3 JULI 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende maatregelen voor de behandelingstermijnen van de beoordelingscommissie volgens het Procedurebesluit Wonen van 14 juli 2017 en de bijzondere sociale leningen ten gevolge van de beperkende coronavirusmaatregelen
HOOFDSTUK 1. - Behandelingstermijnen van de beoordelingscommissie volgens het Procedurebesluit Wonen
Art. 1-2
HOOFDSTUK 2. - Aanpassing minimale rentevoet bijzondere sociale leningen
Art. 3-4
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 5-6
HOOFDSTUK 1. - Behandelingstermijnen van de beoordelingscommissie volgens het Procedurebesluit Wonen
Artikel 1. In afwijking van artikel 17, § 3, tweede lid, van het Procedurebesluit Wonen van 14 juli 2017 brengt de VMSW binnen een termijn van veertien kalenderdagen, die ingaat op de dag na de ontvangst van het uitvoeringsdossier, een advies uit bij het uitvoeringsdossier.
Als het advies van de VMSW niet tijdig wordt verleend, wordt het uitvoeringsdossier geacht in overeenstemming te zijn met de normen en de bouwtechnische en conceptuele richtlijnen, en is de verrichting principieel vatbaar voor opname in de kortetermijnplanning op de laatste dag van de termijn van veertien kalenderdagen, vermeld in het eerste lid, die in voorkomend geval is verlengd conform artikel 17, § 3, derde lid, van het Procedurebesluit Wonen.
Art.2. In afwijking van artikel 19, § 1, eerste lid, van het Procedurebesluit Wonen van 14 juli 2017 stelt de VMSW een lijst op van bouw- en investeringsverrichtingen die op de zevende kalenderdag voor een beoordelingscommissie principieel vatbaar zijn voor opname in de kortetermijnplanning en waarvoor conform artikel 18 van het Procedurebesluit Wonen van 14 juli 2017 blijkt dat de initiatiefnemer beschikt over de vereiste vergunningen, meldingen en een zakelijk recht op de gronden. De verrichtingen die na de voormelde datum de status `principieel vatbaar voor opname in de kortetermijnplanning' krijgen, komen in aanmerking voor de daarop volgende beoordelingscommissie. De voorwaarde dat de initiatiefnemer beschikt over de vereiste vergunningen, meldingen en een zakelijk recht op de gronden, wordt beoordeeld op de dag waarop de beoordelingscommissie bijeenkomt.
HOOFDSTUK 2. - Aanpassing minimale rentevoet bijzondere sociale leningen
Art.3. In artikel 8 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 september 2013 houdende de voorwaarden waaronder de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen en het Vlaams Woningfonds bijzondere sociale leningen aan particulieren kunnen toestaan, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 mei 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 2, tweede lid, wordt de zin "De aldus berekende rentevoet van de lening mag nooit lager zijn dan 2%." opgeheven;
2° aan paragraaf 2 worden een vijfde en een zesde lid toegevoegd die luiden als volgt :
"De volgens het tweede lid berekende rentevoet van de lening mag niet lager zijn dan het percentage in de volgende tabel, rekening houdend met de looptijd van de lening :
Looptijd lening (in jaar) | |
20 of minder | 1,60% |
21 | 1,64% |
22 | 1,68% |
23 | 1,72% |
24 | 1,76% |
25 | 1,80% |
26 | 1,84% |
27 | 1,88% |
28 | 1,92% |
29 | 1,96% |
30 | 2,00% |
Looptijd lening (in jaar) | |
20 of minder | 1,20% |
21 | 1,23% |
22 | 1,26% |
23 | 1,29% |
24 | 1,32% |
25 | 1,35% |
26 | 1,38% |
27 | 1,41% |
28 | 1,44% |
29 | 1,47% |
30 | 1,50% |