25 FEBRUARI 2021. - Besluit van de regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de barema's met betrekking tot het ambt van adjunct-directeur in de hogescholen
Art. 1-5
Artikel 1. Artikel 1 van het besluit van de regering van de Franse Gemeenschap van 5 mei 1999 tot vaststelling van de barema's voor de ambten van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, wordt aangevuld met een paragraaf die als volgt luidt:
"Niet-electief ambt:
De adjunct-directeur benoemd overeenkomstig artikel 5 van het decreet van 25 juli 1996 betreffende de kosten van en de betrekkingen in de door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde hogescholen en artikel 24 van het decreet van 21 februari 2019 tot vaststelling van de organisatie van het hoger onderwijs in de hogescholen, ontvangt een toelage voor de duur van zijn aanstelling.
Het bedrag van deze toelage wordt gevormd door het verschil tussen, enerzijds, de ambtsschaal 474 en, anderzijds, de ambtsschaal van rang 1 of rang 2 waarvoor hij, vóór zijn aanstelling als adjunct-directeur, in vast verband was benoemd of aangeworven.
In afwijking van lid 2 behoudt het personeelslid, indien hij vóór zijn aanstelling als adjunct-directeur, een hogere baremaschaal dan ambtsschaal 474 genoot, de ambtsschaal van rang 1 of rang 2 waarvoor hij, vóór zijn aanstelling als adjunct-directeur, in vast verband was benoemd of aangeworven ".
Art.2. In de bijlage bij hetzelfde besluit wordt in de tabel met de salarisschalen per 1 december 2010 de rubriek "Klasseschalen (24 jaar)" aangevuld met de schaal: :
474
29.214,08 - 45.823,60
11 x 713,41
11 x 1.426,82
13 x 1.315,39
102 x 1.315,39
Art.3. Het geldelijk statuut van het ambt van adjunct-directeur bedoeld in artikel 24, § 2, laatste lid, van het besluit van 21 februari 2019 tot vaststelling van de organisatie van het hoger onderwijs in de hogescholen, stemt overeen met het geldelijk statuut vastgesteld bij het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende bezoldigingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs.
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2021.
Art. 5. De minister bevoegd voor het hoger onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.