Details





Titel:

29 OKTOBER 2020. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot goedkeuring van de prioritaire studierichtingen en thema's van de opleiding tijdens de loopbaan, op netoverschrijdend niveau, van de personeelsleden van het gespecialiseerd onderwijs, het gewoon secundair onderwijs en de PMS-centra, voor het schooljaar 2021-2022(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 05-11-2020 en tekstbijwerking tot 23-03-2022)



Inhoudstafel:


Art. 1-3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1.De prioritaire thema's en studierichtingen van de opleidingen tijdens de loopbaan georganiseerd op netoverschrijdend niveau, voor de personeelsleden van het gewoon secundair onderwijs en het gespecialiseerd onderwijs, gedurende het schooljaar 2021-2022 hebben tot prioritair doel het voortgezette implementeren van het Pact voor excellentieonderwijs te ondersteunen en bevatten, in elk geval, de volgende elementen:
  1. Bijwerking van de kennis: zijn kennis verrijken om een inhoud, een beroep beter te beheersen:
  a) wetenschappelijke kennis: voorbeeld: bijdrage van het recentste onderzoek op het vlak van de cognitiewetenschappen, inzonderheid neurowetenschappen maar ook betreffende de relevantie van het blijven zitten, de differentiatie, de leerstoornissen, de remediëring en de sociologie van het curriculum;
  b) vakkennis: algemene en kwalificerende opleiding: voorbeeld: nieuwe Franstalige Belgische auteurs, taalvaardigheids-, lichamelijke opvoeding en kennismaking met het optreden, opvoeding tot verkeersveiligheid, opleiding tot eerste hulp en inzonderheid de reddende gebaren, evolutie van de techniek in de autosector, financiële opleiding, verantwoorde consumptie, enz;
  c) ten opzichte van een onderwijsniveau: beroepstoetreding, specificiteiten van het gespecialiseerd onderwijs, specifieke stoornissen, nieuwe hervormingen inzonderheid deze die voortvloeien uit het Pact voor excellentieonderwijs, integratie, taalbad, opvang en ontwikkeling van de jongere, gezondheid en hygiëne;
  d) ten opzichte van het implementeren van de gemeenschappelijke kern: opsporen van moeilijkheden, differentiatie, persoonsgebonden begeleiding;
  e) ten opzichte van een ambt: veiligheidseisen die specifiek zijn voor sommige ambten of vakken, opleidingen voor stagemeesters;
  f) recht en onderwijs; schoolwetgeving en procedures met betrekking tot het administratief dossier van de personeelsleden;
  g) opvoeding tot het milieu en de duurzame ontwikkeling in het schoolcurriculum en in de opleiding van leerkrachten.
  2. Vragen in verband met de algemene pedagogie en didactiek: individueel plan, ontwikkeling van de leerling, motivering, studierichting, analyse van het leerproces, analyse van de fouten, differentiatie, evaluatie, inaanmerkingneming van de specifieke behoeften van de leerling in het gewoon onderwijs (inzonderheid inzake redelijke aanpassingen, meer specifiek hoogbegaafden), pedagogiekeuzen aangepast aan het gespecialiseerd onderwijs, ontwikkeling van meertaligheid en meerletterkundigheid, verstevigen van de beheersing van de schooltaal inzonderheid voor de kringen voortkomend uit de migratie en/of die armer zijn en optimalisering van de taalcompetenties van nieuwkomers en allofonen in het kader van het Frans als vreemde taal en als leertaal;
  3. In het bijzondere kader van het aanleren van de schooltaal, verstevigen van de hedendaagse kennis en praktijken gebonden aan het Frans als leertaal: band, enerzijds, tussen cognitie en taal, en, anderzijds, tussen lexicale eenheden en grammaticale eenheden die specifiek zijn voor vakinhoud, taaldiagnose en pedagogische keuze.
  4. Vakdidactiek of bijzondere didactiek: didactische analyse van een vakbegrip of -gebied (punt problematische leerstof of knelpunten begrippen). Deze opleidingen zullen in verband staan met de nieuwe referentiesystemen. Indien mogelijk zouden de keuzes gemaakt worden op basis van de resultaten van de externe evaluaties. In dit kader zal aan de verwijzing naar de ICT(Onderwijs) gewerkt worden.
  5. Opleiding tot de waarneming en de evaluatie: docimologie, statuut van de fout in leerprocessen (in aanmerking nemen en exploitatie ervan), verscheidene types van evaluatie, opbouwen van evaluatie-instrumenten en criteriaroosters ermee verbonden, opvatten van richtlijnen om zich een opdracht eigen te maken, tools voor het waarnemingsvermogen inzake taal.
  6. Verstand van de verschijnselen van de intermenselijke relaties, beperkte groepen en ontwikkeling van de gedragingen die eigen zijn aan het beheer van menselijke en democratische relaties (inzonderheid pesterijen onder leerlingen op school);
  7. Relaties en communicatie tussen volwassenen en persoonlijke ontwikkeling van de volwassene, inzonderheid: collegiaal werk met inbegrip van de ambtenaren van de PMS-centra, partnerschappen (bvb. in verband met het afhaken van school) alsook het vakoverschrijdend en meertalig collegiaal werk van leerkrachten betrokken bij het taalbadonderwijs, relaties school-gezinnen;
  8. Studie van de sociale, economische en culturele factoren, tegenover de evolutie van de maatschappij, nieuwe technologieën en het digitale tijdperk, die het gedrag van jongeren en hun leeromstandigheden beïnvloeden (inzonderheid in verband met het afhaken van school);
  9. Bevordering van de ontwikkeling van de digitale competenties van leerkrachten en het gebruik van digitale tools door leerkrachten volgens verschillende benaderingen: de exploitatie en creatie van digitale hulpbronnen, de digitale techniek in onderwijspraktijken om nieuwe paden te betreden (waaronder het scenariseren van onderwijsstelsels die de numerieke techniek integreren), de creatie van differentiatiestrategieën met behulp van digitale tools, de ondersteuning en begeleiding van de motivatie van de student om zelfstandig te worden door het gebruik van digitale technologie, de beroepsontwikkeling via het zich eigen maken of de versteviging van digitale competenties, het faciliteren van de verwerving van digitale competenties door de lerende, de opleidingen tot beroepstoepassingen.
  10. Culturele en artistieke opvoeding (klank en muziek - visueel en beeld - taal en lichamelijk - culturele pedagogie).
  11. Opvoeding tot de media (inzonderheid de bestrijding en het identificeren van stereotypes, de strijd tegen vernederende, seksuele of gewelddadige inhoud en de kritische dimensie van digitaal gebruik, met inbegrip van de strijd tegen verkeerde informatie).
  12. Sensibiliseren voor het relatiegebonden, affectieve en seksuele leven (EVRAS).
  [1 13. Versteviging van het beheer van de scholen dankzij instrumenten die verband houden met het nieuwe bestuur:
   - vraagstukken, processen en sturingsinstrumenten: toe-eigening, articulatie en betekenis;
   - tussentijdse evaluatie ;
   - formatief proces.
   14. De personeelsleden meer betrekken als actoren van hun instelling en hun loopbaan: evaluatie van de personeelsleden.
   15. Aan ieder individu aangepast onderwijs, rekening houdend met de realiteiten en specifieke kenmerken van iedere leerling, in een dynamiek die evolueert en niemand uitsluit:
   - de nieuwe stelsels van het kerncurriculum (dat alle maatregelen omvat die deel uitmaken van de evolutieve aanpak: gepersonaliseerde ondersteuning, specifieke aanvullende stelsels, begeleidingsdossier voor leerlingen, formatieve evaluatie, procedures voor behoud); de instelling en organisatie van territoriale clusters.]1
  ----------
  (1)<BFG 2022-02-17/19, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 23-03-2022>

Art.2. De prioritaire thema's en studierichtingen betreffende de netoverschrijdende opleiding tijdens de loopbaan van de leden van het technisch personeel van de psycho-medisch-sociale centra gedurende het schooljaar 2021-2022, hebben tot prioritair doel het voortgezette implementeren van het Pact voor excellentieonderwijs voor het onderwijs en bevatten, in elk geval, de volgende elementen:
  1. Bijwerking van de kennis (bij voorbeeld het wetenschappelijk niveau, theorieën en begrippen in menswetenschappen, institutionele evolutie);
  2. Wetgevingsaspecten, ethiek, deontologie;
  3. Studie van de sociale, economische en culturele factoren die invloed hebben op het gedrag van jongeren, inzonderheid het afwezig zijn en/of het afhaken van school (met inbegrip van het passief afhaken), en hun leeromstandigheden, met inaanmerkingneming van de evolutie van de maatschappij, nieuwe technologieën en het digitale tijdperk;
  4. Technieken en tools in verband met het beroep (analyse van de aanvraag, onderhoud, collectieve benadering, testing, waarneming, opvatten en opstellen van documenten);
  5. Moeilijkheden opsporen. Diagnose. Begeleiding, Intervisie en Supervisie;
  6. Studiekeuze;
  7. Specifieke behoeften (inclusief onderwijs, evolutieve benadering van het pact, redelijke aanpassingen, integratie, enz.);
  8. Steun voor ouderschap;
  9. Preventie. Gezondheidsopvoeding;
  10.Plaats van PMS-centra en de school in milieu-/klimatologische kwesties ;
  11. Gebruik van digitale hulpmiddelen
  12. Partnerschappen - netwerk- institutionele analyse (inzonderheid in het kader van een bijzondere gebeurtenis in de school of in het kader van de integratie);
  13. Relatie en communicatie tussen volwassenen en persoonlijke ontwikkeling van de volwassene (inzonderheid collegiaal werk met inbegrip van de ambtenaren van PMS-centra, partnerschappen (bvb. in verband met het afhaken van school));
  14. Ontwikkeling van de cultuur van de zelfevaluatie binnen de centra.

Art. 3. De Minister van Leerplichtonderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.