Details





Titel:

18 MAART 2021. - Koninklijk besluit waarbij aan de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij een opdracht wordt toevertrouwd overeenkomstig artikel 2, § 3, van de wet van 2 april 1962 betreffende de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij en de gewestelijke investeringsmaatschappijen



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. § 1. Met toepassing van artikel 2, § 3, tweede lid, van de wet van 2 april 1962 betreffende de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij en de gewestelijke investeringsmaatschappijen wordt de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij ermee belast met de opdracht om:
  1° tot een maximumbedrag van vijftien miljoen euro op de aandelen van de besloten vennootschap BeLightning in te schrijven;
  2° aan deze vennootschap een achtergestelde lening uit te geven, ten belope van een maximumbedrag van vijftien miljoen euro;
  3° de ingeschreven bedragen te storten, naargelang van de behoeften van deze vennootschap;
  4° de opvolging van de deelneming in deze vennootschap te verzekeren;
  5° de deelneming in deze vennootschap te beheren, met inbegrip van een eventuele overdracht van deze deelneming; en
  6° alle overeenkomsten met dat oogmerk aan te gaan, met inbegrip van alle arbitrageovereenkomsten.
  § 2. De tussenkomst van de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij veronderstelt dat de deelneming van de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij in deze vennootschap niet vijftig % minus één aandeel van het kapitaal kan overschrijden.

Art.2. De opdracht die door dit besluit aan de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij wordt toevertrouwd, wordt door deze laatste in eigen naam maar voor rekening van de Staat uitgevoerd.

Art.3. De Staat stelt aan de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij de noodzakelijke fondsen voor de gedelegeerde opdracht ter beschikking, voor een bedrag van maximum dertig miljoen euro.

Art.4. De minister bevoegd voor Financiën is belast met het sluiten van een overeenkomst tot delegatie van een opdracht met de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij waarin haar betrekkingen met de Staat in het kader van de uitvoering van dit besluit worden gespecificeerd.

Art. 5. De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.