27 NOVEMBER 2022. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 5ter van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen
Art. 1-4
Artikel 1. Het bedrag van het aandeel bedoeld in artikel 5ter, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen wordt voor elk aanslagjaar bepaald door de Federale Overheidsdienst Financiën bij het verstrijken van de in artikel 359 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde termijn voor het betrokken aanslagjaar en wordt aangewend voor het globaal financieel beheer in het sociaal statuut der zelfstandigen door middel van een storting naar de rekening van het Fonds voor financieel evenwicht in het sociaal statuut van de zelfstandigen die uiterlijk op 25 oktober van het jaar dat volgt op dat waarnaar het aanslagjaar wordt genoemd, wordt verricht.
Art.2. Het bedrag van het in artikel 5ter, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen bedoelde aandeel wordt voor elk aanslagjaar, met uitzondering van de aanslagjaren 2017 en 2018, opnieuw bepaald bij het verstrijken van de in artikel 354, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 vermelde termijn.
Het bedrag van verschil tussen het overeenkomstig het eerste lid bepaalde bedrag van het aandeel en het overeenkomstig artikel 1 bepaalde bedrag van het aandeel voor een bepaald aanslagjaar wordt:
1° wanneer het positief is, uiterlijk op 25 mei van het derde jaar dat volgt dat waarnaar het aanslagjaar wordt genoemd, gestort naar de rekening van het Fonds voor financieel evenwicht in het sociaal statuut van de zelfstandigen;
2° wanneer het negatief is, in mindering gebracht van de eerstvolgende storting, desgevallend stortingen, in toepassing van artikel 1 of de bepaling onder 1°.
Art.3. In afwijking van artikel 1 wordt de storting naar de rekening van het Fonds voor financieel evenwicht in het sociaal statuut van de zelfstandigen, van de bedragen die zijn bepaald voor de aanslagjaren 2017 en 2018 en uiterlijk op 15 december 2022 verricht.
Art. 4. De minister bevoegd voor Financiën en de minister bevoegd Zelfstandigen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.