21 AUGUSTUS 2019. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot bepaling van de nadere regels voor de evaluatie van de stagedoend directeur en tot vaststelling van de modellen van evaluatieverslag
Art. 1-7
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. Op de tijdstippen voorzien in artikel 33, §§ 2 tot 4, van het decreet van 2 februari 2007 tot vaststelling van het statuut van de directeurs in het onderwijs, organiseert de inrichtende macht of haar afgevaardigde(n) een evaluatieonderhoud met de stagedoend directeur met het oog op de toekenning van een evaluatievermelding.
Overeenkomstig artikel 33, § 2, vijfde en zesde lid, van voormeld decreet van 2 februari 2007, wordt bij de evaluatie aandacht besteed aan de wijze waarop de directeur uitvoering heeft gegeven aan zijn opdrachtenblad, rekening houdend met de algemene context waarin hij moet werken en de hem ter beschikking gestelde middelen.
De directeur bereidt dit gesprek voor door het opstellen van een zelfevaluatie.
Art.2. Na de in artikel 1, lid 1, bedoelde gesprekken stelt de inrichtende macht een evaluatieverslag op volgens de modellen gevoegd bij dit besluit:
- in bijlage 1: op het einde van het eerste jaar van de stage;
- in bijlage 2: op het einde van het tweede jaar van de stage;
- in bijlage 3: op het einde van het derde jaar van de stage.
Art.3. Het (de) evaluatieverslag(en) wordt (worden) toegezonden aan de stagedoend directeur overeenkomstig de procedures beschreven in artikel 33, § 5, van voormeld decreet van 2 februari 2007.
Art.4. Indien van toepassing, zijn de bepalingen bedoeld in de artikelen 1 tot 3 mutatis mutandis van toepassing op de directeurs die op tijdelijke basis worden aangeworven na een oproep tot kandidaatstelling, overeenkomstig de artikelen 36, derde lid, 56, § 3, a), derde lid, 60, § 1, derde lid, 79, § 3, a), derde lid, en 83, § 1, derde lid, van voormeld decreet van 2 februari 2007.
Art.5. Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 31 maart 2011 tot vaststelling van de beoordelingsprocedures van de directeur en tot vaststelling van het modelevaluatieverslag, wordt opgeheven.
Art.6. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2019.
Art.7. De Ministers die bevoegd zijn voor het onderwijs voor sociale promotie en het leerplichtonderwijs, zijn belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N.
(NOTA : geen Nederlandse versie, zie Franse versie)