17 FEBRUARI 2020. - Besluit van het afdelingshoofd tot subdelegatie van sommige bevoegdheden voor de toepassing van diverse ministeriële besluiten inzake de rijopleiding en het rijexamen aan de personeelsleden van de cel Rijopleiding en Vakbekwaamheid(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 02-03-2020 en tekstbijwerking tot 02-12-2021)
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 1-4
HOOFDSTUK 2. - Bevoegdheidsdelegaties
Art. 5
HOOFDSTUK 3. - Regeling bij vervanging
Art. 6-7
HOOFDSTUK 4. - Gebruik van de delegaties en verantwoording
Art. 8-10
BIJLAGEN.
Art. N1-N3
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de cel Rijopleiding en Vakbekwaamheid van de afdeling [1 Toegepast Mobiliteitsbeleid]1 in het Departement Mobiliteit en Openbare Werken.
----------
(1)<BVR 2021-11-03/02, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 12-12-2021>
Art.2. In dit besluit wordt verstaan onder:
1° het ministerieel besluit van 30 januari 2006 tot bepaling van de leerstof van de jaarlijkse opleiding: het ministerieel besluit van 30 januari 2006 tot bepaling van de leerstof van de jaarlijkse opleiding voor het leidend en onderwijzend personeel van de rijscholen bedoeld in artikel 14 van het koninklijk besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden voor erkenning van scholen voor het besturen van motorvoertuigen;
2° het ministerieel besluit van 30 januari 2006 tot bepaling van de leerstof van de voorafgaande opleiding: het ministerieel besluit van 30 januari 2006 tot bepaling van de leerstof van de voorafgaande opleiding bedoeld in artikel 26, § 2 van het koninklijk besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden voor erkenning van scholen voor het besturen van motorvoertuigen;
3° het ministerieel besluit van 23 januari 2017: het ministerieel besluit van 23 januari 2017 tot bepaling van de betalingswijze van de retributies, bepaald in het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, het koninklijk besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden voor erkenning van scholen voor het besturen van motorvoertuigen;
4° personeelslid: de ambtenaar die of het contractuele personeelslid dat bij de cel Rijopleiding en Vakbekwaamheid werkt.
Art.3. De gedelegeerde beslissingsbevoegdheden worden uitgeoefend binnen de perken en met inachtname van de voorwaarden en modaliteiten die zijn vastgelegd in de bepalingen van de relevante wetten, decreten, besluiten, omzendbrieven, dienstorders en andere vormen van reglementeringen, instructies, richtlijnen en beslissingen.
Art.4. De gedelegeerde beslissingsbevoegdheden strekken zich ook uit tot:
1° de beslissingen die moeten worden genomen in het kader van de voorbereiding en de uitvoering van de vermelde aangelegenheden;
2° de beslissingen van ondergeschikt belang of aanvullende aard die noodzakelijk zijn om de bevoegdheid uit te oefenen, of die er inherent deel van uitmaken;
3° de ondertekening van briefwisseling met derden.
HOOFDSTUK 2. - Bevoegdheidsdelegaties
Art.5. De personeelsleden van niveau A, B en C van de cel Rijopleiding en Vakbekwaamheid hebben delegatie om de volgende bevoegdheden uit te oefenen:
1° de bevoegdheden, vermeld in bijlage 1, voor de toepassing van het ministerieel besluit van 30 januari 2006 tot bepaling van de leerstof van de jaarlijkse opleiding;
2° de bevoegdheden, vermeld in bijlage 2, voor de toepassing van het ministerieel besluit van 30 januari 2006 tot bepaling van de leerstof van de voorafgaande opleiding;
3° de bevoegdheden, vermeld in bijlage 3, voor de toepassing van het ministerieel besluit van 23 januari 2017.
HOOFDSTUK 3. - Regeling bij vervanging
Art.6. De vermelde delegaties worden ook verleend aan het personeelslid dat met de waarneming van de taken van de functiehouder belast is of dat de functiehouder vervangt bij tijdelijke afwezigheid of verhindering.
In geval van tijdelijke afwezigheid of verhindering plaatst het betrokken personeelslid, boven de vermelding van zijn graad en handtekening, de formule "voor de [graad van titularis], afwezig".
Art.7. De vermelde delegaties mogen niet verder gedelegeerd worden.
HOOFDSTUK 4. - Gebruik van de delegaties en verantwoording
Art.8. De personeelsleden aan wie beslissingsbevoegdheden gedelegeerd zijn, nemen de nodige zorgvuldigheid in acht bij het gebruik van de verleende delegaties.
Het afdelingshoofd kan het gebruik van de verleende delegaties nader regelen bij eenvoudige beslissing die wordt verspreid in de vorm van een dienstorder of nota.
Art.9. Het afdelingshoofd kan op elk moment een rapport over het gebruik van de verleende delegaties bij het personeelslid opvragen.
Het rapport bevat de nodige informatie over de beslissingen die met toepassing van de verleende delegaties in de periode in kwestie zijn genomen.
De informatie in het rapport is exact, toereikend en relevant. Het rapport is op een degelijke wijze gestructureerd en wordt op een toegankelijke wijze voorgesteld.
Het afdelingshoofd kan bij eenvoudige beslissing nadere instructies geven over de concrete informatie die van elke gedelegeerde aangelegenheid in het rapport verstrekt moet worden en kan een verplicht te volgen schema voor de rapportering vaststellen.
Het afdelingshoofd kan een personeelslid op ieder ogenblik vragen om het gebruik van de delegatie in een bepaalde aangelegenheid te verantwoorden.
Art.10. Het afdelingshoofd heeft het recht om, bij eenvoudige beslissing, de verleende delegaties tijdelijk, geheel of gedeeltelijk, op te heffen of individuele dossiers naar zich toe te trekken.
BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage 1. - Bevoegdheden voor de toepassing van het ministerieel besluit van 30 januari 2006 tot bepaling van de leerstof van de jaarlijkse opleiding, vermeld in artikel 5, 1°
| BEVOEGDHEID | ARTIKEL |
| het uitgewerkte programma van de jaarlijkse opleiding in ontvangst nemen | 2 |
| het programma in ontvangst nemen | 3, derde lid |
| de lijst in ontvangst nemen met alle namen van de adjunct-rijschooldirecteurs en de instructeurs, met vermelding van fulltime of parttime, die de opleiding hebben gevolgd, met vermelding van de datum en de uren | 7, tweede lid |
| BEVOEGDHEID | ARTIKEL |
| het programma van de voorafgaande opleiding in ontvangst nemen | 1 |
| BEVOEGDHEID | ARTIKEL |
| het betalingsverzoek opstellen en versturen | 4, tweede lid |
| de aangifte door de rijschool van het aantal personeelsleden dat in dienst is op 31 december van het jaar in ontvangst nemen | 4, tweede lid |