Details





Titel:

22 OKTOBER 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van deel III van luik III van het zesde Vlaams Intersectoraal Akkoord van 30 maart 2021 voor de [...] geregionaliseerde revalidatievoorzieningen, de psychiatrische verzorgingstehuizen, de initiatieven van beschut wonen en de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging (Opschrift gewijzigd door BVR2021-12-10/25, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2021)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 21-01-2022 en tekstbijwerking tot 30-06-2023)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Revalidatievoorzieningen
Art. 2-8
HOOFDSTUK 3. - Psychiatrische verzorgingstehuizen
Afdeling 1. - Private psychiatrische verzorgingstehuizen
Art. 9-10
Afdeling 2. - Publieke psychiatrische verzorgingstehuizen
Art. 11-12
Afdeling 3. - Algemene bepalingen voor private én publieke psychiatrische verzorgingstehuizen
Art. 13
HOOFDSTUK 4. - Initiatieven van beschut wonen
Art. 14-16
HOOFDSTUK 5. - Multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging
Art. 17-19
HOOFDSTUK 6. - Indexatie
Art. 20
HOOFDSTUK 7. - Uitvoeringsbepaling
Art. 21
BIJLAGE.
Art. N1-N8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder:
  1° [1 administratie: het Departement Zorg, vermeld in artikel 2, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 over het Departement Zorg]1;
  2° besluit van 7 december 2018: het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging;
  3° decreet van 6 juli 2018: het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging;
  4° erkende opnamecapaciteit: de erkende opnamecapaciteit, vermeld in artikel 69, tweede lid, van het besluit van 7 december 2018;
  5° initiatief van beschut wonen: een initiatief van beschut wonen als vermeld in artikel 2, 9° van het decreet van 6 juli 2018;
  6° multidisciplinair begeleidingsequipe voor palliatieve verzorging: een multidisciplinaire begeleidingsequipe als vermeld in artikel 2, 11°, van het decreet van 6 juli 2018;
  7° psychiatrisch verzorgingstehuis: een psychiatrisch verzorgingstehuis als vermeld in artikel 2, 12° van het decreet van 6 juli 2018;
  8° revalidatieovereenkomst: een overeenkomst als vermeld in artikel 74 van het decreet van 6 juli 2018;
  9° revalidatievoorziening: een revalidatievoorziening als vermeld in artikel 2, 16° van het decreet van 6 juli 2018;
  10° intersectoraal akkoord: het zesde Vlaams intersectoraal akkoord van 30 maart 2021 voor de social/non-profitsectoren voor de jaren 2021 en 2022.
  ----------
  (1)<BVR 2023-05-12/09, art. 646, 004; Inwerkingtreding : 10-07-2023>

HOOFDSTUK 2. - Revalidatievoorzieningen
Art.2.Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering van luik III, deel III, punt 2.3.1, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de [1 ...]1 revalidatievoorzieningen een budget.
  ----------
  (1)<BVR 2021-12-10/25, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2021>

Art.3. § 1. Voor het jaar 2021 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in tabel 1 die is opgenomen in bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd, 637.424,45 euro.
  Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in het eerste lid, 956.136,68 euro. Dat bedrag van 956.136,68 euro wordt aangepast rekening houdend met de inflatie, de evolutie van de anciënniteit en de ontwikkeling van het aanbod.
  § 2. De budgetten, vermeld in paragraaf 1, worden verdeeld over de revalidatievoorzieningen, vermeld in paragraaf 1, op basis van het theoretische aantal eenheidsverstrekkingen, vermeld in de revalidatieovereenkomst.
  In het eerste lid wordt verstaan onder theoretisch aantal eenheidsverstrekkingen: het theoretische aantal eenheidsverstrekkingen, vermeld in artikel 191, § 1, 3°, van het besluit van 7 december 2018.
  Voor de vaststelling van het theoretische aantal eenheidsprestaties, vermeld in het eerste lid, wordt rekening gehouden met het theoretische aantal eenheidsprestaties, vermeld in de revalidatieovereenkomst, op 1 januari van het jaar in kwestie.

Art.4.§ 1. Voor het jaar 2021 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in tabel 2 die is opgenomen in de bijlage 2, die bij dit besluit is gevoegd, 349.255,98 euro.
  Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in het eerste lid, 523.883,97 euro. Dat bedrag van 523.883,97 euro wordt verhoogd met een factor die de stijging van de loonkosten in 2022 uitdrukt op basis van de evolutie van de index, vermeld in artikel 20, en van het aantal voltijdsequivalenten.
  § 2. De budgetten, vermeld in paragraaf 1, worden lineair verdeeld over de [1 ...]1 revalidatievoorzieningen, vermeld in paragraaf 1.
  Om het aantal revalidatievoorzieningen, vermeld in het eerste lid, vast te stellen, wordt rekening gehouden met het aantal revalidatievoorzieningen met een revalidatieovereenkomst op 1 januari 2021.
  ----------
  (1)<BVR 2021-12-10/25, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2021>

Art.5. Voor het jaar 2021 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorziening, vermeld in tabel 3 die is opgenomen in bijlage 3, die bij dit besluit is gevoegd, 66.857,38 euro.
  Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorziening, vermeld in het eerste lid, 100.286,07 euro. Dat bedrag van 100.286,07 euro wordt verhoogd met een factor die de stijging van de loonkosten in 2022 uitdrukt op basis van de evolutie van de index, vermeld in artikel 20, en van het aantal voltijdsequivalenten.

Art.6. § 1. Voor het jaar 2021 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in tabel 4 die is opgenomen in bijlage 4, die bij dit besluit is gevoegd, 193.254,85 euro.
  Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 2, voor de revalidatievoorzieningen, vermeld in het eerste lid, 289.882,28 euro. Dat bedrag van 289.882,28 euro wordt verhoogd met een factor die de stijging van de loonkosten in 2022 uitdrukt op basis van de evolutie van de index, vermeld in artikel 20, en van het aantal voltijdsequivalenten.
  § 2. De budgetten, vermeld in paragraaf 1, worden lineair verdeeld over de private revalidatievoorzieningen, vermeld in paragraaf 1.
  Om het aantal revalidatievoorzieningen, vermeld in het eerste lid, vast te stellen, wordt rekening gehouden met het aantal revalidatievoorzieningen met een revalidatieovereenkomst op 1 januari 2021.

Art.7.Het budget dat conform artikel 3, 4, 5 en 6 wordt toegekend, wordt door [2 de administratie]2 aan de revalidatievoorzieningen betaald via een storting op de financiële rekening in kwestie, vermeld in bijlage 1 tot en met 4, die bij dit besluit zijn gevoegd.
  Het budget voor het jaar 2021 wordt betaald op 1 oktober 2021. Het budget voor het jaar 2022 wordt betaald op [1 15 september 2022]1.
  ----------
  (1)<BVR 2022-09-02/13, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 31-01-2022>
  (2)<BVR 2023-05-12/09, art. 647, 004; Inwerkingtreding : 10-07-2023>

Art.8.De middelen die conform artikel 3, 4, 5 en 6 worden toegekend, worden vanaf 1 mei 2021 ingezet om bijkomend personeel voor de uitvoering van de kernactiviteit aan te werven. De revalidatievoorzieningen, vermeld in artikel 3, 4 en 6, kunnen de toegewezen middelen met een aantal revalidatievoorzieningen binnen hun werksoort samen poolen.
  Elke revalidatievoorziening verduidelijkt aan het agentschap, volgens de modaliteiten die [2 de administratie]2 bepaalt, de invulling van het bijkomende personeel in functie van lokale behoeften of noden, na intern sociaal overleg conform de bepalingen van luik II, deel I, punt 11.2.1, van het intersectoraal akkoord.
  De onbenutte middelen die conform artikel 3, 4, 5 en 6 zijn toegekend, die het gevolg zijn van een latere start dan 1 mei 2021 van de implementatie van de structurele bestemming, zijn in 2021 een compensatie voor tijdelijke bijkomende tewerkstelling om eenmalig de extra gepresteerde uren door de COVID-crisis te compenseren.
  [1 De middelen die conform artikel 3, § 1, eerste lid, artikel 4, § 1, eerste lid, artikel 5, eerste lid en artikel 6, eerste lid, worden toegekend hebben betrekking op de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2022 en worden vastgelegd op begrotingsartikel GE0-1GHF2TI-WT, basisallocatie 1GD35300, van de uitgavenbegroting 2021 en 2022 van de Vlaamse Gemeenschap.]1
  ----------
  (1)<BVR 2021-12-10/25, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2021>
  (2)<BVR 2023-05-12/09, art. 647, 004; Inwerkingtreding : 10-07-2023>

HOOFDSTUK 3. - Psychiatrische verzorgingstehuizen
Afdeling 1. - Private psychiatrische verzorgingstehuizen
Art.9. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering luik III, deel III, punt 2.2.1, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de private psychiatrische verzorgingstehuizen een budget.

Art.10.§ 1. Voor het jaar 2021 bedraagt het budget, vermeld in artikel 9, voor de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in tabel 5 die is opgenomen in bijlage 5, die bij dit besluit is gevoegd, 1.342.182,10 euro.
  Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 9, voor de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in het eerste lid, 2.013.273,15 euro. Dat bedrag van 2.013.273,15 euro wordt aangepast rekening houdend met de inflatie en de ontwikkeling van het aanbod.
  § 2. De budgetten, vermeld in paragraaf 1, worden lineair verdeeld over de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in paragraaf 1, op basis van de erkende opnamecapaciteit per psychiatrisch verzorgingstehuis op respectievelijk 1 januari 2021 en 1 januari 2022. De betalingen gebeuren respectievelijk op 1 oktober 2021 en [1 15 september 2022]1.
  ----------
  (1)<BVR 2022-09-02/13, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 31-01-2022>

Afdeling 2. - Publieke psychiatrische verzorgingstehuizen
Art.11. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering van luik III, deel III, punt 2.2.2, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de publieke psychiatrische verzorgingstehuizen een budget.

Art.12.§ 1. Voor het jaar 2021 bedraagt het budget, vermeld in artikel 11, voor de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in tabel 6 die is opgenomen in bijlage 6, die bij dit besluit is gevoegd, 206.094,67 euro.
  Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 11, voor de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in het eerste lid, 309.142,00 euro. Dat bedrag van 309.142,00 euro wordt aangepast rekening houdend met de inflatie en de ontwikkeling van het aanbod.
  § 2. De budgetten, vermeld in paragraaf 1, worden lineair verdeeld over de psychiatrische verzorgingstehuizen, vermeld in paragraaf 1, op basis van de erkende opnamecapaciteit per psychiatrisch verzorgingstehuis op respectievelijk 1 januari 2021 en 1 januari 2022. De betalingen gebeuren respectievelijk op 1 oktober 2021 en [1 15 september 2022]1.
  ----------
  (1)<BVR 2022-09-02/13, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 31-01-2022>

Afdeling 3. - Algemene bepalingen voor private én publieke psychiatrische verzorgingstehuizen
Art.13.De middelen die conform artikel 9, 10, 11 en 12 worden toegekend, worden vanaf 1 mei 2021 ingezet om bijkomend personeel voor de versterking of voor de ondersteuning van de zorgequipe aan te werven.
  Elk psychiatrisch verzorgingstehuis verduidelijkt aan het agentschap, volgens de modaliteiten die het agentschap bepaalt, de invulling van het bijkomende personeel in functie van lokale behoeften of noden, na lokaal sociaal overleg conform de bepalingen van luik II, deel I, punt 11.2.1, van het intersectoraal akkoord.
  De onbenutte middelen die conform artikel 9, 10, 11 en 12 worden toegekend, die het gevolg zijn van een latere start dan 1 mei 2021 van de implementatie van de structurele bestemming, zijn in 2021 een compensatie voor tijdelijke bijkomende tewerkstelling om eenmalig de extra gepresteerde uren door de COVID-crisis te compenseren.
  [1 De middelen die conform artikel 10, § 1, eerste lid en artikel 12, § 1, eerste lid, worden toegekend hebben betrekking op de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2022 en worden vastgelegd op begrotingsartikel GE0-1GHF2TJ-WT, basisallocatie 1GD36200, van de uitgavenbegroting 2021 en 2022 van de Vlaamse Gemeenschap.]1
  ----------
  (1)<BVR 2021-12-10/25, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2021>

HOOFDSTUK 4. - Initiatieven van beschut wonen
Art.14. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering luik III, deel III, punt 2.4.1, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de private initiatieven van beschut wonen een budget.

Art.15.§ 1. Voor het jaar 2021 bedraagt het budget, vermeld in artikel 14, voor de initiatieven van beschut wonen, vermeld in tabel 7 die is opgenomen in bijlage 7, die bij dit besluit is gevoegd, 435.984,67 euro.
  Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 14, voor de initiatieven van beschut wonen, vermeld in het eerste lid, 653.977,00 euro. Dat bedrag van 653.977,00 euro wordt aangepast rekening houdend met de inflatie en de ontwikkeling van het aanbod.
  § 2. De budgetten, vermeld in paragraaf 1, worden lineair verdeeld over de initiatieven van beschut wonen, vermeld in paragraaf 1, op basis van de erkende begeleidingscapaciteit per initiatief van beschut wonen op respectievelijk 1 januari 2021 en 1 januari 2022. De betalingen gebeuren respectievelijk op 1 oktober 2021 en [1 15 september 2022]1.
  In het eerste lid wordt verstaan onder erkende begeleidingscapaciteit: de erkende begeleidingscapaciteit, vermeld in artikel 122, § 1, eerste lid, 1°, van het besluit van 7 december 2018.
  ----------
  (1)<BVR 2022-09-02/13, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 31-01-2022>

Art.16.De middelen die conform artikel 14 en 15 worden toegekend, worden vanaf 1 mei 2021 ingezet om bijkomend personeel aan te werven voor de functies, vermeld in het besluit van 7 december 2018. De initiatieven van beschut wonen, vermeld in artikel 14 en 15 van dit besluit, kunnen de toegewezen middelen met een aantal initiatieven van beschut wonen samen poolen.
  Elk initiatief van beschut wonen verduidelijkt aan het agentschap, volgens de modaliteiten die [2 de administratie]2 bepaalt, de invulling van het bijkomende personeel in functie van lokale behoeften of noden, na lokaal sociaal overleg conform de bepalingen van luik II, deel I, punt 11.2.1, van het intersectoraal akkoord.
  De onbenutte middelen die conform artikel 14 en 15 zijn toegekend, die het gevolg zijn van een latere start dan 1 mei 2021 van de implementatie van de structurele bestemming, zijn in 2021 een compensatie voor tijdelijke bijkomende tewerkstelling om eenmalig de extra gepresteerde uren door de COVID-crisis te compenseren.
  [1 De middelen die conform artikel 15, § 1, eerste lid, worden toegekend hebben betrekking op de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2022 en worden vastgelegd op begrotingsartikel GE0-1GHF2TJ-WT, basisallocatie 1GD36300, van de uitgavenbegroting 2021 en 2022 van de Vlaamse Gemeenschap.]1
  ----------
  (1)<BVR 2021-12-10/25, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2021>
  (2)<BVR 2023-05-12/09, art. 647, 004; Inwerkingtreding : 10-07-2023>

HOOFDSTUK 5. - Multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging
Art.17. Om de kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering van luik III, deel III, punt 2.5, van het intersectoraal akkoord te financieren, ontvangen de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging een budget.

Art.18.§ 1. Voor het jaar 2021 bedraagt het budget, vermeld in artikel 17, voor de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging, vermeld in tabel 8 die is opgenomen in bijlage 8, die bij dit besluit is gevoegd, 51.622,00 euro.
  Voor het jaar 2022 bedraagt het budget, vermeld in artikel 17, voor de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging 77.433,00 euro. Dat bedrag van 77.433,00 euro wordt verhoogd met een factor die de stijging van de loonkosten in 2022 uitdrukt op basis van de evolutie van de index, vermeld in artikel 20.
  § 2. De budgetten, vermeld in paragraaf 1, worden betaald aan de vzw Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen, vermeld in tabel 8 die is opgenomen in bijlage 8 die bij dit besluit is gevoegd, op respectievelijk 1 oktober 2021 en [1 15 september 2022]1.
  ----------
  (1)<BVR 2022-09-02/13, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 31-01-2022>

Art.19.§ 1. De budgetten die conform artikel 17 en 18 zijn toegekend, worden vanaf 1 mei 2021 ingezet om een bijkomend personeelslid binnen de vzw Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen, vermeld in tabel 8 die is opgenomen in bijlage 8, die bij dit besluit is gevoegd, aan te werven.
  [1 De middelen die conform artikel 18, § 1, eerste lid, worden toegekend hebben betrekking op de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2022 en worden vastgelegd op begrotingsartikel GE0-1GDF2KA-WT, basisallocatie 1GD36500, van de uitgavenbegroting 2021 en 2022 van de Vlaamse Gemeenschap.]1
  § 2. Het personeelslid, vermeld in het eerste lid, voert de volgende opdrachten uit:
  1° oppikken en vooruitduwen van projecten waar alle multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging belang bij hebben;
  2° onderbouwen van een visie op en een toekomstige aanpak voor de palliatieve thuiszorg in de toekomst
  Bij de uitvoering van de opdrachten, vermeld in het eerste lid, wordt rekening gehouden met alle multidisciplinaire begeleidingsequipes. De multidisciplinaire begeleidingsequipes worden betrokken bij de uitvoering van de opdrachten, vermeld in het eerste lid.
  ----------
  (1)<BVR 2021-12-10/25, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2021>

HOOFDSTUK 6. - Indexatie
Art.20. De bedragen, vermeld in dit besluit, worden gekoppeld aan het spilindexcijfer 107,20 (basis 2013 = 100).
  De bedragen, vermeld in dit besluit, worden aangepast conform de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.
  De koppeling van het indexcijfer, vermeld in het eerste lid, wordt berekend en toegepast conform artikel 2, § 1 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen.

HOOFDSTUK 7. - Uitvoeringsbepaling
Art.21.De Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, is belast met de uitvoering van dit besluit.

BIJLAGE.
Art. N1.[1 Bijlage 1]1

  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 25-11-2022, p. 85517)
  ----------
  (1)<BVR 2022-09-02/13, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 31-01-2022>

Art. N2.[1 Bijlage 2. Tabel 2 als vermeld in artikel 4


naam voorziening erkenningsnummer KBO - nummer IBAN budget 2021 budget 2022
Antwerps Drug Interventie Centrum (ADIC) 7.73.007.83 431752146 BE03789541373384 26.865,84 € 40.298,77 €
De Sleutel internaatsafdelingen Gent 7.73.008.82 406633304 BE40445163600163 26.865,84 € 40.298,77 €
Katarsis 7.73.009.81 423546738 BE03453030176184 26.865,84 € 40.298,77 €
Kompas 7.73.011.79 431824105 BE29778551368364 26.865,84 € 40.298,77 €
De Kiem 7.73.014.76 445151311 BE27001216523173 26.865,84 € 40.298,77 €
Dagcentra De Sleutel Antwerpen-Mechelen-Gent-Brugge Gent 7.73.015.75 406633304 BE40445163600163 26.865,84 € 40.298,77 €
De Spiegel 7.73.020.70 862110858 BE28363037585520 26.865,84 € 40.298,77 €
MSOC Free Clinic vzw 7.73.022.68 416639348 BE86001059138350 26.865,84 € 40.298,77 €
MSOC Limburg 7.73.023.67 469813065 BE08451752999113 26.865,84 € 40.298,77 €
MSOC Vlaams-Brabant 7.73.032.58 463959413 BE43775598497701 26.865,84 € 40.298,77 €
Residentieel Kortdurend Jongerenprogramma 7.73.034.56 406633304 BE40445163600163 26.865,84 € 40.298,77 €
MSOC Gent 7.73.021.69 207451227 BE22091011156847 26.865,84 € 40.298,77 €
MSOC Oostende 7.73.030.60 207436775 BE47091000237980 26.865,84 € 40.298,77 €
]1
  ----------
  (1)<BVR 2021-12-10/25, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2021>

Art. N3.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 21-01-2022, p. 2860)

Art. N4.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 21-01-2022, p. 2861)

Art. N5.[1 Bijlage 5]1

  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 25-11-2022, p. 85517)
  ----------
  (1)<BVR 2022-09-02/13, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 31-01-2022>

Art. N6.[1 Bijlage 6]1

  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 25-11-2022, p. 85517)
  ----------
  (1)<BVR 2022-09-02/13, art. 8, 003; Inwerkingtreding : 31-01-2022>

Art. N7.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 21-01-2022, p. 28566

Art. N8.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 21-01-2022, p. 2868)