31 MAART 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen betreffende elektronische ecocheques
Art. 1-15
Artikel 1. In artikel 19quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 14 april 2009 en laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 december 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
a) in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "ecocheques afgeleverd op papieren drager of in een elektronische vorm" vervangen door de woorden "elektronische ecocheques";
b) in paragraaf 2, 2°, tweede lid, worden de woorden "De ecocheques in elektronische vorm" vervangen door de woorden "De elektronische ecocheques";
c) in paragraaf 2, 4°,worden het eerste, tweede, vierde en zesde lid opgeheven;
d) in paragraaf 2, 4°, derde lid, worden de woorden "Indien de ecocheque een elektronische vorm heeft, is de geldigheidsduur ook beperkt" vervangen door de woorden "De elektronische ecocheque heeft een geldigheidsduur beperkt";
e) in hetzelfde lid van de Nederlandstalige versie wordt het woord "hij" opgeheven;
f) in paragraaf 2, wordt de bepaling onder 6° vervangen als volgt:
"6° Het totale bedrag van de door de werkgever toegekende ecocheques mag niet meer bedragen dan 250 euro per jaar en per werknemer. De Koning kan het bedrag van 250 euro aanpassen op basis van een unaniem advies van de Nationale Arbeidsraad;";
f) de paragraaf 2 wordt aangevuld met de bepalingen onder 7° tot 10°, luidende:
"7° Het brutobedrag van de ecocheques in een elektronische vorm wordt vermeld op de afrekening, bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers;
8° Vóór het gebruik van de ecocheques in een elektronische vorm kan de werknemer het saldo en de geldigheidsduur nagaan van de ecocheques die hem werden toegekend en die nog niet gebruikt werden;
9° De ecocheques in een elektronische vorm kunnen enkel ter beschikking gesteld worden door een uitgever gezamenlijk erkend door de minister bevoegd voor Sociale Zaken, de minister bevoegd voor Werk, de minister bevoegd voor Zelfstandigen en de minister bevoegd voor Economische Zaken, zoals bepaald in bovenvermeld koninklijk besluit van 12 oktober 2010;
10° Het gebruik van de ecocheques in een elektronische vorm mag geen kosten voor de werknemer teweegbrengen, behalve in geval van diefstal of verlies onder de voorwaarden vast te stellen bij collectieve arbeidsovereenkomst op sectoraal of ondernemingsvlak, of in het arbeidsreglement wanneer de keuze voor ecocheques in een elektronische vorm geregeld is door een individuele schriftelijke overeenkomst. In ieder geval kan de kost van de vervangende drager in geval van diefstal of verlies de nominale waarde van één maaltijdcheque niet overschrijden indien in de onderneming zowel elektronische maaltijdcheques als elektronische ecocheques worden toegekend. Indien in de onderneming echter enkel elektronische ecocheques worden toegekend, mag de kost van de vervangende drager niet meer bedragen dan 5 euro.";
g) de paragraaf 2 wordt aangevuld met twee leden, luidende:
"Alle ecocheques in een elektronische vorm die niet voldoen aan alle in deze paragraaf opgesomde voorwaarden worden als loon beschouwd.
Ecocheques in een elektronische vorm, uitgegeven door een uitgever wiens erkenning werd ingetrokken of vervallen is overeenkomstig de bepalingen van bovenvermeld koninklijk besluit van 12 oktober 2010, blijven geldig tot de vervaldag van hun geldigheidsduur.";
h) de paragraaf 3, ingevoegd bij koninklijk besluit van 16 december 2015, wordt opgeheven.
Art.2. Ecocheques op papieren drager kunnen tot 31 december 2021 worden uitgegeven en zijn geldig tot 31 december 2023.
Art.3. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 12 oktober 2010 tot vaststelling van de erkenningsvoorwaarden en erkenningsprocedure voor uitgevers van maaltijd-, eco- of consumptiecheques in een elektronische vorm, tot uitvoering van artikelen 183 tot 185 van de wet van 30 december 2009 houdende diverse bepalingen, laatst gewijzigd bij de wet van 30 juli 2020, worden de woorden "de artikelen 2 en 3" vervangen door de woorden "artikel 2".
Art.4. In artikel 2 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij de wet van 18 juli 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de eerste zin "Opdat de uitgever erkend zou kunnen worden dienen volgende functionele voorwaarden cumulatief te worden voldaan: " vervangen als volgt: "Onverminderd de verplichtingen uit hoofde van artikel 3, opdat de uitgever erkend zou kunnen worden dienen volgende functionele voorwaarden cumulatief te worden voldaan: ";
2° in de bepalingen onder 6° et 7° worden de woorden "derde lid," opgeheven.
Art.5. Artikel 3 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij de wet van 31 juli 2020, wordt vervangen als volgt:
"Art. 3. De uitgevers (al dan niet gezamenlijk met andere actoren) worden erkend als verwerkingsverantwoordelijke in de zin van artikel 4.7 van de verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG.
De uitgevers mogen de persoonsgegevens alleen gebruiken voor de organisatie en het beheer van het systeem van maaltijd-, eco- of consumptiecheques in een elektronische vorm. Zij mogen deze gegevens niet aan derden meedelen, noch gebruiken voor profilering of commerciële doeleinden.
In het kader van de organisatie en het beheer van het systeem van maaltijd-, eco- of consumptiecheques in een elektronische vorm, verwerken de uitgevers de volgende categorieën van persoonsgegevens:
- identificatiegegevens van de werknemer: de naam en de voornaam, het postadres, het privé- en/of beroepse-mailadres, het vast telefoonnummer, het mobiel telefoonnummer, het IdentificatieNummer Sociale Zekerheid (INSZ);
- gegevens over de kenmerken van de werknemer: de aanspreektitel, het geslacht, de geboortedatum, de taal, de naam van de huidige en vroegere werkgever(s) van de werknemer, met inbegrip van gegevens over in- en uitdiensttreding bij de werkgever;
- gegevens met betrekking tot de verwerking van de bestelling van maaltijd-, eco- of consumptiecheques in een elektronische vorm: de hoeveelheid uitgegeven cheques, de nominale waarde van de cheques, de geldigheidsduur van de cheques, de plaats van distributie en levering van de drager, het nummer van de drager, het personeelsnummer;
- gegevens met betrekking tot transacties die de bankverrekening mogelijk maken tussen de rekening van de handelaar en de rekening van de begunstigde;
- gegevens over incidenten die zich tijdens het gebruik van maaltijd-, eco- of consumptiecheques kunnen voordoen.
De uitgevers waken erover dat het informaticasysteem de gegevens bewaart gedurende een periode gelijk aan de principetermijn voor de opeisbaarheid van de schuldvorderingen van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voorzien in artikel 42 van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.
Art.6. In artikel 4, derde lid, 1°, van hetzelfde besluit worden de woorden "Federale Overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie" vervangen door de woorden "Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning".
Art.7. In artikel 5, § 1, van hetzelfde besluit worden de woorden "in de artikelen 2 en 3" vervangen door de woorden "in artikel 2".
Art.8. In artikel 6, § 1, van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij de wet van 31 juli 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "en na voorafgaand advies van de afdeling sociale zekerheid van het Sectoraal comité voor de sociale zekerheid en van de gezondheid voor wat betreft de voorwaarden in artikel 3" opgeheven;
2° in het tweede lid worden de woorden "alsook het Sectoraal comité voor de sociale zekerheid en de gezondheid" opgeheven.
Art.9. In artikel 6/1, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij de wet van 31 juli 2020, worden de woorden "in de artikelen 2 en 3 van dit besluit" vervangen door de woorden " in artikel 2 van dit besluit".
Art.10. In artikel 6/2, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij de wet van 18 juli 2021, worden de woorden "van de artikelen 2 en 3 van dit besluit" vervangen door de woorden "van artikel 2 van dit besluit".
Art.11. In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de woorden "de artikelen 2 en 3" vervangen door de woorden " artikel 2".
Art.12. In artikel 10 van hetzelfde besluit wordt het tweede streepje opgeheven.
Art.13. Een evaluatie zal worden uitgevoerd door het Prijzenobservatorium op verzoek van de minister bevoegd voor Economie. Deze evaluatie zal alleen betrekking hebben op de ontwikkeling van de prijs.
Art.14. Artikel 1 treedt in werking op 1 januari 2022.
De overige artikelen treden in werking de dag volgend op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Art. 15. De minister bevoegd voor Economie en Werk en de minister bevoegd voor Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.