4 APRIL 2019. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse hoofdstedelijke Regering van 21 november 2006 tot goedkeuring van de Titels I tot VIII van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening, van toepassing op het volledige grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 1-5
Artikel 1. Dit besluit beoogt de omzetting van artikel 8 van Richtlijn 2014/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake maatregelen ter verlaging van de kosten van de aanleg van elektronische communicatienetwerken met hoge snelheid.
Art.2. In titel I, artikel 2 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 november 2006 tot goedkeuring van de Titels I tot VIII van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening, van toepassing op het volledige grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, worden volgende wijzigingen aangebracht:
in definitie 27. wordt het punt vervangen door een puntkomma;
de definities 28. tot 31. worden ingevoegd, luidend als volgt:
"28. Fysieke binnenhuisinfrastructuur: fysieke infrastructuur of installaties op de locatie van de eindgebruiker, met inbegrip van elementen die gemeenschappelijk eigendom zijn, die bestemd is om vaste en/of draadloze toegangsnetwerken onder te brengen, voor zover die netwerken elektronische communicatiediensten kunnen leveren en door middel waarvan het toegangspunt van het gebouw kan worden aangesloten op het aansluitpunt van het netwerk;
29. Voor hoge snelheid bestemde fysieke binnenhuisinfrastructuur: fysieke binnenhuisinfrastructuur die bestemd is om elementen van elektronische communicatienetwerken met hoge snelheid onder te brengen of het leveren van die netwerken mogelijk te maken;
30. Belangrijke renovatiewerken : "bouwwerkzaamheden of civieltechnische werken op de locatie van de eindgebruiker die de gehele fysieke binnenhuisinfrastructuur of een aanzienlijk deel daarvan structureel wijzigen en waarvoor een bouwvergunning is vereist";
31. Toegangspunt : "een in of buiten het gebouw gelegen fysiek punt dat toegankelijk is voor ondernemingen die openbare communicatienetwerken aanbieden of waaraan een vergunning is verleend om openbare communicatienetwerken aan te bieden, en waar het netwerk kan worden aangesloten op de voor hoge snelheid bestemde fysieke binnenhuisinfrastructuur".
Art.3. In dezelfde titel van hetzelfde besluit wordt artikel 15, waarvan de huidige tekst paragraaf 1 wordt, aangevuld met een paragraaf 2 en een paragraaf 3, luidend als volgt:
" § 2. Nieuwe gebouwen worden uitgerust, op de locatie van de eindgebruiker, met inbegrip van elementen daarvan in gezamenlijk eigendom, met een voor hoge snelheid bestemde fysieke binnenhuisinfrastructuur tot de netwerkaansluitpunten. Dezelfde verplichting geldt in geval van belangrijke renovatiewerken. Deze infrastructuur wordt geïntegreerd in de bouwwerken zodat zij de esthetiek van het gebouw niet schaadt.
§ 3. Nieuw opgetrokken meergezinswoningen, in of buiten het gebouw worden uitgerust met een toegangspunt. Dezelfde verplichting geldt in geval van belangrijke renovatiewerken voor meergezinswoningen.
§ 4. Eengezinswoningen en belangrijke renovatiewerken zijn vrijgesteld van de verplichtingen vermeld in § 2 in gevallen waarin deze beperkingen buiten proportie inhouden wegens :
1° het feit dat het betrokken gebouw :
a) hetzij staat ingeschreven op de bewaarlijst, beschermd is of het voorwerp uitmaakt van een bewaar- of beschermingsprocedure ;
b) hetzij een militair gebouw is of gebruikt wordt met het oog op de nationale veiligheid,
2° de overduidelijk bovenmatige kosten die deze verplichtingen meebrengen gelet op de omvang van het project voor individuele eigenaars en voor mede-eigenaars."
3° Hetzij bij ingrijpende renovatiewerken die geen rechtstreeks verband houden met de lokalen waar de fysieke infrastructuur aangepast aan hoge snelheid zich moet bevinden.
Art.4. Dit besluit is van toepassing op de aanvragen voor stedenbouwkundige vergunningen en attesten die zijn ingediend na de inwerkingtreding van dit besluit en waarvoor nog geen ontvangst van een volledig en ontvankelijk dossier bevestigd werd.
Art. 5. De Minister die bevoegd is voor territoriale ontwikkeling wordt belast met de uitvoering van dit besluit.