13 OKTOBER 2019. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het zaakverdelingsreglement van de rechtbank van eerste aanleg Henegouwen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 maart 2014 betreffende de verdeling van de arbeidshoven, de rechtbanken van eerste aanleg, de arbeidsrechtbanken, de ondernemingsrechtbanken en de politierechtbanken in afdelingen
HOOFDSTUK 1. - Zaakverdelingsreglement van de rechtbank van eerste aanleg Henegouwen
Art. 1-5
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 14 maart 2014 betreffende de verdeling van de arbeidshoven, de rechtbanken van eerste aanleg, de arbeidsrechtbanken, de ondernemingsrechtbanken en de politierechtbanken in afdelingen
Art. 6
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het koninklijk besluit van 23 mei 2019 houdende wijziging van verscheidene reglementaire bepalingen om hen in overeenstemming te brengen met de hervorming van de gerechtelijke kantons
Art. 7-8
HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art. 9-12
HOOFDSTUK 1. - Zaakverdelingsreglement van de rechtbank van eerste aanleg Henegouwen
Artikel 1. De rechtbank van eerste aanleg Henegouwen bestaat uit drie afdelingen: Charleroi, Bergen en Doornik.
Onder voorbehoud van hetgeen vermeld is in de artikelen 2 tot 6:
- de afdeling Charleroi, met zetel te Charleroi, heeft rechtsmacht over het grondgebied van de kantons Chimay, Binche, de vier kantons Charleroi, de kantons Châtelet, Seneffe en Thuin;
- de afdeling Bergen, met zetel te Bergen, heeft rechtsmacht over het grondgebied van de twee kantons Boussu-Colfontaine, het kanton La Louvière, de twee kantons Bergen en het kanton Zinnik;
- de afdeling Doornik, met zetel te Doornik, heeft rechtsmacht over het grondgebied van de kantons Aat, Moeskroen, Leuze-en-Hainaut en de twee kantons Doornik.
Art.2. De raadkamer in strafrechtelijke zaken houdt zitting te Charleroi voor de zaken die worden toevertrouwd aan de onderzoeksrechters van wie het kabinet gevestigd is te Charleroi.
De raadkamer in strafrechtelijke zaken houdt zitting te Bergen voor de zaken die worden toevertrouwd aan de onderzoeksrechters van wie het kabinet gevestigd is te Bergen.
De raadkamer in strafrechtelijke zaken houdt zitting te Doornik voor de zaken die worden toevertrouwd aan de onderzoeksrechters van wie het kabinet gevestigd te Doornik.
Art.3. De strafzaken met betrekking tot misdrijven van fiscaal recht en douanerecht, met inbegrip van accijnzen, inbreuken op het Wetboek van economisch recht met uitzondering van boek III en boek XX, alsook inbreuken op telecommunicatie met uitzondering van elektronische communicatie, vallen onder de exclusieve bevoegdheid van de afdeling Bergen.
De strafzaken met betrekking tot terrorismemisdrijven, milieumisdrijven en stedenbouwmisdrijven vallen onder de exclusieve bevoegdheid van de afdeling Charleroi.
De strafzaken met betrekking tot misdrijven met betrekking tot schijnhuwelijken, gedwongen huwelijken, schijn-wettelijke samenwoningen en gedwongen wettelijke samenwoningen, landbouw, voedselveiligheid en dierenwelzijn vallen onder de exclusieve bevoegdheid van de afdeling Doornik.
Art.4. De strafzaken met betrekking tot misdrijven van economisch recht buiten het Wetboek van economisch recht, alsook inbreuken op boek III van dit Wetboek, misdrijven van financieel recht, hacking, wapenhandel en militaire misdrijven, vallen onder de exclusieve bevoegdheid van de afdelingen Bergen en Charleroi.
De afdeling Bergen is bevoegd voor het grondgebied van de afdelingen Bergen en Doornik. De afdeling Charleroi is bevoegd voor het grondgebied van de afdeling Charleroi.
Art.5. De strafzaken met betrekking tot misdrijven van mensenhandel en misdrijven van sociaal strafrecht vallen onder exclusieve bevoegdheid van de afdelingen Doornik en Charleroi.
De afdeling Doornik is bevoegd voor het grondgebied van de afdelingen Doornik en Bergen. De afdeling Charleroi is bevoegd voor het grondgebied van de afdeling Charleroi.
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 14 maart 2014 betreffende de verdeling van de arbeidshoven, de rechtbanken van eerste aanleg, de arbeidsrechtbanken, de ondernemingsrechtbanken en de politierechtbanken in afdelingen
Art.6. Artikel 11 van het koninklijk besluit van 14 maart 2014 betreffende de verdeling van de arbeidshoven, de rechtbanken van eerste aanleg, de arbeidsrechtbanken, de ondernemingsrechtbanken en de politierechtbanken in afdelingen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 november 2015, van 15 april 2018 en van 20 januari 2019, wordt opgeheven.
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het koninklijk besluit van 23 mei 2019 houdende wijziging van verscheidene reglementaire bepalingen om hen in overeenstemming te brengen met de hervorming van de gerechtelijke kantons
Art.7. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 23 mei 2019 houdende wijziging van verscheidene reglementaire bepalingen om hen in overeenstemming te brengen met de hervorming van de gerechtelijke kantons, worden de bepalingen onder 2° en 3° opgeheven.
Art.8. In artikel 18, derde lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "1, 2° en 3°, " opgeheven.
HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art.9. Alle zaken die reeds aanhangig zijn gemaakt op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, worden verder afgehandeld in de afdeling waar ze werden aanhangig gemaakt.
Art.10. Tot 30 november 2019, in artikel 1 worden de woorden "de twee kantons Boussu-Colfontaine, het kanton" gelezen als "de kantons Boussu, Dour-Colfontaine, Edingen-Lens", de woorden "Aat" gelezen als "Aat-Lessen" en de woorden "Leuze-en-Hainaut" gelezen als "Peruwelz - Leuze-en-Hainaut".
Art.11. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 12. De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.