 2007 tot uitvoering van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 8 maart 2007 en 6 juli 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° het eerste lid wordt opgeheven;
2° in het tweede lid, dat het eerste lid wordt, worden :
- de woorden "23.000 euro" vervangen door de woorden "30.500 euro";
- de woorden "Dit maximumbedrag wordt gebracht op 24.000 euro vanaf 1 januari 2008 voor de sluiting van ondernemingen waarvan de datum van de sluiting, bepaald overeenkomstig of krachtens artikel 3 van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen, plaatsvindt vanaf 1 januari 2008. Dit bedrag wordt gebracht op 25.000 euro vanaf 1 januari 2009" vervangen door de woorden "Dit maximumbedrag geldt";
- de woorden "plaatsvindt vanaf 1 januari 2009" vervangen door de woorden " plaatsvindt vanaf 1 juli 2022.".
3° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende: "Voor de aanvullende vergoeding bij brugpensioen is het maximumbedrag, het bedrag dat verschuldigd is krachtens de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen.".
Art.2. In artikel 50 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 februari 2020 en 29 januari 2022, worden de bepalingen onder 5° vervangen als volgt :
"5° voor het bepalen van het recht op en de toekenning van de sluitingsvergoeding :
- de personeelslijst van de werknemers die ten minste één jaar anciënniteit in de onderneming tellen en die een arbeidsovereenkomst hadden van onbepaalde tijd die beëindigd werd, voor de werklieden, binnen twaalf maanden en, voor de bedienden, binnen achttien maanden voorafgaand aan de wettelijke sluitingsdatum, voor de sluitingen van ondernemingen waarvan de sluitingsdatum, bepaald overeenkomstig of krachtens artikel 3 van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen, plaatsvindt vóór 1 juli 2022;
- de personeelslijst van de werknemers die ten minste één jaar anciënniteit in de onderneming tellen en die een arbeidsovereenkomst hadden van onbepaalde tijd, die beëindigd werd, binnen achttien maanden voorafgaand aan de wettelijke sluitingsdatum, voor de sluitingen van ondernemingen waarvan de sluitingsdatum, bepaald overeenkomstig of krachtens artikel 3 van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen, plaatsvindt vanaf 1 juli 2022.".
Art.3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2022.
De artikelen 1 en 2 zijn van toepassing op sluitingen van ondernemingen waarvan de datum van sluiting, bepaald overeenkomstig of krachtens artikel 3 van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen, plaatsvindt vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 4. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.