3 JULI 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 oktober 2017 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen van de klasse 7 en houdende de omzetting van richtlijn (EU) 2018/217 van de Commissie van 31 januari 2018 tot wijziging van Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land en met name de aanpassing van punt I.1 van bijlage I aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang en de uitvoering van het uitvoeringsbesluit (EU) 2018/936 van 29 juni 2018 houdende toestemming voor de lidstaten om bepaalde afwijkingen vast te stellen krachtens Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land
Art. 1-5
Artikel 1.
Dit besluit :
1° zet richtlijn (EU) 2018/217 van de Commissie van 31 januari 2018 tot wijziging van Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land en met name de aanpassing van punt I.1 van bijlage I aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang om, voor wat betreft het vervoer van gevaarlijke goederen van de klasse 7;
2° geeft uitvoering aan uitvoeringsbesluit (EU) 2018/936 van 29 juni 2018 houdende toestemming voor de lidstaten om bepaalde afwijkingen vast te stellen krachtens Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land.
Art.2. In artikel 1, 1° van het koninklijk besluit van 22 oktober 2017 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen van de klasse 7 wordt tussen de woorden "en uitvoeringsbesluit (EU) 2017/695 van 7 april 2017" vervangen door de woorden uitvoeringsbesluit (EU) 2017/695 van 7 april 2017, richtlijn (EU) 2018/217 van 31 januari 2018 en uitvoeringsbesluit 2018/936 van 29 juni 2018".
Art.3. Artikel 18 van het hetzelfde besluit wordt aangevuld met twee leden, luidende :
- De verplichting vermeld in het eerste lid geldt niet voor het binnenlands vervoer van ten hoogste 1000 gebruikte ionische rookmelders die voor huishoudelijk gebruik aangewend werden van de inzamelingspunten naar een tussenopslagplaats, en van de inzamelingspunten of van een tussenopslagplaats naar een verwerkingsinstallatie in België.
Het Agentschap bepaalt de modaliteiten voor dat vervoer
- De verplichting vermeld in het eerste lid geldt niet voor het binnenlands vervoer van ten hoogste 1000 gebruikte ionische rookmelders die voor niet-huishoudelijk gebruik aangewend werden van de plaats van afbraak naar een tussenopslagplaats, en van de plaats van afbraak of van een tussenopslagplaats naar een verwerkingsinrichting.
Het Agentschap bepaalt de modaliteiten voor dat vervoer."
Art.4. In artikel 37 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het eerste lid worden de woorden "behalve indien deze informatie door het Agentschap op een andere wijze reeds werd bekomen" opgeheven;
2° het eerste lid wordt aangevuld met een zin, luidende : "Indien deze informatie door het Agentschap op andere wijze wordt bekomen, kan het Agentschap de erkend vervoerder vrijstellen van deze verplichting tot rapportering. Deze vrijstelling wordt schriftelijk medegedeeld aan de erkend vervoerder."
Art. 5. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.