Details





Titel:

30 APRIL 2020. - Besluit van de Waalse Regering tot invoering van een nultariefkrediet toegekend door de "Société wallonne de crédit social" en betreffende de betaling van de huur(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 13-05-2020 en tekstbijwerking tot 24-12-2020)



Inhoudstafel:


Art. 1-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2020044556  2020202986 



Artikels:

Artikel 1. Definities
  Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
  1° Maatschappij: de " Société wallonne du crédit social " of het loket van het sociaal krediet, met erkenning van het Gewest verleend door de Maatschappij, indien het optreedt als kredietgever;
  2° aanvrager: de natuurlijke persoon, ingeschreven of op weg om ingeschreven te zijn in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister met een verblijfsvergunning van onbeperkte duur, die de toekenning van een krediet aanvraagt bij de Maatschappij, zoals bedoeld in artikel 2;
  3° crisis: de gezondheidscrisis gebonden aan het coronavirus COVID-19;
  4° persoon ten laste: de persoon ten laste zoals omschreven in artikel 1, 5°, van het algemeen reglement van 16 mei 2019 houdende de algemene beginselen tot toekenning van kredieten door de "Société wallonne de crédit social" (Waalse maatschappij voor sociaal krediet) en de "Guichets du crédit social" (Sociaal kredietloketten);
  5° belastbare inkomens: de belastbare inkomens zoals omschreven in artikel 1, 6°, van het algemeen reglement van 16 mei 2019 houdende de algemene beginselen tot toekenning van kredieten door de "Société wallonne de crédit social" en de "Guichets du crédit social";
  6° AVG: de Europese Verordening 2016/679 van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG.

Art.2.Algemeen
  § 1. De Maatschappij verleent een nultariefkrediet aan de aanvrager die minstens 18 jaar oud is of aan de ontvoogde minderjarige, aan de in dit besluit bepaalde voorwaarden.
  Dit krediet wordt toegekend om de door de crisis getroffen aanvrager in staat te stellen de betaling van zijn huur te dekken, voor een huurcontract zoals bedoeld in § 3, voor een periode van maximaal zes maanden.
  § 2. De kredietaanvraag dient uiterlijk tegen [2 30 juni 2021]2 bij de Maatschappij ingediend te worden.
  § 3. De aanvrager, gedomicilieerd in het Waalse Gewest, is de huurder van een huurovereenkomst voor hoofdverblijfplaats of van een medehuurovereenkomst van een in Wallonië gelegen goed, van een studentenhuurovereenkomst of de huurder van een woning van algemeen nut die niet kan genieten van een huurherziening reglementair voorzien in artikel 29, § 3, van het besluit van de Waalse Regering van 6 september 2007 tot organisatie van de verhuur van woningen beheerd door de "Société wallonne du Logement" (Waalse Huisvestingsmaatschappij) of de openbare huisvestingsmaatschappijen;
  ----------
  (1)<BWG 2020-07-02/12, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-07-2020>
  (2)<BWG 2020-12-16/08, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art.3. Voorwaarden
  § 1. De aanvrager voldoet aan de volgende cumulatieve voorwaarden:
  1° hij ondergaat een inkomensderving als gevolg van de crisis;
  2° hij heeft al zijn huurgelden betaald tot het verschuldigd huurgeld van februari 2020;
  3° zijn belastbare inkomens bedragen niet meer dan 53.900 euro, te verhogen met 5.000 euro per persoon ten laste.
  § 2 Bovendien verklaren de aanvragers op erewoord dat:
  1° wanneer de huurprijzen waarvoor een krediet wordt aangevraagd, betrekking hebben op de betaling van een huurovereenkomst van een in Wallonië gelegen goed die door de aanvragers of door een van hen is gesloten, zijn zij geen volle eigenaar of vruchtgebruiker, alleen of samen, van een woning;
  2° wanneer de huurprijzen waarvoor een krediet wordt aangevraagd, betrekking hebben op de betaling van een studentenhuurovereenkomst, mogen de huurders van de studentenhuurovereenkomst geen volle eigenaar of vruchtgebruiker zijn, alleen of samen, van een andere woning dan de woning die als hun hoofdverblijfplaats gebruikt wordt;
  3° hun roerende activa op zicht- en spaarrekeningen alsook in hun beleggingsportefeuille (exclusief pensioensparen) bij alle bankinstellingen op het moment van de kredietaanvraag als bedoeld in artikel 2 minder dan 25.000 euro bedragen.

Art.4. Verantwoordelijkheid van de kredietgevers en toekenning van de kredieten
  § 1. Met inachtneming van de bepalingen betreffende de verantwoordelijkheid van de kredietgevers, bedoeld in Boek VII van het Wetboek van economisch recht en de AVG, zorgt de Maatschappij voor de inzameling van alle nodige gegevens en informatie op grond waarvan het financiële vermogen van de aanvrager beoordeeld kan worden alvorens te beslissen hem het krediet toe te staan of te weigeren.
  § 2. Tenzij dit technisch en organisatorisch onmogelijk is, verzamelt de Maatschappij rechtstreeks de gegevens betreffende de kinderbijslagen bij de Kinderbijslagfondsen, de gegevens betreffende de inkomens bij de FOD Financiën, de gegevens over de samenstelling van het gezin bij de FOD Binnenlandse Zaken en de gegevens betreffende de handicap bij de FOD Sociale Zekerheid. Tenzij dit technisch of organisatorisch onmogelijk is, vraagt de Maatschappij de aanvrager om deze informatie.
  § 3. De Maatschappij kan de toekenning van het krediet ook afhankelijk maken van de overlegging van elke zekerheid die zij nuttig zou achten gelet op de financiële toestand, het niveau van de schuldenlast en de solvabiliteitsantecedenten van de aanvrager.

Art.5. Samenstelling van het dossier
  De Maatschappij verzoekt de aanvrager om alle stukken die nodig zijn voor het onderzoek van de kredietaanvraag.

Art.6. Vorm van het krediet
  Het krediet wordt verleend in de vorm van een consumentenkrediet.

Art.7. Kredietbedrag en vrijgave van de geldmiddelen
  § 1. Het toegekende kredietbedrag komt overeen met minimaal drie maanden huur en maximaal zes maanden huur, naar gelang van de aanvraag van de aanvrager.
  § 2. Het kredietbedrag wordt maandelijks door de Maatschappij aan de lener gestort, waarbij de lener het aan de verhuurder betaalt, of rechtstreeks aan de verhuurder indien de lener hiermee instemt.
  De maandelijkse storting wordt uitgevoerd op basis van de maandelijkse verzoeken om middelen die de lener maandelijks bij de Maatschappij indient.

Art.8. Rentevoet
  De debetrente op het krediet is vastgesteld op nul procent.

Art.9. Duur van het krediet
  Het krediet wordt verleend voor een periode van maximaal zesendertig maanden.

Art.10. Terugbetaling van het krediet
  § 1. De krediet wordt door middel van constante maandelijkse termijnen terugbetaald.
  § 2. De lener staat het overdraagbare gedeelte van zijn salaris, wedde, vergoedingen ten belope van alle opeisbare bedragen aan de Maatschappij af op grond van een afzonderlijke overeenkomst gevoegd bij de kredietovereenkomst.

Art.11. Behandeling van de klachten
  Elke door de aanvrager ingediende klacht wordt door de Maatschappij in aanmerking genomen en met spoed behandeld.

Art. 12. Inwerkingtreding
  Dit besluit treedt in werking op de dag van ondertekening ervan.