Details





Titel:

24 MEI 2019. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van artikel 15/2 van het koninklijk besluit van 9 maart 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2006200961 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 15/2 van het koninklijk besluit van 9 maart 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 april 2009, wordt vervangen door wat volgt:
  "Art. 15/2. § 1. De werkgever in herstructurering of de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert kan een tegemoetkoming in de outplacementkosten krijgen voor een werknemer die ontslagen is in het kader van de herstructurering en aan wie een verminderingskaart is uitgereikt, als die werknemer zich in een van de volgende situaties bevindt :
  1° de werknemer heeft tijdens de periode van inschrijving bij de tewerkstellingscel, vermeld in artikel 10, § 8, eerste of tweede lid, outplacement aangeboden gekregen;
  2° de werknemer is tijdens de geldigheidsperiode van de verminderingskaart uitgestroomd binnen drie maanden na het einde van het outplacement en heeft gedurende de periode tussen de inschrijving bij de tewerkstellingscel en de werkhervatting outplacement aangeboden gekregen.
  Voor de werknemer gelden de volgende voorwaarden:
  1° de werknemer is ingeschreven bij de VDAB;
  2° er is een attest van het outplacement geregistreerd in het dossier van de werknemer.
  Voor de werkgever in herstructurering gelden de volgende voorwaarden:
  1° er vindt een collectief ontslag plaats in een vestiging van het bedrijf in het Vlaamse Gewest;
  2° de technische bedrijfseenheid blijft bestaan met tewerkstelling in het Vlaamse Gewest.
  § 2. De tegemoetkoming in de outplacementkosten, vermeld in paragraaf 1, is beperkt tot de outplacementkosten voor de outplacementbegeleiding die plaatsvond tussen de datum van de inschrijving van de werknemer bij de tewerkstellingscel en de laatste dag waarop de verminderingskaart geldig was.
  Met behoud van de toepassing van het eerste lid is de tegemoetkoming in de outplacementkosten beperkt tot de werkelijk gemaakte outplacementkosten, waaronder de outplacementkosten verstaan worden die de dienstverlener via de tewerkstellingscel aan de werkgever factureert, en die de werkgever niet kan verhalen op een andere instantie of een ander orgaan, privaat of publiek, Belgisch of internationaal, inzonderheid een gewest, een gemeenschap, een sectorfonds, een fonds voor bestaanszekerheid of een Europees fonds.
  Voor de toepassing van het tweede lid kan de tegemoetkoming in de outplacementkosten ook betrekking hebben op de outplacementkosten die, in het kader van de herstructurering, op basis van een collectieve arbeidsovereenkomst die gesloten is in een paritair comité of onder één paritair subcomité van dat paritair Comité, gedragen worden door een sectorale instantie waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert, en die de sectorale instantie niet kan verhalen op een andere instantie of een ander orgaan, privaat of publiek, Belgisch of internationaal, inzonderheid een gewest, een gemeenschap of een Europees fonds.
  § 3. De tegemoetkoming in de outplacementkosten, vermeld in paragraaf 1, is voor elke werknemer, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, die op het moment van de aankondiging van het collectieve ontslag minder dan vijfenveertig jaar is, beperkt tot maximaal 360 euro.
  De tegemoetkoming in de outplacementkosten, vermeld in paragraaf 1, is voor elke werknemer, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, die op het moment van de aankondiging van het collectieve ontslag minstens vijfenveertig jaar is, beperkt tot maximaal 720 euro.
  De tegemoetkoming in de outplacementkosten, vermeld in paragraaf 1, is voor elke werknemer, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 2°, die op het moment van de aankondiging van het collectieve ontslag minder dan vijfenveertig jaar is, beperkt tot maximaal 90 euro.
  De tegemoetkoming in de outplacementkosten, vermeld in paragraaf 1, is voor elke werknemer, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 2°, die op het moment van de aankondiging van het collectieve ontslag minstens vijfenveertig jaar is, beperkt tot maximaal 180 euro.
  Eenzelfde werknemer kan recht geven op zowel de tegemoetkoming voor de werknemer, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, als de tegemoetkoming voor de werknemer, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 2°.
  § 4. Na afloop van de outplacementbegeleiding doet de werkgever in herstructurering of de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert een aanvraag minimaal zes maanden en maximaal twaalf maanden na het einde van de outplacementbegeleiding. De VDAB stelt een aanvraagformulier ter beschikking waarop de werkgever in herstructurering of de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert kan aangeven voor welke personen hij de terugbetaling van de outplacementkosten vraagt. De VDAB gaat na of elke werknemer die op het formulier vermeld staat, voldoet aan de voorwaarden, vermeld in paragraaf 1.
  De aanvraag vermeldt voor elke werknemer de volgende gegevens :
  1° het bewijs dat de werknemer voldoet aan de voorwaarden, vermeld in paragraaf 1;
  2° het terug te betalen bedrag aan outplacementkosten, vastgesteld overeenkomstig de paragraaf 1 en 2;
  3° de inhoud van de acties die hebben geleid tot de outplacementkosten, vermeld in 2°.
  § 5. De VDAB gaat voor de werknemers voor wie de terugbetaling wordt gevraagd, na of ze voldoen aan de voorwaarden voor terugbetaling. De VDAB gaat na of het teruggevorderde bedrag aan outplacementkosten is vastgesteld overeenkomstig paragraaf 1 en 2.
  De dienstverlener moet de VDAB, op eenvoudig verzoek, voor elke werknemer die ontslagen is in het kader van een herstructurering, een afschrift bezorgen van de outplacementkosten die aan de werkgever in herstructurering of aan de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert, is gefactureerd.
  De tewerkstellingscel moet de VDAB, op eenvoudig verzoek, alle inlichtingen verstrekken die de VDAB van nut kunnen zijn bij de controle van de aanvraag van de werkgever in herstructurering of van de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert.
  § 6. Na verificatie betaalt de VDAB het terugbetaalbare bedrag terug aan de werkgever in herstructurering of aan de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert uiterlijk binnen twaalf maanden na het einde van de datum van erkenning als onderneming in herstructurering.
  Als de VDAB beslist om voor bepaalde werknemers geen tegemoetkoming in de outplacementkosten te verlenen of een lager bedrag dan het bedrag dat de werkgever in herstructurering of de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert, heeft gevraagd, deelt de VDAB dat mee aan de werkgever bij gemotiveerde beslissing.
  Als hij de beslissing van de VDAB betwist, kan de werkgever in herstructurering of de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert, het dossier binnen een maand nadat hij de beslissing heeft ontvangen, terugsturen naar de VDAB. Hij voegt de motieven tot betwisting bij het dossier. De VDAB neemt een definitieve beslissing binnen een maand nadat hij heeft kennisgenomen van de motieven van de werkgever in herstructurering of van de sectorale instantie, vermeld in paragraaf 2, derde lid, waaronder de werkgever in herstructurering ressorteert.".

Art.2. De aanvraagdossiers tot terugbetaling van de outplacementkosten die de werkgevers in herstructurering ingediend hebben bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening vóór de inwerkingtreding van dit besluit, worden verder behandeld volgens de regelgeving die van kracht was op de dag vóór de inwerkingtreding van dit besluit.

Art.3. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4. De Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.