Details





Titel:

16 SEPTEMBER 2021. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van sommige bepalingen van het reglementair deel van het Waals Wetboek van Sociale actie en Gezondheid betreffende de hulpdiensten voor gezinnen en bejaarde personen



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid
Art. 2-8
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van de statuten
Art. 9-10
HOOFDSTUK 4. - Overgangs- en slotbepalingen
Art. 11-13
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling
Artikel 1. Dit besluit regelt krachtens artikel 138 van de Grondwet een materie bedoeld in artikel 128 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid
Art.2. In artikel 332, § 1, van het reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 4 december 2014, worden de punten 1° en 2° vervangen als volgt:
  "1° 0,036 voltijds equivalent begeleidingsverantwoordelijke per aangesneden schijf van 1000 uren hulpverlening in het dagelijkse leven die voor subsidies in aanmerking komen en die in het voorafgaande jaar door de dienst gepresteerd werden, met een minimum van 0,50 voltijds equivalent;
  "2° 0,022 voltijds equivalent administratief bediende per aangesneden schijf van 1000 uren hulpverlening in het dagelijkse leven die voor subsidies in aanmerking komen en die in het voorafgaande jaar door de dienst gepresteerd werden, met een minimum van 0,50 voltijds equivalent;".

Art.3. In Deel 2, Boek IV, Titel IV, Hoofdstuk 2, afdeling 2, onderafdeling 2, van hetzelfde Wetboek wordt een artikel 341/2 ingevoegd, luidend als volgt :
  "Art. 341/1. Ter dekking van de specifieke kosten in verband met het bediendestatuut van de gezinshelpers wordt aan de dienst een forfaitaire subsidie toegekend van 0,7569 euro per gewerkt uur.
  Dit bedrag wordt verhoogd met:
  1° 0,0848 euro per uur gepresteerd door gezinshelpers van wie de anciënniteit die in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van hun bezoldiging, minstens acht jaar en minder dan veertien jaar bedraagt;
  2° 0,1372 euro per uur gepresteerd door gezinshelpers van wie de anciënniteit die in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van hun bezoldiging, minstens veertien jaar en minder dan twintig jaar bedraagt;
  3° 0, 2136 euro per uur gepresteerd door gezinshelpers van wie de anciënniteit die in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van hun bezoldiging, twintig jaar en meer bedraagt.
  Voor de toepassing van de leden 1 en 2 worden als gepresteerde uren beschouwd:
  1° gepresteerde uren binnen het dienstcontingent;
  2° gepresteerde uren boven het dienstcontingent;
  3° de uren gepresteerd door gezins- en bejaardenhelpers van wie de tewerkstelling gefinancierd wordt in het kader van elke maatregel inzake tewerkstellingshulp. ".

Art.4. In artikel 343 van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de eerste zin worden de woorden "2,3197 euro" vervangen door de woorden "3,0018 euro";
  2° de eerste zin wordt aangevuld met de woorden ", met minimum 33.839, 1098 euro per kalenderjaar. ";
  4° het artikel wordt aangevuld met een tweede lid, luidend als volgt:
  "Wanneer de dienst zijn activiteiten in de loop van een kalenderjaar begint of staakt, wordt het in lid 1 bedoelde minimumbedrag per jaar verminderd met de werkelijke periode van activiteit in dat kalenderjaar ".

Art.5. In artikel 344 van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de woorden "1,0079 euro" worden vervangen door de woorden "1,3955 euro";
  2° het artikel wordt aangevuld met de woorden ", met minimum 19.382,6474 euro per kalenderjaar";
  3° het artikel wordt aangevuld met een tweede lid, luidend als volgt:
  "Wanneer de dienst zijn activiteiten in de loop van een kalenderjaar begint of staakt, wordt het in lid 1 bedoelde minimumbedrag per jaar verminderd met de werkelijke periode van activiteit in dat kalenderjaar ".

Art.6. Artikel 345 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt:
  "Art. 345. Het basisbedrag bedoeld in artikel 251 van het decreetgevend deel van het Wetboek wordt vastgelegd op 4.448,3399 euro per jaar.
  Ter dekking van de specifieke kosten in verband met het bediendestatuut van de thuisoppassers wordt het in het eerste lid bedoelde bedrag verhoogd met:
  1° 1.173,2088 euro per thuisoppasser als voltijds-equivalent van wie de anciënniteit die in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van hun bezoldiging, minder dan acht jaar bedraagt;
  2° 1.304,7171 euro per thuisoppasser als voltijds-equivalentvan wie de anciënniteit die in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van hun bezoldiging, minstens acht jaar en minder dan veertien jaar bedraagt;
  3° 1.385,9068 euro per thuisoppasser als voltijds-equivalent van wie de anciënniteit die in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van hun bezoldiging, minstens veertien jaar en minder dan twintig jaar bedraagt;
  4° 1.504,3772 euro per thuisoppasser als voltijds-equivalent van wie de anciënniteit die in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van hun bezoldiging, twintig jaar en meer bedraagt.
  De in lid 2 bedoelde anciënniteit is de anciënniteit die in aanmerking wordt genomen voor de bezoldiging over de maand januari van het betrokken jaar. ".

Art.7. In artikel 354 van hetzelfde Wetboek, eerste lid, worden de woorden "341, 342, 343 tot en met 346" vervangen door de woorden "341 tot en met 346".

Art.8. In artikel 358 van hetzelfde Wetboek, vervangen bij het besluit van de Waalse Regering van 4 december 2014, worden de volgende wijzingen aangebracht:
  1° de woorden "340, 341, 342, 343, 344" worden vervangen door de woorden "340 tot en met 344";
  2° het woord "kwartaal" wordt vervangen door het woord "kalenderkwartaal".

HOOFDSTUK 3. - Wijziging van de statuten
Art.9. Bijlage 37 bij hetzelfde Wetboek en de twee bijlagen erbij worden vervangen door bijlage 1 bij dit besluit.

Art.10. Bijlage 38 bij hetzelfde Wetboek en de twee bijlagen erbij worden vervangen door bijlage 2 bij dit besluit.

HOOFDSTUK 4. - Overgangs- en slotbepalingen
Art.11. In afwijking van artikel 353 van hetzelfde Wetboek deelt de Administratie binnen een maand na de bekendmaking van dit besluit aan de verschillende gesubsidieerde diensten de bedragen mee die voor het jaar 2021 worden toegepast op de subsidiepakketten bedoeld in artikel 341/1 van hetzelfde Wetboek, zoals ingevoegd bij dit besluit, en in de artikelen 343, 344 en 345 van hetzelfde Wetboek, zoals gewijzigd bij dit besluit.

Art.12. Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2021.
  In afwijking van lid 1 treden de artikelen 9 en 10 in werking twee maanden na de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad.

Art.13. De Minister van Gezondheid en Sociale Actie is belast met de uitvoering van dit besluit.


BIJLAGE.
Art. N.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 04-10-2021, p. 105028)