9 MAART 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Wapenhandelbesluit van 20 juli 2012 en het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2014 tot regeling van de uitvoer, doorvoer en overbrenging van producten voor tweeërlei gebruik en het verlenen van technische bijstand
HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het Wapenhandelbesluit van 20 juli 2012
Art. 1-52
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2014 tot regeling van de uitvoer, doorvoer en overbrenging van producten voor tweeërlei gebruik en het verlenen van technische bijstand
Art. 53-54
HOOFDSTUK 3. - Slotbepaling
Art. 55
HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het Wapenhandelbesluit van 20 juli 2012
Artikel 1. In artikel 3, 1°, van het Wapenhandelbesluit van 20 juli 2012 worden de woorden "Departement internationaal Vlaanderen" vervangen door de woorden "Departement Buitenlandse Zaken".
Art.2. In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt de zinsnede "34, 36, § 2, 38 en 39, § 2," vervangen door de zinsnede "34 en 38" en wordt de zinsnede "toegekend, geweigerd, geschorst, ingetrokken en beperkt" vervangen door de woorden "toegekend en geweigerd";
2° er wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De vergunningen, voorafgaande machtigingen, certificaten van gecertificeerd persoon, voorlopige adviezen en schriftelijke bevestigingen worden geschorst, ingetrokken en beperkt conform artikel 46 tot en met 49.".
Art.3. In artikel 5, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het tweede lid worden tussen het woord "kennisgeving" en het woord "kan" de woorden "of een aanvraag voor een open vergunning" ingevoegd;
2° in het derde lid worden tussen de woorden "aanvraag van een" en het woord "vergunning" de woorden "ander soort" ingevoegd.
Art.4. In hetzelfde besluit wordt een artikel 6/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 6/1. De bevoegdheid die aan de Vlaamse Regering is gedelegeerd, met toepassing van artikel 3, § 5, van het Wapenhandeldecreet, wordt gedelegeerd aan de minister.".
Art.5. In artikel 7, vierde lid, van hetzelfde besluit wordt tussen de zinsnede "artikel 8, § 1, tweede lid," en de woorden "van het voormelde decreet" de zinsnede "en § 2/1," ingevoegd.
Art.6. In artikel 9, § 2, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid, 2°, d), wordt de zinsnede "die geen niet-essentiële onderdelen van gevoelige goederen zijn," opgeheven;
2° er wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Als een persoon die gebruikmaakt van een algemene vergunning, binnen drie jaar na een definitieve overbrenging op basis van die algemene vergunning informatie verkrijgt over de wijziging van het doel, de bestemming of de uitvoer van de overgebrachte goederen, brengt hij of zij de bevoegde dienst daarvan op de hoogte.".
Art.7. In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, tweede lid, wordt een punt 6° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"6° /1 een beschrijving van het intergouvernementele samenwerkingsprogramma waarbij voorgenomen overbrengingen aansluiten als dat van toepassing is;";
2° aan paragraaf 2, tweede lid, wordt een punt 3° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"3° een bewijs van het intergouvernementele samenwerkingsprogramma waarbij voorgenomen overbrengingen aansluiten als dat van toepassing is.".
Art.8. Aan artikel 12 van hetzelfde besluit wordt een paragraaf 3 toegevoegd, die luidt als volgt:
" § 3. De algemene vergunning voor het geval, vermeld artikel 14, § 2, 5°, van het Wapenhandeldecreet, mag alleen gebruikt worden als bevoegde dienst heeft bevestigd dat de vergunning van toepassing is op het intergouvernementele samenwerkingsprogramma waarbij de voorgenomen overbrengingen aansluiten.".
Art.9. Aan deel 2, titel 1, van hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk 3, dat bestaat uit artikel 13/1, toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Hoofdstuk 3. - Afwijkingen van de vergunningsplicht bij doorvoer als vermeld in artikel 8, § 2/1, derde lid, van het Wapenhandeldecreet
Art. 13/1. Aanvullend op de afwijking van de vergunningsplicht bij doorvoer, vermeld in artikel 8, § 2/1, derde lid, van het Wapenhandeldecreet, geldt de afwijking in kwestie ook voor de volgende lidstaten van de NAVO of van het Wassenaar Arrangement: Argentinië, Australië, Canada, Japan, Montenegro, Nieuw-Zeeland, de Verenigde Staten van Amerika, Zuid-Korea en Zwitserland.
De minister kan bepalen dat de afwijking ook geldt voor bepaalde andere of nieuwe lidstaten van de NAVO of van het Wassenaar Arrangement als hij oordeelt dat het exportbeleid in die lidstaten en de omstandigheden die een belangrijk effect kunnen hebben op de toets, vermeld in artikel 26 en 28 van het voormelde decreet, van hetzelfde niveau zijn als het exportbeleid en de omstandigheden in de lidstaten, vermeld in het eerste lid.
De minister kan de afwijking voor de lidstaten, vermeld in het eerste en tweede lid, opheffen als hij oordeelt dat in de lidstaten in kwestie gewijzigde omstandigheden hebben plaatsgevonden die een dermate belangrijk negatief effect kunnen hebben op het exportbeleid van die lidstaten of op de toets, vermeld in artikel 26 en 28 van het voormelde decreet, dat deze niet langer van hetzelfde niveau zijn als het exportbeleid en de omstandigheden in de andere lidstaten, vermeld in het eerste lid.".
Art.10. In artikel 14 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° aan paragraaf 1 worden een tweede en een derde lid toegevoegd, die luiden als volgt:
"De verplichting, vermeld in het eerste lid, 9°, c) en d), is niet van toepassing op de aanvraag van de vergunning, vermeld in artikel 16 van het voormelde decreet.
De aanvraag voor een vergunning voor de uitvoer, de doorvoer of de overbrenging naar een andere lidstaat van de EU bevat naast de gegevens, vermeld in het eerste lid, de volgende gegevens:
1° de gegevens van andere betrokken partijen als dat van toepassing is, zoals een nakomende bestemmeling, een tussenpersoon, een expediteur, een douaneagent, een uitvoerder of een vervoerder;
2° een beschrijving van de vooropgestelde wijze van vervoer en het vooropgestelde uitklaringskantoor;
3° een beschrijving van die voorwaarden of beperkingen in geval van goederen die eerder vanuit een ander land zijn overgebracht of ingevoerd en waaraan uitvoervoorwaarden of -beperkingen zijn verbonden.";
2° in paragraaf 2, tweede lid, wordt de zinsnede "artikel 31, § 1, eerste lid, van het voormelde decreet" vervangen door de zinsnede "artikel 31, § 1, van het Wapenhandeldecreet";
3° in paragraaf 2, derde lid, worden punt 2°, 3° en 4° vervangen door wat volgt:
"2° een verklaring van de eindgebruiker als vermeld in artikel 19, § 2, en artikel 24, § 2, en, als die van toepassing zijn, artikel 19, § 3, tweede lid, en 24, § 3, tweede lid, van het voormelde decreet;
3° een internationaal invoercertificaat of een kopie van de invoervergunning van het land van bestemming als dat van toepassing is;
4° de documenten die aantonen dat de aanvrager heeft voldaan aan die voorwaarden of beperkingen in geval van goederen die eerder vanuit een ander land zijn overgebracht of ingevoerd en waaraan uitvoervoorwaarden of -beperkingen zijn verbonden;";
4° aan paragraaf 2, derde lid, worden een punt 6° en een punt 7° toegevoegd, die luiden als volgt:
"6° een kopie van de overbrengings- of uitvoervergunning van het land van bestemming als het land van eindgebruik verschillend is van het land van bestemming en als die kopie voorhanden is;
7° de gegevens van het contract of de factuur waarop de overbrenging, de uitvoer of de doorvoer betrekking heeft als die gegevens bekend zijn.";
5° aan paragraaf 2 wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Bij de aanvraag voor een vergunning voor de uitvoer of doorvoer van vuurwapens die geen civiele vuurwapens zijn, inclusief onderdelen en munitie ervan, wordt ook een document gevoegd waaruit de toestemming van de eventuele landen van doorvoer blijkt, met uitzondering van de lidstaten van de EU als vermeld in artikel 6 en 40, § 4, van het voormelde decreet.".
Art.11. In hetzelfde besluit wordt een artikel 14/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 14/1. § 1. De verklaring van de eindgebruiker, vermeld in artikel 19, § 2, en artikel 24, § 2, van het Wapenhandeldecreet, bevat minstens al de volgende gegevens:
1° de gegevens van de volgende betrokken partijen:
a) de afzender;
b) de bestemmeling;
c) de eindgebruiker, als die verschillend is van de bestemmeling;
d) de nakomende bestemmeling en de tussenpersoon als dat van toepassing is;
2° het land van eindgebruik;
3° de volgende technische gegevens van de defensiegerelateerde producten, het ander voor militair gebruik dienstig materiaal, of het ordehandhavingsmateriaal:
a) een technische beschrijving van het type en de aard van de goederen;
b) het gewicht en het aantal van de goederen;
c) de waarde van de goederen;
4° een beschrijving van het voorgenomen gebruik van de goederen door de eindgebruiker;
5° de locatie waar het eindgebruik van de goederen zal plaatsvinden als dat bekend is;
6° de gegevens van het contract of de factuur waarop de overbrenging, de uitvoer of de doorvoer betrekking heeft als die bekend zijn;
7° de gegevens die met toepassing van artikel 19, § 3, of artikel 24, § 3, van het voormelde decreet van de eindgebruiker geëist worden als dat van toepassing is.
§ 2. De verklaring, vermeld in paragraaf 1, bevat naast de gegevens, vermeld in paragraaf 1, al de volgende verbintenissen:
1° de verbintenis om de goederen alleen te gebruiken voor de doeleinden die in de verklaring omschreven zijn en om ze niet te gebruiken voor een van de volgende activiteiten:
a) een activiteit die verband houdt met chemische, biologische of nucleaire wapens, of raketten die dergelijke wapens naar hun doel kunnen voeren;
b) een activiteit die verband houdt met nucleaire explosieactiviteiten of splijtstofkringloopactiviteiten;
c) een activiteit die verband houdt met andere goederen als vermeld in artikel 3, § 1, eerste lid, van het Wapenhandeldecreet;
2° de verbintenis om de goederen niet te gebruiken, over te dragen of uit te voeren in strijd met relevante beperkende maatregelen van de VN, de EU en de OVSE of in strijd met de beperkingen waarvan de eindgebruiker door de exporteur op de hoogte gebracht is;
3° de verbintenis om de goederen niet aan een andere persoon over te dragen voor activiteiten als vermeld in punt 1° en 2°, en, tijdens de geldigheidsduur van de vergunning, niet als dusdanig uit te voeren naar een ander land buiten de EU zonder nakomende kennisgeving aan de Vlaamse Regering;
4° de verbintenis om de goederen alleen als dusdanig aan een andere persoon over te dragen op voorwaarde dat die persoon de verbintenissen, vermeld in punt 1° tot en met 3°, schriftelijk als bindend voor zichzelf aanvaardt en op voorwaarde dat is nagegaan dat die persoon bekend is als betrouwbaar in de nakoming van dergelijke verbintenissen.
Als de eindgebruiker de goederen zal aanwenden voor operationeel gebruik, bevat de verklaring van de eindgebruiker naast de gegevens, vermeld in paragraaf 1, en de verbintenissen, vermeld in het eerste lid, de verbintenis om de goederen niet te gebruiken en niet aan een andere persoon over te dragen voor schendingen van:
1° de rechten van de mens;
2° het internationaal humanitair recht;
3° het verbod op het gebruik van geweld, vermeld in artikel 2 van het Handvest van de Verenigde Naties;
4° de verdragen van de Verenigde Naties over terrorisme en grensoverschrijdende georganiseerde criminaliteit.
Als de eindgebruiker de goederen zal aanwenden voor integratie in andere goederen, bevat de verklaring van de eindgebruiker naast de gegevens, vermeld in paragraaf 1, en de verbintenissen, vermeld in het eerste lid, de volgende twee verbintenissen:
1° de verbintenis om de goederen effectief te integreren in de eigen goederen;
2° de verbintenis om de eigen goederen in kwestie alleen over te dragen, over te brengen of uit te voeren conform de geldende exportregelgeving in het land van eindgebruik.
Als dat van toepassing is, bevat de verklaring van de eindgebruiker naast de gegevens, vermeld in paragraaf 1, en de verbintenissen, vermeld in het eerste lid, al de eisen voor de eindgebruiker, vermeld in artikel 19, § 3, of artikel 24, § 3, van het voormelde decreet.
§ 3. De verklaring, vermeld in paragraaf 1, wordt ondertekend door een persoon die de bevoegdheid heeft om in naam van de eindgebruiker juridische verbintenissen aan te gaan voor handelingen voor de invoer, uitvoer, doorvoer en overbrenging van defensiegerelateerde producten, ander voor militair gebruik dienstig materiaal en ordehandhavingsmateriaal.
§ 4. De bevoegde dienst stelt op zijn website een sjabloon ter beschikking voor de opmaak van de verklaring van de eindgebruiker.".
Art.12. In artikel 17, § 1, van hetzelfde besluit wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
"De verplichting, vermeld in het eerste lid, 6°, b) en c), is niet van toepassing op de aanvraag van de vergunning, vermeld in artikel 16 van het voormelde decreet.".
Art.13. In artikel 20 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, worden tussen de woorden "wordt bij" en de woorden "de overweging van voorwaarden" de woorden "de al dan niet toekenning van de vergunning en bij" ingevoegd;
2° in paragraaf 2 worden de woorden "Met uitzondering van de overbrenging van niet-essentiële onderdelen van gevoelige goederen worden in ieder geval geen beperkingen" vervangen door de zinsnede "De vergunning, vermeld in artikel 15 en 16 van het Wapenhandeldecreet, wordt in ieder geval niet geweigerd, noch worden beperkingen".
Art.14. In artikel 22, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt de zinsnede "artikel 14, § 1," vervangen door de zinsnede "artikel 14, § 1, eerste lid,";
2° in het tweede lid wordt de zinsnede "artikel 14, § 1," vervangen door de zinsnede "artikel 14, § 1, eerste lid,";
3° in het tweede lid wordt tussen de zinsnede "10°, b)," en het woord "mee" de zinsnede "en § 1, derde lid," ingevoegd.
Art.15. In artikel 27, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "één jaar" vervangen door de woorden "drie jaar".
Art.16. In artikel 29 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, 7°, en in het tweede lid, 2°, wordt de zinsnede "als dat voorhanden is," opgeheven;
2° in paragraaf 1, eerste lid, wordt punt 8° vervangen door wat volgt:
"8° als de aanvrager een rechtspersoon is: de gegevens en handtekening van het directielid van de aanvrager dat wordt benoemd als persoonlijk verantwoordelijk voor in-, uit-, doorvoer en overbrenging, vermeld in artikel 10, § 2, derde lid, van het Wapenhandeldecreet van 15 juni 2012, en van de personen, vermeld in punt 3°, die worden benoemd als zijn of haar plaatsvervanger(s) in geval van tijdelijke afwezigheid of verhindering.";
3° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt:
" § 2. Op basis van een evaluatie van de gegevens en de documenten, vermeld in paragraaf 1, en van de adviezen, vermeld in artikel 10, § 2, tweede lid, van het Wapenhandeldecreet, kan:
1° de machtiging beperkt worden tot bepaalde activiteiten van uitvoer, doorvoer of overbrenging;
2° de machtiging beperkt worden tot bepaalde goederen of categorieën van goederen;
3° een aanpassing geëist worden van het interne programma tot naleving van de overbrengings- en uitvoercontroleprocedure of het uitvoerbeheerssysteem van de aanvrager en de benoeming van een directielid dat persoonlijk verantwoordelijk is voor in-, uit-, doorvoer en overbrenging.".
Art.17. Aan artikel 30 van hetzelfde besluit worden een punt 5° en een punt 6° toegevoegd, die luiden als volgt:
"5° de gegevens van de personen, vermeld in artikel 29, § 1, eerste lid, 8°, als de aanvrager een rechtspersoon is;
6° de verplichting voor de aanvrager om de bevoegde dienst op de hoogte te brengen van elke relevante verandering van de industriële of commerciële activiteit in defensiegerelateerde producten, ander voor militair gebruik dienstig materiaal of ordehandhavingsmateriaal, of van de interne organisatie van de aanvrager.".
Art.18. In artikel 31 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het tweede lid wordt tussen de woorden "de Staat" en de woorden "en van de federale politie" de zinsnede ", van de Administratie der Douane en Accijnzen van de FOD Financiën" ingevoegd;
2° er wordt een paragraaf 2 toegevoegd, die luidt als volgt:
" § 2. Aanvullend op de driejaarlijkse evaluatie, vermeld in paragraaf 1, kan de minister op elk moment aan de bevoegde dienst de opdracht geven tot herevaluatie van de naleving van de voorwaarden die aan de voorafgaande machtiging verbonden zijn, en van de criteria, vermeld in artikel 10, § 2, tweede en derde lid, van het Wapenhandeldecreet.
Een herevaluatie als vermeld in het eerste lid, wordt telkens uitgevoerd bij:
1° relevante veranderingen van de industriële of commerciële activiteit in defensiegerelateerde producten, ander voor militair gebruik dienstig materiaal of ordehandhavingsmateriaal, of van de interne organisatie van de aanvrager;
2° aanwijzingen dat de aanvrager niet langer voldoet aan de relevante voorwaarden en criteria.
Als de aanvrager niet meer voldoet aan de relevante voorwaarden en criteria, kan de voorafgaande machtiging conform artikel 43 van het voormelde decreet en artikel 46 tot en met 49 van dit besluit geschorst, ingetrokken of in gebruik beperkt worden, of kunnen maatregelen genomen worden die erop gericht zijn bij te dragen tot de naleving van de relevante voorwaarden en criteria.".
Art.19. In artikel 32, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° aan het eerste lid, 9°, wordt de zinsnede "en van de personen, vermeld in punt 3°, die worden benoemd als zijn of haar plaatsvervanger(s) in geval van tijdelijke afwezigheid of verhindering" toegevoegd;
2° in het derde lid wordt tussen de zinsnede "de Staat," en de zinsnede ", van de federale politie" de zinsnede "van de Administratie der Douane en Accijnzen van de FOD Financiën," ingevoegd.
Art.20. Aan artikel 33 van hetzelfde besluit wordt een punt 3° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"3° een aanpassing geëist worden van het interne programma tot naleving van de overbrengings- en uitvoercontroleprocedure of het uitvoerbeheerssysteem van de aanvrager en de elementen, vermeld in artikel 14, § 3, eerste lid, van het voormelde decreet.".
Art.21. In artikel 34 van hetzelfde besluit wordt een punt 3° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"3° /1 de gegevens van de personen, vermeld in artikel 32, § 1, eerste lid, 9° ;".
Art.22. Aan artikel 35, § 1, van hetzelfde besluit wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Ook kan het advies gevraagd worden van de procureur des Konings van het arrondissement waar de aanvrager is gevestigd, van de Veiligheid van de Staat, van de Administratie der Douane en Accijnzen van de FOD Financiën en van de federale politie.".
Art.23. In hetzelfde besluit wordt een artikel 37/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 37/1. Aanvullend op de afwijking van de vergunningsplicht bij doorvoer, vermeld in artikel 30, § 1, vierde lid, van het Wapenhandeldecreet, geldt de afwijking in kwestie ook voor de volgende lidstaten van de NAVO of van het Wassenaar Arrangement: Argentinië, Australië, Canada, Japan, Montenegro, Nieuw-Zeeland, de Verenigde Staten van Amerika, Zuid-Korea en Zwitserland.
De minister kan bepalen dat de afwijking ook geldt voor bepaalde andere of nieuwe lidstaten van de NAVO of van het Wassenaar Arrangement als hij oordeelt dat het exportbeleid in die lidstaten en de omstandigheden die een belangrijk effect kunnen hebben op de toets, vermeld in artikel 26 en 28 van het voormelde decreet, van hetzelfde niveau zijn als het exportbeleid en de omstandigheden in de lidstaten, vermeld in het eerste lid.
De minister kan de afwijking voor de lidstaten, vermeld in het eerste en tweede lid, opheffen als hij oordeelt dat in de lidstaten in kwestie gewijzigde omstandigheden hebben plaatsgevonden die een dermate belangrijk negatief effect kunnen hebben op het exportbeleid van die lidstaten of op de toets, vermeld in artikel 26 en 28 van het voormelde decreet, dat deze niet langer van hetzelfde niveau zijn als het exportbeleid en de omstandigheden in de andere lidstaten, vermeld in het eerste lid.".
Art.24. In deel 3, titel 2, van hetzelfde besluit wordt in het opschrift van hoofdstuk 1 de zinsnede "artikelen 34, 36, § 2, 38 en 39, § 2" vervangen door de zinsnede "artikel 34 en 38".
Art.25. In artikel 38 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede "artikelen 34, 36, § 2, 38 of 39, § 2," vervangen door de zinsnede "artikel 34 en 38";
2° in paragraaf 1, eerste lid, 3°, wordt punt c), opgeheven;
3° in paragraaf 2, eerste lid, 1°, worden de woorden "voormelde decreet" vervangen door de zinsnede "Wapenhandeldecreet";
4° in paragraaf 2, eerste lid, wordt punt 3° vervangen door wat volgt:
"3° in geval van een vergunningsaanvraag zonder opgave van de serienummers van de civiele vuurwapens, onderdelen of munitie in kwestie: een bewijs van de toepasselijkheid van een van de gevallen, vermeld in artikel 31, § 2, derde lid, van het voormelde decreet.";
5° in paragraaf 2, tweede lid, wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
"1° als het document, vermeld in het eerste lid, 3°, de eindgebruiker en het eindgebruik niet vermeldt: een verklaring van de eindgebruiker als vermeld in artikel 40, § 2, tweede lid, en, als dat van toepassing is, artikel 40, § 3, tweede lid, van het voormelde decreet;";
6° in paragraaf 2, tweede lid, wordt punt 2° opgeheven.
Art.26. In hetzelfde besluit wordt een artikel 38/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 38/1. § 1. De verklaring van de eindgebruiker, vermeld in artikel 40, § 2, tweede lid, van het Wapenhandeldecreet, bevat minstens de volgende gegevens:
1° de gegevens van de volgende betrokken partijen:
a) de afzender;
b) de bestemmeling;
c) de eindgebruiker, als die verschillend is van de bestemmeling;
d) de nakomende bestemmeling en de tussenpersoon als dat van toepassing is;
2° het land van eindgebruik;
3° de volgende technische gegevens van de civiele vuurwapens, onderdelen of munitie:
a) een beschrijving van de aard van de goederen;
b) een beschrijving van de essentiële kenmerken, vermeld in artikel 31, § 2, tweede lid, van het voormelde decreet;
c) een vermelding van de markering die is aangebracht op de vuurwapens als dat van toepassing is;
d) het aantal goederen;
e) de waarde van de goederen;
4° een beschrijving van het voorgenomen gebruik van de goederen door de eindgebruiker;
5° de locatie waar het eindgebruik van de goederen zal plaatsvinden als dat bekend is;
6° de gegevens van het contract of de factuur waarop de overbrenging, uitvoer of doorvoer betrekking heeft als die bekend zijn;
7° de gegevens die met toepassing van artikel 40, § 3, van het voormelde decreet van de eindgebruiker geëist worden als die bekend zijn.
§ 2. De verklaring van de eindgebruiker bevat naast de gegevens, vermeld in paragraaf 1, al de volgende verbintenissen:
1° de verbintenis om de goederen alleen te gebruiken voor de doeleinden die omschreven zijn in de verklaring en niet voor enige activiteit die verband houdt met de goederen vermeld in artikel 3, § 1, eerste lid, van het Wapenhandeldecreet;
2° de verbintenis om de goederen niet te gebruiken, over te dragen of uit te voeren in strijd met relevante beperkende maatregelen van de VN, de EU en de OVSE, of in strijd met de beperkingen waarvan de eindgebruiker door de exporteur op de hoogte gebracht is;
3° de verbintenis om de goederen niet aan een andere persoon over te dragen voor activiteiten als vermeld in punt 1° en 2°, en om die goederen tijdens de geldigheidsduur van de vergunning niet als dusdanig uit te voeren naar een ander land buiten de EU zonder nakomende kennisgeving aan de Vlaamse Regering;
4° de verbintenis om de goederen alleen als dusdanig aan een andere persoon over te dragen op voorwaarde dat die persoon de verbintenissen, vermeld in punt 1° tot en met 3°, schriftelijk als bindend voor zichzelf aanvaardt en op voorwaarde dat is nagegaan dat die persoon bekend is als betrouwbaar in de nakoming van dergelijke verbintenissen.
Als de eindgebruiker de goederen zal aanwenden voor operationeel gebruik, bevat de verklaring van de eindgebruiker naast de gegevens, vermeld in paragraaf 1, en de verbintenissen, vermeld in het eerste lid, de verbintenis om de goederen niet te gebruiken en niet aan een andere persoon over te dragen voor schendingen van:
1° de rechten van de mens;
2° het internationaal humanitair recht;
3° het verbod op het gebruik van geweld, vermeld in artikel 2 van het Handvest van de Verenigde Naties;
4° de verdragen van de Verenigde Naties over terrorisme en grensoverschrijdende georganiseerde criminaliteit.
Als de eindgebruiker de goederen zal aanwenden voor integratie in andere goederen, bevat de verklaring van de eindgebruiker naast de gegevens, vermeld in paragraaf 1, en de verbintenissen, vermeld in het eerste lid, de volgende twee verbintenissen:
1° de verbintenis om de goederen effectief te integreren in de eigen goederen;
2° de verbintenis om de eigen goederen in kwestie alleen over te dragen, over te brengen of uit te voeren in overeenstemming met de geldende exportregelgeving in het land van eindgebruik.
Als dat van toepassing is, bevat de verklaring van de eindgebruiker naast de gegevens, vermeld in paragraaf 1, en de verbintenissen, vermeld in het eerste lid, de verbintenissen die met toepassing van artikel 40, § 3, van het voormelde decreet van de eindgebruiker geëist worden.
§ 3. De verklaring wordt ondertekend door een persoon die de bevoegdheid heeft om in naam van de eindgebruiker juridische verbintenissen aan te gaan voor de handelingen voor de invoer, uitvoer, doorvoer en overbrenging van civiele vuurwapens, onderdelen of munitie.
§ 4. De bevoegde dienst stelt op zijn website een sjabloon ter beschikking voor de opmaak van de verklaring van de eindgebruiker.".
Art.27. In artikel 41, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de zinsnede "artikelen 34, 36, § 2, 38 en 39, § 2" wordt vervangen door de zinsnede "artikel 34 en 38";
2° in punt 5° wordt punt c) opgeheven.
Art.28. In artikel 42, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "34, 36, § 2, 38 en 39, § 2" vervangen door de zinsnede "34 en 38".
Art.29. In deel 3, titel 2, van hetzelfde besluit wordt in het opschrift van hoofdstuk 3 de zinsnede "van de kennisgeving, vermeld in artikel 36, § 1, eerste lid, van het Wapenhandeldecreet" vervangen door de zinsnede "voor de open vergunning en de kennisgeving, vermeld in artikel 36, § 1, eerste lid, van het Wapenhandeldecreet, en de kennisgeving, vermeld in artikel 39, § 2, eerste lid, van het voormelde decreet".
Art.30. In deel 3, titel 2, hoofdstuk 3, van hetzelfde besluit wordt een artikel 44/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 44/1. De aanvraag voor een open vergunning, vermeld in artikel 36, § 1, eerste lid, van het Wapenhandeldecreet, bevat minstens de volgende gegevens en documenten:
1° de gegevens van de aanvrager;
2° een afschrift van het getuigschrift van erkenning als wapenhandelaar, vermeld in artikel 36, § 1, eerste lid, van het voormelde decreet;
3° een afschrift van de statuten van de rechtspersoon als de aanvrager een rechtspersoon is.".
Art.31. In artikel 45, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt de zinsnede "artikel 36, § 1, eerste lid," vervangen door de zinsnede "artikel 36, § 1, eerste lid, en artikel 39, § 2, tweede lid," en wordt het woord "overbrenging" vervangen door de zinsnede "overbrenging, in- of uitvoer";
2° in het derde lid wordt punt 2° vervangen door wat volgt:
"2° een document waaruit de voorafgaande toestemming van het land van bestemming voor de invoer of overbrenging blijkt, of waaruit blijkt dat de invoer of overbrenging kan plaatsvinden zonder die voorafgaande toestemming;";
3° aan het derde lid worden een punt 3° en een punt 4° toegevoegd, die luiden als volgt:
"3° in geval van definitieve overbrenging naar een wapenhandelaar: een afschrift van de open vergunning of het getuigschrift van erkenning als wapenhandelaar van de wapenhandelaar in het land van bestemming;
4° in geval van tijdelijke overbrenging, in- of uitvoer: een bewijs dat de betrokken persoon de vuurwapens, onderdelen of munitie daadwerkelijk wil overbrengen, of in- of uitvoeren voor de doeleinden, vermeld in artikel 36 van het voormelde decreet.".
Art.32. Artikel 46 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 46. § 1. De Vlaamse Regering beslist over de schorsing, beperking of intrekking van vergunningen en voorlopige adviezen bij wijze van algemene maatregel, en over de verlenging of aanpassing daarvan, op voorstel van de minister en na advies van de bevoegde dienst.
Het advies van de bevoegde dienst behandelt minstens de volgende elementen:
1° de toepassing van de criteria, vermeld in artikel 26, 28, 41 en 42 van het Wapenhandeldecreet;
2° geldende embargo's of andere beperkende maatregelen van de VN, de EU of de OVSE en eventueel lopende discussie daarover;
3° het overbrengings-, uit- en doorvoerbeleid van de andere gewesten en andere EU-lidstaten.
§ 2. Als de Vlaamse Regering oordeelt dat een schorsing, beperking of intrekking van vergunningen of voorlopige adviezen bij wijze van algemene maatregel moet worden uitgesproken, geeft de minister aan de bevoegde dienst de opdracht om dat mee te delen aan alle aanvragers van de vergunningen of voorlopige adviezen in kwestie, of, in geval van de schorsing, beperking of intrekking die betrekking heeft op een algemene vergunning als vermeld in artikel 14, § 2, van het Wapenhandeldecreet, dat mee te delen aan alle personen die zich hebben geregistreerd voor het gebruik van de algemene vergunning in kwestie. Die informatie wordt meegedeeld met een aangetekende brief, per fax of elektronisch, als dat een ontvangstbewijs van de geadresseerde oplevert.
De personen in kwestie worden op de hoogte gebracht van de volgende elementen:
1° een beschrijving van de situaties, vermeld in artikel 43, § 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, van het voormelde decreet, waarop de schorsing, beperking of intrekking gebaseerd is;
2° een beschrijving van de beperking van de vergunningen, of voorlopige adviezen als dat van toepassing is;
3° de bijkomende maatregelen die aan de schorsing, beperking of intrekking verbonden zijn als dat van toepassing is;
4° de beoogde initiële duur van de schorsing of beperking en de mogelijkheid tot verlenging daarvan als dat van toepassing is;
De beoogde initiële duur van de schorsing of beperking mag niet langer zijn dan zes maanden.
Tenzij de Vlaamse Regering het anders bepaalt, heeft de schorsing, beperking of intrekking gevolgen vanaf de datum van de ontvangst van de kennisgeving van de beslissing, vermeld in paragraaf 1, eerste lid.
Er wordt ook een kennisgeving van de schorsing, beperking of intrekking, met inbegrip van de elementen, vermeld in het tweede lid, 1° tot en met 3°, bekendgemaakt op de website van de bevoegde dienst.
§ 3. Als de Vlaamse Regering op basis van de situaties, vermeld in artikel 43, § 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, van het Wapenhandeldecreet, van oordeel is dat een uitgesproken schorsing of beperking verlengd of aangepast moet worden, of dat de vergunningen of voorlopige adviezen in kwestie moeten worden ingetrokken, wordt een kennisgeving van de beslissing van de Vlaamse Regering tot verlenging of aanpassing van de schorsing of beperking, of tot de intrekking van de vergunningen of voorlopige adviezen in kwestie, bekendgemaakt op de website van de bevoegde dienst, met vermelding van de elementen, vermeld in paragraaf 1, 1° tot en met 3°, en, als dat van toepassing is, de duur van de verlenging van de schorsing of beperking, die telkens niet langer mag zijn dan zes maanden.
Ook van de beslissing tot niet-verlenging van een uitgesproken schorsing of beperking wordt een kennisgeving op de website van de bevoegde dienst bekendgemaakt.".
Art.33. In artikel 47 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° voor paragraaf 1, die paragraaf 1/1 wordt, wordt een nieuwe paragraaf 1 ingevoegd, die luidt als volgt:
" § 1. De minister beslist over de schorsing, beperking of intrekking van de vergunningen, machtigingen, certificaten, voorlopige adviezen of schriftelijke bevestigingen van een bepaalde persoon of bepaalde personen bij wijze van individuele maatregel, en over de verlenging of aanpassing daarvan, na advies van de bevoegde dienst.";
2° in paragraaf 2, eerste en derde lid, wordt de zinsnede "paragraaf 1" vervangen door de zinsnede "paragraaf 1/1".
Art.34. In artikel 48, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "artikel 47, § 1," vervangen door de zinsnede "artikel 47, § 1/1".
Art.35. In artikel 49 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het paragraafnummer wordt opgeheven;
2° in het eerste lid wordt de zinsnede "een uitgesproken schorsing, intrekking of beperking" vervangen door de zinsnede "de uitgesproken schorsing of beperking, of, in geval van intrekking, om een nieuwe beslissing";
3° in het vierde lid wordt de zinsnede "de schorsing, intrekking of beperking" vervangen door de zinsnede "de schorsing of beperking, of, in geval van intrekking, over een mogelijke nieuwe vergunning, machtiging, certificaat, voorlopig advies of schriftelijke bevestiging".
Art.36. In hetzelfde besluit wordt een deel 4/1, dat bestaat uit artikel 49/1, ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Deel 4/1. - Algemene beperkende maatregelen
Art. 49/1. § 1. De Vlaamse Regering beslist over het toepassen van de maatregel, vermeld in artikel 43/1, § 1, van het Wapenhandeldecreet, en over de verlenging of aanpassing daarvan, op voorstel van de minister en na advies van de bevoegde dienst.
Het advies van de bevoegde dienst behandelt minstens de volgende elementen ten aanzien van het land of de eindgebruiker in kwestie:
1° de toepassing van de criteria, vermeld in artikel 26, 28, 41 en 42 van het voormelde decreet;
2° geldende embargo's of andere beperkende maatregelen van de VN, de EU of de OVSE en eventueel lopende discussie daarover;
3° het overbrengings-, uit- en doorvoerbeleid van de andere gewesten en andere EU-lidstaten.
§ 2. Als de Vlaamse Regering oordeelt dat de maatregel, vermeld paragraaf 1, moet worden toegepast, geeft de minister aan de bevoegde dienst de opdracht om op de website van de bevoegde dienst een kennisgeving bekend te maken die al de volgende elementen bevat:
1° een beschrijving van de omstandigheden, vermeld in artikel 43/1, § 1, eerste lid, van het Wapenhandeldecreet, waarop de maatregel gebaseerd is;
2° een beschrijving van de genomen maatregel;
3° de beoogde initiële duur van de genomen maatregel en de mogelijkheid tot verlenging daarvan, vermeld in artikel 43/1, § 2, van het voormelde decreet.
De maatregel heeft gevolgen vanaf de datum van de bekendmaking op de website van de bevoegde dienst.
De bevoegde dienst bezorgt de kennisgeving ook aan alle aanvragers van wie aanvragen van vergunningen of voorlopige adviezen voor het land of de eindgebruiker in kwestie op dat moment in behandeling zijn. Hij doet dat met een aangetekende brief, per fax of elektronisch, als dat een ontvangstbewijs van de geadresseerde oplevert.
§ 3. Als de Vlaamse Regering oordeelt dat de genomen maatregel met toepassing van artikel 43/1, § 2, van het Wapenhandeldecreet, moet worden verlengd of aangepast, wordt een kennisgeving van de beslissing van de Vlaamse Regering tot verlenging of aanpassing van de maatregel bekendgemaakt op de website van de bevoegde dienst, met vermelding van de elementen, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, 1° tot en met 3°.
Ook van de beslissing tot niet-verlenging van een genomen maatregel wordt een kennisgeving op de website van de bevoegde dienst bekendgemaakt.".
Art.37. In artikel 50 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° er wordt voor paragraaf 1, die paragraaf 1/1 wordt, een nieuwe paragraaf 1 ingevoegd, die luidt als volgt:
" § 1. De minister beslist over de tijdelijke uitsluiting van een bepaalde persoon, vermeld in artikel 44 van het Wapenhandeldecreet, en over de verlenging of aanpassing daarvan na advies van de bevoegde dienst.";
2° in paragraaf 2, tweede lid, wordt de zinsnede "paragraaf 1" vervangen door de zinsnede "paragraaf 1/1".
Art.38. In artikel 52, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "machtiging of certificaat" vervangen door de zinsnede "machtiging, certificaat of schriftelijke bevestiging".
Art.39. In artikel 53 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "Departement internationaal Vlaanderen" vervangen door de woorden "Departement Buitenlandse Zaken";
2° er wordt een paragraaf 2 toegevoegd, die luidt als volgt:
" § 2. De secretaris-generaal van het Departement Buitenlandse Zaken kent ook de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie toe aan een of meer toezichthouders die over de vereiste kwalificaties en eigenschappen beschikken.".
Art.40. In artikel 54, eerste en tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "Departement internationaal Vlaanderen" vervangen door de woorden "Departement Buitenlandse Zaken".
Art.41. In artikel 55 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, 1°, wordt tussen de woorden "proces-verbaal van overtreding" en de woorden "dat ten laste" de zinsnede "of, naargelang het geval, het verslag van vaststelling," ingevoegd;
2° in paragraaf 1, eerste lid, 2°, wordt voor de woorden "het feit dat" de zinsnede "in geval van een misdrijf of poging tot misdrijf als vermeld in artikel 47, § 1, van het Wapenhandeldecreet:" ingevoegd;
3° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "verweermiddelen aan de minister" vervangen door de woorden "verweermiddelen en verzachtende omstandigheden aan de secretaris-generaal";
4° aan paragraaf 2 wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Als een activiteitenverbod of een administratieve geldboete met uitstel wordt opgelegd, vermeldt de beslissing de duur van de proefperiode.".
Art.42. In artikel 56, § 2, derde lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "dat te goeder trouw" vervangen door de woorden "te goeder trouw dat".
Art.43. In deel 8 van hetzelfde besluit wordt in het opschrift van titel 1 de zinsnede "algemene, globale, individuele en meervoudige vergunningen" vervangen door de zinsnede "algemene, globale en individuele vergunningen".
Art.44. In artikel 57, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "algemene, globale, individuele en meervoudige vergunningen" vervangen door de zinsnede "algemene, globale en individuele vergunningen" en wordt de zinsnede "artikelen 14, 15, 16, 34 en 36, § 2," vervangen door de zinsnede "artikel 14, 15, 16 en 34".
Art.45. In artikel 59 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede "individuele en meervoudige vergunningen, vermeld in artikelen 34 en 36, § 2, van het Wapenhandeldecreet" vervangen door de zinsnede "individuele vergunningen, vermeld in artikel 34 van het Wapenhandeldecreet";
2° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "voor de rapportering over het gebruik van de betreffende individuele en meervoudige vergunningen" vervangen door de zinsnede ", vermeld in paragraaf 1,";
3° in paragraaf 2 wordt het tweede lid opgeheven.
Art.46. In artikel 60, § 2, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het tweede lid worden de woorden "vanaf de datum van de toekenning van de vergunning" vervangen door de woorden "over de periode van januari tot en met december";
2° in het derde lid worden de woorden "en meervoudige" opgeheven;
3° er wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Als de vergunning tijdens de periode in kwestie niet gebruikt werd, wordt ook dat uiterlijk twee maanden na de periode in kwestie aan de bevoegde dienst gemeld.".
Art.47. In deel 8 van hetzelfde besluit wordt in het opschrift van titel 2 de zinsnede "individuele, gecombineerde en meervoudige vergunningen" vervangen door de woorden "individuele en gecombineerde vergunningen".
Art.48. In artikel 61 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede "individuele, gecombineerde en meervoudige vergunningen voor in-, uit- en doorvoer, vermeld in artikelen 22, 23, 38 en 39, § 2, van het Wapenhandeldecreet" vervangen door de zinsnede "individuele en gecombineerde vergunningen voor in-, uit- en doorvoer, vermeld in artikel 22, 23 en 38 van het Wapenhandeldecreet";
2° aan paragraaf 2 wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Als de vergunning tijdens de periode in kwestie niet gebruikt werd, wordt ook dat uiterlijk twee maanden na de periode in kwestie aan de bevoegde dienst gemeld.".
Art.49. In artikel 62 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, tweede lid, wordt de zinsnede "individuele, gecombineerde en meervoudige vergunningen" vervangen door de woorden "individuele en gecombineerde vergunningen";
2° aan paragraaf 3 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Als de vergunning tijdens de periode in kwestie niet gebruikt werd, wordt ook dat uiterlijk twee maanden na de periode in kwestie aan de bevoegde dienst gemeld.".
Art.50. In bijlage 5 bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 4, 12, 4°, worden het woord "andere" en de zinsnede "dan niet-essentiële onderdelen van gevoelige goederen," opgeheven;
2° aan paragraaf 5 wordt een punt 15/1 toegevoegd, dat luidt als volgt:
"15/1 Als een persoon die gebruikmaakt van die algemene vergunning binnen drie jaar na een definitieve overbrenging op basis daarvan informatie verkrijgt over de wijziging van het doel, de bestemming of de uitvoer van de overgebrachte goederen, brengt hij of zij de bevoegde dienst daarvan op de hoogte als vermeld in artikel 9, § 2, vijfde lid, van dit besluit.".
Art.51. In bijlage 6 bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 4, 12, 4°, worden het woord "andere" en de zinsnede "dan niet-essentiële onderdelen van gevoelige goederen," opgeheven;
2° aan paragraaf 5 wordt een punt 15/1 toegevoegd, dat luidt als volgt:
"15/1 Als een persoon die gebruikmaakt van die algemene vergunning binnen drie jaar na een definitieve overbrenging op basis daarvan informatie verkrijgt over de wijziging van het doel, de bestemming of de uitvoer van de overgebrachte goederen, brengt hij of zij de bevoegde dienst daarvan op de hoogte als vermeld in artikel 9, § 2, vijfde lid, van dit besluit.".
Art.52. In bijlage 9 bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 4, 6, worden de woorden "geverifieerd worden" vervangen door de woorden "de gebruiker aan de bevoegde dienst een schriftelijke bewijs voorleggen";
2° in paragraaf 4, 6, wordt de zinsnede ", en moet daarvan een schriftelijk bewijs bijgehouden worden" opgeheven;
3° in paragraaf 5, 13, 4°, worden het woord "andere" en de zinsnede "dan niet-essentiële onderdelen van gevoelige goederen," opgeheven;
4° aan paragraaf 6 wordt een punt 16/1 toegevoegd, dat luidt als volgt:
"16/1 Als een persoon die gebruikmaakt van die algemene vergunning binnen drie jaar na een definitieve overbrenging op basis daarvan informatie verkrijgt over de wijziging van het doel, de bestemming of de uitvoer van de overgebrachte goederen, brengt hij of zij de bevoegde dienst daarvan op de hoogte als vermeld in artikel 9, § 2, vijfde lid, van dit besluit.".
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2014 tot regeling van de uitvoer, doorvoer en overbrenging van producten voor tweeërlei gebruik en het verlenen van technische bijstand
Art.53. In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2014 tot regeling van de uitvoer, doorvoer en overbrenging van producten voor tweeërlei gebruik en het verlenen van technische bijstand worden de woorden "Departement internationaal Vlaanderen" vervangen door de woorden "Departement Buitenlandse Zaken".
Art.54. Aan artikel 3 van hetzelfde besluit wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De vergunningen, vermeld in het eerste en tweede lid, worden toegekend door de minister die gezag uitoefent over de bevoegde dienst na advies van de bevoegde dienst.".
HOOFDSTUK 3. - Slotbepaling
Art. 55. De Vlaamse minister, bevoegd voor de controle op de handel in strategische goederen, is belast met de uitvoering van dit besluit.