28 MEI 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juli 2017 tot het verbinden van een griffie aan meerdere vredegerechten en tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 augustus 2001 tot vaststelling van de dagen en de uren waarop de griffies van de hoven en de rechtbanken open zijn
Art. 1-6
Artikel 1. In hoofdstuk I van het koninklijk besluit van 18 juli 2017 tot het verbinden van een griffie aan meerdere vredegerechten en tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 augustus 2001 tot vaststelling van de dagen en de uren waarop de griffies van de hoven en de rechtbanken open zijn, wordt een artikel 1/1 ingevoegd, luidende :
"Art. 1/1. Aan het vredegerecht van het eerste gerechtelijk kanton Mol-Geel en het vredegerecht van het tweede gerechtelijk kanton Mol-Geel wordt eenzelfde griffie verbonden, genaamd griffie van de vredegerechten Mol-Geel, met zetel te Mol.".
Art.2. In hoofdstuk I van het hetzelfde besluit, wordt een artikel 1/2 ingevoegd, luidende :
"Art. 1/2. Aan het vredegerecht van het eerste gerechtelijk kanton Turnhout en het vredegerecht van het tweede gerechtelijk kanton Turnhout wordt eenzelfde griffie verbonden, genaamd griffie van de vredegerechten Turnhout, met zetel te Turnhout.".
Art.3. In hoofdstuk I van het hetzelfde besluit, wordt een artikel 13/1 ingevoegd, luidende :
"Art. 13/1. Aan het vredegerecht van het eerste gerechtelijk kanton Eupen - Sankt-Vith en het vredegerecht van het tweede gerechtelijk kanton Eupen - Sankt-Vith wordt eenzelfde griffie verbonden, genaamd griffie van de vredegerechten Eupen - Sankt-Vith, met zetel te Eupen.".
Art.4. In hoofdstuk I van het hetzelfde besluit, wordt een artikel 18/2 ingevoegd, luidende :
"Art. 18/2. Aan het vredegerecht van het eerste gerechtelijk kanton Boussu-Colfontaine en het vredegerecht van het tweede gerechtelijk kanton Boussu-Colfontaine wordt eenzelfde griffie verbonden, genaamd griffie van de vredegerechten Boussu-Colfontaine, met zetel te Boussu.".
Art.5. Artikel 3 treedt in werking op 1 november 2019.
De artikelen 1, 2 en 4 treden in werking op 1 februari 2020.
Art. 6. De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.