Details





Titel:

10 DECEMBER 2020. - Besluit van de Waalse Regering tot toekenning van een uitzonderlijke steun aan pluimveehouders getroffen door de uitbraak van aviaire influenza van het type H3N1



Inhoudstafel:


Art. 1-11
BIJLAGEN.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
  1° FAVV: het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV), opgericht bij de wet van 4 februari 2000 houdende oprichting van het federaal Agentschap voor de Veiligheid van de voedselketen;
  2° het ophokken: het ophokken opgelegd aan de pluimveehouder krachtens artikel 3/5 van het koninklijk besluit van 5 mei 2008 besluit betreffende de bestrijding van aviaire influenza;
  3° aviaire influenza: de aviaire influenza zoals bepaald in bijlage I bij het koninklijk besluit van 5 mei 2008 besluit betreffende de bestrijding van aviaire influenza.

Art.2. Er wordt uitzonderlijke steun verleend aan pluimveehouders die :
  1° geïdentificeerd zijn bij het betaalorgaan in het kader van het geïntegreerd beheers- en controlesysteem, overeenkomstig artikel D.20 van het Wetboek;
  2° een productie-eenheid houden op het grondgebied van het Waals Gewest waarvoor de productie-activiteiten uitgevoerd worden met inachtneming van de wetgeving inzake milieuvergunningen.
  Pluimveehouders zijn alleen de pluimveehouders die de slachting hebben uitgevoerd voordat het bevel werd gegeven door het koninklijk Besluit van 4 juli 2019.

Art.3. De in artikel 2 bedoelde steun wordt verleend aan pluimveehouders die met alle wettelijke middelen aantonen dat zij als gevolg van de uitbraak van aviaire influenza H3N1 sinds 1 april 2019 een verlies aan productiepotentieel hebben geleden.

Art.4. De pluimveehouder dient zijn steunaanvraag bij het betaalorgaan in binnen 90 dagen na de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad.
  Om ontvankelijk te zijn, moet de steunaanvraag :
  1° ingediend worden met behulp van het formulier in de bijlage bij dit besluit, naar behoren ingevuld en ondertekend;
  2° ingediend worden op elke wijze waarop een vaststaande datum aan de zending wordt verleend;
  3° vergezeld gaan van elk document dat de economische verliezen aantoont.
  De aanvrager aanvaardt elke controle door het betaalorgaan of door een door het betaalorgaan gedelegeerde instantie om de waarheidsgetrouwheid van de aanvraag te waarborgen. Indien hij weigert, wordt zijn steunaanvraag afgewezen.

Art.5. § 1. Het betaalorgaan stuurt binnen tien werkdagen na ontvangst van de steunaanvraag een bericht van ontvangst van de steunaanvraag.
  § 2. Indien het dossier onvolledig is, stuurt het betaalorgaan een schrijven aan de pluimveehouder om hem te wijzen op de bijkomende gegevens en stukken waarvan het wenst kennis te nemen. De pluimveehouder beschikt over 30 dagen, te rekenen van de datum van verzending van het schrijven, om zijn dossier aan te vullen.
  Op basis van het volledige dossier bepaalt het betaalorgaan het bedrag van het economische verlies als gevolg van het ophokken. Hij kan de pluimveehouder voor nadere uitleg oproepen als het dossier het bedrag van het economische verlies als gevolg van het ophokken niet met zekerheid kan worden vastgesteld.
  § 3. Indien het dossier aan het einde van de in paragraaf 2, eerste lid, bedoelde termijn van een maand onvolledig blijft, of indien aan de hand van de documenten het bedrag van het economische verlies als gevolg van het ophokken ondanks de uitleg van de pluimveehouder niet met zekerheid kan worden vastgesteld, wordt de aanvraag afgewezen.

Art.6. Het betaalorgaan stelt de pluimveehouder in kennis van zijn beslissing.

Art.7. Het bedrag van de toegekende uitzonderlijke steun mag niet hoger zijn dan 100 % van de investering voor het herstel van het productiepotentieel.
  De steun wordt verleend in verhouding tot het beschikbare budget.

Art.8. In geval van niet-verschuldigde betaling wordt de steun ingevorderd overeenkomstig de artikelen 258 tot D.260 van het Waals Landbouwwetboek.

Art.9. De pluimveehouder beschikt over vijfenveertig dagen om een beroep in te dienen bij de verantwoordelijke van het betaalorgaan tegen elke beslissing genomen krachtens dit besluit.
  De verantwoordelijke van het betaalorgaan neemt binnen 90 dagen na ontvangst van het beroep een beslissing tegen het beroep.
  Er kan geen enkele nalatigheidsintrest geëist worden betreffende de betalingen verricht in het kader van dit besluit.

Art.10. Er wordt geen van de steunbedragen waarin dit besluit voorziet, toegekend aan pluimveehouders die kunstmatig de voorwaarden hebben gecreëerd om voor dergelijke steunbedragen in aanmerking te komen die niet in overeenstemming zijn met de doelstellingen van dit besluit.

Art.11. De Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.

BIJLAGEN.
Art. N. Formulier met betrekking tot de steunaanvraag [1]
  1 Identificatie van de aanvrager
  Naam en voornaam
  Adres
  2 Schatting van de verliezen en investeringen om het productiepotentieel te herstellen


Poste Meer gedetailleerde informatie Totaal
  
Compensatie Elia Economisch verlies
Vergoeding voor geslacht pluimvee  
Reinigings- en desinfectiekosten  -€
Winstderving door gedwongen inactiviteit   
Kosten voor het opfokken van jonge kippen tot leghennen   -€ -€
Overige
  

  

  
 
Totaal
  

  

  
Waar en oprecht verklaard,
  Datum : .....................................
   Handtekening : ..................................

  [1] Indien u niet over een producentennummer beschikt, gelieve een aanvraag in te dienen met het GBCS-aanvraagformulier