10 APRIL 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs 4 en 31 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde
Art. 1-7
Artikel 1. Dit koninklijk besluit voorziet in de omzetting van de Richtlijn 2008/9/EG van de Raad van 12 februari 2008 tot vaststelling van nadere voorschriften voor de in Richtlijn 2006/112/EG vastgestelde teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan belastingplichtigen die niet in de lidstaat van teruggaaf maar in een andere lidstaat gevestigd zijn en in de omzetting van de Richtlijn 86/560/EEG van de Raad van 17 november 1986 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der Lid-Staten inzake omzetbelasting - Regeling voor de teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan niet op het grondgebied van de Gemeenschap gevestigde belastingplichtigen.
Art.2. In artikel 9 van het koninklijk besluit nr. 4 van 29 december 1969 met betrekking tot de teruggaven inzake belasting over de toegevoegde waarde, vervangen bij het koninklijk besluit van 15 mei 1984 en laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 juni 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt:
" § 2. Wanneer de rechthebbende op teruggaaf een niet-belastingplichtige rechtspersoon is die niet in België is gevestigd en er geen belastbare handelingen verricht andere dan de intracommunautaire verwerving van nieuwe vervoermiddelen als bedoeld in artikel 8bis, § 2, van het Wetboek, moet hij een aanvraag tot teruggaaf indienen bij het KMO Centrum Specifieke Materies. De aanvraag moet bij die dienst toekomen, in drie exemplaren, uiterlijk op 30 september van het kalenderjaar volgend op het tijdvak waarop het teruggaafverzoek betrekking heeft. Op de aanvraag tot teruggaaf wordt niet ingegaan indien zij betrekking heeft op een bedrag van minder dan 50 euro.";
2° paragraaf 3 wordt hersteld als volgt:
" § 3. De niet in België maar in een andere lidstaat gevestigde belastingplichtige, alsook de niet in de Gemeenschap gevestigde belastingplichtige, kan teruggaaf verkrijgen van de belasting die geheven is van de hem geleverde goederen, van de hem verstrekte diensten en van de door hem verrichte invoeren hier te lande, volgens de bepalingen en de modaliteiten voorzien in het koninklijk besluit nr. 56 van 10 april 2022 met betrekking tot de teruggaaf inzake belasting over de toegevoegde waarde aan belastingplichtigen gevestigd in een andere lidstaat dan de lidstaat van teruggaaf en aan niet in de Gemeenschap gevestigde belastingplichtigen.".
Art.3. In artikel 9bis, § 2, van hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 29 juni 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
"Wanneer de rechthebbende op de in paragraaf 1 bedoelde teruggaaf niet in België maar in een andere lidstaat is gevestigd of niet in de Gemeenschap is gevestigd, dient hij een aanvraag tot teruggaaf in overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit nr. 56 van 10 april 2022 met betrekking tot de teruggaaf inzake belasting over de toegevoegde waarde aan belastingplichtigen gevestigd in een andere lidstaat dan de lidstaat van teruggaaf en aan niet in de Gemeenschap gevestigde belastingplichtigen.";
2° het derde lid wordt opgeheven.
Art.4. Artikel 6 van het koninklijk besluit nr. 31 van 2 april 2002 met betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde belastingplichtigen, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 9 december 2009, wordt vervangen als volgt:
"Art. 6. De niet in België maar in een andere lidstaat gevestigde belastingplichtige, alsook de niet in de Gemeenschap gevestigde belastingplichtige, kan teruggaaf verkrijgen van de belasting die geheven is van de hem geleverde goederen, van de hem verstrekte diensten en van de door hem verrichte invoeren hier te lande, volgens de bepalingen en de modaliteiten voorzien in het koninklijk besluit nr. 56 van 10 april 2022 met betrekking tot de teruggaaf inzake belasting over de toegevoegde waarde aan belastingplichtigen gevestigd in een andere lidstaat dan de lidstaat van teruggaaf en aan niet in de Gemeenschap gevestigde belastingplichtigen.".
Art.5. Artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen door het koninklijk besluit van 29 juni 2021, wordt opgeheven
Art.6. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2022.
Art. 7. De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.