Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

19 DECEMBER 2018. - Koninklijk besluit tot tot vaststelling van de regels inzake de aanstelling van de leden van de Commissie voor de herziening in strafzaken, in uitvoering van artikel 445 van het Wetboek van Strafvordering



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - De aanstelling van de leden van de Commissie voor herziening in strafzaken
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Regels inzake de werking van de Commissie voor herziening in strafzaken
Art. 3-5
HOOFDSTUK III. - Inwerkingtreding
Art. 6-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - De aanstelling van de leden van de Commissie voor herziening in strafzaken
Artikel 1. Er wordt een oproep tot de kandidaten voor de Commissie voor herziening in strafzaken, hierna te noemen "de Commissie", bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
  De kandidaturen voor de leden voorzien in artikel 445, zesde lid, eerste tot derde streepje van het Wetboek van Strafvordering, moeten worden gericht binnen een termijn van een maand na de publicatie van de oproep in het Belgisch Staatsblad bij een ter post aangetekende zending:
  1° aan het College van de hoven en de rechtbanken, voor de magistraten van de zetel;
  2° aan het College van procureurs-generaal voor de parketmagistraten;
  3° aan de Orde van Vlaamse Balies, voor de advocaten die tot die Orde behoren;
  4° aan de Ordre des barreaux francophones et germanophone, voor de advocaten die tot die Orde behoren.
  De kandidaturen voor het lid voorzien in artikel 445, zesde lid, vierde streepje van het Wetboek van Strafvordering, moeten worden gericht aan de minister van Justitie bij een ter post aangetekende zending.
  De voordrachten bedoeld in artikel 445, zesde lid van het Wetboek van Strafvordering, worden met redenen omkleed en gericht aan de minister van Justitie bij een ter post aangetekende brief, binnen de maand na die waarin de kandidaturen moeten worden ingediend.

Art.2. De Commissie bestaat per taalrol uit 5 leden, zoals voorzien in artikel 445, zesde lid van het Wetboek van Strafvordering.
  De leden van de Commissie, die overeenkomstig artikel 1 door de minister van Justitie zijn benoemd, dragen een lid voor op grond van zijn deskundigheid of ervaring met betrekking tot de taken die aan de commissie zijn toevertrouwd, zoals voorzien in artikel 445, zesde lid, vierde streepje.
  De leden van de Commissie worden door de minister van Justitie benoemd voor een hernieuwbare termijn van vijf jaar.
  Bij overlijden of ontslag van een lid wordt voor de duur van het resterende mandaat in de vervanging van het lid voorzien.
  Het secretariaat van de Commissie wordt verzekerd door een personeelslid van de Rechterlijke Orde.

HOOFDSTUK II. - Regels inzake de werking van de Commissie voor herziening in strafzaken
Art.3. De Commissie stelt per taalrol zijn huishoudelijk reglement op dat o.a. de volgende punten regelt :
  - de procedure voor de bijeenroeping van de vergaderingen;
  - de wijze van beraadslaging;
  - de mogelijkheid tot het horen van personen die bij het onderzoek in de zaak betrokken waren evenals van deskundigen;
  - de verplichting om notulen op te stellen van de debatten die tijdens elke vergadering gevoerd worden;
  - de wijze waarop de documenten aan de leden van de Commissie worden overgemaakt;
  - de zetel en de plaats van de vergaderingen;
  - het vaststellen van een procedure van verschoning of wraking van een lid indien er feiten of omstandigheden bestaan waardoor de onafhankelijkheid of de onpartijdigheid van het oordeel van een lid van de Commissie in het gedrang komt bij de behandeling van een bepaalde zaak.

Art.4. Voor zover zij niet tot een overheidsinstelling, een openbare instelling of de Rechterlijke Orde behoren, ontvangen de leden van de Commissie alsook de deskundigen:
  1° een presentiegeld van 40 euro per zittingsdag met een duur van tenminste drie uren, gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Het is gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01;
  2° de terugbetaling van hun reiskosten onder de voorwaarden bepaald bij het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten. De leden worden voor de toepassing van het koninklijk besluit gelijkgesteld met de ambtenaren van niveau A3.
  De voormelde vergoedingen zijn ten laste van de begroting van de Federale overheidsdienst Justitie.

Art.5. De leden van de Commissie zijn bij de behandeling van de dossiers tot geheimhouding verplicht van de gegevens die hen in de uitoefening van hun opdracht worden toevertrouwd en die hiermee verband houden. Het artikel 458 van het Strafwetboek is op hen van toepassing.

HOOFDSTUK III. - Inwerkingtreding
Art.6. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.

Art. 7. De minister bevoegd voor Justitie, is belast met de uitvoering van dit besluit.