11 FEBRUARI 2021. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van bijzondere machten nr. 52 houdende afwijking van sommige bepalingen betreffende de definitieve uitsluiting van leerlingen en de weigering van de herinschrijving in het leerplichtondewijs (NOTA : bekrachtigd met uitwerking op de datum van zijn inwerkingtreding bij DFG2021-10-28/28, art.5)
Art. 1-3
Artikel 1. In afwijking van artikel 1.7.9-4, § 1, tweede lid, van het Wetboek voor het basis- en secundair onderwijs, voor het schooljaar 2020-2021, worden uitsluitend beschouwd als feiten die een aantasting betekenen van de fysieke, psychologische of morele integriteit van een personeelslid of van een leerling, de organisatie of goede werking van een schoolinrichting in het gedrang brengen of haar ernstige materiële of morele schade berokkenen en daarom een definitieve uitsluiting kunnen rechtvaardigen :
1° elke slag of verwonding die opzettelijk wordt toegebracht door een leerling aan een andere leerling of aan een personeelslid binnen de school of daarbuiten, die een - zelfs in de tijd beperkte - arbeidsongeschiktheid of ongeschiktheid om de lessen te volgen tot gevolg heeft gehad;
2° elke slag of verwonding die opzettelijk wordt toegebracht door een leerling aan een afgevaardigde van de inrichtende macht, aan een lid van de diensten inspectie of verificatie, aan een afgevaardigde van de Franse Gemeenschap, binnen of buiten de school, die een - zelfs in de tijd beperkte - arbeidsongeschiktheid tot gevolg heeft gehad;
3° elke slag of verwonding die opzettelijk binnen de school wordt toegebracht door een leerling aan een persoon die gemachtigd is de school te betreden, die een - zelfs in de tijd beperkte - arbeidsongeschiktheid tot gevolg heeft gehad;
4° het invoeren of bezitten door een leerling binnen een school of in de naaste omgeving van die school, van ongeacht welk wapen dat, in ongeacht welke categorie, bedoeld is in artikel 3 van de wet van8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens;
5° elk gebruik, buiten zijn didactische bestemming, van een instrument dat wordt gebruikt in het kader van sommige cursussen of pedagogische activiteiten, wanneer dat instrument verwondingen kan veroorzaken;
6° het invoeren of bezitten door een leerling, zonder wettige reden, binnen een school of in de naaste omgeving van die school, van elk instrument, werktuig, snijdend, stekend of kneuzend voorwerp;
7° het invoeren of bezitten door een leerling binnen een school of in de naaste omgeving van die school, van ontvlambare stoffen, behalve als deze noodzakelijk zijn voor de pedagogische activiteiten en uitsluitend in het kader daarvan worden gebruikt;
8° het invoeren of bezitten door een leerling binnen een school of in de naaste omgeving van die school, van de stoffen bedoeld in artikel 1 van de wet van 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van giftstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, psychotrope stoffen, ontsmettingsstoffen en antiseptica en van de stoffen die kunnen gebruikt worden voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope stoffen;
9° het afpersen, door middel van geweld of bedreigingen, van gelden, waarden, voorwerpen, beloften van een andere leerling of een personeelslid binnen of buiten de school;
10° het opzettelijk en herhaaldelijk uitoefenen van onverdraaglijke psychologische druk op een andere leerling of op een personeelslid door scheldwoorden, beledigingen, laster of eerroof.
Art.2. In afwijking van artikel 1.7.9-11, tot 5 september 2021, kan slechts één van de feiten bedoeld in artikel 1.7.9-4, § 1, tweede lid, een beslissing tot weigering van de herinschrijving motiveren in een school georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap.
Art. 3. Artikel 1 van dit besluit treedt in werking de dag waarop het ondertekend wordt.