15 JULI 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van een subsidie aan de Vlaamse gemeenten en steden en de Vlaamse Gemeenschapscommissie ter ondersteuning van de uitrol van een e-inclusiebeleid(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-10-2022 en tekstbijwerking tot 06-08-2024)
Art. 1-15
BIJLAGE.
Art. N1
Artikel 1. § 1. Aan de gemeenten en steden van het Vlaamse Gewest en het Nederlandse taalgebied (hierna Vlaamse gemeenten en steden genoemd) en de Vlaamse Gemeenschapscommissie (hierna VGC) wordt een subsidie van maximaal 25.000.000 euro toegekend, voor de financiële ondersteuning van de uitrol van een e-inclusiebeleid.
De subsidie zal worden aangerekend op begrotingsartikel SJ0-1SFC2CA-WT van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2022.
§ 2. Van het subsidiebedrag van maximaal 25.000.000 euro, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, kan maximaal 1.875.000 euro (een miljoen achthonderdvijfenzeventig duizend) worden toegekend aan de VGC.
Het resterende subsidiebedrag van maximaal 23.125.000 euro (drieëntwintig miljoen honderdvijfentwintig duizend) kan worden toegekend aan de Vlaamse gemeenten en steden. Het wordt voor één zevende verdeeld op basis van het aantal inwoners van de steden en gemeenten, voor één zevende op basis van het aantal ouderen (65+) en voor vijf zevenden op basis van de sociale parameters van het Gemeentefonds (volgens de weging van het Gemeentefonds):
1° het aantal personen met een voorkeursregeling in de ziekteverzekering, exclusief leefloners;
2° het aantal kortgeschoolde werkzoekenden met een werkloosheidsuitkeringsaanvraag;
3° het gemiddelde aantal geboorten in een kansarm gezin over drie jaar;
4° het aantal sociale huurappartementen;
5° het gemiddelde aantal personen dat recht heeft op een leefloon over drie jaar.
Het aantal inwoners en aantal ouderen is dat zoals op 1 januari 2021, zoals bekend gemaakt door de broninstantie voor de bevolkingsgegevens (Statbel) en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
Als ondergrens wordt 3000 euro gehanteerd. Gemeenten en steden die aan de hand van de bovenstaande berekeningen meer dan 3000 euro toegewezen krijgen, kunnen de subsidie, vermeld in artikel 1, aanvragen.
Het maximale bedrag dat elke Vlaamse gemeente of stad die in aanmerking komt, kan opnemen is bepaald in de bijlage 1 die bij dit besluit is gevoegd.
Art.2.De periode waarop de subsidie, vermeld in artikel 1, betrekking heeft, loopt van [1 1 november 2022 tot maximaal 30 juni 2025]1.
[1 Het ministerieel besluit van 26 oktober 2022 tot toekenning van een projectsubsidie aan Vlaamse gemeenten en steden en de Vlaamse Gemeenschapscommissie ter ondersteuning van de uitrol van een e-inclusiebeleid bepaalt voor elke Vlaamse gemeente en stad en de VGC de einddatum van de periode waarop de subsidie, vermeld in artikel 1, betrekking heeft.]1
----------
(1)<BVR 2024-06-21/16, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 16-08-2024>
Art.3. § 1. De subsidie, vermeld in artikel 1, is de financiële ondersteuning van de (verdere) uitrol van een lokaal e-inclusiebeleid binnen de Vlaamse gemeenten en steden en de VGC. Meer bepaald van acties die vallen onder één van volgende drie hoofdlijnen én waarvan minstens één actie van 1° :
1° acties rond individuele toegang tot internet voor kwetsbare burgers;
2° acties rond de verdere uitrol van een overkoepelend e-inclusiebeleid binnen het lokaal bestuur;
3° acties rond de verschillende deelaspecten van e-inclusie, nl. betaalbare en kwaliteitsvolle toegang tot hardware, software en openbaar internet; competenties, vaardigheden en attitudes versterken om digitaal mee te zijn; een sterk ondersteuningsnetwerk opzetten waar burgers terecht kunnen met digitale vragen; inclusion by design (werken aan digitale toegankelijkheid en gebruiksvriendelijkheid van lokale toepassingen).
§ 2. De VGC moet minstens 33% (drieëndertig procent) van de subsidie die ze aanvraagt, inzetten op e-inclusie in het kader van een beroepsopleiding en/of Nederlands leren in het kader van competentieversterking naar de arbeidsmarkt.
Art.4. § 1. Voor de subsidie, vermeld in artikel 1, komen volgende kosten in aanmerking voor subsidiëring:
1° personeelskosten: brutosalarissen of -lonen, met inbegrip van alle wettelijk verplichte werknemers- en werkgeversbijdragen; personeelskosten voor betrokken personeelsleden, in verhouding tot de tijd die besteed is aan de gesubsidieerde activiteiten;
2° werkingskosten: kosten die exclusief betrekking hebben op de uitvoering van de acties en die verifieerbaar zijn; kosten voor tijdelijke medewerkers, zoals vrijwilligersvergoeding; afschrijvingskosten voor de aankoop van materiaal in het kader van het project (i.c. roerende goederen), waarbij een afschrijvingstermijn van minstens 3 jaar wordt gehanteerd; de huur of leasing die aan derden moet worden betaald voor het gebruik van lokalen, apparatuur, infrastructuur enzovoort;
3° overheadkosten: maximaal 10% van de door de subsidieverstrekker uiteindelijk aanvaarde uitgaven/kosten komen in aanmerking als overheadkosten. Alleen overheadkosten die direct gerelateerd zijn aan het project zijn aanvaardbaar.
§ 2. Volgende kosten komen niet in aanmerking voor subsidiëring:
1° gebruikelijke structurele werkingskosten die geen link hebben met de uitvoering van de acties;
2° werkingskosten waarvan de link met de inhoud van het project of de gesubsidieerde activiteit moeilijk aantoonbaar is (bijvoorbeeld verwaarloosbare gebruiksgraad);
3° overheadkosten die geen duidelijke link vertonen met het project;
4° afschrijvingskosten voor het gebruik van bestaande infrastructuur of infrastructuurwerken (i.c. onroerende goederen);
5° kosten voor reizen naar en verblijf in het buitenland.
§ 3. De subsidie, vermeld in artikel 1, kan niet aangewend worden voor de aanleg van reserves.
Art.5. Door de realisatie van het project, vermeld in artikel 3, wordt bijgedragen aan de volgende beleidsdoelstellingen:
1° strategische doelstelling `Gelijke Kansen': We werken de maatschappelijke drempels weg die individuen weerhouden van volwaardige participatie;
2° OD 3.5 We maken van Vlaanderen een integraal toegankelijke regio.
Art.6. Om de subsidie, vermeld in artikel 1, te kunnen ontvangen, dienen de Vlaamse gemeenten en steden en de VGC minstens in te zetten op één actie rond individuele toegang tot internet voor kwetsbare burgers. De Vlaamse gemeenten en steden en de VGC dienen ten laatste op 26 september 2022 een aanvraagformulier in bij het Agentschap Binnenlands Bestuur. De aanvraag is ontvankelijk als ze tijdig wordt ingediend en als de informatie bij de eerste actie `individuele toegang tot internet voor kwetsbare burgers' en de andere gevraagde informatie volledig wordt ingevuld.
In het aanvraagformulier worden minimaal opgenomen:
1° de identificatiegegevens van de aanvragende entiteit;
2° het gevraagde subsidiebedrag;
3° het rekeningnummer waarop de subsidie mag worden uitbetaald;
4° kort overzicht van de acties die een lokaal bestuur al opzette rond e-inclusie en een kort overzicht van de acties die men wenst op te zetten rond e-inclusie met deze middelen;
Het model van aanvraagformulier wordt door het Agentschap Binnenlands Bestuur ter beschikking gesteld.
Art.7. De subsidie, vermeld in artikel 1, wordt uitbetaald in twee schijven:
1° een eerste schijf van 80% na goedkeuring en ondertekening van de aangevraagde bedragen en na vastlegging van de subsidie;
2° het saldo van 20% na controle en goedkeuring van de functionele en financiële verantwoording, vermeld in artikel 7 en 8, door het Agentschap Binnenlands Bestuur.
Art.8.[1 De Vlaamse gemeenten en steden en de VGC die de subsidie, vermeld in artikel 1, aanvroegen en ontvingen, en waarvan de subsidieperiode loopt tot en met 31 december 2024, dienen in de aanpassing aan het meerjarenplan voor 2023 en 2024 de acties die ze zullen opzetten, op te nemen met de code ABB_IED_DIG_UITROL.
De gemeenten, steden en de VGC die de subsidie, vermeld in artikel 1, aanvroegen en ontvingen, en waarvan de subsidieperiode loopt tot en met 30 juni 2025, dienen in de aanpassing aan het meerjarenplan voor 2023, 2024 en 2025 de acties die ze zullen opzetten, op te nemen met de code ABB_IED_DIG_UITROL.]1
----------
(1)<BVR 2024-06-21/16, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 16-08-2024>
Art.9. De functionele verantwoording van de projectsubsidie, vermeld in artikel 1, waarbij de mate van realisatie van de gesubsidieerde activiteit(en) wordt aangetoond, bestaat uit een inhoudelijke rapportage. Het Agentschap Binnenlands Bestuur voorziet een sjabloon voor de inhoudelijke rapportage. Het Agentschap Binnenlands Bestuur is belast met de controle van het inhoudelijke verslag.
Art.10.§ 1. [1 Voor de Vlaamse gemeenten en steden en de VGC waarvan de subsidie, vermeld in artikel 1,:
1° loopt tot en met 31 december 2024, wordt de financiële verantwoording van de projectsubsidie ingezet voor artikel 3, § 1, ingediend op basis van de digitale rapportering over de reguliere jaarrekening van de jaren 2022, 2023 en 2024 met code ABB_IED_DIG_UITROL.
2° loopt tot en met 30 juni 2025, wordt de financiële verantwoording van de projectsubsidie ingezet voor artikel 3, § 1, ingediend op basis van de digitale rapportering over de reguliere jaarrekening van de jaren 2022, 2023, 2024 en 2025 met code ABB_IED_DIG_UITROL.]1.
§ 2. [1 Als het ministerieel besluit van 26 oktober 2022 tot toekenning van een projectsubsidie aan Vlaamse gemeenten en steden en de Vlaamse Gemeenschapscommissie ter ondersteuning van de uitrol van een e-inclusiebeleid stelt dat de subsidie voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie, vermeld in artikel 1:
1° loopt tot en met 31 december 2024, wordt de financiële verantwoording van de projectsubsidie ingezet voor artikel 3, § 2, ingediend op basis van de digitale rapportering over de reguliere jaarrekening van de jaren 2022, 2023 en 2024 met code ABB_IED_DIG_VGC.
2° loopt tot en met 30 juni 2025, wordt de financiële verantwoording van de projectsubsidie ingezet voor artikel 3, § 2, ingediend op basis van de digitale rapportering over de reguliere jaarrekening van de jaren 2022, 2023, 2024 en 2025 met code ABB_IED_DIG_VGC.]1
§ 3. Het Agentschap Binnenlands Bestuur, afdeling Lokale Financiën is belast met de financiële controle.
----------
(1)<BVR 2024-06-21/16, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 16-08-2024>
Art.11.[1 Voor de Vlaamse gemeenten en steden en de VGC waarvan de subsidie, vermeld in artikel 1:
1° loopt tot en met 31 december 2024, worden de financiële en functionele verantwoording, vermeld in artikel 9 en 10, uiterlijk op 30 juni 2025 ingediend op elektronische wijze;
2° loopt tot en met 30 juni 2025, worden de financiële en functionele verantwoording, vermeld in artikel 9 en 10, uiterlijk op 30 juni 2026 ingediend op elektronische wijze.]1
----------
(1)<BVR 2024-06-21/16, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 16-08-2024>
Art.12. De bewijsstukken voor de aanwending van de middelen moeten niet worden ingediend als ze ter beschikking worden gehouden.
Art.13. Door het aanvaarden van de subsidie verleent de begunstigde meteen aan de Vlaamse Gemeenschap het recht om de controle ter plaatse uit te oefenen of om bewijsstukken op te vragen op de aanwending van de toegekende projectsubsidie. Blijft de begunstigde in gebreke verantwoording te verstrekken dan is hij tot terugbetaling gehouden ten belope van het deel dat niet werd verantwoord.
Art.14. De Vlaamse minister, bevoegd voor de gelijke kansen, de integratie en de inburgering, kent, na advies van de Inspectie van Financiën, individuele subsidies toe aan de gemeenten, steden en de VGC die een subsidie aanvragen door middel van het aanvraagformulier vermeld in artikel 5.
Art.15. De Vlaamse minister, bevoegd voor de gelijke kansen, de integratie en de inburgering, is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N1.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2022, p. 78469)
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2022, p. 78470)
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2022, p. 78471)
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2022, p. 78472)
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2022, p. 78473)
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2022, p. 78474)
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2022, p. 78475)
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 27-10-2022, p. 78476)