Details





Titel:

17 MEI 2019. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de opleidingscheques voor werknemers(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-08-2019 en tekstbijwerking tot 12-07-2024)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - De opleiding
Art. 2
HOOFDSTUK 3. - Registratie van opleidingsverstrekkers
Art. 3
HOOFDSTUK 4. - Opleidingscheques
Art. 4-7
HOOFDSTUK 5. - Aankoopprocedure voor de werknemer
Art. 8-10
HOOFDSTUK 6. - Inleveringsprocedure voor de geregistreerde opleidingsverstrekker
Art. 11
HOOFDSTUK 7. - Cumul
Art. 12
HOOFDSTUK 8. - Bepalingen inzake gegevensverwerking
Art. 13-16
HOOFDSTUK 9. - Slotbepalingen
Art. 17-20



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2003035905 



Uitvoeringsbesluit(en):

2020031438 



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder:
  1° [1 departement: het Departement Werk en Sociale Economie, vermeld in artikel 29/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;]1
  2° directe opleidingskosten: de kosten die de geregistreerde opleidingsverstrekker factureert, inclusief de kosten om deel te nemen aan het examen of de test;
  3° geregistreerde opleidingsverstrekker: een instelling of organisatie die geregistreerd is als verstrekker van opleidingen voor werknemers conform artikel 3;
  4° kortgeschoold: niet beschikken over een diploma van secundair onderwijs;
  5° middengeschoold: ten hoogste beschikken over een diploma van secundair onderwijs;
  6° opleidingscheque: een betaalmiddel waarmee een werknemer directe opleidingskosten kan betalen die een geregistreerde opleidingsverstrekker aan hem factureert;
  7° [1 ...]1
  8° VDAB: de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, vermeld in artikel 3, § 1, van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding;
  9° werknemer: de persoon die op het ogenblik waarop hij de opleidingscheque aanvraagt met een arbeidsovereenkomst in de private of publieke sector tewerkgesteld is of die arbeid verricht onder het gezag van een andere persoon, en die zich in een van de volgende gevallen bevindt:
  a) hij heeft zijn woonplaats in het Vlaamse Gewest of het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest;
  b) hij heeft zijn woonplaats in een van de andere lidstaten van de Europese Unie (EU) of van de Europese Economische Ruimte (EER) is tewerkgesteld in het Vlaamse Gewest of het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest;
  c) hij heeft zijn woonplaats in het Waalse Gewest, hij heeft gebruikgemaakt van zijn recht op vrij verkeer van werknemers, vermeld in artikel 45 en 49 van het verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en hij is tewerkgesteld in het Vlaamse Gewest of het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.
  ----------
  (1)<BVR 2024-04-26/64, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

HOOFDSTUK 2. - De opleiding
Art.2. De werknemer kan met een opleidingscheque de directe opleidingskosten betalen van een opleiding van een geregistreerde opleidingsverstrekker die recht geeft op Vlaams opleidingsverlof conform het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2018 tot uitvoering van afdeling 6 - toekenning van betaald educatief verlof in het kader van voortdurende vorming van de werknemers van hoofdstuk IV van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen en tot wijziging van artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2013 betreffende de loopbaanbegeleiding.

HOOFDSTUK 3. - Registratie van opleidingsverstrekkers
Art.3. § 1. In dit artikel wordt verstaan onder minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor de professionele vorming.
  § 2. Een opleidingsverstrekker wordt geregistreerd als hij aan een van de volgende voorwaarden voldoet:
  1° de opleidingsverstrekker voldoet aan de voorwaarden die de minister bepaalt. De minister bepaalt die voorwaarden met het oog op de kwaliteitsbewaking van de dienstverlener en de geldigheidsduur van de registratie;
  2° de opleidingsverstrekker is geregistreerd om opleidingen te geven in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten;
  3° de opleidingsverstrekker die op 31 augustus 2019 door de VDAB geregistreerd is als opleidingsverstrekker voor opleidingscheques.
  § 3. De minister bepaalt de procedure en de aanvullende voorwaarden voor de registratie van de opleidingsverstrekkers, vermeld in paragraaf 2, en de weigering, schorsing en uitsluiting van de dienstverleners.
  De minister bepaalt de verplichtingen van de dienstverleners voor de communicatie over de draagwijdte van de registratie.

HOOFDSTUK 4. - Opleidingscheques
Art.4.In dit artikel wordt verstaan onder schooljaar: de periode van 1 september tot en met 31 augustus.
  [1 De werknemer kan per schooljaar voor maximaal honderdvijfentwintig euro opleidingscheques bij het departement aanvragen op voorwaarde dat de werknemer minstens hetzelfde bedrag als persoonlijke bijdrage aan de opleidingsverstrekker betaalt voor de opleidingskosten.
   In afwijking van het tweede lid wordt het maximumbedrag verhoogd tot tweehonderdvijftig euro per schooljaar voor een kort- of middengeschoolde werknemer die een opleiding van minstens niveau 5 van de Vlaamse kwalificatiestructuur als vermeld in artikel 2, 14°, van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, aanvat.]1
  [1 In afwijking van het tweede lid wordt het maximumbedrag verhoogd tot tweehonderdvijftig euro per schooljaar en vervalt de voorwaarde van de betaling van een persoonlijke bijdrage, vermeld in het tweede lid, voor de kortgeschoolde werknemer die een opleiding volgt die minstens aan een van de volgende voorwaarden voldoet:
   1° ze is gericht op basisgeletterdheid, rekenvaardigheid of ICT-basisvaardigheid;
   2° het is een opleiding Nederlands voor anderstaligen;
   3° ze draagt bij tot het behalen van een onderwijs- en beroepskwalificatie tot en met niveau 4 van de Vlaamse kwalificatiestructuur als vermeld in artikel 2, 14°, van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur;
   4° ze is gericht op het aanleren van competenties die deel uitmaken van een knelpuntberoep dat in de lijst van knelpuntberoepen van de VDAB staat.]1
  ----------
  (1)<BVR 2024-04-26/64, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

Art.5.
  <Opgeheven bij BVR 2024-04-26/64, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

Art.6.§ 1. Alleen kort- en middengeschoolde werknemers kunnen de opleidingscheques voor arbeidsmarktgerichte opleidingen gebruiken.
  In het eerste lid wordt verstaan onder arbeidsmarktgerichte opleidingen: de opleidingen, vermeld in artikel 109, § 1, van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen, die recht geven op Vlaams opleidingsverlof, volgens de voorwaarden, vermeld in artikel 109, § 2, van de voormelde wet.
  § 2. [1 Alle werknemers kunnen de opleidingscheques gebruiken voor opleidingen die zijn opgenomen in een geldig gepersonaliseerd attest dat is opgemaakt in het kader van loopbaanbegeleiding als vermeld in artikel 4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2013 betreffende de loopbaanbegeleiding.]1
  ----------
  (1)<BVR 2024-04-26/64, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

Art.7.[1 De opleidingscheques zijn voor de werknemer vier maanden geldig vanaf de startdatum van de opleiding en ze worden gebruikt voor de opleiding die erop vermeld staat.]1
  In de volgende gevallen worden de opleidingscheques niet uitbetaald aan de geregistreerde opleidingsverstrekker:
  1° als een werknemer de opleidingscheques buiten de periode van [1 vier maanden vanaf de startdatum van de opleiding]1 aanbiedt als betaalmiddel;
  2° als de gevolgde opleiding niet overeenstemt met de opleiding die vermeld is op de opleidingscheques;
  3° als de geregistreerde opleidingsverstrekker de opleidingscheques niet binnen [1 dertig dagen na de laatste dag van de geldigheidsduur van de opleidingscheques registreert bij het departement]1;
  4° als wordt vastgesteld dat de geregistreerde opleidingsverstrekker opleidingscheques [1 registreert]1 waarop een werknemer vermeld staat die verschilt van de werknemer die de opleiding gevolgd heeft.
  De totale waarde van de aangeboden opleidingscheques mag niet groter zijn dan het totaalbedrag van de factuur inclusief btw.
  [1 ...]1
  ----------
  (1)<BVR 2024-04-26/64, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

HOOFDSTUK 5. - Aankoopprocedure voor de werknemer
Art.8.
  <Opgeheven bij BVR 2024-04-26/64, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

Art.9.[1 De werknemer vraagt bij het departement de opleidingscheques aan uiterlijk negentig dagen na de startdatum van de opleiding. De werknemer vraagt de opleidingscheques bij het departement aan conform de procedure die het departement daarvoor vastlegt en bekendmaakt.]1
  ----------
  (1)<BVR 2024-04-26/64, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

Art.10.[1 Nadat het departement heeft onderzocht of aan de voorwaarden, vermeld in artikel 4 en 6, is voldaan, levert het departement de opleidingscheques af aan de werknemer. De opleidingscheques vermelden minstens de naam van de werknemer, de opleiding, de startdatum van de opleiding, de naam van de opleidingsverstrekker, de waarde en de geldigheidsduur van de opleidingscheques.]1
  ----------
  (1)<BVR 2024-04-26/64, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

HOOFDSTUK 6. - Inleveringsprocedure voor de geregistreerde opleidingsverstrekker
Art.11.§ 1. [1 De geregistreerde opleidingsverstrekker registreert bij het departement de opleidingscheques die hij van de werknemer ontvangt, uiterlijk dertig dagen na de laatste dag van de geldigheidsduur van de opleidingscheques.]1
  Het departement kan een attest van inschrijving opvragen.
  § 2. [1 Als de voorwaarden, vermeld in dit besluit, zijn vervuld, betaalt het departement de geregistreerde opleidingscheques, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, aan de opleidingsverstrekker binnen zestig dagen na de laatste dag van de geldigheidsduur van de opleidingscheques.]1
  ----------
  (1)<BVR 2024-04-26/64, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 01-09-2024>

HOOFDSTUK 7. - Cumul
Art.12. De opleidingscheques voor werknemers kunnen voor dezelfde opleiding niet gecumuleerd worden met de opleidingssteun voor werkgevers, vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten.

HOOFDSTUK 8. - Bepalingen inzake gegevensverwerking
Art.13. In dit artikel wordt verstaan onder verwerkingsverantwoordelijke: de verwerkingsverantwoordelijke, vermeld in artikel 4, 7), van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming).
  Het departement is de verwerkingsverantwoordelijke voor de verwerkingen van persoonsgegevens op grond van hoofdstuk 5. De opleidingsverstrekker is de verwerkingsverantwoordelijke voor de verwerkingen van persoonsgegevens op grond van hoofdstuk 6.

Art.14. Het departement wisselt de nodige persoonsgegevens uit met de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, het Rijksregister van de natuurlijke personen en de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.

Art.15. De persoonsgegevens worden beveiligd volgens de dataclassificatie en de richtlijnen van het stuurorgaan Vlaams Informatie- en ICT-beleid, overeenkomstig artikel 3, tweede lid, 3°, van het decreet van 23 december 2016 houdende de oprichting van het stuurorgaan Vlaams Informatie- en ICT-beleid.

Art.16. De persoonsgegevens die overeenkomstig dit besluit worden opgevraagd, worden slechts zo lang bewaard als nodig voor de verstrekking van opleidingscheques aan de werknemer en de terugbetaling van de opleidingscheques aan de opleidingsverstrekker.

HOOFDSTUK 9. - Slotbepalingen
Art.17. In het besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2003 betreffende de opleidingscheques voor werknemers, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015, worden hoofdstuk II en III, die bestaan uit artikel 2 tot en met 4, en hoofdstuk VII en VII/1, die bestaan uit artikel 13 en 12/1, opgeheven.

Art.18. In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015, worden hoofdstuk I, dat bestaat uit artikel 1, hoofdstuk IV, V en VI, die bestaan uit artikel 5 tot en met 12, en hoofdstuk VIII, dat bestaat uit artikel 14 en 15, opgeheven.

Art.19. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2019, met uitzondering van artikel 4 tot en met 11 en artikel 18, die in werking treden op 1 september 2020.

Art. 20. De Vlaamse minister, bevoegd voor professionele vorming, is belast met de uitvoering van dit besluit.