10 MAART 2022. - Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van de Regering van 21 januari 2021 tot vaststelling van maatregelen ter voorkoming van de verspreiding van het coronavirus (COVID-19)
Art. 1-6
Artikel 1. Het opschrift van hoofdstuk 2.1 van het besluit van de Regering van 21 januari 2021 tot vaststelling van maatregelen ter voorkoming van de verspreiding van het coronavirus (COVID-19), ingevoegd bij het besluit van 29 oktober 2021, wordt vervangen als volgt:
"Hoofdstuk 2.1 -Verplichting om een mondmasker te dragen"
Art.2. Artikel 3.7 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van 29 oktober 2021 en gewijzigd bij het besluit van 25 november 2021, wordt vervangen als volgt:
"Art. 3.7 - § 1 - Voor de toepassing van dit artikel wordt onder mondmasker verstaan: een nauw aansluitend gezichtsmasker zonder uitademingsventiel dat gemaakt is uit stof of wegwerpmateriaal, dat neus, mond en kin bedekt en dat tot doel heeft een besmetting door contact tussen personen te voorkomen.
§ 2 - Vanaf de leeftijd van twaalf jaar zijn alle personen in elk geval ertoe verplicht hun mond en neus met een mondmasker te bedekken in de volgende gebouwen en op de volgende plaatsen, onverminderd de toepassing van de §§ 4 en 5:
1° in de ziekenhuizen in het Duitse taalgebied;
2° in de apotheken in het Duitse taalgebied;
3° in dokterspraktijken en medische huizen in het Duitse taalgebied;
4° in de test- en vaccinatiecentra, alsook in de daaraan verbonden laboratoria in het Duitse taalgebied;
5° in de centra voor bloedafname in het Duitse taalgebied;
6° onverminderd 1° tot 5° in alle ruimten in het Duitse taalgebied waar medische en paramedische handelingen worden gesteld, met uitzondering van handelingen van logopedisten en psychologen;
7° in het kader van vervoerdiensten en thuiszorg in de zin van het decreet van 13 decreet 2018 betreffende het aanbod aan diensten voor ouderen en personen met ondersteuningsbehoefte, alsook betreffende palliatieve zorg, met uitzondering van de dagopvang;
8° in de bus en in alle andere vervoermiddelen van het openbaar vervoer in het Duitse taalgebied dat door de bevoegde overheid wordt geregeld, met uitzondering van het vervoerpersoneel dat zich in een ruimte bevindt die gescheiden is van de ruimten die bestemd zijn voor de reizigers.
§ 3 - Vanaf de leeftijd van twaalf jaar zijn alle personeelsleden en bezoekers ertoe verplicht hun mond en neus met een mondmasker te bedekken in de volgende voorzieningen of gebouwen waar diensten worden aangeboden, onverminderd de toepassing van de §§ 4 en 5:
1° in woonzorgcentra voor ouderen in de zin van het decreet van 13 decreet 2018 betreffende het aanbod aan diensten voor ouderen en personen met ondersteuningsbehoefte, alsook betreffende palliatieve zorg;
2° in voorzieningen voor dagopvang in de zin van hetzelfde decreet;
3° in psychiatrische verzorgingstehuizen in de zin van het decreet van 4 juni 2007 betreffende de psychiatrische verzorgingstehuizen.
De bewoners en patiënten van de voorzieningen vermeld in het eerste lid hoeven hun mond en neus niet met een mondmasker te bedekken.
§ 4 - Het mondmasker mag incidenteel worden afgezet tijdens het eten en drinken en als het dragen van het mondmasker door de aard van de activiteit onmogelijk is.
§ 5 - Als het dragen van een mondmasker om medische redenen niet mogelijk is, mag een gezichtsscherm worden gebruikt.
Wie op grond van een door een medisch attest gestaafde beperking geen mondmasker of gezichtsscherm kan dragen, wordt vrijgesteld van de naleving van dit artikel."
Art.3. n artikel 3.8, derde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van 29 oktober 2021 en gewijzigd bij het besluit van 31 januari 2022, worden de woorden "30 april 2022" vervangen door de woorden "27 maart 2022".
Art.4. Overeenkomstig artikel 10.6.3, vierde lid, 3°, en artikel 10.6.8 van het decreet van 1 juni 2004 betreffende de gezondheidspromotie en inzake medische preventie wordt dit besluit, onmiddellijk na de aanneming ervan, overgezonden aan de voorzitter van het Parlement van de Duitstalige Gemeenschap.
Art.5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 7 maart 2022.
Art. 6. De minister bevoegd voor Gezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.