10 JULI 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 7 van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 april 2016 houdende de toekenning en de erkenning van bijkomende en vrijgekomen woongelegenheden met een bijkomende erkenning en tot wijziging van bijlage 11 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers
Art. 1-4
Artikel 1. In artikel 7, § 5, van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 april 2016 houdende de toekenning en de erkenning van bijkomende en vrijgekomen woongelegenheden met een bijkomende erkenning, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 25 mei 2018, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° tussen het derde en het vierde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
"In afwijking van het eerste, tweede en derde lid kunnen de woonzorgcentra voor de bijkomende woongelegenheden met een bijkomende erkenning in 2020 de erkenning aanvragen met ingang van 1 oktober 2020, 1 januari 2021 of 1 april 2021.";
2° het bestaande vijfde lid, dat het zesde lid wordt, wordt vervangen door wat volgt:
"Uiterlijk 45 dagen voor de aangevraagde ingangsdatum van de bijkomende erkenning moet het agentschap de ontvankelijke aanvraag tot erkenning ontvangen hebben. Als de aanvraag tot erkenning niet uiterlijk 45 dagen voor de aangevraagde ingangsdatum van de bijkomende erkenning ontvankelijk is, gaat de erkenning pas in op zijn vroegst 45 dagen na de dag waarop het agentschap de ontvankelijke aanvraag tot erkenning ontvangen heeft.".
Art.2. Artikel 59 van bijlage 11 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 59. Het maximale aantal te erkennen woongelegenheden erkend als woonzorgcentrum met een bijkomende erkenning wordt met ingang van 1 januari 2020 vastgelegd op 52.580 woongelegenheden.
Het maximale aantal te erkennen woongelegenheden erkend als woonzorgcentrum met een bijkomende erkenning wordt met ingang van 1 oktober 2020 vastgelegd op 54.380 woongelegenheden.".
Art.3. Dit besluit treedt in werking op 11 juli 2020.
Artikel 2 heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2020.
Art. 4. De Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, is belast met de uitvoering van dit besluit.