Details





Titel:

16 DECEMBER 2020. - Bijlage bij het besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van het formulier van vergunning van een werf, zoals bepaald bij het technisch reglement van de Commissie voor de coördinatie van de werven van 9 februari 2017 waarbij de toepassingsmodaliteiten bedoeld in artikel 23 van het decreet van 30 april 2009 betreffende de informatie, de coördinatie en de organisatie van de werven onder, op of boven de wegen of waterlopen worden vastgesteld



Inhoudstafel:


Art. 1-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. De gevraagde vergunning wordt, onder de hieronder vermelde voorwaarden, verleend aan... [identiteit van de begunstigde(n) van de vergunning] voor de uitvoering van de werkzaamheden... [te bepalen] voor de volgende periode: ... [te bepalen].
  Deze vergunning mag niet overdragen worden.

Art.2. Onder voorbehoud van de toepassing van artikel 19 van het decreet tot vaststelling van de werkzaamheden die vrijgesteld worden van voorafgaande vergunning, wordt een tegensprekelijke plaatsbeschrijving opgesteld overeenkomstig artikel 31 van het decreet, vóór de uitvoering van de toegestane werkzaamheden. Overeenkomstig artikel 23, § 2, van het decreet moet de plaats na de werkzaamheden in de oorspronkelijke staat worden hersteld.

Art.3. De begunstigde van de vergunning moet de borgstelling aanleggen overeenkomstig de modaliteiten bepaald in de artikelen 29 en volgende van het decreet van 30 april 2009 en in de artikelen 13, 14 en 15 van het technisch reglement van 20 maart 2015 tot bepaling van de toepassingsmodaliteiten van het decreet. Die moet aangelegd worden volgens de volgende modaliteit(en): [vakje aanvinken]
  ° De begunstigde maakt gebruik van de globale borgstelling.
  ° De begunstigde legt een borgstelling aan die 8€/m2 bedraagt van werfoppervlakte en levert het bewijs daarvan aan de beheersautoriteit.
  ° De begunstigde legt een aanvullende borgstelling aan zoals bepaald in artikel 14, § 4, van het technisch reglement van 20 maart 2015.

Art.4. De begunstigde van de vergunning ziet er te allen tijde op toe dat passende maatregelen worden genomen om de veiligheid van de gebruikers op het openbare domein waarop de werkzaamheden betrekking hebben, te waarborgen.

Art.5. Een signalisatie in overeenstemming met de voorschriften van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer (artikel 78 van het koninklijk besluit van 1 december 1975) en het ministerieel besluit van 7 mei 1999 betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg, wordt tijdens de periode van uitvoering van de werf geplaatst door de begunstigde van deze vergunning of door de aannemer van de werken in opdracht van deze laatste, nadat de persoon die de werf daadwerkelijk uitvoert een aanvraag tot plaatsing heeft ingediend bij de gemeentelijke overheid.
  De begunstigde van deze vergunning moet ook de gewesteljke omzendbrief C.T.02.21(02) naleven betreffende de werven en interventies op het structurerend netwerk en het behoud van de vlotte doorstroming van het verkeer van mei 2014 en het hoofdstuk L "verkeerstekens" van het type-bestek Qualiroutes.

Art.6. De begunstigde is verplicht aan de beheersautoriteit (gemeente of andere beheerder) en/of de betrokken kabel- en leidingbeheerder elke schade aan de eigendommen of aan de kabels en leidingen te melden. Hij is ook verplicht om eventuele schade veroorzaakt aan eigendommen van derden te melden.

Art. 7. De volgende technische voorwaarden worden aan de begunstigde van de vergunning opgelegd:
  In het geval van sleufherstellingen worden deze uitgevoerd in overeenstemming met het hoofdstuk M6 van het "CTC Qualiroutes".
  Voor elke homogeen vak zijn de volgende afdelingen van het hoofdstuk M6 van het "CCT Qualiroutes" van toepassing: [te bepalen]
  . Vak 1 (straat xxx van nr yyy tot nr zzz): afdeling nr aaa
  . Vak 2 (straat xxx van nr yyy tot nr zzz): afdeling nr bbb
  . ...
  Specifieke uitvoeringsvoorwaarden die door de autoriteit voor wegenbeheer worden opgelegd en die niet tegenstrijdig of meer bindend zijn dan de voorwaarden bedoeld in het hoofdstuk M6 van het "CTC Qualiroutes", en in elk geval op voorwaarde dat zij gerechtvaardigd zijn op grond van veiligheids- of faseringsoverwegingen: [te bepalen]
  . . .
  Bijzondere uitvoeringsvoorwaarden opgelegd door de autoriteit voor waterloopbeheer die niet in Qualiroutes vermeld zijn: [te bepalen]
  . . .


 Gedaan te..............., op....
 
  Voor de beheerder, [te bepalen volgens de autoriteit (gemeentelijk of gewestelijk) die deze vergunning afgeeft]