16 JANUARI 2020. - Ministerieel besluit houdende een tijdelijk verkeersverbod in de bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken. <Dit besluit houdt op van kracht te zijn op 15 mei 2020>(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 23-01-2020 en tekstbijwerking tot 26-03-2020)
Art. 1, 1bis, 2-12
BIJLAGE.
Art. N, N
Artikel 1. In afwijking van de artikelen 19 tot 23 van het decreet van 15 juli 2008 betreffende het Boswetboek is het éénieder verboden zich in de bossen en wouden te verplaatsen buiten de wegen in de zin van artikel 2 van het Boswetboek aan de binnenkant van de buitengrenzen van het buffergebied zoals omschreven in de bijlage bij het besluit van het Waals Gewest van 6 juni 2019 houdende verscheidene tijdelijke maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen.
De eventuele toegangsmachtigingen, verkregen op grond van voornoemde artikelen voor de datum van bevestiging van het eerste geval van Afrikaanse varkenspest in het Waalse Gewest, ofte 13 september 2018, worden opgeschort.
Gemachtigd tot afwijking van het verbod van lid 1 zijn enkel, binnen de perken van de handelingen die strikt nodig zijn voor de beheersing van Afrikaanse varkenspest, o.a. het opsporen van nieuwe haarden, de vernietiging van wilde zwijnen en het verwijderen van karkassen van dood aangetroffen of gedode wilde zwijnen, en op voorwaarde dat zij de vorming bioveiligheid in acht nemen als bedoeld in artikel 1, lid 1, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 6 juni 2019 houdende verscheidene tijdelijke maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen en zij tot de ontsmetting overgaan bedoeld in artikel 11 van het besluit, om de verspreiding van de ziekte te voorkomen : het personeel van het Departement Natuur en Bossen en van het Departement Onderzoek naar het Natuurlijk en Landbouwmilieu van de Waalse Overheidsdienst en iedere persoon, gemandateerd door deze departementen, de jachtrechthouders en hun beëdigde opzichters, de eigenaren, het personeel van Sanitair toezichtsnet voor Wild in Wallonië, het personeel van de burgerbescherming, het personeel van diensten van de sanitaire ordehandhaving, het personeel van federale en lokale politie, het personeel van de administraties of van gespecialiseerde ondernemingen, belast met het installeren van een omheining om de verplaatsingen van wilde zwijnen in het gecontamineerde gebied te beperken.
Het personeel van de ondernemingen belast met de ontsmetting van de voertuigen en het materieel gebruikt in besmet gebied wordt eveneens gemachtigd om binnen de perken van de enkele handelingen nodig voor het beheer van de Afrikaanse varkenspest af te wijken van het verbod uit het eerste lid.
Die personen, alsmede hun voertuigen, is het verboden, een varkensfokkerij te betreden dan wel binnen te rijden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur volgend op, al naar gelang, voor de personen bedoeld in lid drie, eerste volzin, de ontsmettingsmaatregelen en, voor de personen bedoeld in in lid drie, tweede volzin, iedere interventie in het geïnfecteerd gebied.
Art.1bis. [1 In de zin van dit besluit dient te worden verstaan onder:
1° handmatige bosbouwwerkzaamheden of met handgereedschap: de verrichtingen van inventarisatie en markering van hout, vrijmaking, aanplantingen, snoeien, alsook de uitvoering van dunningen met alle conventionele handgereedschappen en, indien nodig, met gemechaniseerde handgereedschappen die uitsluitend beperkt zijn tot de bosmaaier en de kettingzaag;
2° bosuitbating: het kappen, de uitsleping en de verwijdering van stammen en kruinen in de zin van afdeling 3, punt 12, onder b), van het Boswetboek, van naald- en loofbomen, met inbegrip van het beheer van windworp met behulp van bedrijfstuigen die voor dit soort activiteiten bestemd zijn;
3° bedrijfstuigen: mechanische tuigen die specifiek bestemd zijn voor de bosuitbating, zoals velmachines, uitsleepmachines, uitrijwagens, enz.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2020-03-24/07, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 26-03-2020>
Art.2. In afwijking van artikel 1 worden de interventies die niet verband houden met de beheersing van Afrikaanse varkenspest en die een toegang, buiten de wegen om, tot de bossen en wouden in de omtrek van het gecontamineerde gebied vereisen, tegen volgende voorwaarden toegelaten:
1° de interventie wordt verricht in de uitoefening van hun ambt door de hulpdiensten, door de burgerbescherming, de politiediensten, de beambten en beheerders van de watertoevoernetten of gas- of elektriciteitsnetten, door de beambten van Infrabel en door de werknemers van mobiele telefonie-operatoren en door de beambten of afgevaardigden van gemeenschapsinfrastructuren of infrastructuren van openbaar nut;
2° behoudens spoedeisende gevallen waarbij mensenlevens in gevaar zijn, wordt van de interventie vooraf kennis gegeven aan de territoriaal bevoegde houtvester van het Departement Natuur en Bossen;
3° de rust van de bossen en de wouden wordt zo streng mogelijk nageleefd;
4° als er een toegang is buiten de verharde wegen, worden de ontsmettingsmaatregelen van het voertuig, het schoeisel en de uitrustingen na gebruik uitgevoerd overeenkomstig artikel 11;
5° bij het aantreffen van een kadaver van een wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd;
6° die personen, evenals hun voertuigen, is het verboden, een varkensfokkerij te betreden of, respectievelijk, binnen te rijden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur volgend op de ontsmettingsmaatregelen.
Als het Departement Natuur en Bossen vaststelt dat één van bovenvermelde voorwaarden niet is nageleefd, kan betrokkenen de toegang ontzegd worden.
Art.3. In afwijking van artikel 1 worden de personen wier woonst of tweede verblijf gelegen is in de bossen en wouden in het geïnfecteerd gebied en die niet over een toegang via een weg beschikken gemachtigd om zich buiten de wegen om tegen de volgende voorwaarden te verplaatsen:
1° het verkeer buiten wegen om is enkel beperkt tot de toegang tot bedoelde woonst of bedoeld tweede verblijf;
2° de toegang gebeurt zoveel mogelijk op de verharde wegen;
3° van het gebruikte traject wordt schriftelijk kennis gegeven aan de territoriaal bevoegde houtvester van het Departement Natuur en Bossen;
4° de rust van de bossen en de wouden wordt zo streng mogelijk nageleefd;
5° als er een toegang is buiten de verharde wegen, worden de ontsmettingsmaatregelen van het voertuig en eventueel het schoeisel uitgevoerd overeenkomstig artikel 11;
6° bij het aantreffen van een kadaver van een wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd;
7° de personen bedoeld bij dit artikel en hun voertuigen is het verboden een varkensbedrijf te betreden of, respectievelijk, binnen te rijden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de 72 uren volgend op de toegang tot hun woonst of hun tweede verblijf.
Art.4. De eigenaars en bezetters die een terrein hebben gebruikt voor landbouw-, visteelt- of visserijdoeleinden omsloten door de bossen en wouden in het gecontamineerde gebied en die geen toegang hebben via een weg, maar door een verharde wegel en die toegang ertoe wensen te hebben zonder dat voor hun interventie het einde van de verbodperiode afgewacht kan worden, dienen een voorafgaandelijke schriftelijke en gemotiveerde aanvraag in bij de territoriaal bevoegde houtvester van het Departement Natuur en Bossen. Laatstgenoemde kan een toegangsmachtiging verstrekken die minstens de inachtneming van volgende voorwaarden inhoudt:
1° de machtiging is beperkt tot de toegang tot dit omsloten terrein gebruikt voor landbouw-, visteelt- en visserijdoeleinden;
2° van het gebruikte traject wordt schriftelijk kennis gegeven aan de territoriaal bevoegde houtvester van het Departement Natuur en Bossen;
3° de toegang gebeurt enkel via verharde wegen, en het is strikt verboden van de verharde weg af te gaan voor het omsloten terrein te hebben bereikt; op het omsloten terrein kan de verharde weg enkel worden verlaten in open milieu met inbegrip van de oevers van het watervlak;
4° de rust van de bossen en de wouden wordt zo streng mogelijk nageleefd;
5° bij het aantreffen van een kadaver van een wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd;
6° de personen bedoeld bij dit artikel, hun voertuigen en bedrijfstuigen is het verboden een varkensbedrijf te betreden of, respectievelijk, binnen te rijden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur volgend op iedere interventie op het omsloten landbouw- of visteeltterrein.
Als het Departement Natuur en Bossen vaststelt dat één van bovenvermelde voorwaarden niet is nageleefd, kan betrokkenen de toegang ontzegd worden.
Art.5. In afwijking van lid 1 wordt het verkeer op de verharde wegen toegelaten voor de voertuigen gebruikt bij nachtelijke abundantie-inventarissen met het oog op de evaluatie van de afschotplannen voor dierensoort hert, georganiseerd door het Departement Natuur en Bossen.
Bij het aantreffen van een kadaver van een wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd.
Die personen, alsmede hun voertuigen, is het verboden, een varkensfokkerij te betreden dan wel binnen te rijden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur na iedere interventie in het geïnfecteerd gebied.
Art.6.
<Opgeheven bij MB 2020-03-24/07, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 26-03-2020>
Art.7.[1 In afwijking van artikel 1 kan het verkeer, buiten de wegen zoals bepaald in artikel 3, punt 24°, van het Boswetboek, in de bossen en wouden in de zin van artikel 2 van het Boswetboek voor het verrichten van handmatige bosbouwwerkzaamheden of werkzaamheden met handgereedschap tegen volgende minimumvoorwaarden toegelaten worden:
1° een voorafgaandelijke kennisgeving die overeenstemt met het model van bijlage 1 wordt door de professionele bosuitbater, de boseigenaar of diens gemachtigde overgemaakt aan de territoriaal bevoegde houtvester, minstens 3 werkdagen voor aanvang van de handmatige bosbouwwerkzaamheden of werkzaamheden met handgereedschap; deze kennisgeving dekt een toegangsperiode van maximaal een maand vanaf de datum van toezending ervan; een nieuwe kennisgeving kan ten minste 3 werkdagen voor het einde van deze periode worden verzonden om het toegangsrecht te verlengen.
2° de toegang tot de plaats van de bosbouwwerkzaamheden gebeurt zoveel mogelijk op de verharde wegen;
3° vóór elke interventie in het geïnfecteerde gebied volgen de betrokkenen de opleiding in bioveiligheid bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 6 juni 2019 houdende verscheidene tijdelijke maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen;
4° er is geen toegang toegestaan in de periode tussen een uur voor zonsondergang en een uur na zonsopgang;
5° aan het einde van elke interventie worden de voertuigen, het materieel, het schoeisel en de uitrusting van de betrokkenen voor handmatige bosbouwwerkzaamheden die de verharde wegen hebben verlaten, gereinigd en ontsmet door de betrokkenen overeenkomstig artikel 11;
6° bij het aantreffen van een kadaver of een karkas van wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer van de territoriaal bevoegde boswachter of bij gebrek het nummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd;
5° de betrokkenen is het verboden, een varkensfokkerij te betreden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur volgend op de reinigings- en ontsmettingsmaatregelen, indien zij op grond van dit ministerieel besluit verplicht zijn, of bij het verlaten van het besmette gebied, indien de ontsmettingsmaatregelen op grond van dit besluit niet verplicht zijn;
8° materialen, machines, uitrusting, werkkleding, schoeisel, voertuigen, tuigen, enz. die tijdens handmatige bosbouwwerkzaamheden in het besmet gebied worden gebruikt, mogen niet op een varkensfokkerij worden binnengebracht.
In ieder geval zijn voorbereidings- en vrijmakingswerkzaamheden door het vermalen met een tolbreker en het schilderen verboden.
De niet-nakoming van de in dit artikel bedoelde verplichtingen heeft tot gevolg dat elke verdere afwijking van het verbod op het verkeer buiten de wegen en paden in het met Afrikaanse varkenspest besmette gebied wordt geweigerd totdat België zijn status als vrij van Afrikaanse varkenspest terugkrijgt.]1
----------
(1)<MB 2020-03-24/07, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 26-03-2020>
Art.8.[1 In afwijking van artikel 1 kan het verkeer, buiten de wegen, zoals bepaald in artikel 3, punt 24°, van het Boswetboek, in de bossen en wouden in de zin van artikel 2 van het Boswetboek voor de bosuitbating, tegen volgende minimumvoorwaarden toegelaten worden:
1° een voorafgaandelijke vergunningsaanvraag die overeenstemt met het model van bijlage II wordt door de professionele bosuitbater, de boseigenaar of diens gemachtigde overgemaakt aan de territoriaal bevoegde houtvester;
2° de territoriaal bevoegde houtvester stelt de interveniënt zo spoedig mogelijk en uiterlijk tien werkdagen na de datum van verzending van de aanvraag in kennis van zijn beslissing over de ingediende aanvraag; de vergunning geldt voor een toegangsperiode van maximaal één maand vanaf de datum van afgifte van de vergunning; vóór het einde van deze termijn kan een nieuwe vergunningsaanvraag worden ingediend met het oog op een verzoek om verlenging van het toegangsrecht;
3° een specifieke prospectie van het perceel of de eigendom waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft, uitgevoerd door de administratie, voorafgaand aan de exploitatie ervan, moet zo snel mogelijk en binnen de maximumtermijn van 10 werkdagen, bedoeld in 2°, plaatsvinden en moet onder toezicht staan van een persoon met een goede kennis van het terrein, afgevaardigd door de eigenaar of de uitbater;
4° de toegang tot de bestanden gebeurt zoveel mogelijk op de verharde wegen;
5° vóór elke interventie in het geïnfecteerde gebied volgen de betrokkenen de opleiding in bioveiligheid bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 6 juni 2019 houdende verscheidene tijdelijke maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen;
6° er is geen toegang toegestaan in de periode tussen een uur voor zonsondergang en een uur na zonsopgang;
7° na afloop van iedere interventie worden het schoeisel en de uitrusting van de betrokkenen, evenals de voertuigen en de uitrusting die de verharde wegen verlaten hebben, gebruikt voor de bosuitbating, gereinigd en ontsmet door de betrokkenen overeenkomstig artikel 11;
8° de ontsmetting van de bedrijfstuigen van de bosuitbaters wordt uitgevoerd, voordat het besmette gebied wordt verlaten en op zijn minst voordat deze tuigen weer op de transporttuigen (tankdragers) worden geplaatst, op kosten van Wallonië, op basis van de overheidsopdracht dat de SPW (Waalse Overheidsdienst) met een gespecialiseerd bedrijf heeft gesloten; een attest van voltooiing van de ontsmetting van de bedrijfstuigen wordt door het gespecialiseerde bedrijf verstrekt en wordt door de betrokkene aan het einde van de ontsmettingsprocedure aan de administratie overhandigd;
9° bij het aantreffen van een kadaver of een karkas van wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer van de territoriaal bevoegde boswachter of bij gebrek het nummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd;
10° de betrokkenen is het verboden, een varkensfokkerij te betreden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur volgend op de reinigings- en ontsmettingsmaatregelen, of na elke interventie in het besmette gebied, indien zij op grond van dit ministerieel besluit verplicht zijn, of bij het verlaten van het besmette gebied, indien de ontsmettingsmaatregelen op grond van dit besluit niet verplicht zijn;
11° materialen, machines, uitrusting, werkkleding, schoeisel, voertuigen, andere bedrijfstuigen, enz. die voor de bosuitbating worden gebruikt, mogen niet op een varkensfokkerij worden binnengebracht.
Aangezien uitbatingen in vochtige gebieden als meer risicovol worden beschouwd, gelden voor hen de volgende aanvullende voorwaarden:
1° in een strook van vijfentwintig meter rondom bronnen en sijpelingszones, een strook van honderd meter rond winputten of een strook van honderd meter rond stuwdammeren, alsook op veenachtige en paraveenachtige bodems zoals bepaald op de bodemkundige kaart van Wallonië, kan alleen de uitbating van de door schorskevers aangetaste sparrenbestanden of windworp van sparrenbestanden worden toegestaan;
2° op een strook van vijfentwintig meter aan weerszijden van waterlopen, en op hydromorfe bodems met een permanente grondwatertafel zoals afgebakend op de pedologische kaart van Wallonië, kan elke uitbating worden toegestaan, ter beoordeling van de territoriaal bevoegde houtvester en onder de door hem bepaalde voorwaarden.
De niet-nakoming van de in dit artikel bedoelde verplichtingen heeft tot gevolg dat elke verdere afwijking van het verbod op het verkeer buiten de wegen en paden in het met Afrikaanse varkenspest besmette gebied wordt geweigerd totdat België zijn status als vrij van Afrikaanse varkenspest terugkrijgt.]1
----------
(1)<MB 2020-03-24/07, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 26-03-2020>
Art.9.
<Opgeheven bij MB 2020-03-24/07, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 26-03-2020>
Art.10. In afwijking van artikel 1 kunnen de in de bossen en wouden omsloten cultureel waardevolle gebieden zoals musea, kastelen of erfgoedsites waarvan de hoofdactiviteiten binnen plaatsvinden, toegankelijk worden gemaakt na machtiging van de territoriaal bevoegde houtvester tegen volgende voorwaarden:
1° de toegang gebeurt enkel via verharde wegen die onder geen enkel beding verlaten mogen worden door de uitbaters, het personeel, de bezoekers en gebruikers van de cultureel en/of toeristisch waardevolle gebieden;
2° in het cultureel waardevolle gebied zijn de buitenactiviteiten in bosmilieu verboden;
3° bij het aantreffen van een kadaver van een wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd;
4° de bezoekers van het cultureel waardevolle gebied, de uitbater, diens personeel en de voertuigen is het verboden een varkensfokkerij te betreden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur volgend op het bezoek van bedoelde gebieden.
De exploitant van elke cultureel waardevol gebied waartoe de toegang gemachtigd wordt door de houtvester heeft de verplichting om aangepaste tekens aan te brengen om de verbodsbepaling van dit besluit een materiële omzetting te waarborgenEr wordt aan zijn personeel, aan de bezoekers en de gebruikers van bedoeld gebied informatie verstrekt over de risico's in verband met de Afrikaanse varkenspest en met de maatregelen die uitgevoerd dienen te worden om genoemde ziekte zo goed mogelijk in te perken.
Art.11. Wanneer dit besluit een desinfectie oplegt, zijn volgende minimummaatregelen van toepassing :
1° voor het materieel en de voertuigen (met inbegrip van de autotapijten, de wielen en de zijafdichtingsplaten) bij toegang buiten de verharde wegen;
a) elk spoor van aarde wordt verwijderd, indien nodig met de borstel;
b) er wordt een eerste keer met zeepwater gereinigd;
c) de eigenlijke desinfectie gebeurt dan met een besproeiing met een oplossing met virusdodende middelen toegelaten volgens Verordening nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden waarvan de doeltreffendheid in de bestrijding van het virus veroorzaker van de Afrikaanse varkenspest is bewezen;
d) laarzen en schoeisel worden, naast gereinigd en ontsmet, opgeslagen in het voertuig in een daartoe voorziene plastic zak of doos : daarna worden ze een hele nacht in een tegen 10 % verdunde oplossing ondergedompeld van zuiver natriumhypochloriet (NaClO) in een zout/wateroplossing (NaCl) (type bleekwater);
2° voor de personen :
a) zo snel mogelijk wordt een douche genomen;
b) de gedragen kledij wordt op een hoge temperatuur gewassen : als de prospectie over meerdere opeenvolgende dagen gespreid wordt, kan het wassen van de kledij op het einde van de periode gebeuren, maar de kledij wordt enkel voor de prospectie gebruikt;
c) bij aanraking met een wild zwijn wordt de gedragen kledij de dag zelf op minstens 60° gewassen.
Art.12. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt en houdt op van kracht te zijn op 15 mei 2020.
BIJLAGE.
Art. N.
<Opgeheven bij MB 2020-03-24/07, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 26-03-2020>
Art. N.[1 Bijlage]1
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 26-03-2020, p. 18466)
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2020-03-24/07, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 26-03-2020>