6 MEI 2020. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot uitvoering van de wet van 4 december 2012 tot wijziging van het Wetboek van de Belgische nationaliteit teneinde het verkrijgen van de Belgische nationaliteit migratieneutraal te maken
Art. 1-12
BIJLAGEN.
Art. N
Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot uitvoering van de wet van 4 december 2012 tot wijziging van het Wetboek van de Belgische nationaliteit teneinde het verkrijgen van de Belgische nationaliteit migratieneutraal te maken, wordt het puntje 4° vervangen als volgt:
"4° ofwel een document waaruit blijkt dat het inburgeringstraject, het onthaaltraject of het integratieparcours waarin wordt voorzien door de bevoegde overheid van de hoofdverblijfplaats van betrokkene op het tijdstip dat hij dit aanvat, met succes gevolgd werd;".
Art.2. Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"Art. 4. De verblijfsdocumenten die in aanmerking moeten worden genomen als bewijs van het wettelijk verblijf in de zin van artikel 7bis, § 2, eerste lid, 2°, tweede en derde lid, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit zijn de volgende:
1° Voor de burger van de Europese Unie bedoeld in artikel 40bis, § 2, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen:
a) de aanvraag van een verklaring van inschrijving, opgesteld overeenkomstig de bijlage 19 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
b) de verklaring van inschrijving, opgesteld overeenkomstig de bijlage 8 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
c) het document ter staving van het duurzaam verblijf, opgesteld overeenkomstig de bijlage 8bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
2° Voor de familieleden van de burgers van de Europese Unie bedoeld in artikel 40bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, die zelf geen burgers zijn van de Europese Unie:
a) de aanvraag voor een verblijfskaart van een familielid van een burger van de Europese Unie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 19ter van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
b) het attest van immatriculatie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 4 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
c) de verblijfskaart van een familielid van een burger van de Unie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 9 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
d) de duurzame verblijfskaart van een familielid van een burger van de Unie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 9bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
e) de bijlage 15, wanneer het familielid een aanvraag voor een duurzaam verblijf heeft ingediend, en de verblijfskaart van een familielid van een burger van de Unie waarvan hij houder is, verstrijkt in de loop van de termijn die aan de minister of diens gemachtigde is toegekend om te beslissen over voormelde aanvraag;
3° Voor de vluchtelingen die erkend zijn volgens het Internationaal verdrag betreffende de status van vluchtelingen, ondertekend te Genève op 28 juli 1951:
a) de bijlage 25 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, afgegeven met toepassing van artikel 72, § 1, eerste lid, van voornoemd koninklijk besluit;
b) de bijlage 26 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, afgegeven met toepassing van de artikelen 71/4, 73 of 79, van voornoemd koninklijk besluit;
c) het attest van immatriculatie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 4 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
d) de bijlage 25quinquies van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, afgegeven met toepassing van artikel 72, § 1, eerste lid, van voornoemd koninklijk besluit;
e) de bijlage 26quinquies van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, afgegeven met toepassing van de artikelen 71/4, 73 of 79, van voornoemd koninklijk besluit;
f) het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, met de vermelding `tijdelijk verblijf', opgesteld overeenkomstig de bijlage 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
g) het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, opgesteld overeenkomstig de bijlage 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
4° Voor buitenlandse onderdanen van een derde land die niet beoogd worden in de voorgaande punten:
a) het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, met de vermelding `tijdelijk verblijf', opgesteld overeenkomstig de bijlage 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
b) het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, opgesteld overeenkomstig de bijlage 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
c) de identiteitskaart voor vreemdeling, opgesteld overeenkomstig de bijlage 7 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
d) de vergunning voor langdurig EU-ingezetene, opgesteld overeenkomstig de bijlage 7bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
e) de Europese blauwe kaart, opgesteld overeenkomstig de bijlage 6bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
f) het document opgesteld overeenkomstig de bijlage 15 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, voorzover het is afgegeven in de volgende gevallen:
- indien de Burgemeester of diens gemachtigde zich in de onmogelijkheid bevindt de vreemdeling onmiddellijk in de bevolkingsregisters in te schrijven, of indien hij zich in de onmogelijkheid bevindt hem de documenten waarop hij recht heeft te kunnen afgeven;
- indien de Minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft, of diens gemachtigde, geen beslissing kan nemen inzake de aanvraag voor vernieuwing van de voorlopige machtiging tot verblijf die door de vreemdeling werd ingediend vóór het verstrijken van zijn huidige machtiging tot verblijf;
- indien de betrokkene een aanvraag van machtiging tot vestiging of van verkrijging van de status van langdurig EU-ingezetene heeft ingediend, en de verblijfsvergunning waarvan hij houder is, verstrijkt in de loop van de termijn die aan de minister of diens gemachtigde is toegekend om te beslissen over voormelde aanvraag.".
Art.3. In artikel 5 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
1° in puntje 2° worden de woorden "der registratie" vervangen door de woorden "van het kantoor rechtszekerheid";
2° het puntje 5° wordt als volgt vervangen :
"5° voor de persoon bedoeld in artikel 7 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, die het voorwerp uitmaakt van een gerechtelijke beschermingsmaatregel: het bewijs dat de persoon die hem vertegenwoordigt zijn wettelijke vertegenwoordiger of zijn bewindvoerder is.".
Art.4. In artikel 7, 4° van hetzelfde besluit wordt c) vervangen als volgt:
"c) ofwel door een document waaruit blijkt dat het inburgeringstraject, het onthaaltraject of het integratieparcours voorzien door de bevoegde overheid van zijn hoofdverblijfplaats op het tijdstip dat hij die aanvat, met succes is gevolgd, of door een document waaruit blijkt dat de inburgeringscursus bedoeld in artikel 31 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit werd gevolgd;".
Art.5. In artikel 8, 5° van hetzelfde besluit wordt het c) vervangen als volgt:
"c) een document waaruit blijkt dat het inburgeringstraject, het onthaaltraject of het integratieparcours voorzien door de bevoegde overheid van de hoofdverblijfplaats op het tijdstip dat hij die aanvat, met succes is gevolgd, of door een document waaruit blijkt dat de inburgeringscursus bedoeld in artikel 31 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit werd gevolgd. ".
Art.6. In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk IV/1 ingevoegd, dat de artikelen 11/1 en 11/2 bevat en luidt als volgt:
"HOOFDSTUK IV/1. - Bepaling van de akten en stavingsstukken die moeten worden gevoegd bij de verklaring tot het terugkrijgen van de Belgische nationaliteit bedoeld in artikel 17 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, en bepaling van de inhoud van het formulier inzake de kennisgeving van de ontbrekende stukken
Art. 11/1. De akten en stavingsstukken bedoeld in artikel 15, § 2, zevende lid, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, om te bewijzen dat voldaan is aan de voorwaarden genoemd in artikel 17 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, zijn:
1° een van de volgende documenten:
a) een eensluidend afschrift van de akte van geboorte van de betrokkene, waarvoor naargelang van het geval de formaliteiten van legalisatie en vertaling moeten zijn vervuld of, indien de aanvrager een erkende vluchteling of staatloze is, een getuigschrift van geboorte afgegeven door het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen overeenkomstig artikel 57/6, 8°, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
b) voor de landen vermeld in het koninklijk besluit van 17 januari 2013 tot vaststelling van de lijst van de landen waar het verkrijgen van akten van geboorte onmogelijk is of op zware moeilijkheden botst, een gelijkwaardig document afgegeven door de diplomatieke of consulaire overheden van het land van geboorte;
c) in geval van onmogelijkheid of zware moeilijkheden om zich een eensluidend afschrift van de akte waarvan sprake in punt a) te verschaffen, een akte van bekendheid zoals bedoeld in artikel 5, § 1, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit en gehomologeerd overeenkomstig artikel 5, § 3, van hetzelfde Wetboek;
d) in geval van onmogelijkheid om zich de akte van bekendheid waarvan sprake in punt c) te verschaffen, een beëdigde verklaring afgelegd overeenkomstig artikel 5, § 4, van hetzelfde Wetboek;
2° de gemotiveerde officiële vaststelling van het ontbreken van Belgische nationaliteit in hoofde van de betrokkene door de bevoegde Belgische administratieve overheid middels elke vorm van schriftelijke communicatie met bewijs van de datum van verzending;
3° het bewijs, met alle rechtsmiddelen, dat de betrokkene gedurende minstens tien jaar ten onrechte als Belg werd beschouwd door de Belgische overheid;
4° voor de verklaarder die in België verblijft: een verblijfsdocument als bedoeld in artikel 3, dat het bewijs levert van het wettelijk verblijf in de zin van artikel 7bis, § 2, eerste lid, 1°, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, op het tijdstip van de neerlegging van de verklaring;
5° voor de verklaarder die een mandataris heeft aangewezen om in zijn plaats de formaliteiten met betrekking tot de nationaliteitsverklaring te vervullen: de bijzondere en authentieke volmacht die is gegeven aan deze mandataris;
6° voor de persoon bedoeld in artikel 7 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, die het voorwerp uitmaakt van een gerechtelijke beschermingsmaatregel: het bewijs dat de persoon die hem vertegenwoordigt zijn wettelijke vertegenwoordiger of zijn bewindvoerder is;
7° in het bijzondere geval waar de afstamming van de verklaarder ten aanzien van de Belgische ouder opgehouden is te bestaan, terwijl hij niet was ontvoogd en niet de leeftijd van achttien jaar had bereikt: elk document waaruit de vernietiging van de juridische afstammingsband ten aanzien van de Belgische ouder blijkt;
Art. 11/2. Het formulier waarin de ambtenaar van de burgerlijke stand aangeeft welke stukken ontbreken in de verklaring, wordt opgesteld overeenkomstig het model gevoegd bij bijlage 1/1 bij dit besluit."
Art.7. In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in puntje 2° worden de woorden "der registratie" vervangen door de woorden "van het kantoor rechtszekerheid";
2° het puntje 9° wordt vervangen als volgt:
"9° voor de persoon bedoeld in artikel 7 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, die het voorwerp uitmaakt van een gerechtelijke beschermingsmaatregel: het bewijs dat de persoon die hem vertegenwoordigt zijn wettelijke vertegenwoordiger of zijn bewindvoerder is; ";
3° het artikel wordt aangevuld met een 10°, luidende:
"10° de in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing die de ontvoogding van de minderjarige uitspreekt.".
Art.8. In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk V/1 ingevoegd, dat de artikelen 13/1 en 13/2 bevat, luidende:
"HOOFDSTUK V/1. - Bepaling van de akten en stavingsstukken die moeten worden gevoegd bij de verklaring tot herkrijging van de nationaliteit, en bepaling van de inhoud van het formulier inzake kennisgeving van de ontbrekende stukken
"Art. 13/1. De akten en stavingsstukken bedoeld in artikel 15, § 2, zevende lid, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit om te bewijzen dat voldaan is aan de voorwaarden genoemd in artikel 24 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, zijn:
1° een van de volgende documenten:
a) een eensluidend afschrift van de akte van geboorte van de betrokkene, waarvoor naargelang van het geval de formaliteiten van legalisatie en vertaling moeten zijn vervuld of, indien de aanvrager een erkende vluchteling of staatloze is, een getuigschrift van geboorte afgegeven door het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen overeenkomstig artikel 57/6, 8°, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
b) voor de landen vermeld in het koninklijk besluit van 17 januari 2013 tot vaststelling van de lijst van de landen waar het verkrijgen van akten van geboorte onmogelijk is of op zware moeilijkheden botst, een gelijkwaardig document afgegeven door de diplomatieke of consulaire overheden van het land van geboorte;
c) in geval van onmogelijkheid of zware moeilijkheden om zich een eensluidend afschrift van de akte waarvan sprake in punt a) te verschaffen, een akte van bekendheid zoals bedoeld in artikel 5, § 1, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit en gehomologeerd overeenkomstig artikel 5, § 3, van hetzelfde Wetboek;
d) in geval van onmogelijkheid om zich de akte van bekendheid waarvan sprake in punt c) te verschaffen, een beëdigde verklaring afgelegd overeenkomstig artikel 5, § 4, van hetzelfde wetboek;
2° de officiële vaststelling van het verlies van rechtswege van de Belgische nationaliteit door de bevoegde Belgische administratieve overheid doordat er door de betrokkene tussen de leeftijd van 18 tot 28 jaar geen behoudsverklaring is afgelegd als bedoeld in artikel 22, § 1, 5° van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, middels elke vorm van schriftelijke communicatie met bewijs van de datum van verzending;
3° een schriftelijke verklaring van de betrokkene waarin hij aangeeft om welke redenen hij meent dat hij zich in de onmogelijkheid bevond om de behoudsverklaring van de Belgische nationaliteit af te leggen binnen de wettelijke termijn;
4° voor de verklaarder die in België verblijft: een verblijfsdocument als bedoeld in artikel 3, dat het bewijs levert van het wettelijk verblijf in de zin van artikel 7bis, § 2, eerste lid, 1°, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, op het tijdstip van de neerlegging van de verklaring;
5° voor de verklaarder die in België verblijft: een verblijfsdocument als bedoeld in artikel 4, dat het bewijs levert van het wettelijk verblijf in de zin van artikel 7bis, § 2, eerste lid, 2°, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, gedurende de twaalf maanden die de verklaring onmiddellijk voorafgaan;
6° voor de verklaarder die een mandataris heeft aangewezen om in zijn plaats de formaliteiten met betrekking tot de nationaliteitsverklaring te vervullen: de bijzondere en authentieke volmacht die is gegeven aan deze mandataris;
7° voor de persoon bedoeld in artikel 7 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, die het voorwerp uitmaakt van een gerechtelijke beschermingsmaatregel: het bewijs dat de persoon die hem vertegenwoordigt zijn wettelijke vertegenwoordiger of zijn bewindvoerder is.
Art. 13/2. Het formulier waarin de ambtenaar van de burgerlijke stand aangeeft welke stukken ontbreken in de verklaring, wordt opgesteld overeenkomstig het model gevoegd bij bijlage 3 bij dit besluit."
Art.9. In artikel 14, § 3, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "de gemeente waar de nationaliteitsverklaring of het naturalisatieverzoek is ingediend" vervangen door de woorden "een Belgische gemeente".
Art.10. In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk VI/1 ingevoegd, dat artikel 14/1 bevat en dat luidt als volgt :
"HOOFDSTUK VI/1. - Gegevensbescherming
Art. 14/1. § 1. De ambtenaar van de burgerlijke stand is verantwoordelijk voor de verwerking van de persoonsgegevens, overeenkomstig het artikel 4.7 van de verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming), in het kader van de procedure ingeleid op basis van artikel 15 van het Wetboek van Belgische nationaliteit.
§ 2. Aan het einde van de procedure zullen de geleverde akten en stavingsstukken door de ambtenaar van de burgerlijke stand onmiddellijk worden terugbezorgd aan de ouders of adoptanten, met uitzondering van de documenten bedoeld in artikel 14.
§ 3. Het afschrift van het volledige dossier dat conform artikel 15, § 2, achtste tot tiende lid, van het Wetboek van de Belgische nationaliteit door de ambtenaar van de burgerlijke stand aan de procureur des Konings van de rechtbank van eerste aanleg van het rechtsgebied, aan de Dienst Vreemdelingenzaken en aan de Veiligheid van de Staat wordt gestuurd, zal aan het einde van de procedure door deze overheden onmiddellijk worden vernietigd."
Art.11. In hetzelfde koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht aan de bijlagen:
1° de eerste bijlage wordt vervangen door de eerste bijlage bijgevoegd in dit besluit ;
2° er wordt een bijlage 1/1 ingevoegd door bijlage 2 van dit besluit ;
3° de 2de bijlage wordt vervolledigd door de tekst opgenomen in bijlage 3 van dit besluit ;
4° er wordt een bijlage 3 ingevoegd door bijlage 4 van dit besluit.
Art.12. Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
Art. N. Bijlagen 1 tot en met 4.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 10-06-2020, p. 42016)