8 MEI 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende maatregelen die de relance van de private en sociale huurmarkt na de beperkende coronavirusmaatregelen moeten ondersteunen
HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Private huur
Art. 2-3
HOOFDSTUK 3. - Sociale huur
Art. 4-5
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingsbepalingen
Art. 6-8
HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen
Art. 9-10
HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:
1° coronavirusmaatregelen: de maatregelen van de Nationale Veiligheidsraad genomen vanaf 12 maart 2020 inzake het coronavirus en de daaruit voortvloeiende maatregelen van de bevoegde autoriteiten inzake burgerlijke veiligheid;
2° Kaderbesluit Sociale Huur: het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode;
HOOFDSTUK 2. - Private huur
Art.2. De termijn van drie maanden, vermeld in artikel 9, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 tot instelling van een huurwaarborglening, wordt verlengd met drie maanden voor de aanvragers voor wie de termijn al aan het lopen was of begon te lopen gedurende de periode van de coronavirusmaatregelen.
Art.3. Dit artikel is van toepassing op studentenhuurovereenkomsten als vermeld in titel III van het Vlaams Woninghuurdecreet, die eindigen in de periode vanaf 1 mei 2020 tot en met de laatste dag van de civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid zoals bepaald door de Vlaamse Regering, en die gesloten zijn met een huurder die zijn hoofdverblijfplaats niet in België heeft.
De verhuurder kan met een aangetekende brief of met een e-mail met ontvangstbevestiging aan de huurder vragen om het gehuurde studentenverblijf te ontruimen bij de beëindiging van de studentenhuurovereenkomst. De verhuurder kan ook aankondigen dat hij het studentenverblijf op eigen kosten zal ontruimen na verloop van een maand na de beëindiging van de studentenhuurovereenkomst en dat hij de inboedel op eigen kosten gedurende drie maanden zal stockeren. De verhuurder gebruikt het postadres of e-mailadres, vermeld in de studentenhuurovereenkomst of het postadres of e-mailadres dat de student op een later tijdstip aan de verhuurder heeft meegedeeld.
Als de verhuurder een aangetekende brief of e-mail met ontvangstbevestiging heeft verstuurd naar de huurder overeenkomstig het tweede lid, kan hij het studentenverblijf op eigen kosten ontruimen na verloop van een maand na de beëindiging van de studentenhuurovereenkomst en in dat geval stockeert hij de inboedel gedurende drie maanden op eigen kosten.
De huurder kan binnen de termijn van drie maanden, vermeld in het derde lid, de inboedel terugvragen zonder kosten verschuldigd te zijn. In afwijking van artikel 2279, tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek worden de goederen die na het verstrijken van die termijn niet door de huurder zijn teruggevraagd, eigendom van de verhuurder.
HOOFDSTUK 3. - Sociale huur
Art.4. De maximale termijn, vermeld in artikel 3, § 4, eerste lid, 2°, van het Kaderbesluit Sociale Huur, wordt verlengd met drie maanden als de woning onbewoonbaar of ongeschikt werd verklaard voor of tijdens de coronavirusmaatregelen.
Art.5. De maximale termijn, vermeld in artikel 19, derde lid, van het Kaderbesluit Sociale Huur, wordt verlengd met drie maanden als de vaststelling in een proces-verbaal, vermeld in artikel 19, eerste lid, 5°, van het Kaderbesluit Sociale Huur, gebeurde voor of tijdens de coronavirusmaatregelen.
De maximale termijn, vermeld in artikel 19, vierde lid, van het Kaderbesluit Sociale Huur, wordt verlengd met drie maanden als de ongeschikt- of onbewoonbaarverklaring, vermeld in artikel 19, eerste lid, 6°, van het Kaderbesluit Sociale Huur, gebeurde voor of tijdens de coronavirusmaatregelen.
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingsbepalingen
Art.6. In artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 maart 2020 houdende maatregelen voor de private en sociale huurmarkt ten gevolge van de maatregelen genomen door de Nationale Veiligheidsraad vanaf 12 maart 2020 inzake het coronavirus worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt de zinsnede "tijdelijk werkloos is wegens overmacht (reden `coronavirus')" vervangen door de woorden "aantoont dat zijn inkomen is gedaald als gevolg van de coronavirusmaatregelen of als gevolg van het ziekteverlof door het coronavirus";
2° in het tweede lid wordt de zinsnede "tijdelijke werkloosheid wegens overmacht (reden `coronavirus')" vervangen door de woorden "inkomensverlies als gevolg van de coronavirusmaatregelen of als gevolg van het ziekteverlof door het coronavirus";
3° in het derde lid wordt de zinsnede "ten gevolge van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht (reden `coronavirus') vervangen door de woorden "als gevolg van de coronavirusmaatregelen of als gevolg van het ziekteverlof door het coronavirus".
Art.7. In artikel 8, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2020 houdende maatregelen voor de instrumenten van het Vlaamse woonbeleid ten gevolge van de maatregelen genomen door de Nationale Veiligheidsraad vanaf 12 maart 2020 inzake het coronavirus, worden tussen het woord "coronavirusmaatregelen" en de zinsnede ". De ontlener" de woorden "of als gevolg van het ziekteverlof door het coronavirus" ingevoegd.
Art.8. In artikel 9, eerste lid, van hetzelfde besluit van de Vlaamse Regering wordt de zinsnede "tijdelijke werkloosheid van de ontlener wegens overmacht (reden `coronavirus')" vervangen de woorden "een daling van het inkomen als gevolg van de coronavirusmaatregelen of als gevolg van het ziekteverlof door het coronavirus".
HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen
Art.9. Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Artikel 1, 2, 4 en 5 treden buiten werking bij het verstrijken van de laatste dag van de civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid zoals bepaald door de Vlaamse Regering.
Art. 10. De Vlaamse minister, bevoegd voor het woonbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.